Beleidsnotitie bijzondere begraafplaatsen

Geldend van 09-01-2004 t/m heden

Intitulé

Beleidsnotitie bijzondere begraafplaatsen

Inleiding

In het kader van de Wet op de lijkbezorging (Wlb) dient de gemeente ervoor te zorgen dat er van overheidswege gelegenheid tot begraven wordt gegeven. Tenzij gedeputeerde staten ontheffing hebben verleend, moet elke gemeente (zelf of samen met een of meer andere gemeenten) een gemeentelijke begraafplaats te hebben. Zolang er nationale regelgeving is voor begraven, bestaat het algemene voorschrift dat lijken moeten worden begraven op een begraafplaats die overeenkomstig de wet is aangelegd. De wet kent gemeentelijke begraafplaatsen en bijzondere begraafplaatsen.

De gemeenteraad is het bestuursorgaan dat de grond aanwijst, die voor het aanleggen of uitbreiden van een begraafplaats mag worden gebruikt. Voor bijzondere begraafplaatsen heeft de wetgever de mogelijkheid gegeven om beleid te maken. Hierdoor kan de gemeente kiezen voor een stimulerend of meer terughoudend beleid ten aanzien van bijzondere begraafplaatsen.

Bijzondere begraafplaatsen

Kerkgenootschappen hebben niet alleen de mogelijkheid tot, maar zelfs het recht op het hebben van één of meer kerkelijke begraafplaatsen. De wet geeft als enige beperking op dat recht, dat de grootte overeenkomt met een redelijk deel van de grond, die in de gemeente voor begraafplaatsen bestemd is.

Ook privaatrechtelijke rechtspersonen en particulieren kunnen verzoeken om grond aan te wijzen als bijzondere begraafplaats. Voor hen bestaat echter geen absoluut recht op het hebben van een eigen begraafplaats.

Graf in eigen grond

Tot 1 juli 1991 bestond de mogelijkheid om op eigen terrein een graf aan te leggen. Deze familiebegraafplaatsen vielen in het algemeen niet onder het voor begraafplaatsen geldende regime. Het niet in overeenstemming zijn met een bestemmingsplan van een graf in eigen grond was tot 1991 geen geldige reden tot weigering van een graf in eigen grond. Nu is dit wel het geval. Met de Wlb van 1991 is de situatie ingrijpend gewijzigd. De normen voor het aanleggen van een particuliere begraafplaats zijn, ongeacht de grootte, dezelfde als die van elke andere begraafplaats. Ook bijvoorbeeld de regels voor opgraving en ruiming zijn nu op deze particuliere begraafplaatsen van toepassing.

Bestaande gemeentelijke en bijzondere begraafplaatsen in onze gemeente

Onze gemeente kent drie gemeentelijke begraafplaatsen en zeven bijzondere begraafplaatsen, verdeeld over de diverse kernen. Met de huidige capaciteitsmogelijkheden kent onze gemeente een ruim en gedifferentieerd aanbod van begraafmogelijkheden voor de komende jaren.

Bestemmingsplan

Begraafplaatsen en de naastgelegen bestemmingen dienen elkaar zo weinig mogelijk negatief te beïnvloeden. Voor de afstemming tussen een begraafplaats en haar omgeving is de Wet op de Ruimtelijke ordening het aangewezen instrument. Alle begraafplaatsen, groot en klein, moeten in bestemmingsplannen als zodanig zijn bestemd.

Terughoudendheid bij realisering van een graf in eigen grond

Door de aanwezigheid van een graf in eigen grond kunnen toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen worden gefrustreerd. Met name dit soort begraafplaatsen leidt tot ongeordend ruimtebeslag, waarbij het betrokken stuk grond inclusief een zone daaromheen, voor lange tijd een functie krijgt die niet in overeenstemming is met het omliggende terrein. Gelet op de wettelijke termijn voor grafrust zal een begraafplaats, altijd 10 jaar na de laatste begraving onaangeroerd moeten blijven. Als de eigenaar of houder van een begraafplaats geen graven wil ruimen, is het beslag langer. Het doorlopen van de procedures voor sluiting en opheffing van een begraafplaats kan tientallen jaren duren. Een bestaande begraafplaats is een element waar ontwikkelingen in de omgeving zich naar moeten richten.

Ruimtelijk beleid

De hoofdlijnen voor het ruimtelijk beleid, zoals neergelegd in het Streekplan Overijssel 2000 + 1 beoogt in het buitengebied vooral de belangen van natuur, landschap, landbouw en recreatie te beschermen. Voor het buitengebied van de gemeente geldt onder meer als hoofdlijn van beleid dat dit gebied zoveel mogelijk gevrijwaard wordt van (nieuwe) functies die daar niet thuishoren. Gesteld kan worden dat begraafplaatsen behoren tot de (nieuwe) functies die niet thuishoren in het buitengebied.

Begraafplaatsen (algemene en bijzondere) zijn voorzieningen die gebonden zijn aan woongemeenschappen en dienen centraal en in de onmiddellijke omgeving van de woongebieden (dorpen) te worden gesitueerd.

De Inspectie Milieuhygiëne, evenals de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Inspectie voor de Ruimtelijke Ordening, pleiten voor een verantwoorde inpassing van begraafplaatsen in woongebieden. Het wordt onwenselijk geacht om een begraafplaats ver van de woongemeenschap weg te drukken.

Tevens is de Inspectie Milieuhygiëne en de Inspectie Ruimtelijke Ordening van mening dat het in eigen grond begraven van overledenen ongewenst is. Van dit beleid kan slechts bij hoge uitzondering in zeer bijzondere gevallen worden afgeweken. Hierbij wordt gedacht aan het begraven op landgoederen die reeds generaties lang in eigendom zijn van de betrokken familie en de verwachting is dat dit ook in de toekomst het geval zal zijn.

Conclusie

Uitgangspunt is dat de vestiging van nieuwe begraafplaatsen (algemene en bijzondere) in of in de onmiddellijke omgeving van de bestaande kernen plaatsvindt. Uitzondering hierop is het begraven in eigen grond.

Hoewel de Wlb de mogelijkheid biedt van begraafplaatsen van privaatrechtelijke rechtspersonen en particulieren (niet het recht daarop), blijkt uit het voorgaande dat dit geen wenselijke ontwikkeling is. Aan de vestiging van nieuwe begraafplaatsen ten behoeve van begraven in eigen grond dient dan ook geen medewerking te worden verleend.

Van dit beleid kan slechts bij hoge uitzondering in zeer bijzondere gevallen worden afgeweken. Dit is ter beoordeling van de gemeenteraad.

Inhoudsopgave

Inleiding

Bijzondere begraafplaatsen

Graf in eigen grond

Bestaande gemeentelijke en bijzondere begraafplaatsen in onze gemeente

Bestemmingsplan

Terughoudendheid bij realisering van een graf in eigen grond

Ruimtelijk beleid

Conclusie