Regeling vervallen per 05-02-2022

Peilbesluit Zegveld 2005

Geldend van 20-10-2005 t/m 11-08-2010

Het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden;

Op het voorstel van het Dagelijks Bestuur van 17 mei 2005 met nummer 05.SPR.068;

Overwegende dat met betrekking tot de voorbereiding van de peilbesluiten voor de bemalinggebieden Zegveld en Oud-Kamerik een inrichtingsplan, het zogeheten Watergebiedsplan Zegveld en Oud-Kamerik, is opgesteld waarin naast de waterhuishoudkundige inrichting en de regeling van de waterbeheersing van het gebied, ook de toelichting is opgenomen op de in te stellen waterpeilen, zoals is vastgelegd in de nader vast te stellen peilbesluiten voor de bemalingsgebieden Zegveld en Oud-Kamerik;

Gelet op artikel 16 van de Wet op de Waterhuishouding en op hoofdstuk III van de Verordening waterhuishouding Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2002,

Besluit:

  • a.

    het Watergebiedsplan Zegveld en Oud-Kamerik vast te stellen;

  • b.

    het peilbesluit Zegveld d.d. 24-5-1984 (goedgekeurd door de colleges van gedeputeerde staten van Utrecht en van Zuid-Holland op respectievelijk 26-3-1985 en 29-4-1985) in te trekken;

  • c.

    [wijzigt ander besluit]

  • d.

    [wijzigt ander besluit]

  • e.

    het peilbesluit Zegveld 2005 vast te stellen zoals hierna is aangegeven;

  • f.

    [betreft ander besluit]

  • g.

    de beschouwingen van het dagelijks bestuur op de inspraakreacties te accorderen.

Inhoud

Artikel 1 Gebied

Het gebied is aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart.

Artikel 2 Referentiepeil

Voor de toepassing van dit besluit geldt dat peilen zijn aangegeven ten opzichte van het Normaal Amsterdams Peil 2005 (NAP 2005).

Artikel 3 Peilen

  • 1. De na te streven waterstanden in de afzonderlijke peilgebieden van het bemalingsgebied Zegveld zijn:

    na te streven waterstanden

    Code peilgebied

    Naam peilgebied

    Polderpeil in meters t.o.v. NAP 2005 

    zomerpeil

    voor- en najaarspeil

    winterpeil

    5A *

    Slimmen Wetering

    -2,48

    -2,53

    -2,58

    5A noord

    De Toegang

    -2,54

    -2,59

    -2,64

    5B noord

    Rondweg

    -2,28

    -2,28

    -2,28

    5B zuid

    Hoofdweg

    -2,15

    -2,15

    -2,15

    Schra

    Schraallanden De Meije

    a: -2,20

    b: -2,30

    c: -2,40

    a: -2,20

    b: -2,30

    c: -2,40

    a: -2,20

    b: -2,30

    c: -2,40

    5D noord

    Polder Achttienhoven

    -2,81

    -2,86

    -2,91

    5D zuid

    Oude Meije

    -2,68

    -2,73

    -2,78

    5E

    De Haak

    -2,14

    -2,14

    -2,14

    5F

    Polder Zegveld

    -2,23

    -2,28

    -2,33

    5G

    Bebouwing Voorhaakdijk

    -2,23

    -2,23

    -2,23

    5H

    Kassen Hollandse Kade

    -2,37

    -2,37

    -2,37

  • * Het vigerende peilgebied 5C wordt opgeheven en opgenomen in peilgebied 5A.

  • 2. De peilen uit lid 1 zijn gebaseerd op gemeten maaiveldhoogten uit 2001. Deze peilen worden met 0,02 meter per 3 jaar aangepast aan de sinds 2001 opgetreden maaivelddaling.

  • 3. Binnen 5 jaar na inwerkingtreding van het peilbesluit zal een nieuwe hoogtemeting plaatsvinden van het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN). Indien nodig zullen de peilen dan worden aangepast aan de nieuwe gegevens.

Artikel 4 Peilbeheer

  • a.

    Vast peilbeheer zal worden gevoerd in de peilgebieden met de functie "bebouwing" 5B noord, 5B zuid en 5G, in het peilgebied 5H, in natuurgebied De Haak (5E) en daar waar nodigrond te realiseren individuele hoogwatervoorzieningen in het bemalingsgebied. De waterstand wordt in deze gebieden het hele jaar door op één en hetzelfde vaste niveau gehandhaafd.

  • b.

    Flexibel of natuurlijk peilbeheer zal worden gevoerd in het natuurgebied Schraallanden De Meije, waarbij het peil mag fluctueren tussen 0,10 meter boven en 0,10 meter onder de na te streven waterstand in het gebied, zoals genoemd in artikel 3.

  • c.

    Dynamisch peilbeheer zal worden gevoerd in de peilgebieden met de functie "landbouw" 5A, 5A noord, 5D noord, 5D zuid en 5F. Hierbij kan het waterpeil dynamisch in de tijd fluctueren tussen het vastgestelde zomer- en winterpeil. Afhankelijk van de weersomstandigheden, de groeiomstandigheden voor het gewas en de agrarische bedrijfsvoering kan het peil worden ingesteld op of tussen de in artikel 3, lid 1 vermelde waterpeilen. Voor gebieden waar dynamisch peilbeheer nog niet is geëffectueerd, wordt de reguliere cyclus van zomer- en winterpeil aangehouden (15 april / 15 oktober).

  • d.

    Het dagelijks bestuur is bevoegd om, onder afweging van de betrokken belangen, van het in artikel 3 vermelde peil af te wijken, indien daarvoor op grond van te verwachten of reeds optredende extreme - natte of droge - weersomstandigheden, danwel in verband met dreigende of reeds optredende calamiteiten, aanleiding bestaat.

Artikel 5 Peilfasering

  • a.

    De peilen zullen gefaseerd worden ingevoerd nadat de noodzakelijke maatregelen uit het inrichtingsplan van het Watergebiedsplan Zegveld en Oud-Kamerik ter plaatse zijn afgerond. Dit moment wordt door het dagelijks bestuur bepaald en in dag- en weekbladen gepubliceerd.

  • b.

    Voor de peilgebieden 5B noord, 5B zuid, Schra, 5E, 5G en 5H wordt het peil niet aangepast.

  • c.

    Voor de peilgebieden 5A, 5A noord, 5D zuid en 5F zullen de peilen met 0,03 meter per jaar naar beneden worden aangepast totdat de beoogde peilen zijn bereikt.

  • d.

    Voor peilgebied 5D noord zal het peil met 0,03 meter per jaar naar boven worden aangepast totdat het beoogde peil is bereikt. Bij realisatie van een bufferzone in dit peilgebied wordt het peil niet aangepast totdat, als gevolg van maaivelddaling, het beoogde peil is bereikt.

Artikel 6 Peilindexering

  • a.

    Voor de peilgebieden in het bemalingsgebied zullen de peilen, na realisatie van de maatregelen uit het inrichtingsplan van het Watergebiedsplan Zegveld en Oud-Kamerik en na de gefaseerde aanpassing van het peil, geïndexeerd worden.

  • b.

    De peilen zullen, gedurende de resterende geldigheidsperiode van dit besluit, worden geïndexeerd met 0,02 meter per 3 jaar. Dit is de verwachte, langjarig gemiddelde maaivelddaling in dit gebied.

  • c.

    Gedurende de looptijd van het peilbesluit zal aan de hand van de langjarige meetreeksen van Proefcentrum Zegveld worden bepaald of de maaivelddaling overeenkomt met de verwachte maaivelddaling, zoals bedoeld in lid 2.

  • d.

    Mochten de controlemetingen een verschil laten zien tussen de verwachte maaivelddaling en de werkelijk opgetreden maaivelddaling, dan worden de peilen aangepast over de werkelijk opgetreden maaivelddaling.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Het peilbesluit treedt in werking met ingang van de achtste dag nadat de bekendmaking van de goedkeuring van dit peilbesluit door gedeputeerde staten heeft plaatsgevonden.

Artikel 8 Titel

Dit peilbesluit kan worden aangehaald als "Peilbesluit Zegveld 2005".

Vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur van 15 juni 2005.

ir. D. Vergunst, voorzitter.

ing. G.J. Vrolijk, secretaris (wnd.)

Kaart peilbesluit Zegveld 2005.pdf [Klik hier om het document te downloaden]