Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR695629
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR695629/1
Regeling vervallen per 31-12-2023
Subsidieregeling Compensatie stijgende kosten voor gesubsidieerde vrijwilligersorganisaties en professionele organisaties gemeente Laarbeek 2023
Geldend van 06-05-2023 t/m 30-12-2023
Intitulé
Subsidieregeling Compensatie stijgende kosten voor gesubsidieerde vrijwilligersorganisaties en professionele organisaties gemeente Laarbeek 2023Artikel 1 Definities
In deze regeling wordt verstaan onder:
- -
ASV: Algemene Subsidieverordening Laarbeek 2021
- -
Awb: Algemene wet bestuursrecht
- -
College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Laarbeek
- -
Professionele organisaties: professionele organisaties op niet-commerciële basis binnen het sociaal domein die een subsidierelatie hebben met de gemeente Laarbeek en kinderopvangorganisaties die voor voor- en vroegschoolse educatie een subsidierelatie hebben met de gemeente Laarbeek
- -
Vrijwilligersorganisaties: organisaties uit het subsidieprogramma 2021-2023 die behoren tot cluster 1
- -
Basisbedrag: het subsidiebedrag dat de organisatie in 2023 heeft ontvangen op basis van de vastgestelde begroting.
- -
Subsidie 2024: het subsidiebedrag dat de organisatie ontvangt op basis van de grondslag uit beleidskader subsidies 2024 + indexatie van 4,3%
Artikel 2 Doel
Met deze subsidieregeling wordt beoogd te voorkomen dat vrijwilligersorganisaties en professionele organisaties die een subsidierelatie hebben met de gemeente Laarbeek in continuïteitsproblemen komen als gevolg van de stijgende (energie)lasten. Met deze regeling willen we de sociaal maatschappelijke/culturele infrastructuur voor de gemeente behouden.
Artikel 3 Toepasbaarheid
Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college zoals bedoeld in artikel 4 en artikel 5 van deze regeling. De regeling is niet bedoeld om investeringen te betalen die tot energiekostenbesparing leiden.
Artikel 4 Eenmalige subsidie
-
1. Alle vrijwilligersorganisaties ontvangen in 2023 een eenmalige subsidie.
-
2. De eenmalige subsidie wordt als volgt berekend: 4,3% van het basisbedrag.
-
3. In geval de berekening zoals bedoeld in het tweede lid leidt tot een bedrag van minder dan € 100, dan wordt het bedrag eenmalig vastgesteld op € 100.
-
4. Organisaties, zoals bedoeld in het eerste lid hoeven geen aanvraag te doen voor deze eenmalige subsidie.
-
5. De eenmalige subsidie wordt direct vastgesteld. Er hoeft geen verantwoording plaats te vinden.
-
6. Voor het bepalen van de hoogte van de subsidie in 2024 geldt: grondslag van het nieuwe beleidskader subsidies 2024 + 4,3%.
Artikel 5 Maatwerkregeling
-
1. De maatwerkregeling is van toepassing voor:
- a.
vrijwilligersorganisaties die behoren tot cluster 1, die een accommodatie in gebruik hebben waarvoor ze zelf de energiekosten moeten betalen;
- b.
professionele organisaties zoals bedoeld in artikel 1.
- a.
-
2. Voor vrijwilligersorganisaties zoals bedoeld in het eerste lid, onder a, gelden de volgende subsidievoorwaarden:
- a.
De organisatie raakt in financiële problemen door de gestegen energiekosten of deze problemen dreigen, waardoor het voortbestaan onzeker wordt.
- b.
Er is aantoonbaar sprake van een stijging in energiekosten.
- c.
Er moet uitputtend gebruik zijn gemaakt van de compensatiemiddelen die door het Rijk ter beschikking zijn gesteld voor stijgende energiekosten.
- d.
De organisatie heeft zich voldoende ingespannen om maatregelen te nemen om de stijgende energiekosten te compenseren, zoals contributieverhoging en/of verhoging consumptieprijzen.
- a.
-
3. Voor professionele organisaties zoals bedoeld in het eerste lid onder b gelden de volgende subsidievoorwaarden:
- a.
De organisatie raakt in financiële problemen door de gestegen (energie)kosten of deze problemen dreigen, waardoor voortbestaan onzeker wordt.
- b.
Er moet uitputtend gebruik zijn gemaakt van de compensatiemiddelen die door het Rijk ter beschikking zijn gesteld voor stijgende energiekosten.
- c.
De organisatie heeft zich aantoonbaar ingespannen om maatregelen te nemen om de (energie)kosten te compenseren.
- a.
-
4. De hoogte van het bedrag van de maatwerkregeling per organisatie zoals bedoeld in het tweede lid is niet hoger dan 75% van het totaal van de extra kosten.
-
5. De hoogte van het bedrag van de maatwerkregeling per organisatie zoals bedoeld in het derde lid is niet hoger dan 3,74% van de verleende subsidie aan de organisatie in 2023.
-
6. De hoogte van het bedrag voor kinderopvangorganisaties zoals bedoeld in artikel 1 wordt berekend over de subsidie die zij ontvangen voor voor- en vroegschoolse educatie, met inachtneming van het bepaalde in het vijfde lid.
Artikel 6 Aanvraag maatwerkregeling
-
1. De organisaties zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, dienen een verzoek voor een maatwerkregeling in bij de gemeente met de volgende onderbouwing:
- a.
De hoogte van het bedrag waarvoor zij een maatwerkregeling aanvragen.
- b.
Een financieel overzicht waarin de mate van kostenstijging inzichtelijk is gemaakt.
- c.
Een jaarverslag of jaarrekening van het voorgaande jaar (overeenkomstig de eisen die gesteld worden aan de verantwoording van subsidies in het subsidieprogramma).
- d.
Een prognose van het financieel resultaat van het lopende jaar.
- e.
Een overzicht van welke compensatiemiddelen die door het Rijk ter beschikking worden gesteld, gebruik is gemaakt.
- f.
Een overzicht van de maatregelen die de aanvrager in het kader van ‘eigen kracht’ en compenseren van (energie)kosten zelf al genomen heeft.
- a.
-
2. Voor organisaties zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder a geldt aanvullend op het eerste lid het overleggen van stukken van de energieleverancier, waaruit de gestegen energiekosten blijken.
-
3. De maatwerkregeling voor organisaties zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid, kan worden verleend over de periode 1 januari 2023 tot en met 31 december 2023.
Artikel 7 Beoordelen maatwerkregeling
-
1. De binnengekomen verzoeken worden ambtelijk integraal beoordeeld en er wordt een integraal college-advies opgesteld door een werkgroep bestaande uit:
- a.
Beleidsadviseur Sociaal Domein
- b.
Beleidsadviseur Accommodatiebeleid
- c.
Adviseur financiën
- d.
Juridisch adviseur
- e.
Accounthouder van de organisatie die subsidie aanvraagt.
- a.
-
2. De binnengekomen verzoeken worden ter besluitvorming voorgelegd aan het college, met uitzondering van verzoeken tot een bedrag van € 5.000. Het college mandateert de medewerkers van de afdeling Samenleving voor de verzoeken tot een bedrag van € 5.000.
-
3. Boven een bedrag van € 50.000 moet het voorstel ter besluitvorming voorgelegd worden aan de gemeenteraad.
Artikel 8 Weigeringsgronden maatwerkregel
-
1. Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25 en 4:35 van de Awb kan het college besluiten een verzoek om subsidieverlening zoals bedoeld in artikel 5 te weigeren, indien:
- a.
Organisaties niet voldoende of uitputtend gebruik hebben gemaakt van de compensatieregelingen van het Rijk.
- b.
Uit de financiële overzichten blijkt dat:
- i.
De aanvraag wordt gedaan voor een investering in energiebesparende maatregelen.
- ii.
Onvoldoende is gebleken dat de organisatie in financiële problemen is gekomen door de gestegen (energie)kosten of dat deze problemen dreigen, waardoor voortbestaan onzeker wordt.
- i.
- c.
De hoogte van het aangevraagde bedrag het maximum zoals bedoeld in artikel 5, vierde of vijfde lid, overschrijdt.
- d.
Niet alle stukken zijn overlegd zoals bedoeld in artikel 6, eerste en tweede lid, waardoor de aanvraag onvoldoende beoordeeld kan worden.
- e.
Er bij organisaties zoals bedoeld in artikel 5, eerste lid onder a, geen sprake is van stijgende energiekosten.
- a.
-
2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, onder c, kan de hoogte van het bedrag ambtshalve en/of in overleg met de organisaties worden aangepast.
-
3. Voordat overgegaan wordt tot het weigeren van de aanvraag zoals bedoeld in het eerste lid, onder d, wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld om binnen een redelijke termijn de aanvraag aan te vullen.
Artikel 9 Aanvullende bevoegdheid
In die gevallen, waarin deze subsidieregeling niet voorziet, beslist het college.
Artikel 10 Hardheidsclausule
Het college kan artikelen van deze subsidieregeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het doel van deze subsidieregeling leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Artikel 11 Inwerkingtreding
Dit besluit treedt in werking op de dag na bekendmaking. Deze regeling eindigt van rechtswege op 31 december 2023.
Ondertekening
Het college van burgemeester en wethouders,
gemeentesecretaris
J.W.M. van de Ven
burgemeester
F.L.J. van der Meijden
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl