Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR690412
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR690412/1
Regeling vervallen per 01-01-2024
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023
Geldend van 31-12-2022 t/m 31-12-2023
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023De raad der gemeente Wijdemeren;
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 november 2022;
Gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;
B E S L U I T
vast te stellen de:
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2023
Artikel 1. Definities
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
"dag": de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
"week": een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- c.
"maand": het tijdvak dat loopt van de eerste dag in een kalendermaand tot en met de laatste dag in dezelfde kalendermaand;
- d.
"jaar": het tijdvak dat loopt van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2. Belastbaar feit
-
1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- b.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
- a.
Artikel 3. Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4. Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
het raadplegen van de bij de gemeente berustende registers, leggers en plankaarten van de Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers door ambtenaren, in de uitoefening van hun functie.
- b.
het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;
- c.
het in behandeling nemen van aanvragen voor een vergunning op grond van een hierna genoemd artikel van de Algemene Plaatselijke Verordening:
- 1.
artikel 2:10 (het plaatsen van voorwerpen op of aan de weg in strijd met de publieke functie ervan), voor zover het gaat om spandoeken en aankondigingsborden;
- 2.
artikel 2:25 (evenementen)
- 3.
artikel 4:6 (overige geluidhinder);
- 4.
artikel 5:13 (inzameling van geld of goederen).
- 1.
- d.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.
- e.
diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.
Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
-
3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6. Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7. Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;
- c.
digitaal (internet) wordt gedaan, op het moment van ontvangst van de digitale kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8. Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9. Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de tarieventabel omschreven dienst, wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden
Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
hoofdstuk 2 (reisdocumenten en Nederlandse Identiteitskaart);
- 2.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- 3.
onderdelen 1.4.5 en 1.4.6 (verstrekkingen uit de basisregistratie personen met behulp van alternatieve media of schriftelijk);
- 4.
hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van Algemene Verordening Gegevensbescherming);
- 5.
onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- 6.
hoofdstuk 14 (kansspelen).
- 1.
-
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11. Overgangsrecht
-
1. De legesverordening 2022, vastgesteld bij raadsbesluit van 16 december 2021, vervalt met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
-
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van de ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 12. Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
-
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.
Artikel 13. Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als ‘Legesverordening 2023’.
Ondertekening
Aldus besloten in de openbare vergadering van 14 december 2022.
De raad voornoemd,
de griffier,
mevr. drs. E.B. Hörchner
de voorzitter,
mevr. drs. C.R. Larson
Bijlage 1 Tarieventabel, bedoeld in artikel 5 van de Legesverordening 2023
Indeling tarieventabel |
|
|
||
|
|
|
|
|
Titel 1 |
Algemene dienstverlening |
|
|
|
Hoofdstuk 1 |
Burgerlijke stand |
|
|
|
Hoofdstuk 2 |
Reisdocumenten |
|
|
|
Hoofdstuk 3 |
Rijbewijzen |
|
|
|
Hoofdstuk 4 |
Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen |
|
|
|
Hoofdstuk 5 |
Verstrekkingen uit het Kiezersregister |
|
Vervallen |
|
Hoofdstuk 6 |
Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens |
|
Vervallen |
|
Hoofdstuk 7 |
Bestuursstukken |
|
Vervallen |
|
Hoofdstuk 8 |
Vastgoedinformatie |
|
Vervallen |
|
Hoofdstuk 9 |
Overige publiekszaken |
|
|
|
Hoofdstuk 10 |
Gemeentearchief |
|
|
|
Hoofdstuk 11 |
Huisvestingsverordening 2019 |
|
|
|
Hoofdstuk 12 |
Leegstandwet |
|
|
|
Hoofdstuk 13 |
Winkeltijdenwet |
|
|
|
Hoofdstuk 14 |
Kansspelen |
|
|
|
Hoofdstuk 15 |
Telecommunicatie |
|
|
|
Hoofdstuk 16 |
Verkeer en vervoer |
|
|
|
Hoofdstuk 17 |
Diversen |
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 2 |
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning |
|
||
Hoofdstuk 1 |
Begripsomschrijvingen |
|
|
|
Hoofdstuk 2 |
Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag |
|
|
|
Hoofdstuk 3 |
Omgevingsvergunning |
|
|
|
Hoofdstuk 4 |
Vermindering |
|
|
|
Hoofdstuk 5 |
Teruggaaf |
|
|
|
Hoofdstuk 6 |
Intrekking of buiten behandeling stellen omgevingsvergunning |
|
|
|
Hoofdstuk 7 |
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|
|
|
Hoofdstuk 8 |
Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|
|
|
Hoofdstuk 9 |
Overige verstrekte diensten |
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 3 |
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
|
|
Hoofdstuk 1 |
Horeca |
|
|
|
Hoofdstuk 2 |
Standplaatsen |
|
|
|
Hoofdstuk 3 |
Seksbedrijven |
|
|
|
Hoofdstuk 4 |
Splitsings- of samenvoegingsvergunning woonruimte |
|
|
|
Hoofdstuk 5 |
In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|
|
Nummer |
Omschrijving |
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 1 |
Algemene dienstverlening |
|
2023 |
2023 |
Hoofdstuk 1 - Burgerlijke stand |
|
|
|
|
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, dan wel het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in het gemeentehuis op: |
|
|
|
1.1.1.1 |
maandagochtend om 09:15 en 09:30 uur (exclusief trouwboekje) |
|
€ - |
|
1.1.1.2 |
dinsdag-, woensdag- en donderdagochtend tussen 09:00 en 12:00 (inclusief trouwboekje) |
|
€ 120,00 |
|
1.1.1.3 |
maandag tot en met vrijdag op andere tijden, tot 17.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 507,00 |
|
1.1.1.4 |
maandag tot en met vrijdag vanaf 17.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 567,00 |
|
1.1.1.5 |
zaterdag tot 17.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 677,00 |
|
1.1.2 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap, dan wel het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, indien daarbij gebruik gemaakt wordt van een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte of een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek, op: |
|
|
|
1.1.2.1 |
maandag tot en met vrijdag tot 17.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 327,00 |
|
1.1.2.2 |
maandag tot en met vrijdag vanaf 17.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 357,00 |
|
1.1.2.3 |
zaterdag tot 17.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 387,00 |
|
1.1.2.4 |
zaterdag vanaf 17.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 447,00 |
|
1.1.2.5 |
zaterdag vanaf 20.00 uur en zondag vanaf 13.00 uur (inclusief trouwboekje) |
|
€ 491,00 |
|
1.1.3 |
Het tarief bedraagt voor het -administratief- omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk zonder ceremonie |
|
|
|
1.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje of een duplicaat daarvan |
|
€ 29,00 |
|
1.1.6 |
Het tarief bedraagt voor het beschikbaarstellen van getuigen van gemeentewege voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige: |
|
€ 22,00 |
|
1.1.7a |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het benoemen van een eenmalige Babs |
|
€ 89,00 |
|
1.1.7b |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het benoemen van een eenmalige Babs, niet benoemd in andere gemeente. |
|
€ 133,00 |
|
1.1.8 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot aanwijzing van een eenmalige trouwlocatie |
|
€ 596,00 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 - Reisdocumenten |
|
|
|
|
1.2. |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
|
|
1.2.1 |
van een nationaal paspoort: |
|
|
|
1.2.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is. Geldig 10 jaar. |
|
€ 77,70 |
Max. tarief 2023 |
1.2.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt. Geldig 5 jaar. |
|
€ 58,80 |
Max. tarief 2023 |
1.2.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): |
|
|
|
1.2.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is. Geldig 10 jaar. |
|
€ 77,70 |
Max. tarief 2023 |
1.2.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt. Geldig 5 jaar. |
|
€ 58,80 |
Max. tarief 2023 |
1.2.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
|
|
|
1.2.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is. Geldig 10 jaar. |
|
€ 77,70 |
Max. tarief 2023 |
1.2.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt. Geldig 5 jaar. |
|
€ 58,80 |
Max. tarief 2023 |
1.2.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen. Geldig 5 jaar. |
|
€ 58,80 |
Max. tarief 2023 |
1.2.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
|
|
1.2.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is. Geldig 10 jaar. |
|
€ 70,30 |
Max. tarief 2023 |
1.2.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt. Geldig 5 jaar. |
|
€ 37,95 |
Max. tarief 2023 |
1.2.6 |
van een vervangende Nederlandse identiteitskaart: |
|
|
|
1.2.7 |
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van: |
|
€ 52,95 |
Max. tarief 2023 |
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 - Rijbewijzen |
|
|
|
|
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
|
|
|
1.3.1.1 |
Tot aan de invoering Wet digitale overheid |
|
€ 44,65 |
Max bedrag 2023 |
1.3.1.2 |
Na de invoering Wet digitale overheid |
|
€ 48,15 |
Max bedrag 2023 |
1.3.2 |
De tarieven genoemd in onderdeel 1.3.1 worden: |
|
|
|
1.3.2.1 |
bij een spoedlevering vermeerderd met |
|
€ 34,10 |
Max bedrag 2023 |
1.3.2.2 |
bij een aanvraag in verband met beschadiging of vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met |
|
€ 22,95 |
Max bedrag 2023 |
1.3.3 |
De verhogingen genoemd in onderdeel 1.3.2 zijn in voorkomend geval cumulatief verschuldigd. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 - Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie personen |
|
|
|
|
|
Zie tevens hoofdst. 1.art. 1.5 inzake naspeuringen. |
|
|
|
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
|
|
1.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking. |
|
€ 15,00 |
|
1.4.3 |
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen. |
|
|
|
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking. |
|
€ 19,00 |
|
1.4.5 |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen. |
|
€ 28,00 |
|
1.4.6 |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen. |
|
€ 6,00 |
|
1.4.7 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de Basisregistratie Personen, voor ieder daaraan besteed kwartier. |
|
€ 22,00 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 - Verstrekkingen uit het Kiezersregister |
|
Vervallen |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 - Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens |
|
Vervallen |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 - Bestuursstukken |
|
Vervallen |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 - Vastgoedinformatie |
|
Vervallen |
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 - Overige publiekszaken |
|
|
|
|
1.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:* |
|
|
|
1.9.1 |
tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag |
|
€ 45,40 |
|
1.9.2 |
tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn |
|
€ 15,30 |
|
1.9.3 |
tot het legaliseren van een handtekening |
|
€ 15,30 |
|
1.9.4 |
tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap |
|
€ 15,30 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 - Gemeentearchief |
|
|
|
|
1.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier |
|
€ 21,30 |
|
1.10.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk: |
|
|
|
1.10.3 |
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.10.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
1.10.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitlenen van archiefbescheiden |
|
€ 21,30 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 11 - Huisvestingsverordening 2019 |
|
|
|
|
1.11 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
1.11.1 |
tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in hoofdstuk 2 van de Huisvestingverordening 2019 Gooi- en Vechtstreek. |
|
€ - |
|
1.11.2 |
tot indeling in een urgentiecategorie als bedoeld in hoofdstuk 3 van de Huisvestingsverordening 2019 Gooi- en Vechtstreek. |
|
€ - |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 12 - Leegstandwet |
|
|
|
|
1.12 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
1.12.1.1 |
tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet |
|
€ 307,80 |
|
1.12.1.2 |
tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woon-ruimte als bedoeld in artikel 15, negende lid, van de Leegstandwet |
|
€ 153,90 |
|
1.12.2 |
Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven. Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 13 - Winkeltijdenwet |
|
|
|
|
1.13 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
1.13.1 |
tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet |
|
€ 73,30 |
|
1.13.2 |
tot het wijzigen van een in onderdeel 1.13.1 bedoelde ontheffing |
|
€ 51,50 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 14 - Kansspelen |
|
|
|
|
1.14.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen voor onbepaalde tijd (zie speelautomatenbesluit 2000): |
|
|
|
1.14.1.1 |
voor één kansspeelautomaat |
|
€ 226,50 |
wettelijk bepaald |
1.14.1.2 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 1.14.1.1 wordt het tarief, voor iedere volgende kansspeelautomaat verhoogd met: |
|
€ 90,50 |
wettelijk bepaald |
1.14.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) . |
|
€ 63,50 |
wettelijk bepaald |
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 15 - Telecommunicatie |
|
|
|
|
1.15.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet. |
|
€ 330,10 |
|
|
Het in 1.15.1 genoemde bedrag wordt: |
|
|
|
1.15.2 |
als de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gronden over een lengte van 100 meter of meer, verhoogd met coördinatiekosten voor te leggen kabels en leidingen, met een bedrag per strekkende meter (m¹) van: |
|
€ 2,10 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 16 - Verkeer en vervoer |
|
|
|
|
1.16 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
1.16.1 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
|
|
|
1.16.2 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen |
|
|
|
1.16.3 |
tot het voor de eerste maal verkrijgen van een gehandicaptenparkeer-kaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
|
€ 71,00 |
|
1.16.4 |
tot het verlengen van een gehandicaptenparkeerkaart of het verkrijgen van een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het BABW |
|
€ 37,10 |
|
1.16.5 |
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats, voor de inrichting |
|
€ 136,60 |
|
1.16.6 |
tot het wijzigen van een onderbord met kenteken voor een gehandicaptenparkeerplaats |
|
€ 34,90 |
|
1.16.7 |
tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 8 lid 1 van het besluit "Motorboten Loosdrechtse plassen 2023" indien |
|
|
|
1.16.7.1.1 |
een snelvaarontheffing wordt verleend geldig gedurende één dag |
|
€ 43,00 |
|
1.16.7.1.2 |
een snelvaarontheffing wordt verleend geldig gedurende één jaar |
|
€ 334,00 |
|
1.16.7.1.3 |
een plaats op de wachtlijst voor een jaarontheffing |
|
€ 15,00 |
|
1.16.7.2 |
tot het verkrijgen van een incidentele snelvaarontheffing ingevolge artikel 8 lid 2 van het besluit "Motorboten Loosdrechtse plassen 2023" |
|
€ 171,00 |
|
1.16.7.3 |
een aanvraag voor het verstrekken van een duplicaatontheffing zoals genoemd onder 1.16.7.1.2 |
|
€ 24,00 |
|
1.16.8 |
tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 2 lid 1 van de "Woonschepenverordening Loosdrechtse plassen 2023" |
|
€ 255,00 |
|
1.16.9 |
tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge artikel 5:25 lid 1 APV (ligplaatsontheffing) |
|
€ 340,00 |
|
1.16.10 |
tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 5:24 lid 1 APV (voorwerpen in of boven water) |
|
€ 223,00 |
|
1.16.11 |
tot het verkrijgen van recht op voorrang bij schutting in de Mijndense sluis gedurende het gehele jaar |
|
€ 275,00 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 17 - Diversen |
|
|
|
|
1.17.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning of ontheffing, voor zover daarvoor niet elders in deze tarieventabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
|
€ 73,30 |
In overeenstemming met vergelijkbaar tarief 3.5 |
1.17.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|
|
1.17.2.1 |
een beschikking, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
|
€ 73,30 |
|
1.17.2.2 |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
|
€ 1,40 |
|
1.17.2.3 |
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken - in zwart-witte kleur - voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|
|
|
1.17.2.3.1 |
per pagina op papier van A4-formaat |
|
€ 0,30 |
|
1.17.2.3.2 |
In afwijking van onderdeel 1.17.2.3.1 bedragen de leges per pagina op papier van A4 formaat, bij minder dan 10 kopieën |
|
|
|
1.17.2.3.3 |
per pagina op papier van een ander formaat |
|
€ 1,40 |
|
1.17.2.4 |
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de subonderdelen 1.17.2.2 en 1.17.2.3 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk (voor tussen-liggende afmetingen wordt de naastgrotere in rekening gebracht): |
|
|
|
1.17.2.4.1 |
tot formaat A2 (420 x 594 mm) |
|
€ 4,00 |
|
1.17.2.4.2 |
tot formaat A1 (594 x 841 mm) |
|
€ 5,10 |
|
1.17.2.4.3 |
tot formaat A0 (841 x 1189 mm) |
|
€ 6,70 |
|
1.17.2.5 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
|
€ 1,40 |
|
1.17.3 |
indien een document als bedoeld onder 1.17.2 in kleur wordt verstrekt, wordt het voor dat document geldende tarief verhoogd met |
|
€ 1,00 |
|
1.17.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van een gemeentelijke verordening, voor zover niet afzonderlijk en met name elders in deze tarieventabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per bladzijde of gedeelte daarvan |
|
€ 0,30 |
|
1.17.5 |
Het tarief bedraagt voor het door of vanwege de gemeente doen van een naspeuring naar of in documenten, ongeacht het resultaat van die naspeuring, voor zover deze dienst niet elders in deze tarieventabel is vermeld, voor elk daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan |
|
€ 18,00 |
|
1.17.6 |
indien een of meer documenten, waarvoor op grond van de legesverordening en deze tarieventabel leges verschuldigd zijn, op verzoek van de aanvrager per post worden toegestuurd en deze ook vanaf de website van de gemeente kunnen worden gedownload, worden de leges wegens afhandelingskosten verhoogd met |
|
€ 7,70 |
|
1.17.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden voor overige nutsvoorzieningen (elektriciteit, gas en water) |
|
€ 330,40 |
|
|
|
|
|
|
einde titel 1 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 2 |
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 - Definities |
|
2023 |
|
|
|
|
|
|
|
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
|
|
|
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
|
|
|
|
de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk OF het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen; |
|
|
|
2.1.1.2 |
bouwkosten: |
|
|
|
|
de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk OF het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen; |
|
|
|
2.1.1.3 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
|
|
|
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
|
|
|
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 - Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag |
|
|
|
|
2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
|
|
2.2.1 |
tot het houden van vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is |
|
25% van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning zouden worden vastgesteld, met een minimum van € 237,00 en een maximum van € 10.306,00. |
|
2.2.2 |
voor het beoordelen van een bouwplan aan Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht ‘Omgevingsvergunningsvrij bouwen' . |
|
€ 128,00 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 - Omgevingsvergunning |
|
|
|
|
2.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.1 |
Bouwactiviteiten |
|
|
|
2.3.1.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten, indien de bouwkosten: |
|
|
|
2.3.1.1.1 |
minder dan € 7.200 bedragen |
|
€ 439,00 |
|
2.3.1.1.2 |
€ 7.200 of meer, doch minder dan € 61.500 bedragen |
|
€ 439,00 |
+ 3,34% van de bouwkosten voorzover deze € 7.200 te boven gaan. |
2.3.1.1.3 |
€ 61.500 of meer, doch minder dan € 186.500 bedragen |
|
€ 2.248,00 |
+ 2,71% van de bouwkosten voorzover deze € 61.500 te boven gaan. |
2.3.1.1.4 |
€ 186.500 of meer, doch minder dan € 934.400 bedragen |
|
€ 5.636,00 |
+ 2,36% van de bouwkosten voorzover deze € 186.500 te boven gaan. |
2.3.1.1.5 |
€ 934.400 of meer bedraagt |
|
€ 23.267,00 |
+ 1,59% van de bouwkosten voorzover deze € 934.400 te boven gaan. |
|
|
|
|
|
|
Welstandstoets |
|
|
|
2.3.1.2 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 worden, indien een aanvraag wordt getoetst aan welstandscriteria door Mooi Noord-Holland (MNH) de leges verhoogd dan wel aangevuld met de volgende bedragen: |
|
|
|
2.3.1.2.4 |
advies bij bouwsom tot € 20.000 vast tarief |
|
€ 50,00 |
|
2.3.1.2.5 |
advies bij bouwsom boven € 20.000 percentage bouwsom |
|
0,25% |
|
2.3.1.2.6 |
advies zonder bouwsom; op basis van tijd, omrekening naar commissietarief per uur |
|
€ 480,00 |
|
|
Maximum tarief per behandeld bouwplan |
|
€ 2.750,00 |
|
2.3.1.5 |
Indien vooroverleg met de Mooi NH supervisor in de volledige commissie, en/of de kleine commissie en/of met de gemandateerde plaatsvindt, wordt op de op grond van subonderdeel 2.3.1.2 berekende leges een korting verleend van: |
|
50% |
|
2.3.1.6 |
In afwijking van het bepaalde in de subonderdelen 2.3.1.2 tot en met 2.3.1.4 worden, onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1, indien een aanvraag wordt getoetst aan welstandscriteria door Mooi Noord-Holland (MNH) voor het verkrijgen van een regulier welstandsadvies, de leges verhoogd dan wel aangevuld: |
|
|
|
2.3.1.6.1 |
indien het welstandsadvies betrekking heeft op een reclameobject |
|
€ 85,00 |
|
2.3.1.6.2 |
indien het welstandsadvies betrekking heeft op een omgevings-vergunning, actitviteit slopen |
|
€ 110,00 |
|
2.3.1.6.3 |
indien het welstandsadvies betrekking heeft op een handhavingszaak of excessenregeling |
|
€ 150,00 |
|
|
|
|
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie |
|
|
|
2.3.1.8 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: |
|
|
|
2.3.1.8.1 |
een advies voor een bestaand bedrijf |
|
€ 851,00 |
|
2.3.1.8.2 |
een advies voor een nieuw bedrijf |
|
€ 998,00 |
|
|
|
|
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag |
|
|
|
2.3.1.9 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: |
|
25% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges. |
|
|
|
|
|
|
|
Beoordeling aanvullende gegevens |
|
|
|
2.3.1.10 |
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: |
|
€ 85,30 |
|
|
|
|
|
|
2.3.2 |
Aanlegactiviteiten |
|
|
|
2.3.2.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten, indien de aanlegkosten: |
|
|
|
2.3.2.1.1 |
minder dan € 5.250 bedragen |
|
€ 217,40 |
|
2.3.2.1.2 |
€ 5.250 of meer, doch minder dan € 52.500 bedragen |
|
€ 301,60 |
|
2.3.2.1.3 |
€ 52.500 of meer, doch minder dan € 156.600 bedragen |
|
€ 424,30 |
|
2.3.2.1.4 |
€ 156.600 of meer, doch minder dan € 1.050.500 bedragen |
|
€ 450,30 |
|
2.3.2.1.5 |
€ 1.050.500 of meer, doch minder dan € 2.101.000 bedragen |
|
€ 1.226,20 |
|
2.3.2.1.6 |
€ 2.101.000 of meer bedraagt |
|
€ 1.613,00 |
|
2.3.2.2 |
Onverminderd het overigens in onderdeel 2.3.2 bepaalde bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de aanlegactiviteit: |
|
|
|
2.3.2.3 |
Onverminderd het overigens in onderdeel 2.3.2 bepaalde bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen: |
|
€ 85,30 |
|
|
|
|
|
|
2.3.3 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
|
|
|
2.3.3.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.3.1.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
|
€ 357,80 |
|
2.3.3.1.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): |
|
€ 357,80 |
|
2.3.3.1.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
|
€ 8.572,00 |
|
2.3.3.1.4 |
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): |
|
€ 535,00 |
|
2.3.3.1.5 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
|
€ 2.181,00 |
|
2.3.3.1.6 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
|
€ 8.572,00 |
|
2.3.3.1.7 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
|
€ 8.572,00 |
|
2.3.3.1.8 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
|
€ 2.181,00 |
|
2.3.3.1.9 |
extra verschuldigd indien er tevens een hogere waarde zoals bedoeld in de Wet geluidhinder nodig is (onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en subonderdelen 2.3.3.1.1 tot en met 2.3.3.1.8): |
|
€ 3.149,00 |
|
|
|
|
|
|
2.3.4 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van bouwactiviteit |
|
|
|
2.3.4.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo en niet tevens sprake is van een bouwactivitiet als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder a van de Wabo bedraagt het tarief: |
|
|
|
2.3.4.1.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
|
€ 358,00 |
|
2.3.4.1.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): |
|
€ 358,00 |
|
2.3.4.1.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
|
€ 8.572,00 |
|
2.3.4.1.4 |
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): |
|
€ 535,00 |
|
2.3.4.1.5 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
|
€ 2.181,00 |
|
2.3.4.1.6 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): |
|
€ 8.572,00 |
|
2.3.4.1.7 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): |
|
€ 8.572,00 |
|
2.3.4.1.8 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
|
€ 2.181,00 |
|
2.3.4.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: |
|
€ 3.149,00 |
|
2.3.4.2.1 |
het verstrekken van een gedoogbeschikking bouw of ruimtelijke ordening |
|
€ 1.517,00 |
|
2.3.4.2.2 |
het verstrekken van een gedoogbeschikking bouw of ruimtelijke ordening waarin sprake is van calamiteiten, overmacht of andere omstandigheden, die niet aan de aanvrager kunnen worden toegerekend |
|
€ 376,00 |
|
2.3.5 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
|
|
|
2.3.5.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten, voor: |
|
|
|
2.3.5.1.1 |
bouwwerken met een bruto vloeroppervlak van 0 t/m 100 m² |
|
€ 818,00 |
|
2.3.5.1.2 |
bouwwerken met een bruto vloeroppervlak van 101 t/m 500 m² |
|
€ 818,00 |
+ 1,45 per m² |
2.3.5.1.3 |
bouwwerken met een bruto vloeroppervlak van 501 t/m 2000 m² |
|
€ 1.398,00 |
+ 0,54 per m² |
2.3.5.1.4 |
bouwwerken met een bruto vloeroppervlak van 2001 t/m 5000 m² |
|
€ 2.208,00 |
+ 0,14 per m² |
2.3.5.1.5 |
bouwwerken met een bruto vloeroppervlak van 5001 t/m 50.000 m² |
|
€ 2.628,00 |
+ 0,037 per m² |
2.3.5.1.6 |
bouwwerken met een bruto vloeroppervlak van meer dan 50.000 m² |
|
€ 4.293,00 |
+ 0,013 per m² |
2.3.5.2 |
Indien het verzoek betrekking heeft op uitbreiding van de inrichting, met dien verstande dat de uitbreiding tenminste 10% van de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte beslaat, wordt het legestarief als vermeld in 2.3.5.1 berekend, met dien verstande dat de verhoging per m² uitsluitend berekend wordt over de oppervlakte van de uitbreiding. |
|
|
|
2.3.5.3 |
Indien het verzoek betrekking heeft op uitbreiding van de inrichting en die uitbreiding beslaat minder dan 10% van de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte, wordt het legesbedrag vastgesteld op 10% van het bedrag, dat volgens onderdeel 2.3.5.1 wordt berekend, gerekend over de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte. |
|
|
|
2.3.5.4 |
Indien het verzoek betrekking heeft op herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van de hele inrichting, dan wel een gedeelte van de inrichting, met dien verstande dat de herindeling tenminste 10% van de gebruiksoppervlakte beslaat, wordt 50% van het legestarief als vermeld in onderdeel 2.3.5.1 berekend, met dien verstande dat de verhoging per m² uitsluitend berekend wordt over de oppervlakte van de herindeling, de interne verbouwing of het gewijzigd gebruik. |
|
|
|
2.3.5.5 |
Indien het verzoek betrekking heeft op herindeling, interne verbouwing of gewijzigd gebruik van de inrichting, die minder beslaat dan 10% van de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte, wordt het legesbedrag vastgesteld op 5% van het bedrag, dat volgens onderdeel 2.3.5.1 wordt berekend, gerekend over de oorspronkelijke gebruiksoppervlakte. |
|
|
|
2.3.5.6 |
Indien binnen vier weken na het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een vergunning als bedoeld onder 2.3.5.1, die aanvraag door aanvrager schriftelijk wordt ingetrokken, wordt op verzoek teruggaaf verleend van 50% van de geheven leges, mits de intrekking gecombineerd wordt met de intrekking van de aanvraag tot het verlenen van de omgevingsvergunning, activiteit bouwen. |
|
|
|
2.3.5.7 |
Als op een later tijdstip dan genoemd onder 2.3.5.6 na het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een vergunning als bedoeld onder 2.3.5.1 die aanvraag door de aanvrager schriftelijk wordt ingetrokken, wordt op verzoek teruggaaf verleend van 35% van de geheven leges, mits de intrekking gecombineerd wordt met de intrekking van de aanvraag tot het verlenen van de omgevingsvergunning, activiteit bouwen. |
|
|
|
2.3.5.8 |
Indien een vergunning als bedoeld in 2.3.5.1 is verleend wordt na intrekking geen restitutie verleend. |
|
|
|
2.3.5.9 |
Indien op de aanvraag als bedoeld in 2.3.5.1 afwijzend wordt beslist, wordt op verzoek van de aanvrager teruggaaf verleend van 25% van de geheven leges. |
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.6 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
|
|
|
2.3.6.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 10, tweede lid van de Erfgoedverordening 2010 gemeente Wijdemeren, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.6.1.1 |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument, ingeval de restauratie- en/of sloopkosten: |
|
|
|
2.3.6.1.1.1 |
minder dan € 7.200 bedragen |
|
€ 298,00 |
|
2.3.6.1.1.2 |
€ 7.200 of meer, doch minder dan € 61.500 bedragen |
|
€ 298,00 |
+1,84% van de restauratie- en/of sloopkosten voorzover deze € 7.200 te boven gaan. |
2.3.6.1.1.3 |
€ 61.500 of meer, doch minder dan € 186.500 bedragen |
|
€ 1.298,00 |
+ 2,12% van de restauratie- en/of sloopkosten voorzover deze € 61.500 te boven gaan. |
2.3.6.1.1.4 |
€ 186.500 of meer, doch minder dan € 934.400 bedragen |
|
€ 3.948,00 |
+ 1,84% van de restauratie- en/of sloopkosten voorzover deze € 186.500 te boven gaan. |
2.3.6.1.1.5 |
€ 934.400 of meer bedraagt |
|
€ 17.710,00 |
+ 0,57% van de restauratie- en/of sloopkosten voorzover deze € 934.400 te boven gaan. |
2.3.6.1.2 |
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht, ingeval het schadebedrag: |
|
|
|
2.3.6.1.2.1 |
minder dan € 7.200 bedraagt |
|
€ 595,00 |
|
2.3.6.1.2.2 |
€ 7.200 of meer, doch minder dan € 61.500 bedragen |
|
€ 595,00 |
+3,69% van het schadebedrag voorzover dit € 7.200 te boven gaat. |
2.3.6.1.2.3 |
€ 61.500 of meer, doch minder dan € 186.500 bedragen |
|
€ 2.599,00 |
+ 4,23% van het schadebedrag voorzover dit € 61.500 te boven gaat. |
2.3.6.1.2.4 |
€ 186.500 of meer, doch minder dan € 934.400 bedragen |
|
€ 7.887,00 |
+ 3,67% van het schadebedrag voorzover dit € 186.500 te boven gaat. |
2.3.6.1.2.5 |
€ 934.400 of meer bedraagt |
|
€ 35.335,00 |
+ 1,11% van het schadebedrag voorzover dit € 934.400 te boven gaat. |
2.3.6.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 10, tweede lid van de Erfgoedverordening 2010 gemeente Wijdemeren, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 145,40 |
|
2.3.6.3 |
In afwijking in zoverre van de onderdelen 2.3.6.1.1 en 2.3.6.1.2 worden geen leges geheven voor een omgevingsvergunning voor het wijzigen van een gemeentelijk monument als de restauratie- of sloopkosten minder bedragen, dan wel het schadebedrag minder bedraagt, dan € 150.000. Over het meerdere zijn leges verschuldigd overeenkomstig de artikelen 2.3.6.1.1.1 t/m 2.3.6.1.1.5 |
|
|
|
2.3.6.4 |
Onverminderd het overige bepaalde in onderdeel 2.3.6 wordt het tarief, voor de omgevingsvergunnning - indien de volledige monumentencommissie uit Alkmaar moet worden ingeschakeld - verhoogd met: |
|
€ 546,00 per door de monumenten-commissie besteed (gedeelte van een) uur. |
|
2.3.6.5 |
Onverminderd het overige bepaalde in onderdeel 2.3.6 wordt het tarief, voor de omgevingsvergunnning - indien de gemandateerde monumentencommissie moet worden ingeschakeld - verhoogd met: |
|
50% van het welstandstarief zoals wordt berekend volgens subonderdeel 2.3.1.2 . |
|
2.3.6.6 |
Onverminderd het overige bepaalde in onderdeel 2.3.6 wordt het tarief, voor de omgevingsvergunning - indien gemandateerd monumentenadvies in lokale commissie (kleine plannen) wordt behandeld - verhoogd met: |
|
€ 141 per besteed (gedeelte van een) uur. |
|
2.3.7 |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
|
|
2.3.7.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 145,30 |
|
|
|
|
|
|
2.3.8 |
Uitweg/inrit |
|
|
|
2.3.8.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met [de provinciale wegenverordening OF het provinciaal wegenreglement of op grond van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
€ 242,60 |
|
|
|
|
|
|
2.3.9 |
Opslag van roerende zaken |
|
|
|
2.3.9.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.9.1.1 |
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken: |
|
€ 73,30 |
|
2.3.9.1.2 |
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen: |
|
€ 73,30 |
|
|
|
|
|
|
2.3.10 |
Natura 2000-activiteiten |
|
|
|
2.3.10.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.10.2 |
Vervallen |
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.11 |
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) |
|
|
|
2.3.11.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
|
|
|
|
|
2.3.12 |
Vervallen |
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.13 |
Andere activiteiten |
|
|
|
2.3.13.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
|
|
|
2.3.13.1.1 |
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten |
|
€ 73,30 |
|
2.3.13.1.2 |
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: |
|
|
|
2.3.13.1.2.1 |
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief: |
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.13.1.2.2 |
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: |
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.13.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.13.1.2.1 of 2.3.13.1.2.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.14 |
Omgevingsvergunning in twee fasen en wijziging van een omgevingsvergunning |
|
|
|
2.3.14.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
|
|
2.3.14.1.1 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft. |
|
|
|
2.3.14.1.1.1 |
minder dan € 7.200 bedragen |
|
€ 439,00 |
|
2.3.14.1.1.2 |
€ 7.200 of meer, doch minder dan € 61.500 bedragen |
|
€ 439,00 |
+ 3,34% van de bouwkosten voorzover deze € 7.200 te boven gaan. |
2.3.14.1.1.3 |
€ 61.500 of meer, doch minder dan € 186.500 bedragen |
|
€ 2.248,00 |
+ 2,71% van de bouwkosten voorzover deze € 61.500 te boven gaan. |
2.3.14.1.1.4 |
€ 186.500 of meer, doch minder dan € 934.400 bedragen |
|
€ 5.636,00 |
+ 2,36% van de bouwkosten voorzover deze € 186.500 te boven gaan. |
2.3.14.1.1.5 |
€ 934.400 of meer bedraagt |
|
€ 23.267,00 |
+ 1,59% van de bouwkosten voorzover deze € 934.400 te boven gaan. |
2.3.14.1.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
|
40% van de in de eerste fase berekende leges. |
|
2.3.14.1.3 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een verleende vergunning, bedoeld in 2.3.14.1.1, bedraagt het tarief bij bouwkosten van: |
|
|
|
2.3.14.1.3.1 |
minder dan € 7.200 bedragen |
|
€ 439,00 |
|
2.3.14.1.3.2 |
€ 7.200 of meer, doch minder dan € 61.500 bedragen |
|
€ 439,00 |
+ 3,34% van de bouwkosten voorzover deze € 7.200 te boven gaan. |
2.3.14.1.3.3 |
€ 61.500 of meer, doch minder dan € 186.500 bedragen |
|
€ 2.248,00 |
+ 2,71% van de bouwkosten voorzover deze € 61.500 te boven gaan. |
2.3.14.1.3.4 |
€ 186.500 of meer, doch minder dan € 934.400 bedragen |
|
€ 5.636,00 |
+ 2,36% van de bouwkosten voorzover deze € 186.500 te boven gaan. |
2.3.14.1.3.5 |
€ 934.400 of meer bedraagt |
|
€ 23.267,00 |
+ 1,59% van de bouwkosten voorzover deze € 934.400 te boven gaan. |
2.3.15 |
|
|
|
|
2.3.15.1 |
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: |
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.15.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.15.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
|
|
|
|
2.3.16 |
Verklaring van geen bedenkingen |
|
|
|
2.3.16.1 |
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
|
|
|
2.3.16.1.1 |
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: |
|
€ 357,30 |
|
2.3.16.1.2 |
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: |
|
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
|
2.3.16.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.16.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 - Vermindering |
|
|
|
|
2.4.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3 en hoofdstuk 8. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 - Teruggaaf |
|
|
|
|
2.5.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
|
|
2.5.1.1 |
Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
75% |
|
2.5.1.2 |
Als een aanvrager op verzoek van de gemeente zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
100% |
|
|
|
|
|
|
2.5.2 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
|
|
2.5.2.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
|
25% |
|
2.5.2.2 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.2.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
|
|
|
|
|
|
|
2.5.3 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
|
|
|
2.5.3.1 |
Er wordt geen teruggaaf verleend op grond van dit hoofdstuk indien het bedrag van de teruggaaf minder is dan |
|
€ 242,50 |
|
|
|
|
|
|
2.5.4 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
|
|
|
2.5.4.1 |
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.15 en 2.3.16 wordt geen teruggaaf verleend. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 - Intrekking of buiten behandeling stellen of niet ontvankelijk |
|
|
|
|
|
zijn van de omgevingsvergunning |
|
|
|
2.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is. |
|
€ 129,00 |
|
2.6.2 |
Het tarief bedraagt voor het buiten behandeling stellen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning. |
|
€ 129,00 |
|
2.6.3 |
Het tarief bedraagt voor het niet ontvankelijk zijn/verklaren van een aanvraag tot het verlenen omgevingsvergunning. |
|
€ 129,00 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 - Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project |
|
|
|
|
2.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
|
|
|
2.7.1 |
Leges gewijzigde aanvraag |
|
€ 242,50 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 - Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten |
|
|
|
|
2.8.1.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek in verband met het verkrijgen van een indicatie (principeverzoek) tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening. |
|
25 % van de leges zoals deze bij een aanvraag zoals bedoeld in artikel 2.8.1.2 wordt vastgesteld. |
|
2.8.1.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening. |
|
€ 8.572,00 |
Planologische leges |
2.8.1.3 |
Het tarief onder 2.8.1.2 wordt, indien het bevoegd gezag de noodzakelijke gml-bestanden dient aan te leveren, verhoogd met: |
|
€ 573,80 |
|
2.8.2.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek in verband met het verkrijgen van een indicatie (principeverzoek) tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening. |
|
25 % van de leges zoals deze bij een aanvraag zoals bedoeld in artikel 2.8.1.2 wordt vastgesteld. |
|
2.8.2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening. |
|
€ 2.181,40 |
|
2.8.3 |
Het tarief bedoeld in 2.8.1.1, 2.8.1.2 en 2.8.1.3 van dit hoofdstuk wordt verhoogd met extra kosten die de gemeente maakt, zoals de kosten van extern advies, van het opstellen van een partiële bestemmingsplanherziening e.d. Het bedrag van deze extra kosten wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. Bij de toepassing van deze bepaling wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde dag na de dag waarop de extra kosten ter kennis van de aanvrager zijn gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
|
|
2.8.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een hogere waarde zoals bedoeld in de Wet geluidhinder. |
|
€ 1.362,80 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 - Overige verstrekte diensten |
|
|
|
|
2.9.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
|
|
2.9.1.1 |
een gedoogbeschikking bouw of ruimtelijke ordening |
|
€ 1.510,40 |
|
2.9.1.2 |
een gedoogbeschikking bouw of ruimtelijke ordening waarin sprake is van calamiteiten, overmacht of andere omstandigheden, die niet aan de aanvrager kunnen worden toegerekend |
|
€ 375,90 |
|
2.9.2 |
Indien op verzoek of krachtens wettelijk voorschrift een bodemrapport wordt beoordeeld, bedraagt het tarief: |
|
|
|
2.9.2.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
|
€ 284,10 |
|
2.9.2.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch onderzoek |
|
€ 284,10 |
|
2.9.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het doen van nasporingen in een bouwdossier, een dossier Wabo, een dossier Wet milieubeheer en/of bodemgesteldheid voor ieder daaraan besteed kwartier: |
|
€ 21,80 |
|
2.9.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking. |
|
€ 240,40 |
|
|
|
|
|
|
einde titel 2 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Titel 3 |
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1 - Horeca |
|
2023 |
|
|
3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
|
|
|
3.1.1 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet. |
|
|
|
3.1.1.1 |
t.b.v. para- commerciële horeca |
|
€ 984,70 |
|
3.1.1.2 |
t.b.v. commerciële horeca |
|
€ 1.969,30 |
|
3.1.2 |
een aanvraag tot het wijzigen van een ingevolge artikel 3 van de Alcoholwet verleende vergunning op basis van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet. |
|
€ 139,10 |
|
3.1.3 |
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a van de Alcoholwet. |
|
€ 107,80 |
|
3.1.4 |
het tarief onder 3.1.3 wordt vermeerderd met elke extra persoon dat op het aanhangsel moet worden vermeld (twee of meer). |
|
€ 29,10 |
|
3.1.5 |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet. |
|
€ 54,80 |
|
3.1.6 |
een aanvraag tot het verlenen van een tijdelijke ontheffing als bedoeld in artikel 6 van de Drank- en Horecaverordening Wijdemeren. |
|
€ 54,80 |
|
3.1.7 |
een aanvraag tot het verlenen van een permanente ontheffing als bedoeld in artikel 6 van de Drank- en Horecaverordening Wijdemeren. |
|
€ 164,30 |
|
3.1.8 |
een aanvraag tot het verlenen van ontheffing van de schenktijden voor een paracommerciële inrichting als bedoeld in artikel 7 en 8 van de Drank- en Horecaverordening Wijdemeren. |
|
€ 11,90 |
|
3.1.9 |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9 van de Drank- en Horecaverordening Wijdemeren. |
|
€ 54,90 |
|
3.1.10 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoel in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening Wijdemeren . |
|
€ 289,60 |
|
3.1.11 |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, derde lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening Wijdemeren. |
|
€ 73,30 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 - Standplaatsen |
|
|
|
|
3.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot: |
|
|
|
3.2.1 |
het verlenen van een vergunning om in de gemeente op de openbare weg op enigerlei wijze een standplaats in te nemen met de bedoeling om waren te verkopen: |
|
|
|
3.2.1.1 |
Incidentele standplaats (min. 1 dag - max. 5 dagen) |
|
€ 73,20 |
|
3.2.1.2 |
Vaste standplaats (voor onbepaalde tijd) |
|
€ 291,70 |
|
3.2.2 |
het verlenen van een vergunning om in de gemeente op de openbare weg op enigerlei wijze een standplaats in te nemen, zijnde een ideële standplaats, zoals bedoeld in het standplaatsenbeleid. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 - Seksbedrijven |
|
|
|
|
3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 (seksinrichting) van de Algemene Plaatselijke Verordening Wijdemeren. |
|
€ 892,00 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 - Splitsings- of samenvoegingsvergunning woonruimte |
|
|
|
|
3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een splitsings- of samenvoegingsvergunning als bedoeld in artikel 4.2 van de huisvestingsverordening 2019 Gooi en Vechtstreek. |
|
€ 613,00 |
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 - In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
|
|
|
|
3.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verstrekking van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking. |
|
€ 73,30 |
|
|
|
|
|
|
einde titel 3 |
|
|
|
|
Behoort bij raadsbesluit van 14 december 2022
De griffier,
mevr. drs. E.B. Horchner
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl