Verordening afvoer hemelwater en grondwater Rheden

Geldend van 08-06-2022 t/m heden

Intitulé

Verordening afvoer hemelwater en grondwater Rheden

De raad van de gemeente Rheden;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 maart 2022;

gelet op artikel 10.32a van de Wet milieubeheer;

overwegende dat de Wet milieubeheer de bevoegdheid biedt bij verordening regels te stellen over het brengen van afvloeiend hemelwater of grondwater op of in de bodem of in een rioolvoorziening;

overwegende dat het gewenst is gebruik te maken van de mogelijkheid het afvloeiend hemelwater en het grondwater in een bepaald gebied vanaf inwerkingtreding van deze verordening niet meer te doen afvloeien in een openbaar riool;

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening afvoer hemelwater en grondwater Rheden

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren;

  • b.

    nieuw bouwwerk: bouwwerk dat wordt opgericht na inwerkingtreding van deze verordening, inclusief herbouw na sloop van een bestaand bouwwerk;

  • c.

    verhard oppervlak: alle oppervlakken die gemaakt zijn van steenachtig of ander materiaal, waaronder daken, tegels, bestratingen, asfaltoppervlakken, etc.;

  • d.

    nieuw verhard oppervlak: verhard oppervlak dat wordt aangelegd na inwerkingtreding van deze verordening, inclusief aanleg na verwijdering van bestaand verhard oppervlak;

  • e.

    eigenaar: degene op wiens terrein het hemelwater valt of onder wiens terrein zich het grondwater bevindt;

  • f.

    beheerder van het openbaar riool: het college;

  • g.

    gemengd riool: een riool bedoeld voor afvoer van huishoudelijk afvalwater en hemelwater;

  • h.

    vuilwaterriool: een riool niet bedoeld voor afvoer van hemelwater maar wel van huishoudelijk afvalwater;

  • i.

    openbaar riool: voorziening voor de inzameling en het transport van stedelijk afvalwater en/of voor de inzameling en verdere verwerking van afvloeiend hemelwater en/of grondwater, in beheer bij een gemeente of een rechtspersoon die door een gemeente met het beheer is belast;

  • j.

    VGS: verbeterd gescheiden stelsel; hemelwaterriolering met enige berging ten behoeve van verwerking vuil in hemelwater.

Artikel 2 Reikwijdte van de verordening

  • 1.

    Deze verordening is niet van toepassing op inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer en op de openbare wegen in beheer bij de gemeente, de provincie, het waterschap en het Rijk.

  • 2.

    Deze verordening is, voor wat betreft het lozen van hemelwater, niet van toepassing op bouwwerken en verharde oppervlakken die ten tijde van de inwerkingtreding van de verordening reeds bestonden.

Hoofdstuk 2 Lozen van hemelwater

Artikel 3 Verbod op lozen van hemelwater op het openbaar riool

  • 1.

    Het is verboden vanaf een nieuw bouwwerk en nieuw verhard oppervlak hemelwater te lozen op het openbaar riool of de openbare weg, met uitzondering van de gebieden weergegeven op de kaarten van bijlage 1 en 2 bij deze verordening.

  • 2.

    De eigenaar van een perceel is verplicht om hemelwater op eigen terrein te verwerken. De eigenaar is vrij om te kiezen welke voorzieningen daarvoor worden gebruikt zolang deze voorziening maar minimaal 60 mm per m2 nieuw bouwwerk en nieuw verhard oppervlak kan vasthouden of bergen.

  • 3.

    De voorzieningen als bedoeld in lid 2 dienen uiterlijk 10 weken na het gereedkomen van het bouwwerk of aanleg van het verhard oppervlak gerealiseerd te zijn.

  • 4.

    De beheerder kan ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in het eerste lid, indien geen andere lozing mogelijk is dan op het openbaar riool. In dat geval is eenmalig aansluitrecht, gerelateerd aan de grootte van het afwaterende oppervlak, verschuldigd, als bedoeld in ‘Verordening op de heffing en de invordering van een eenmalig rioolaansluitrecht 2015 (Verordening eenmalig rioolaansluitrecht Rheden 2015)’.

  • 5.

    De aanvraag om een ontheffing als bedoeld in het vierde lid wordt tegelijk met de aanvraag om een omgevingsvergunning bouwen ingediend. Bij de aanvraag wordt een door een ter zake kundig bureau opgestelde onderbouwing aangeleverd.

Artikel 4 Vrijstelling voor kleine oppervlakken

  • 1.

    Het verbod, bedoeld in artikel 3, is niet van toepassing bij een totaaloppervlak van nieuwe bouwwerken en nieuw verhard oppervlak van minder dan 60 m2.

  • 2.

    Degene die een nieuw bouwwerk opricht of nieuw verhard oppervlak aanbrengt als bedoeld in het eerste lid, meldt dit bij de beheerder van het openbaar riool.

    Een aanvraag om een omgevingsvergunning bouwen wordt gelijkgesteld met een melding.

Artikel 5 Vrijstelling bij extreme buien

  • 1.

    Het verbod, bedoeld in artikel 3, geldt niet indien de te verwerken hoeveelheid hemelwater groter is dan 60 mm bij een regenperiode van één uur.

  • 2.

    De eigenaar is verplicht de overstortvoorziening, waarmee hemelwater bij extreme buien op het openbaar riool wordt geloosd, zodanig in te richten dat controle van de werking en het onderhoud door de beheerder van het openbaar riool kan plaatsvinden. Hiertoe dient een ontwerptekening en revisietekening ter goedkeuring aan de beheerder overlegd te worden.

  • 3.

    De op eigen terrein te verwerken hoeveelheden water mogen niet tot overlast op naburige percelen leiden.

Artikel 6 Kwaliteit af te voeren water

Het afstromende water dat geloosd wordt op het hemelwater- of gemengde rioolstelsel mag niet sterker verontreinigd zijn, en geen andere verontreinigingen bevatten, dan het hemelwater dat van openbare wegoppervlakten afstroomt.

Hoofdstuk 3 Lozen van grondwater

Artikel 7 Verbod op lozen van grondwater op het openbaar riool

  • 1.

    Het is verboden grondwater af te voeren naar het openbaar rioolstelsel.

  • 2.

    De beheerder kan ontheffing verlenen van het verbod, bedoeld in het eerste lid, indien:

    • a.

      het bestaande gemiddelde hoogste grondwaterpeil (GHG) op het perceel hoger ligt dan 70 cm onder maaiveld; en

    • b.

      het lozen niet tot een onaanvaardbare grondwaterstandsverlaging in de omgevende percelen leidt; en

    • c.

      van de perceeleigenaar redelijkerwijs geen andere wijze van lozen kan worden gevergd.

Hoofdstuk 4 Overige bepalingen

Artikel 8 Strafbepaling

Overtreding van het bij of krachtens deze verordening bepaalde en de daarbij gegeven voorschriften en beperkingen wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie als bedoeld in Wetboek van Strafrecht.

Artikel 9 Voorbereiding, uitvoering, toezicht en handhaving

  • 1.

    Aansluiting van hemelwaterleidingen op gemeentelijke voorzieningen, zoals straatkolken, leidingen en de openbare weg, dienen volgens de eisen van de gemeente uitgevoerd te worden.

  • 2.

    Met het toezicht op de naleving van de bepalingen bij of krachtens deze verordening gesteld zijn belast de bij besluit van het college aan te wijzen personen of groep van personen.

Artikel 10 Onderhoud en beheer

De eigenaar is verantwoordelijk voor het onderhoud en beheer van de voorzieningen.

Dit onderhoud moet het goed functioneren van de voorziening borgen. Ten behoeve van het onderhoud is het daarom verplicht om een zand-/slibvang aan te brengen voor de feitelijke hemelwatervoorziening.

Artikel 11 Overgangsrecht

  • 1.

    Bouwwerken die gedurende drie maanden voor inwerkingtreding van deze verordening als nieuwe bouwwerken en nieuwe verharde oppervlakken worden aangemerkt als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder b en d, van de oude ‘Verordening afvoer hemelwater en grondwater Rheden 2015’ worden ook op grond van deze nieuwe verordening nog aangemerkt als nieuwe bouwwerken en nieuwe verharde oppervlakken.

  • 2.

    Vanaf de dag na inwerkingtreding van deze verordening geldt een overgangsperiode van zes maanden voordat het verbod als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van deze verordening in werking treedt. Gedurende zes maanden na inwerkingtreding van deze verordening geldt nog het verbod als bedoeld in het oude artikel 3, eerste, lid van de voormalige ‘Verordening afvoer hemelwater en grondwater Rheden 2015’.

Artikel 12 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na bekendmaking, onder gelijktijdige intrekking van de ‘Verordening afvoer hemelwater en grondwater Rheden 2015’.

Artikel 13 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Verordening afvoer hemelwater en grondwater Rheden’.

Ondertekening

Vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 31 mei 2022, nr. 11.

Velp, 31 mei 2022

De raad voornoemd,

voorzitter.

griffier.

Bijlage 1 en 2 Gebiedsaanwijzing van gebieden waar geen verbod op het lozen van hemelwater op het openbaar riool of openbare weg geldt.

De gebieden waar het verbod op het lozen van hemelwater op het openbaar riool niet geldt zijn:

Bijlage 1

In Velp-Zuid het gebied ten zuiden van de Reigerstraat en ten oosten van de President Kennedylaan.

Bijlage 2

In Dieren en Ellecom het gebied dat samenvalt met het grondwaterbeschermingsgebied.

Bijlage 1 Niet infiltreerbaar gebied in Velp-Zuid

afbeelding binnen de regeling

Bijlage 2 Grondwaterbeschermingsgebied Dieren en Ellecom

De meest geactualiseerde versie is online te raadplegen op de website van provincie Gelderland.

afbeelding binnen de regeling