Erfgoedverordening Oegstgeest 2021

Geldend van 29-12-2021 t/m heden

Intitulé

Erfgoedverordening Oegstgeest 2021

De raad van de gemeente Oegstgeest;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 oktober 2021, zaaknummer Z/21/146019/286818;

gelet op artikel 3.16 van de Erfgoedwet;

besluit de volgende verordening vast te stellen:

Erfgoedverordening Oegstgeest 2021

§ 1. Algemeen

Artikel 1. (Vervallen)

Artikel 2. (Vervallen)

§ 2. Aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen

Artikel 3. Aanwijzing als beschermd gemeentelijk cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen ambtshalve besluiten een cultuurgoed dat van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis of uitzonderlijke schoonheid is en dat als onvervangbaar en onmisbaar behoort te worden behouden voor het gemeentelijk cultuurbezit en dat in eigendom is van de gemeente of dat aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd aan te wijzen als beschermd gemeentelijk cultuurgoed.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen ambtshalve besluiten een verzameling van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis, die als geheel of door een of meer van de cultuurgoederen die een wezenlijk onderdeel van de verzameling zijn, als onvervangbaar en onmisbaar behoort te worden behouden voor het gemeentelijk cultuurbezit en die in eigendom van de gemeente is of die aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd aan te wijzen als beschermde gemeentelijk verzameling.

  • 3. Voor de aanwijzing van een cultuurgoed dat of een verzameling die aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd is toestemming van de eigenaar vereist.

  • 4. Over het voornemen van een aanwijzing, bedoeld in het eerste of tweede lid, alsmede over de vervreemding van een beschermd gemeentelijk cultuurgoed of een beschermde gemeentelijke verzameling of over het afstand doen van de zorg daarvoor vragen burgemeester en wethouders advies aan een commissie als bedoeld in artikel 4.18 van de Erfgoedwet.

  • 5. De aangewezen beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen worden ingeschreven in het erfgoedregister, bedoeld in artikel 2.1 van de Verordening fysieke leefomgeving.

  • 6. Dit artikel is niet van toepassing op:

    • a.

      beschermde cultuurgoederen en beschermde verzamelingen als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet, en;

    • b.

      cultureel erfgoed dat is aangewezen op grond van een provinciale erfgoedverordening als bedoeld in artikel 3.17, eerste lid, van de Erfgoedwet.

Artikel 4. Wijziging, intrekking en vervallen van de aanwijzing als beschermd gemeentelijk cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen een besluit tot aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste of tweede lid, ambtshalve wijzigen of intrekken. Artikel 3, vierde lid, is hierop van overeenkomstige toepassing, tenzij het een aanpassing van ondergeschikte betekenis betreft of het cultuurgoed of de verzameling waarop de aanwijzing betrekking heeft als zodanig is tenietgegaan.

  • 2. Een aanwijzing vervalt met ingang van de dag waarop het cultuurgoed of de verzameling waarop de aanwijzing betrekking heeft wordt aangewezen als:

    • a.

      beschermd cultuurgoed of beschermde verzameling als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet, of;

    • b.

      beschermd cultureel erfgoed op grond van een provinciale erfgoedverordening als bedoeld in artikel 3.17, eerste lid, van de Erfgoedwet.

  • 3. Zodra de wijziging, intrekking of het vervallen van een aanwijzing onherroepelijk is geworden wordt dat onverwijld bijgehouden in het gemeentelijk erfgoedregister, bedoeld in artikel 2.1 van de Verordening fysieke leefomgeving.

§ 3. Aanwijzing gemeentelijk monument

Artikel 5. (Vervallen)

Artikel 6. (Vervallen)

Artikel 7. (Vervallen)

Artikel 8. (Vervallen)

Artikel 9. (Vervallen)

Artikel 10. (Vervallen)

Artikel 11. (Vervallen)

Artikel 12. (Vervallen)

§ 4. Bescherming gemeentelijk monument

Artikel 13. (Vervallen)

Artikel 14. (Vervallen)

Artikel 15. (Vervallen

Artikel 16. (Vervallen)

§ 5. Rijksmonumenten

Artikel 17. (Vervallen)

§ 6. Gemeentelijke dorpsgezichten

Artikel 18. (Vervallen)

Artikel 19. (Vervallen)

Artikel 20. (Vervallen)

§ 7. Handhaving en toezicht

Artikel 21. (Vervallen)

Artikel 22. (Vervallen)

§ 8. Vangnet archeologie

Artikel 23. (Vervallen)

§ 9. Slotbepalingen

Artikel 24. Intrekken oude verordening

De Erfgoedverordening 2017 wordt ingetrokken.

Artikel 25. Overgangsrecht

De krachtens de Erfgoedverordening 2017 of een voorganger daarvan aangewezen en geregistreerde beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen, worden geacht aangewezen en geregistreerd te zijn overeenkomstig de bepalingen van deze verordening.

Artikel 26. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop zij is bekendgemaakt.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Erfgoedverordening Oegstgeest 2021.

Ondertekening

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 16 december 2021.

Dhr. E.R. Jaensch, voorzitter

Dhr. F. Kromhout, griffier

Toelichting

Artikel 3. Aanwijzing als beschermd gemeentelijk cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling

Dit artikel maakt het mogelijk dat topstukken van het gemeentelijk cultuurbezit worden aangewezen als beschermde gemeentelijke cultuurgoederen of beschermde gemeentelijke verzamelingen, voor zover deze niet al voor het Nederlandse cultuurbezit als beschermde cultuurgoederen zijn aangewezen door de minister op grond van artikel 3.7 van de Erfgoedwet of door gedeputeerde staten op grond van de provinciale erfgoedverordening krachtens artikel 3.17 van de Erfgoedwet. De formele gevolgen van een aanwijzing van een cultuurgoed of verzameling als beschermd gemeentelijk cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling zijn beperkt: ingevolge artikel 2 van deze verordening zullen ze ingeschreven dienen te worden in het gemeentelijk erfgoedregister en er geldt op grond van het derde lid, in aanvulling op artikel 4.18 van de Erfgoedwet, een adviesverplichting bij een eventuele vervreemding daarvan door de gemeente of wanneer de gemeente afstand wil doen van het eigendom of de zorg voor het cultuurgoed dat of de verzameling die aan haar was toevertrouwd. De aanwijzing heeft daarnaast vooral een symbolische betekenis en geeft uitdrukking aan het belang dat de gemeente stelt in het betreffende cultuurgoed of de betreffende verzameling.

De aanwijzing van beschermde gemeentelijke cultuurgoederen en verzamelingen kan uitsluitend betrekking hebben op cultuurgoederen en verzamelingen die in eigendom zijn van de gemeenten of cultuurgoederen en verzamelingen waarvan de zorg aan de gemeente is toevertrouwd. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn bij cultuurgoederen die door de gemeente in bruikleen zijn verkregen uit collecties van derden. Voor aanwijzing van dergelijke cultuurgoederen is overeenstemming met de eigenaar een vereiste. Burgemeester en wethouders moeten voorts in het geval van een schenking, erfstelling, legaat of aankoop eventuele beperkende of andere juridische voorwaarden in acht nemen.

Er kan op grond van deze verordening geen sprake zijn van de aanwijzing van cultuurgoederen van derden als beschermde gemeentelijke cultuurgoederen of verzamelingen, zonder toestemming van de eigenaar. Er bestaat onvoldoende wettelijke grondslag om bij verordening een juridisch beschermingsregime eenzijdig aan een andere eigenaar op te leggen, zoals dat geldt voor de op rijksniveau beschermde cultuurgoederen (zie Hoofdstuk 4 van de Erfgoedwet). Van een eventuele aanwijzing zou daardoor geen enkele beschermde werking uitgaan. Daarom is ervan afgezien een aanwijzingsbevoegdheid voor burgemeester en wethouders te creëren.

Artikel 4. Wijziging, intrekking en vervallen van de aanwijzing als beschermd gemeentelijke cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling

Dit artikel bepaalt onder andere dat bij wijziging (van niet-ondergeschikte aard) van een aanwijzing en bij intrekking van de status als beschermd gemeentelijke cultuurgoed of beschermde gemeentelijke verzameling dezelfde adviesprocedure geldt als bij onder meer de aanwijzing daarvan; over het voornemen daartoe vragen burgemeester en wethouders advies aan een commissie als bedoeld in artikel 4.18 van de Erfgoedwet. Bij een wijziging van ondergeschikte betekenis kan onder andere gedacht worden aan de plaatsaanduiding in verband met verhuizing van een cultuurgoed naar een andere locatie ter plekke of omdat het in tijdelijke bruikleen wordt gegeven aan een museum. Voorts is hier bepaald dat een aanwijzing vervalt zodra het cultuurgoed of de verzameling waarop de aanwijzing betrekking door de minister op een provincie wordt aangewezen als beschermd cultuurgoed of beschermde verzameling.