Regeling vervallen per 01-01-2023

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2022

Geldend van 17-12-2021 t/m 31-12-2022

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2022

De raad van de gemeente Heerhugowaard;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d 12 oktober 2021;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef

en onderdeel b, van de Gemeentewet, en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet,

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2022.

(Legesverordening 2022)

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

  • -

    een goed doel: een activiteit die uitsluitend wordt georganiseerd ten behoeve van een goed doel:

    • een activiteit georganiseerd ten behoeve van een stichting, vereniging, fonds of een andere niet-natuurlijke rechtspersoon die erkend is door het Centraal Bureau Fondsenwerving, of

    • een ander door het college aangewezen goed doel, waarvan de opbrengst onder aftrek van de gemaakte kosten volledig ten goede komt aan het goede doel.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

  • b.

    het verstrekken van gemeentelijk informatiemateriaal zoals raads- en commissiestukken aan vertegenwoordigers van de pers, indien zij zich als zodanig kunnen legitimeren;

  • c.

    het verstrekken van agenda's van de vergaderingen van de raad en die van de commissies, uitsluitend aan bezoekers van de publieke tribune voor en gedurende de vergadering.

  • d.

    een vergunning als bedoeld in artikel 12, eerste lid (inzamelen door anderen dan de inzamel-dienst) van de Afvalstoffenverordening gemeente Heerhugowaard, voorzover aangevraagd door charitatieve instellingen die als zodanig zijn geregistreerd bij het Centraal Bureau Fondsenverwerving.

  • e.

    het in behandeling nemen van aanvragen om ontheffingen en vergunningen die deel uit maken van een evenementen-vergunning als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene Plaatselijke Verordening, voor zover zij gelijktijdig en in samenhang in één procedure zijn voorbereid (de gecoördineerde evenementenvergunning), met uitzondering van de ontheffing ex artikel 35 Drank en Horecaweg en de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, lid 1 onder a, sub 2 van de Wabo;

  • f.

    het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2.25 (evenement) van de Algemene Plaatselijke Verordening en de daarmee samenhangende ontheffingen, voor zover verleend voor niet commerciële, lokale activiteiten met een maximum tot 500 personen mits georganiseerd door een Heerhugowaardse instelling met een maatschappelijke doelstelling;

  • g.

    het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2:25 (evenement) van de Algemene Plaatselijke Verordening en de daarmee samenhangende ontheffingen voor zover verleend ten behoeve van een activiteit die uitsluitend wordt georganiseerd ten behoeve van een goed doel;

  • h.

    het in behandeling nemen van aanvragen om collectes en kledinginzamelingen als bedoeld in artikel 5:13 van de Algemene Plaatselijke Verordening en loterijen voor een goed doel;

  • i.

    vermiste reisdocumenten en rijbewijzen;

  • j.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • k.

    Diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • l.

    Het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

  • m.

    Diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet .

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Vermindering of Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 9 Kwijtschelding

De regelgeving inzake de kwijtschelding is vastgelegd in het Besluit kwijtscheldingsregels 2022.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      onderdeel 1.6.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 4.

      hoofdstuk 8 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht (Heerhugowaard)

  • 1. De Legesverordening 2021 van 15 december 2020, laatstelijk gewijzigd bij collegebesluit van 27 juli 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2022.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Legesverordening 2022

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Heerhugowaard in zijn openbare

vergadering van 10 november 2021.

de griffier,

de voorzitter,

Bijlage 1 Tarieventabel behorende bij de legesverordening 2022

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Heerhugowaard

houdende regels omtrent de heffing en de invordering van leges (Legesverordening 2022)

Bijlage 1: Tarieventabel, behorende bij legesverordening

Inhoudsopgave

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen van kopieën en stukken

Hoofdstuk 6 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 7 Huisvestingswet

Hoofdstuk 8 Kansspelen

Hoofdstuk 9 Ondergrondse infrastructuren

Hoofdstuk 10 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 11 Leegstandswet

Hoofdstuk 12 Algemene plaatselijke verordening en diverse

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Vooroverleg / beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1 Exploitatie openbare inrichting

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 5 Diverse vergunningen / ontheffingen

Titel 1

Algemene dienstverlening

Tarief

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

 

1.1

Het tarief bedraagt terzake van de voltrekking van een huwelijk of een registratie van een partnerschap:

 

1.1.1

van een 'eenvoudige huwelijksvoltrekking' op maandagmorgen of woensdagmorgen een korte standaard toespraak

€ 161,40

1.1.2

in de trouwzaal van het gemeentehuis of De Binding in Langedijk

 

1.1.2.1

op maandag tot en met vrijdag gedurende de tijd waarop het bureau van de burgerlijke stand is geopend

€ 342,05

1.1.2.2

op een zaterdag of zondag of een algemeen erkende christelijke feestdag of nationale feestdag

€ 636,90

1.1.3

Op een locatie naar vrije keuze, anders dan bedoeld in subonderdelen 1.1.2

 

1.1.3.1

op maandag tot en met vrijdag gedurende de tijd waarop het bureau van de burgerlijke stand is geopend

€ 496,25

1.1.3.2

op een zaterdag of zondag of een algemeen erkende christelijke feestdag of nationale feestdag

€ 791,10

1.1.4

Buiten het gemeentehuis in een bijzonder huis

 

1.1.4.1

op maandag tot en met vrijdag gedurende de tijd waarop het bureau van de burgerlijke stand is geopend

€ 592,90

1.1.4.2

op een zaterdag of zondag of een algemeen erkende christelijke feestdag of nationale feestdag

€ 880,05

1.1.5

In of op een door het bruidspaar gekozen locatie, niet zijnde de in lid 1.1.2 genoemde locaties, waarbij wel een toets naar de brandveiligheid ingesteld dient te worden

€ 603,15

1.1.6

Het tarief bedraagt terzake van het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapsboekje

€ 30,80

1.1.7

Het tarief bedraagt terzake van het inzetten van ambtelijke getuigen ten behoeve van de huwelijksvoltrekking per getuige

€ 28,25

1.1.8

Voor het verstrekken van een attestatie de vita (internationaal model) als bedoeld in artikel 19k van Boek 1 BW bedraagt het tarief

€ 14,30

1.1.9

Voor elk afschrift van een akte van de burgerlijke stand bedraagt het tarief

€ 12,60

1.1.10

Voor elk uittreksel van een akte van geboorte, van huwelijk, van registratie van een partnerschap of van overlijden bedraagt het tarief

€ 14,30

1.1.11

Voor elke verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a van Boek 1 BW bedraagt het tarief

€ 25,10

1.1.12

Voor een meertalig modelformulier behorende bij een afschrift, uittreksel of attestatie de vita bedraagt het tarief

€ 14,30

1.1.13

Voor een meertalig modelformulier behorende bij een verklaring van huwelijksbevoegdheid bedraagt het tarief

€ 19,30

1.1.14

Terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand (Stb. 1879, 72) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand (Stb. 1969, 36) of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

 

1.1.15

Het tarief bedraagt terzake van het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 28,25

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.2.1

van een nationaal paspoort:

 

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 75,80

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 57,30

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

 

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 75,80

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 57,30

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 75,80

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 57,30

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 57,30

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 68,50

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 36,95

1.2.5.3

van een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

€ 33,35

1.2.6

voor een spoedaanvraag per document van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten worden de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

€ 51,60

1.2.7

voor het op verzoek van de burger thuis laten bezorgen van een reisdocument extra per document

€ 16,25

1.2.7.1

voor ieder extra document dat op hetzelfde adres bezorgd moet worden

€ 3,75

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.3.1.1

tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 41,60

1.3.1.2

Het tarief genoemd in artikel 1.3.1.1 wordt bij een spoedaanvraag vermeerderd met een bedrag van

€ 34,10

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen

 

1.4.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

€ 10,25

1.4.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een volledig, gewaarmerkt afschrift van de in de gemeentelijke basisadministratie opgenomen gegevens, als bedoeld in artikel 2.55, derde lid, van de Wet basisregistratie persoonsgegevens Stb. 2013, 316.

€ 10,25

1.4.3

Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 28,25

1.4.4

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief ter- zake het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen; het bij ministeriële regeling vastgestelde bedrag.

 

Hoofdstuk 5 Verstrekken van kopieën en stukken

 

1.5.1

Voor zover geen andere tarieven zijn genoemd in deze tarieventabel bedraagt het tarief van het in behandeling nemen van het verstrekken van

 

1.5.1.1

een schriftelijke kopie of print op A4 formaat of kleiner, per pagina

€ 0,50

1.5.1.2

een schriftelijke kopie of print op formaat A3 of groter, per pagina

€ 1,00

1.5.2

Indien informatie digitaal wordt verstrekt geldt een tarief per verstrekking van

€ 5,00

1.5.3

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.5.3.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet el- ders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 5,40

1.5.4

Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen, ongeacht het resultaat, in de in het kadaster of gemeentearchief berustende stukken door een ambtenaar van het gemeentearchief per kwartier of deel daarvan

€ 28,25

1.5.5

Stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 13,60

Hoofdstuk 6 Overige publiekszaken

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 41,35

1.6.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het legaliseren van een handtekening

€ 28,25

Hoofdstuk 7 Huisvestingswet

 

1.7.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.1.1

tot het verlenen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in ar- tikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014

€ 21,70

1.7.1.2

tot het onttrekken van een woning aan het woningbestand als bedoeld in artikel 21, eerste lid, onderdeel a, van de Huisvestingswet 2014

€ 92,05

Hoofdstuk 8 Kansspelen

 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.8.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.8.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

1.8.1.3

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.8.1.4

voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd

€ 226,50

1.8.1.5

voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat

€ 226,50

1.8.1.6

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 136,00

1.8.2

Het eerste lid is van dit hoofdstuk is van overeenkomstige toepassing als de vergunning geldt voor een tijdvak korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd respectievelijk verhoogd worden.

 

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 25,70

1.8.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in de speelautomatenverordening voor een periode van 5 jaar

€ 2.198,55

1.8.4.1

Het tarief voor het verlengen van de vergunning tot het exploiteren of doen Exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in de Speelautomatenverordening voor een periode van 5 jaar

€ 1.099,25

1.8.4.2

Als de gemeente een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in de Speelautomatenverordening intrekt, indien er geen gebruik van deze vergunning is gemaakt, of weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt 50 % van de verschuldigde leges.

 

1.8.4.3

Het tarief terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van de beheerders

€ 183,40

Hoofdstuk 9 Ondergrondse infrastructuren

 
 

1.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit als bedoeld in de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden:

 

1.9.1.1

indien het betreft tracés vanaf 25 tot 250 m1

€ 367,35

1.9.1.2

indien het betreft tracés vanaf 250 tot 1.500 m1

€ 447,14

1.9.1.3

indien het betreft tracés vanaf 1.500 tot 5.000 m1

€ 606,73

1.9.1.4

indien het betreft tracés vanaf 5.000 m1, wordt het bedrag genoemd onder 1.9.1.3 per meter verhoogd met

€ 0,12

1.9.2

Indien er met betrekking tot een aanvraag als bedoeld in onderdeel 1.9.1 overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente en de netbeheerder of de gemeente, andere beheerders van de openbare gronden en de netbeheerder, wordt het in onderdeel 1.9.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met:

€ 478,76

1.9.3

Indien het betreft het in behandeling nemen van een graafmelding tot 25m1

€ 112,09

Hoofdstuk 10 Verkeer en Vervoer

 

1.10.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen als bedoeld in de Wet Vervoer gevaarlijke stoffen voor een termijn van 5 jaar:

€ 140,45

1.10.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 28,05

1.10.3

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

1.10.3.1

verlenging van een gehandicaptenparkeerkaart mits deze binnen drie maanden na verloop van de geldigheidsduur van de te verlengen gehandicaptenparkeerkaart is aangevraagd

€ 28,05

1.10.3.2

een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart

€ 28,05

1.10.4

Indien sprake is van een medische keuring voor het kunnen verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart bedraagt het tarief onverminderd de andere tarieven in dit hoofdstuk

€ 113,05

1.10.5

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats

€ 113,05

1.10.6

een nieuw kentekenbord bij of andere wijziging aan een gehandicaptenparkeerplaats

€ 28,05

1.10.7

Het tarief voor een parkeerontheffing bedraagt:

 

1.10.7.1

voor een bewonersontheffing als bedoeld in artikel 3 van de parkeerverordening 2007

€ 55,00

1.10.7.2

voor een bezoekersontheffing als bedoeld in artikel 3 van de parkeerverordening 2007

€ 0,00

1.10.7.3

voor een bedrijfsontheffing als bedoeld in artikel 3 van de parkeerverordening 2007

€ 55,00

1.10.7.4

voor een tijdelijke bedrijfsontheffing als bedoeld in artikel 3 van de parkeerverordening 2007

€ 55,00

Hoofdstuk 11 Leegstandswet

 

1.11

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.11.1

tot het verlenen van een vergunning voor tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandswet

€ 132,00

1.11.2

tot het verlengen van een vergunning voor tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid van de Leegstandswet

€ 66,10

Hoofdstuk 12 Algemene plaatselijke verordening en diverse

 

1.12.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10 eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, voor zover dit strekt tot het mogen plaatsen van een container, keet, kraan of vergelijkbaar voorwerp welke wordt gebruikt ten behoeve van (bouw)werkzaamheden, op of aan de openbare weg, per periode

€ 161,85

1.12.1.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld artikel 2:10 eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, voor zover dit strekt tot het mogen plaatsen van een container, keet, kraan of vergelijkbaar voorwerp welke wordt gebruikt ten behoeve van (bouw)werkzaamheden, op of aan de openbare weg, met dien verstande dat voor elke volgende container, keet, kraan of vergelijkbaar voorwerp een toeslag wordt berekend van

€ 7,95

1.12.1.3

voor zover dit strekt tot het mogen plaatsen van tijdelijke reclameborden dan wel andere promotiematerialen op of aan de openbare weg

€ 107,90

1.12.1.4

tot het verkrijgen van een toestemming als bedoeld in artikel 2:42, tweede lid, onder a van de Algemene plaatselijke verordening (plakken of op andere wijze aanbrengen van aanplakbiljet of ander geschrift), per periode

€ 112,95

1.12.1.5

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4:13, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (verontreiniging weg en terreinen)

€ 112,95

1.12.2

Het tarief bedraagt terzake het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:10 eerste lid voor zover dit strekt tot het gebruik van kerstboomverlichting in de openbare ruimte

€ 324,95

1.12.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.12.3.1

tot het verlenen van de volgende vergunningen: gebruik openbaar water, vaarverbod Oosterdelgebied, verbod vuur te stoken, gebruik weg anders dan bestemming niet zijn gebruik in 1.12.1.1 en 1.12.1.2

€ 17,90

1.12.3.2

tot het verlenen van een ontheffing voor het buiten een inrichting in werking hebben van geluidsapparaten, per aanvraag

€ 17,90

1.12.4

Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag genoemd in dit hoofdstuk maar voor het verlenen van de vergunning, de aan- vraag wordt ingetrokken, wordt op aanvraag teruggaaf van 50% van de geheven leges verleend

 

1.12.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek om informatie door middel van het door de gemeente vastgestelde formulier, gedaan door een makelaar dan wel een vergelijkbare instantie, bedraagt

€ 64,30

 
 
 

Titel 2

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten: De bouwkosten exclusief BTW worden geraamd op basis van het product van de eenheidsprijzen voor het uit te voeren werk en de inhoud c.q. oppervlakte c.q. lengte van het bouwwerk, conform de bij deze verordening behorende en bijgevoegde bijlage ‘Tabel eenheidsprijzen bouwkosten 2022’. Indien de Tabel eenheidsprijzen niet kan worden toegepast worden de bouwkosten bepaald op basis van de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012,1567 ), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.3

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

Hoofdstuk 3 Vooroverleg

 
 

2.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

€ 144,50

2.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot de beoordeling van een principeverzoek of conceptaanvraag (schetsplan) met betrekking tot de vraag of bebouwingsmogelijkheden, dan wel bestemmingswijzigingen mogelijk zijn

€ 616,90

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1.1

indien de bouwkosten minder bedragen dan € 20.000,00: 5,93% van de bouwkosten met een minimum van

€ 190,00

2.3.1.1.2

Indien de bouwkosten € 20.000,00 bedragen of meer, maar minder dan € 50.000,00: 4,26% van de bouwkosten met een minimum van € 1.186,00

 

2.3.1.1.3

Indien de bouwkosten € 50.000,00 bedragen of meer, maar minder dan € 200.000,00: 3,54 % van de bouwkosten met een minimum van € 2.130,00

 

2.3.1.1.4

Indien de bouwkosten € 200.000,00 bedragen of meer, maar minder dan € 500.000,00: 3,05 % van de bouwkosten met een minimum van € 7.080,00

 

2.3.1.1.5

Indien de bouwkosten € 500.000,00 bedragen of meer, maar minder dan € 1.000.000,00:2,61% van de bouwkosten met een minimum van € 15.250,00

 

2.3.1.1.6

Indien de bouwkosten € 1.000.000,00 bedragen of meer, maar minder dan € 5.000.000,00: 2,52 % van de bouwkosten met een minimum van € 26.100,00

 

2.3.1.1.7

Indien de bouwkosten € 5.000.000,00 bedragen of meer: 1,97% van de bouwkosten met een minimum van € 126.000,00 van de bouwkosten

 

2.3.1.2

Extra welstandstoets

Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:

€ 137,40

2.3.1.3

Verplicht advies agrarische commissie

Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:

€ 137,40

2.3.1.4

Achteraf ingediende aanvraag

Indien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit genoemd in hoofdstuk 3 die reeds zonder vergunning is gebouwd, gerealiseerd of heeft plaatsgevonden, in aanbouw is, dan wel in afwijking van de verleende vergunning is gerealiseerd, wordt het overeenkomstig hoofdstuk 3 berekende bedrag per constatering verhoogd met:

10%

2.3.1.4

Aanvullende gegevens

Beoordeling aanvullende gegevens: Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen en extra werkzaamheden met zich brengt:

€ 156,75

2.3.2

Aanlegactiviteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: van de aanlegkosten, met een minimum van: € 97,75 en een maximum van: € 65.179,50

2,38%

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1:

 

2.3.3.1.1

Op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking)

€ 265,40

2.3.3.1.2

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking - kruimelgevallen regeling):

 

2.3.3.1.2.1

indien de bouwkosten minder bedragen dan € 30.000,00:

€ 458,05

2.3.3.1.2.2

indien de bouwkosten € 30.000,00 bedragen of meer:

€ 755,40

2.3.3.2

Van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking - voormalig projectbesluit):

 

2.3.3.2.1

indien de bouwkosten minder bedragen dan € 500.000,00:

€ 2.722,30

2.3.3.2.2

indien de bouwkosten € 500.000,00 bedragen of meer, maar minder dan € 1.000.000,00:

€ 5.676,60

2.3.3.2.3

indien de bouwkosten € 1.000.000,00 bedragen of meer:

€ 7.548,75

2.3.3.2.4

het tarief voor het in behandeling nemen van een buitenplanse afwijking voormalig projectbesluit, indien passend binnen beleidsuitgangspunten en er geen aanvullende onderzoeken nodig zijn:

€ 755,40

2.3.3.3

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, lid, onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 2.722,30

2.3.3.3.1

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, lid, onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking), voor een verlenging van een reeds verleende tijdelijke vergunning:

€ 755,40

2.3.3.3.2

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, lid, onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking), voor het plaatsen van een tijdelijke woonunit bij de nieuwbouw van een woning:

€ 755,40

2.3.3.4

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 1.548,65

2.3.3.5

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving - verklaring van geen bedenkingen van G.S.):

€ 4.058,40

2.3.3.6

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving - ver- klaring van geen bedenkingen van de Minister):

€ 4.058,40

2.3.3.7

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 1.415,60

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 214,60

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 525,90

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

 

2.3.4.3.1

indien de projectkosten minder bedragen dan € 500.000:

€ 2.722,30

2.3.4.3.2

indien de projectkosten € 500.000,00 bedragen of meer, maar minder dan € 1.000.000,00:

€ 5.676,62

2.3.4.3.3

indien de projectkosten € 1.000.000,00 bedragen of meer:

€ 7.548,75

2.3.4.3.4

het tarief voor het in behandeling nemen van een buitenplanse afwijking, voormalig projectbesluit, indien passend binnen beleidsuitgangspunten en er geen aanvullende onderzoeken nodig zijn:

€ 755,40

2.3.4.4

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, lid, onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 2.722,30

2.3.4.4.1

van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag; indien artikel 2.12, tweede lid, van de WABO wordt toegepast (tijdelijke afwijking), voor een verlening van een reeds verleende tijdelijke afwijking.

€ 755,40

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 1.548,55

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving - verklaring van geen bedenkingen van G.S.):

€ 4.058,40

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving - verklaring van geen bedenkingen van de Minister):

€ 4.058,40

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 2.722,30

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid:

 

2.3.5.1

indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, (activiteit ‘Brandveilig gebruik’) bedraagt het tarief:

€ 301,20

2.3.5.2

tarief wordt verhoogd voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte van:

 

2.3.5.2.1

0 m² t/m 100 m² met € 287,00

 

2.3.5.2.2

101 m² t/m 500 m² met € 117,00 plus € 1,65 per m²

€ 1,70

2.3.5.2.3

501 m² t/m 2.000 m² met € 656,00 plus € 0,62 per m²

€ 0,64

2.3.5.2.4

2.001 m² t/m 5.000 m² met € 1.636,00 plus € 0,16 per m²

€ 0,16

2.3.5.2.5

5.001 m² t/m 50.000 m² met € 2.257,00 plus € 0,05 per m²

€ 0,05

2.3.5.2.6

meer dan 50.001 m² met € 3.636,00 plus € 0,01 per m²

€ 0,01

2.3.5.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het wijzigen van de activiteit ‘Brandveilig gebruik’ als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 308,50

2.3.5.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot naamswijziging van de verleende vergunning, als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder d (gebruiksvergunning) van de Wabo bedraagt:

€ 90,65

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, (rijksmonument) of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoed- verordening Heerhugowaard 2010 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 10, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:voor het slopen, verstoren, verplaatsen van een beschermd monument,het gebruiken of laten gebruiken van een be- schermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid onder f van de Wabo:

€ 261,80

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief: in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidings- besluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo (een bouwwerk te slopen):

€ 331,75

2.3.8

Aanleggen of veranderen van een weg Aanleggen of veranderen weg: Indien de aanvraag om een omgevings- vergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.1.5.1 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 223,60

2.3.9

Uitweg/inrit: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrek- king heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van artikel 2:12 van de Al- gemene plaatselijke verordening, een bepaling in een provinciale verordening of- Waterschaps een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 127,90

2.3.10

Kappen: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 135,45

2.3.11

Handelsreclame

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder h en i van de WABO in samenhang waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.15, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 3.1.1 (bouwactiviteit), bedraagt het tarief:

€ 373,60

2.3.12

Natura 2000-activiteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 210,45

2.3.13

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

€ 265,75

2.3.14

Andere activiteiten

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.14.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 210,45

2.3.14.2

behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 210,45

2.3.14.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft:

€ 210,45

2.3.14.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:

€ 210,45

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld

 

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 263,05

2.3.16.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 263,05

2.3.17

Advies

 
 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voor- schrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:

€ 210,45

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen:

 

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld paragraaf 2.5 van de Wabo:

 

2.3.18.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 557,65

2.3.18.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 210,45

2.3.18.1.3

indien de gemeenteraad of een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenking of een advies aan een andere overheidsorgaan moet afgeven voor een project of bouwplan dat de gemeente overschrijdend is:

€ 6.719,05

 
 
 

Hoofdstuk 5

Vermindering en Teruggaaf

 
 

Vermindering

 

2.5.1

Indien binnen 16 weken na de dagtekening van een definitieve reactie op een aanvraag om een principeverzoek danwel schetsplan een omgevingsvergunning wordt aangevraagd en de laatstgenoemde aanvraag gelijk is aan het vooroverleg, wordt een bedrag van 355,60 terzake van het vooroverleg geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om omgevingsvergunning, met dien verstande dat tenminste nog een bedrag verschuldigd blijft met een minimum van €257,05

 
 

Teruggave

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten.

Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.

 
 

De teruggaaf bedraagt:

 

2.5.2.2

indiende aanvraag wordt ingetrokken binnen 1 maand na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

75%

2.5.2.3

indien de aanvraag wordt ingetrokken na 1 maand na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

50%

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 
 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na het onherroepelijk worden van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

40%

2.5.3.1

Indien de gemeente een omgevingsvergunning van rechtswege heeft gegeven dat gedeeltelijk bestaat uit bouwactiviteiten, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: 25 % van de op grond van dat onderdeel voor die betreffende activiteit ver- schuldigde leges.

25%

2.5.4

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.4.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit ver- schuldigde leges.

25%

2.5.4.2

Onder een weigering bedoeld in subonderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen: Van de leges verschuldigd op grond van de (sub)onderdelen 2.3.1.2, 2.3.1.3, 2.3.3, 2.3.12, 2.3.14, 2.3.16, 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

 

2.5.6

Proefproject Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen Indien de aanvraag omgevingsvergunning valt onder het “proefproject kwaliteitsborging" en als gevolg hiervan de Bouwbesluittoets en het toezicht door een hiertoe gecertificeerde marktpartij worden uitgevoerd in plaats van de gemeente, bedraagt de vermindering van de voor die activiteiten verschuldigde leges: 10%

 

Hoofdstuk 6 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

2.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project indien de oorspronkelijke bouwkosten minder bedragen dan € 50.000,00:

€ 147,90

2.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project Indien de bouwkosten € 50.000,00 bedragen of meer: 10 % van de leges van de oorspronkelijke bouwkosten als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1, met een maximum van € 100.000,00

 

Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

2.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1 eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening, waarop artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening niet van toepassing is, en waarvoor de aanvrager het (ontwerp)bestemmingsplan opstelt of laat opstellen

€ 4.955,95

2.7.1.1

Indien de gemeente het (ontwerp)bestemmingsplan zelf moet opstellen of moet laten opstellen wordt het tarief onder 2.7.1 verhoogd met

€ 7.110,45

2.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening en waarvoor de aanvrager het (ontwerp)wijzigingsplan opstelt of laat opstellen

€ 1.885,05

2.7.2.1

Indien de gemeente het (ontwerp)wijzigingsplan zelf moet opstellen of moet laten opstellen wordt het tarief onder 2.7.2 verhoogd met

€ 2.370,20

Hoofdstuk 8 In deze titel niet benoemde beschikking

 
 

Vergunningsvrij bouwwerk

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot afgifte van een verklaring dat een bouwwerk vergunningsvrij mag worden gerealiseerd

€ 52,55

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 296,35

 
 
 

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 
 
 
 

Hoofdstuk 1 Exploitatie openbare inrichting

 

3.1.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 302,20

3.1.1.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke verordening en/of wijziging omvang terras

€ 119,70

3.1.2

Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

 
 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

3.1.2.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet

€ 323,00

3.1.2.2

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet

€ 90,67

3.1.2.3

een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

€ 119,70

3.1.2.4

een aanvraag om wijziging van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet

€ 69,70

3.1.2.5

een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

€ 97,15

3.1.2.6

Uitoefenen bedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een bedrijf als bedoeld in artikel 2:83 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 314,29

3.1.2.7

indien na het in behandeling nemen van een aanvraag genoemd in dit hoofdstuk, de aanvraag wordt geweigerd of binnen 1 maand wordt ingetrokken, wordt op aanvraag teruggave van 50% van de geheven leges verleend

€ 0,50

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen

 

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag per aaneengesloten periode:

 

3.2.1.1

tot het verlenen van een vergunning voor een regulier evenement (categorie A van de risicoscan)

€ 54,20

3.2.1.2

tot het verlenen van een vergunning voor een evenement met verhoogde veiligheidsaandacht (categorie B1 van de risicoscan tot en met 25 punten)

€ 433,60

3.2.1.3

tot het verlenen van een vergunning voor een evenement met sterk ver- hoogde veiligheidsaandacht (categorie B2 van de risicoscan van 26 tot en met 30 punten)

€ 4.495,85

3.2.1.4

tot het verlenen van een vergunning voor een risico-evenement (categorie C van de risicoscan), het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het College van burgemeester en wethouders is opgesteld, met een minimum van € 4.313,00 en een maximum van € 30.000,00.

 

3.2.2

Indien de aanvraag ziet op een tijdelijk bouwsel, bestemd voor meer dan 150 personen tegelijk, vindt een brandbeveilingstoets plaats. Het basistarief hiervoor bedraagt:

€ 138,75

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

 

3.3.1

Tot het verkrijgen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3:3 van de Algemene plaatselijke verordening (seksinrichtingen)

€ 571,20

3.3.2

Beoordeling bedrijfsplan: onverminderd het bepaalde in artikel 3.3.1, wordt het tarief daarvan verhoogd met de kosten van de beoordeling van het bedrijfsplan door een externe partij.

 

Hoofdstuk 4 Winkeltijdenwet

 

3.4.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 43,30

Hoofdstuk 5 Diverse vergunningen / ontheffingen

 

3.5.1

Tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2:72, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (vuurwerkvergunning)

€ 105,15

3.5.1.1

Tot het verkrijgen van een toestemming voor het laden en lossen van consumentenvuurwerk

€ 96,65

3.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag per aangevraagde datum: tot het verlenen van een ontheffing voor een incidentele festiviteit

€ 27,05

3.5.3

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 5:18, van de Algemene plaatselijke verordening (standplaatsvergunning):

 

3.5.3.1

vast 1 of meer dagen voor een periode van 5 jaar

€ 491,10

3.5.3.2

tijdelijke (seizoensplaats) voor een periode van 1 jaar

€ 102,25

3.5.3.3

incidenteel

€ 102,25

3.5.3.4

weigering standplaats

€ 102,25

3.5.4

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de Afvalstoffenverordening (inzamelen door anderen dan de inzameldienst)

€ 145,20

3.5.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet genoemde vergunning of

€ 96,65

3.5.5.1

het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet genoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking voor een termijn van 5 jaar:

€ 145,05

3.5.5.2

het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere , in deze titel niet genoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking, en voor de ontheffing artikel 35 van de Drank- en Horecawet, voor een terugkerende activiteit die in een evenementenseizoen plaats vindt.

€ 145,05

de griffier,

de voorzitter,

Bijlage 2 Tabel eenheidsprijzen bouwkosten 2022, behoort bij legesverordening

Tarief 2022

eenh

1.

Woningen

 

1.1

Rijtjeswoningen

223,00

1.2

Half vrijstaande woningen

269,00

1.3

Vrijstaande woningen / appartementen

299,00

1.4

Bungalows

321,00

1.5

Woonwagens (nieuw en verplaatst)

202,00

1.6

(Tijdelijke) woonunit

202,00

1.7

Recreatiewoning 202,00€ m³

202,00

2.

Woninguitbreidingen en verbouwingen

 

 

 

2.1

Uitbreiding woonruimte tot 25 m²

433,00

2.2

Uitbreiding woonruimte groter dan 25

 

 

396,00

2.3

Kap op woning

334,00

2.4

Uitbreiding bergruimte / garage

135,00

2.5

Kelder

279,00

2.6

Serre

602,00

2.7

Verandering woonruimte (inpandig)

220,00

2.8

Dakkapel

1.400,00

2.9

Gevelwijziging

625,00

2.10

Erker, tot diep 1,5 m

2.622,00

2.11

Binnentrap woning

1.760,00

st

2.12

Vernieuwen metselwerk gevel

 

 

halfsteens

90,00

2.13

Vernieuwen spouwmuur incl. isolatie

188,00

2.14

Vernieuwen dak, inclusief dakplaat /

 

 

constructie

144,00

3.

Bijgebouwen

 

3.1

Berging / garage met plat dak

140,00

3.2

Berging / garage met kapconstructie

130,00

3.3

Carport / Overkapping

166,00

3.4

Tuinhuisje (prefab)

154,00

3.5

Zwembad

130,00

4.

Tuin- en straatmeubilair

 

4.1

Houten schutting / pergola

74,00

4.2

Gemetselde tuinmuur

130,00

4.3

Hout + metselwerk tuinmuur

99,00

4.4

Gaashekwerk

51,00

5.

Bedrijfshallen

 

5.1

Bedrijfshal hoogte tot 3 m

103,00

5.2

Bedrijfshal hoger dan 3 m

63,00

5.3

Tussenvloer in de hal extra

140,00

5.4

Bedrijfskantoor in de hal

212,00

5.5

Hal hoogte tot en met 6 m

63,00

5.6

Hal hoogte tussen 6 tot en met 9 m

51,00

5.7

Hal hoger dan 9 m, opp. tot 10.000 m²

46,00

5.8

Hal hoger dan 9 m, opp. groter dan

 

 

10.000 m²

41,00

5.9

Tussenvloer in de hal extra

89,00

5.10

Kantoorvloer in de hal extra

135,00

5.11

Open loods

135,00

5.12

Semi-permanente unit

212,00

5.13

Romneyloods

30,00

6.

Overige gebouwen

 

6.1

Kantoor

299,00

6.2

Showroom

176,00

6.3

Winkel

299,00

6.4

Bouwmarkt

135,00

6.5

Horeca

273,00

6.6

Sporthal

112,00

6.7

Kleedgebouwen

247,00

6.8

Scholen / kinderdagverblijven

237,00

6.9

Noodscholen

196,00

6.10

Zorgfunctie (kleinschalig)

380,00

6.11

Zorgfunctie (grootschalig)

365,00

6.12

Interne wijzigingen overige gebouwen

103,00

6.13

Gevelwijzigingen overige gebouwen

629,00

7.

Tuinbouwkas

 

7.1

Verwarmde kas

46,00

7.2

Onverwarmde kas

32,00

8.

Agrarische bouwwerken

 

8.1 3

zijden dicht, damwandprofielplaat

22,00

8.2 4

zijden dicht, damwandprofielplaat

27,00

8.3

Niet geïsoleerd kleiner dan 2000 m²,

 

 

metselwerk

56,00

8.4

Niet geïsoleerd groter dan 2000 m²,

 

 

metselwerk

46,00

9.

(Parkeer)kelder

 

9.1

Gedeeltelijk boven- of ondergronds

180,00

9.2

Geheel ondergronds

243,00

9.3

Geheel bovengronds

114,00

9.4

(Parkeer)kelder onder gebouw

119,00

10.

Overige bouwwerken

 

10.1

Botenhuis

280,00

10.2

Beschoeiing (hout)

124,00

10.3

Steiger

168,00

m