Besluit van het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Centrum van de gemeente Amsterdam houdende regels over het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Centrum 2022 (Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Centrum 2022)

Geldend van 27-08-2021 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2021

Intitulé

Besluit van het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Centrum van de gemeente Amsterdam houdende regels over het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Centrum 2022 (Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Centrum 2022)

Het dagelijks bestuur van de bestuurscommissie van stadsdeel Centrum,

gelet op onderdeel W.4 van het Bevoegdhedenregister behorende bij de verordening op het lokaal bestuur en artikel 5 van de Subsidieregeling gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten 2021-2024,

besluit vast te stellen de volgende regeling:

Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Centrum 2022

Artikel I

Het Uitwerkingsbesluit Kunst en Cultuur is opgesteld op basis van de door het college van B en W vastgestelde stedelijke subsidieregeling Gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten en wordt vastgesteld door het dagelijks bestuur. In dit Uitwerkingsbesluit is vastgelegd hoe de subsidieregeling ‘Gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten’ wordt toegepast in relatie tot de Hoofdlijnen Kunst en Cultuur, het Kunstenplan 2021-2024, de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen. Het dagelijks bestuur bepaalt, met inachtneming van de voorschriften zoals opgenomen in bovengenoemde subsidieregeling, per soort activiteit de kaders waarbinnen de subsidie wordt verleend (onderdeel IV).

I

Kunst- en cultuurprofiel

Amsterdam is de culturele hoofdstad van Nederland en de meeste kunst- en cultuurinstellingen bevinden zich in de binnenstad. Stadsdeel Centrum beschikt dan ook over een zeer uitgebreid en veelzijdig cultureel aanbod. In lijn van het gemeentelijke kunst- en cultuurbeleid kiest stadsdeel Centrum er nadrukkelijk voor om het accent te leggen op aanvullend, buurtgericht en laagdrempelig cultureel aanbod voor haar bewoners. Het stadsdeel streeft spreiding van de activiteiten over de wijken in de binnenstad na. Tevens is van belang dat met het culturele aanbod aantoonbaar wordt ingespeeld op de behoeften van de bewoners, zonder dat er wordt ingeboet aan artistiek-inhoudelijke kwaliteit. Activiteiten zijn daarbij buurtgericht, qua thematiek en/of setting. Deze hebben een duidelijke relatie met de buurt en leveren een bijdrage aan culturele buurtontmoeting. Het is een pré als de productie van werk van lokale kunstenaars en artiesten met de activiteit wordt bevorderd.

II

Subsidieplafond (totaal)

€ 135.000,-

III

Subsidiabele activiteiten

  • a.

    Cultuuractiviteiten en –programma’s voor buurtbewoners (eenmalig).

    Eenmalige activiteiten komen in aanmerking voor een subsidie van maximaal € 5.000,-. Indien er sprake is van een cultuurprogramma geldt er een hogere maximale bijdrage van € 10.000,-. Definitie cultuurprogramma: Wisselende artiesten worden geprogrammeerd op minimaal 3 data verspreid over minimaal 3 weken.

  • a.

    Open Ateliers (eenmalig)

    Het gaat hierbij om evenementen die gedurende een afgebakende periode plaatsvinden en die ten doel hebben bewoners en bezoekers van stadsdeel Centrum in contact te brengen met lokale kunstenaars en hun werk. Initiatiefnemers dienen aantoonbare ervaring te hebben in het organiseren van Open Atelier-activiteiten en zij dienen over een uitgebreid kunstenaarsnetwerk in de binnenstad te beschikken.

IV

IV

ACTIVITEIT A

Cultuuractiviteiten en –programma’s voor buurtbewoners (eenmalig)

  • 1.

    doelgroep

Bewoners en bezoekers van stadsdeel Centrum

  • 2.

    soort subsidie

Eenmalige subsidie

  • 3.

    maximaal te subsidiëren bedrag per aanvraag

  • a.

    € 5.000,- voor eenmalige activiteiten

  • b.

    € 10.000,- voor een cultuurprogramma

  • 4.

    deelplafond(s)

€ 52.500,- voor het subsidietijdvak 1 januari – 1 juli 2022

€ 52.500,- voor het subsidietijdvak 1 juli – 31 december 2022

  • 5.

    samenwerking vereist met een of meer partners bij uitvoering activiteiten

Samenwerking met andere (maatschappelijke en culturele) organisaties en/of met bewonersgroepen wordt aangemoedigd maar dit is niet vereist.

  • 6.

    eigen inkomsten en / of bijdragen van derden vereist

Eigen inkomsten en inkomsten van derden worden aangemoedigd maar hier wordt geen minimumnorm aan verbonden. Initiatieven met een winstoogmerk komen niet voor subsidie in aanmerking.

  • 7.

    behandeling op volgorde van binnenkomst of toepassing verdeelsleutel (artikel 7)

Toepassing verdeelsleutel (artikel 7 van de subsidieregeling, zie hierna bij 9).

  • 8.

    instelling adviescommissie

Geen formele commissie. Wel hebben de gebiedsteams een adviserende rol.

  • 9.

    beoordelingscriteria uit artikel 7 lid 3 waarop minimaal 3 punten gescoord moet worden

D. De mate waarin de activiteit past binnen het Uitwerkingsbesluit gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten van het stadsdeel (zie onderdeel I)

F. De zakelijke kwaliteit van de aanvrager en de uitvoerbaarheid van het plan.

  • 10.

    indieningstermijnen eenmalige subsidies van toepassing

Ja, twee indientermijnen per jaar:

  • vóór 1 oktober voorafgaand aan het subsidietijdvak lopende van 1 januari tot 1 juli;

  • vóór 1 april voorafgaand aan het subsidietijdvak lopende van 1 juli tot en 1 januari.

  • 11.

    natuurlijke personen mogen aanvragen voor deze regeling (naast rechtspersonen)

Ja

ACTIVITEIT B

Open Ateliers (eenmalige activiteiten)

  • 12.

    doelgroep

Bewoners en bezoekers van stadsdeel Centrum

  • 13.

    soort subsidie

Eenmalige subsidie

  • 14.

    maximaal te subsidiëren bedrag per aanvraag

€ 10.000,-

  • 15.

    deelplafond(s)

€ 30.000,-

  • 16.

    samenwerking vereist met een of meer partners bij uitvoering activiteiten

Samenwerking met andere (maatschappelijke en culturele) organisaties en/of met bewonersgroepen wordt aangemoedigd maar dit is niet vereist.

  • 17.

    eigen inkomsten en / of bijdragen van derden vereist

Deelnemende kunstenaars dienen een eigen bijdrage te betalen, liefst rekening houdend met de financiële draagkracht van individuele kunstenaars (bijvoorbeeld korting voor Stadspasbezitters). Inkomsten van derden worden aangemoedigd maar hier wordt geen minimumnorm aan verbonden. Initiatieven met een winstoogmerk komen niet voor subsidie in aanmerking.

  • 18.

    behandeling op volgorde van binnenkomst of toepassing verdeelsleutel (artikel 7)

Volgorde van binnenkomst

  • 19.

    instelling adviescommissie

Nee

  • 20.

    beoordelingscriteria uit artikel 7 lid 3 waarop minimaal 3 punten gescoord moet worden

Nee

  • 21.

    indieningstermijnen eenmalige subsidies van toepassing

Nee

  • 22.

    natuurlijke personen mogen aanvragen voor deze regeling (naast rechtspersonen)

Nee

Artikel II

Dit besluit treedt in werking een dag na publicatie in het Gemeenteblad en werkt terug tot 1 juli 2021.

Artikel III

Dit besluit wordt aangehaald als: Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur stadsdeel Centrum 2022.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 6 juli 2021,

De voorzitter

Mascha ten Bruggencate

De secretaris

Wolfgang Hövelmann

BIJLAGE

Uitwerking van de beoordelingscriteria uit artikel 7 lid 3 waar de aanvragen onder Activiteit A op worden beoordeeld (NB. De genoemde sub-criteria zijn aandachtspunten, tenzij er ‘weigeringsgrond’ wordt vermeld).

Algemene weigeringsgronden:

  • Stadsdeeloverstijgende activiteiten of programma’s waarbij het zwaartepunt buiten stadsdeel Centrum ligt, komen niet voor subsidie in aanmerking.

  • Hetzelfde geldt voor activiteiten of programma’s die in stadsdeel Centrum plaatsvinden maar een stedelijk bezoekersbereik beogen.

  • Opdrachten voor kunst in de openbare ruimte vallen buiten de reikwijdte van dit Uitwerkingsbesluit.

  • Indien andere fondsen zoals het Amsterdams Fonds voor de Kunst beter geëigend zijn om de activiteit te financieren, vormt dit een weigeringsgrond. Hetzelfde geldt als een andere subsidieregeling beter van toepassing is om de activiteit te subsidiëren dan de regeling Kunst en Cultuur.

Criteria:

  • a.

    “de mate waarin de activiteit bijdraagt aan het bevorderen van de kwaliteit van de leefomgeving in buurten en gebieden in het stadsdeel”

    • De activiteit is openbaar toegankelijk (weigeringsgrond)

    • Er is sprake van een “door de buurt – voor de buurt” – activiteit.

    • De activiteit helpt bewoners meer voeling te krijgen met hun eigen buurt (inspelend op de geschiedenis van de buurt / voor de buurt revelante thema’s).

    • De activiteit is laagdrempelig voor buurtbewoners en draagt bij aan culturele buurtontmoeting.

    • Het initiatiefnemer maakt aannemelijk dat wordt ingespeeld op de behoeften van buurtbewoners / ondernemers / lokale kunstenaars.

  • b.

    “de mate waarin de activiteit gericht is op het in stand houden, verbreden en vernieuwen van aanbod van gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten waaraan zoveel mogelijk (groepen)bewoners actief en/of passief kunnen deelnemen”

    Behoud van het goede (herhaalde activiteit)

    • De eerdere activiteit was succesvol en…

    • De activiteit is qua vorm en inhoud nog actueel en voldoende prikkelend.

  • Vernieuwing van aanbod (nieuwe activiteit)

    • Er is sprake van een nieuwe activiteit met meerwaarde t.o.v. het bestaande (qua vorm en inhoud)

    • Er valt te verwachten dat er nieuwe bewoners worden bereikt met deze activiteit.

  • c.

    “de mate waarin de activiteit zich onderscheidt door de artistiek-inhoudelijke kwaliteit en professionaliteit”

    • De initiatiefnemer heeft een duidelijke artistieke visie (CV en/ of activiteitenplan)

    • Verwacht wordt dat er een zekere kwaliteit wordt geleverd (CV en/ of activiteitenplan)

    • Er is sprake van een interessant artistiek concept (activiteitenplan)

    • Indien er sprake is van een herhaalde activiteit: er wordt gereflecteerd op de uitvoering van eerdere activiteiten (activiteitenplan)

  • d.

    “de mate waarin de activiteit past binnen het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur van het stadsdeel”

    NB: aanvraag wordt afgewezen indien hierop minder dan 3 punten wordt gescoord.

    • De activiteit is onderscheidend en voegt iets (buurtgerichts) toe aan de stedelijk en landelijk georiënteerde culturele aanbod in de binnenstad.

    • De activiteit heeft plaats in een buurt waar weinig cultureel aanbod is.

    • De activiteit is qua thematiek en/of setting lokaal gericht.

    • De activiteit is laagdrempelig voor de buurt zonder dat er wordt ingeboet op artistieke kwaliteit.

    • De activiteit heeft plaats in een buurt waar de leefbaarheid onder druk staat (bijvoorbeeld door toerisme, horeca etc).

  • e.

    “de mate waarin de activiteit een positieve bijdrage levert aan het kunstklimaat in een of meer gebieden”

    • de activiteit brengt lokale bewoners met kunstenaars en/of kunstenaars onderling in contact.

    • de activiteit stimuleert de productie van werk door lokale artiesten en stimuleert onderlinge kruisbestuiving.

    • de activiteit voegt iets nieuws toe aan het lokale kunstaanbod (andere discipline, gericht op andere doelgroep, etc).

    • Er is sprake van (vernieuwende) samenwerkingsverbanden tussen (wijk)partners.

  • f.

    “de zakelijke kwaliteit van de aanvrager en de uitvoerbaarheid van het plan”

    NB: aanvraag wordt afgewezen indien hierop minder dan 3 punten wordt gescoord.

    Bedrijfsvoering:

    • Sluitende begroting.

    • Haalbaarheid (organisatie, plan is realistisch en uitvoerbaar)

    • Verhouding kosten/kwaliteit.

    • Mate van cofinanciering dan wel de mate waarin aantoonbaar moeite is gedaan om aanvullende fondsen te verwerven.

  • Communicatieparagraaf

    • Helder wordt gemaakt hoe lokale bewoners worden betrokken / geworven / bereikt.

TOELICHTING

Het Uitwerkingsbesluit kunst en cultuur dient op grond van artikel 5, eerste lid van de subsidieregeling Gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten, voor 1 juli van elk jaar te worden vastgesteld door het dagelijks bestuur. Dit betekent dat voor elk stadsdeel een apart Uitwerkingsbesluit geldt. Een aantal variabele componenten van de stedelijke regeling Gebiedsgebonden kunst- en cultuuractiviteiten wordt per stadsdeel ingevuld of gedefinieerd.

In onderdeel I van het Uitwerkingsbesluit wordt een korte beschrijving opgenomen van het kunst- en cultuurprofiel van het stadsdeel gerelateerd aan de gebiedsagenda’s en/of gebiedsplannen en binnen het kader van de Hoofdlijnen kunst en cultuur 2021-2024.

In onderdeel II neemt het dagelijks bestuur het subsidieplafond op. Het gaat daarbij om het bedrag dat in totaal beschikbaar is voor de uitvoering van deze subsidieregeling. Het subsidieplafond kan eventueel opgedeeld worden in deelplafonds. Hiermee krijgt het dagelijks bestuur instrumenten om per activiteit, soort subsidie of gebied een subsidie te weigeren, waardoor het beschikbare budget beter verdeeld kan worden over de gebieden en de activiteiten in het stadsdeel.

Gebaseerd op het kunst- en cultuurprofiel van het stadsdeel, volgt in onderdeel III een opsomming van de subsidiabele activiteiten (bijvoorbeeld (kleinschalige) festivals gericht op kunst en cultuur, atelierroutes, tijdelijk kunstproject, etc.). Een accurate omschrijving van de soort activiteiten geeft het stadsdeel handvatten om aanvragen die buiten de omschrijving vallen te weigeren op grond van de ASA 2013.

Van elke soort activiteit die voor subsidie in aanmerking komt, bepaalt het dagelijks bestuur in onderdeel IV van het uitwerkingsbesluit de kaders waarbinnen de subsidie wordt verleend. De onderdelen van de kaders die het dagelijks bestuur zelfstandig kan invullen dan wel definiëren zijn vastgelegd in artikel 5 lid 3 van de regeling. In het uitwerkingsbesluit is ruimte voor een uitgebreide toelichting.

Eenmalige en periodieke subsidies

Eenmalige subsidies worden afgegeven voor activiteiten die van bepaalde duur zijn en niet per se in één kalenderjaar gerealiseerd hoeven te worden. Periodieke subsidies worden afgegeven voor activiteiten van in beginsel onbepaalde duur, die per boekjaar of voor een aantal boekjaren aan een aanvrager worden verstrekt met een maximum van vier jaar.