Algemene Subsidieverordening gemeente Heusden 2016

Geldend van 01-01-2016 t/m heden

Intitulé

De raad van de gemeente Heusden;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 26 mei 2015;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht.

besluit:

vast te stellen de ‘Algemene Subsidieverordening gemeente Heusden 2016’

Artikel 1: Reikwijdte

  • 1. Deze verordening is van toepassing op de verstrekking van subsidies door burgemeester en wethouders, met uitzondering van subsidies waarvoor bij afzonderlijke verordening een uitputtende regeling is getroffen en subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig is, als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2. Ten aanzien van subsidies waarvoor geen wettelijke grondslag nodig is kunnen burgemeester en wethouders bepalen dat deze verordening geheel of gedeeltelijk van toepassing is.

  • 3. Subsidie wordt slechts verstrekt voor de bekostiging van activiteiten die, naar het oordeel van burgemeester en wethouders, van belang zijn voor de gemeente Heusden en/of haar inwoners.

Artikel 2: Bevoegdheden

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd tot het beslissen op aanvragen om subsidie.

Artikel 3: Subsidieregelingen

Burgemeester en wethouders stellen op basis van deze verordening een subsidieregeling vast. Deze subsidieregeling bepaalt welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie, wat de grondslagen zijn voor de berekening van de subsidie en welke specifieke voorschriften eventueel van toepassing zijn.

Artikel 4: Europees Steunkader

  • 1. Voor zover dat ten behoeve van het voldoen aan een Europees steunkader noodzakelijk is, kunnen burgemeester en wethouders van deze verordening afwijken.

  • 2. Bij subsidies waar een Europees steunkader op van toepassing is, verwijst de verleningbeschikking naar de toepasselijke bepalingen van het steunkader.

  • 3. Bij subsidies waarop een Europees steunkader van toepassing is, komen alleen de activiteiten, doelstellingen, resultaten en kosten in aanmerking die voldoen aan de eisen van het toepasselijke steunkader.

Artikel 5: Subsidievormen

  • 1. Op grond van deze verordening kunnen de volgende subsidievormen worden onderscheiden:

    • a.

      waarderingssubsidie: waarbij voor een bepaalde periode aan een organisatie een bedrag aan financiële middelen wordt verstrekt voor activiteiten zonder deze naar aard en inhoud te willen beïnvloeden en waarbij geen verband bestaat tussen de kosten die de organisatie maakt en de omvang van de subsidie;

    • b.

      budgetsubsidie: een subsidie, waarbij vooraf voor een bepaalde periode een maximum bedrag aan financiële middelen aan een organisatie wordt verstrekt en waarvan de omvang wordt bepaald door het gewenste prestaties, activiteiten en/of maatschappelijke effecten;

    • c.

      projectsubsidie: een subsidie waarbij aan een organisatie financiële middelen worden verstrekt voor activiteiten met een eenmalig of projectmatig karakter.

  • 2. De subsidies onder lid 1 a en b worden voor één of meerdere jaren verstrekt met een maximum van 4 jaar.

Artikel 6: Subsidieplafond

  • 1. De raad kan subsidieplafonds vaststellen

  • 2. In dat geval bepalen burgemeester en wethouders bij subsidieregeling de wijze van verdeling van de betrokken subsidie.

Artikel 7: Subsidieaanvraag

  • 1. Een aanvraag om subsidie wordt schriftelijk ingediend bij burgemeester en wethouders met gebruikmaking van een (digitaal) aanvraagformulier.

  • 2. Bij de aanvraag legt de aanvrager de volgende gegevens over:

    • a.

      Een beschrijving van de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd (activiteitenplan)

    • b.

      De doelen en resultaten welke met die activiteiten worden nagestreefd, en hoe de activiteiten daaraan bijdragen.

    • c.

      Een begroting met een toelichting op de kosten van deze activiteiten.

  • 3. Een rechtspersoon die voor de eerste maal subsidie aanvraagt, voegt een exemplaar van de oprichtingsakte, statuten, alsmede van het jaarverslag, de jaarrekening en de balans van het voorgaande jaar toe aan de aanvraag.

  • 4. Bij subsidieregeling kan van de voorgaande leden worden afgeweken.

Artikel 8: Aanvraagtermijn

  • 1. Een aanvraag om een waarderingsubsidie wordt ingediend uiterlijk vóór 1 juli voorafgaand aan het jaar of de jaren waarop de aanvraag betrekking heeft.

  • 2. Een aanvraag om een budgetsubsidie wordt ingediend uiterlijk vóór 1 juni voorafgaand aan het jaar of de jaren waarop de aanvraag betrekking heeft.

  • 3. Projectsubsidies worden jaarlijks in 4 tranches beschikbaar gesteld. Een aanvraag om een projectsubsidie wordt ingediend:

    • a.

      voor 1 maart voor activiteiten die plaats vinden in april tot en met juni;

    • b.

      Voor 1 juni voor activiteiten die plaats vinden in juli tot en met september;

    • c.

      Voor 1 september voor activiteiten die plaats vinden in oktober tot en met december;

    • d.

      Voor 1 december voor activiteiten die plaatsvinden in januari tot en met maart.

  • 4. Burgemeester en wethouders nemen subsidieaanvragen die worden ontvangen na de termijnen genoemd in lid 1 tot en met 3, niet meer in behandeling.

Artikel 9: Beslistermijnen

  • 1. Burgemeester en wethouders beslissen op een aanvraag om waarderings- of budgetsubsidie uiterlijk op 31 december van het jaar waarin de aanvraag is ingediend.

  • 2. Burgemeester en wethouders beslissen op een aanvraag om projectsubsidie binnen 4 weken na sluiting van de indieningtermijn zoals genoemd in artikel 8 lid 3.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen besluiten tot verdaging van de beslistermijnen zoals genoemd in lid 1 en lid 2 met ten hoogste 16 weken.

Artikel 10: Weigering, intrekking en terugvordering

  • 1. De subsidie kan, naast de in de artikelen 4.25, tweede lid, en 4.35 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde gevallen, worden geweigerd indien:

    • a.

      De aanvrager geen rechtspersoonlijkheid heeft.

    • b.

      De activiteiten van de aanvrager niet gericht zullen zijn op de gemeente Heusden of niet aanwijsbaar ten goede komen aan de ingezetenen van de gemeente Heusden.

    • c.

      Niet is aangetoond dat de subsidie noodzakelijk is voor het verrichten van de activiteiten waarvoor deze wordt gevraagd.

    • d.

      De aanvraag niet voldoet aan regels die zijn gesteld om voor subsidie in aanmerking te komen of waar niet is voldaan aan de eisen en criteria genoemd in deze verordening.

    • e.

      De subsidieverstrekking in strijd is met een wettelijk voorschrift

    • f.

      Subsidieverlening niet past binnen de doelstellingen of het beleid van de gemeente Heusden.

    • g.

      Naar het oordeel van burgemeester en wethouders op een andere toereikende wijze in de activiteiten wordt voorzien.

    • h.

      Aannemelijk is dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor subsidie wordt verleend.

    • i.

      De aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met het bepaalde bij of krachtens de wet, het algemeen belang of de openbare orde.

    • j.

      De aanvrager ook zonder subsidieverlening over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken.

    • k.

      De aanvrager met uitvoering van de activiteiten beoogt winst te maken.

    • l.

      De activiteiten in hoofdzaak het doel hebben het uitdragen van overtuigingen en denkbeelden van religieuze, levensbeschouwelijke of politieke aard.

    • m.

      De financiële middelen van de aanvrager, met inbegrip van de subsidie, onvoldoende zijn om de voorgenomen activiteiten uit te voeren.

    • n.

      De subsidieverstrekking in strijd is met het Europees Steunkader.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen een subsidie weigeren of intrekken in het geval en onder voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitbeoordelingen door het openbaar bestuur. (wet BIBOB)

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen op grond van artikel 4:57 van de Algemene wet bestuursrecht al betaalde subsidiebedragen en voorschotten geheel of gedeeltelijk terug vorderen, indien onjuiste inlichtingen zijn verstrekt waarvan de aanvrager wist of redelijkerwijs kon weten dat deze van invloed is op de hoogte van de subsidie.

  • 4. Burgemeester en wethouders vorderen een subsidie terug als dit nodig is ter uitvoering van een terugvorderingbesluit van de Europese Commissie of een onherroepelijke rechterlijke uitspraak.

Artikel 11: Verplichtingen van subsidieontvanger

  • 1. Als aannemelijk is dat activiteiten waarvoor de subsidie is verleend niet of niet geheel zullen worden verricht of dat niet of niet geheel aan de aan subsidie verbonden verplichtingen zal worden voldaan, meldt de subsidieontvanger dat direct schriftelijk aan burgemeester en wethouders.

  • 2. Een subsidieontvanger informeert burgemeester en wethouders direct schriftelijk over:

    • a.

      Een wezenlijke wijziging van de gegevens die bij de aanvraag om subsidie zijn overgelegd.

    • b.

      Beslissingen of procedures die zijn gericht op de beëindiging van de activiteiten waarvoor subsidie is verleend of tot ontbinding van de gesubsidieerde rechtspersoon.

    • c.

      Relevante wijzigingen in de financiële en organisatorische verhouding met derden.

    • d.

      Ontwikkelingen die ertoe kunnen leiden dat aan de aan subsidie verbonden verplichtingen niet of niet geheel kunnen worden nagekomen.

    • e.

      Wijzigingen van de statuten voor zover het betreft de vorm van de gesubsidieerde rechtspersoon, de persoon van de bestuurder of bestuurders en het doel van de rechtspersoon.

  • 3. Aan een subsidieverlening kunnen verplichtingen worden verbonden met betrekking tot het beheer en gebruik van hetgeen met de subsidie tot stand is gebracht.

Artikel 12: Verantwoording

  • 1.

    Bij budgetsubsidies dient de subsidieontvanger voor 1 juni van het jaar dat volgt op het betrokken kalenderjaar, een aanvraag tot vaststelling in.

  • 2.

    De aanvraag tot vaststelling bevat:

    • a.

      Een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht.

    • b.

      Een overzicht van de aan de activiteiten verbonden kosten en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening)

    • c.

      Een balans per 31 december van het subsidiejaar met een toelichting daarop.

    • d.

      Een verklaring, opgesteld door een onafhankelijk accountant.

      • -

        Indien een aanvraag tot vaststelling is gebaseerd op een subsidiebedrag boven de

€ 100.000 is een accountantsverklaring vereist.

  • -

    Indien een aanvraag tot vaststelling is gebaseerd op een subsidiebedrag tot € 100.000 is een beoordelingsverklaring vereist.

    • 3.

      Burgemeester en wethouders kunnen andere termijnen vaststellen of andere gegevens verlangen.

Artikel 13: Subsidievaststelling

  • 1. Waardering- en projectsubsidies, verstrekt voor 1 jaar, worden door burgemeester en wethouders direct vastgesteld.

  • 2. Als waarderingsubsidie voor meerdere jaren wordt verstrekt, wordt voorafgaande aan de periode eenmalig een verleningbeschikking afgegeven en na afloop van de periode een vaststellingsbeschikking verstrekt.

  • 3. Burgemeester en wethouders stellen voor 1 oktober van het jaar dat volgt op het betrokken kalenderjaar, de budgetsubsidie vast.

  • 4. In afwijking van het bepaalde in het derde lid, kunnen burgemeester en wethouders de beslistermijn verdagen met ten hoogste 16 weken.

  • 5. Wordt de aanvraag tot vaststelling niet binnen de gestelde termijn ontvangen dan kunnen burgemeester en wethouders overgaan tot ambtshalve vaststelling.

Artikel 14: Voorschotten

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen aan de subsidieontvanger voorschotten verlenen.

  • 2. De wijze van bevoorschotting wordt opgenomen in de subsidiebeschikking.

Artikel 15: Verrekening

Aan de gemeente verschuldigde bedragen voor huur of andere verplichtingen kunnen worden verrekend met te betalen subsidiebedragen.

Artikel 16: Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen, en voor zover toepassing van deze verordening zal leiden tot onevenredigheid in verhouding tot de met deze verordening te dienen doelen, kunnen Burgemeester en wethouders afwijken van het in deze verordening bepaalde.

Artikel 17: Slotbepalingen

  • 1.

    De ‘Algemene Subsidieverordening gemeente Heusden’, vastgesteld d.d. 11 november 2008, wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2016.

  • 3.

    Op aanvragen om subsidie voor het kalenderjaar 2015 zijn de bepalingen van de ‘Algemene Subsidieverordening gemeente Heusden’ nog van toepassing.

  • 4.

    Op aanvragen om subsidie voor het kalenderjaar 2016 en volgende jaren is deze verordening van toepassing.

  • 5.

    Deze verordening wordt aangehaald als ‘Algemene Subsidieverordening gemeente Heusden 2016’.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 7 juli 2015.

de griffier,

de voorzitter,

mw. drs. E.J.M. de Graaf

drs. J. Hamming