Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpen aan den IJssel houdende nadere regels tegenprestatie Nadere regels Tegenprestatie 2015

Geldend van 16-12-2016 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2015

Nadere regels

Tegenprestatie 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Krimpen aan den IJssel;

overwegende, dat het wenselijk is het beleid omtrent de tegenprestatie vast te leggen in nadere regels;

gelet op artikel 2 onder b van de verordening tegenprestatie participatiewet en IOAW / IOAZ gemeente Krimpen aan den IJssel 2015;

besluit vast te stellen de Nadere regels Tegenprestatie 2015.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

1.In deze nadere regels wordt verstaan onder:

Verordening: verordening tegenprestatie participatiewet en IOAW / IOAZ gemeente Krimpen aan den IJssel

2.Voor zover niet anders is bepaald, worden begrippen in deze nadere regels gebruikt in dezelfde betekenis als in de Participatiewet, IOAW en IOAZ.

Artikel 2. Opdragen werkzaamheden

  • 1. De uitkeringsgerechtigde krijgt zelf de gelegenheid binnen twintig werkdagen werkzaamheden aan te dragen die voldoen aan het bepaalde in artikel 3 van de verordening.

  • 2. Wanneer de uitkeringsgerechtigde niet binnen twintig werkdagen werkzaamheden heeft aangedragen die voldoen aan het bepaalde in artikel 3 van de verordening, dan legt het college aan uitkeringsgerechtigde werkzaamheden voor, zo mogelijk meerdere soorten.

  • 3. Wanneer het college niet binnen 1 maand na het verstrijken van de periode zoals genoemd in lid 2 van dit artikel werkzaamheden voorlegt, dan treedt artikel 6 van de verordening in werking.

Artikel 3. Beschikking en plan van aanpak

De verplichting tot een tegenprestatie naar vermogen wordt middels een beschikking opgelegd, met als bijlage een plan van aanpak waarin de afspraken met de uitkeringsgerechtigde zijn vastgelegd. Hierin is tenminste opgenomen:

  • a.

    een omschrijving van de werkzaamheden;

  • b.

    de omvang en duur van de werkzaamheden;

  • c.

    de locatie van de werkzaamheden.

Artikel 4. Niet of onvoldoende meewerken tegenprestatie

Als de klant niet of in onvoldoende mate meewerkt aan de opgelegde tegenprestatie naar vermogen, wordt deze gedraging conform de Afstemmingsverordening Participatiewet 2015 gesanctioneerd.

Artikel 5. Aantonen ontheffingsgrond

  • 1. De uitkeringsgerechtigde kan aantonen dat er sprake is van een ontheffingsgrond, zoals genoemd in artikel 7 lid 1 van de verordening, door het overleggen van een indicatie of verklaring die de noodzakelijkheid van mantelzorg kan aantonen.

  • 2. De uitkeringsgerechtigde kan aantonen dat er sprake is van een ontheffingsgrond, zoals genoemd in artikel 7 lid 2 van de verordening, door het overleggen van een ondertekende vrijwilligersovereenkomst.

Artikel 6. Verzekering tijdens tegenprestatie

  • 1. De partij waar de tegenprestatie wordt verricht is primair verantwoordelijk voor het handelen van de uitkeringsgerechtigde en kan de daaruit voortvloeiende schade als gevolg van wettelijke aansprakelijkheid of ongevallen niet afwentelen op de uitkeringsgerechtigde.

  • 2. Kosten wegens door een uitkeringsgerechtigde aan eigendommen van derden toegebracht schade, alsmede schade als gevolg van ongevallen, tijdens werk- en reisuren worden in beginsel verhaald op een ongevallen- en aansprakelijkheidsverzekering van de gemeenschappelijke regeling IJSSELgemeenten

  • 3. De uitkering c.q. vergoeding is niet hoger dan de binnen de betreffende polis vastgestelde maximum bedragen.

  • 4. Het college is niet aansprakelijk voor een vergoeding voor de verrichte tegenprestatie als de bijstand achteraf wordt teruggevorderd over een periode waarin de verplichting tot tegenprestatie is opgelegd.

Artikel 7. Citeertitel

1.Deze nadere regels worden aangehaald als “Nadere regels Tegenprestatie 2015”.

Artikel 8. Inwerkingtreding

1.Deze nadere regels treden in werking op 1 januari 2015.

Aldus vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders van de gemeente

Krimpen aan den IJssel van 16 december 2014

De secretaris, De burgemeester,