Nadere regel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk houdende regels voor het verstrekken van subsidie ter stimulering van isolatiemaatregelen bij slecht geïsoleerde koopwoningen (Nadere regel isolatie van koopwoningen)

Geldend van 03-07-2025 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2025

Intitulé

Nadere regel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk houdende regels voor het verstrekken van subsidie ter stimulering van isolatiemaatregelen bij slecht geïsoleerde koopwoningen (Nadere regel isolatie van koopwoningen)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 27 mei 2025;

gelet op artikel 156 lid 3 Gemeentewet en artikel 4, artikel 5, artikel 6 artikel 7 en artikel 8 van de Subsidieverordening isolatie van koopwoningen;

besluit:

vast te stellen de volgende

Nadere regel isolatie van koopwoningen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze nadere regelgeving wordt verstaan onder:

  • aanvrager: de eigenaar-bewoner van een grondgebonden koopwoning die een aanvraag voor subsidie op grond van deze verordening heeft ingediend;

  • bouwdeel: één van de volgende vier categorieën: 1. de vloer en de bodem, 2. de gevel waaronder de spouwmuur, 3. het dak en de zolder of vlieringvloer en 4. de ramen en deur;

  • college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk;

  • doe-het-zelf maatregelen: isolatiemaatregelen die door de bewoner van de woning zelf worden uitgevoegd, zoals omschreven in artikel 6 lid 2 en 3;

  • eigenaar-bewoner: een inwoner van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk die eigenaar is van een grondgebonden koopwoning en deze woning zelf bewoont;

  • energielabel: een energielabel als bedoeld in bijlage I bij artikel 1.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

  • energietoeslag: de eenmalige energietoeslag, bedoeld in artikel 35, lid 4 van de Participatiewet;

  • erkend isolatiebedrijf: een isolatiebedrijf dat beschikt over een SKG IKOB certificaat of een Insula certificaat;

  • huishoudelijk inkomen: Een optelling van alle inkomens die tot het huishouden van aanvrager behoren. Het gaat daarbij om het belastbaar jaarinkomen, zoals bedoeld in paragraaf 3.4 van de Participatiewet;

  • intermediair: een rechtspersoon waarmee de gemeente een samenwerkingsovereenkomst heeft gesloten en die door de gemeente is gemandateerd om de (aanvraag) procedure uit te voeren;

  • ISDE: investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing. Een uitwerking van titel 4.5 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies;

  • koopwoning: woning waarvan de eigenaar zelf de woning bewoont en waarbij de woning geen onderdeel uitmaakt van een VvE;

  • subsidie: de financiële bijdrage die de aanvrager ontvangt voor het treffen van isolatiemaatregelen;

  • sociaal minimum inkomen: Het door de overheid bepaald bedrag dat minimaal nodig is om van te leven. Dit is gelijk aan de bijstandsnorm en is vastgesteld in paragraaf 3.4 van de Participatiewet.

  • werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden welke noodzakelijk zijn voor het treffen van de maatregelen;

  • WOZ-waarde: de op de voet van de Wet waardering onroerende zaken voor de koopwoning vastgestelde waarde.

Artikel 2. Algemeen

Daar waar deze Nadere regel in tegenspraak is met de bepalingen in de Subsidieverordening isolatiemaatregelen van koopwoningen gemeente Bodegraven-Reeuwijk, zijn de bepalingen uit de Verordening leidend.

Artikel 3. Subsidievoorwaarden

Om voor de subsidie in aanmerking te komen dient de aanvrager binnen één van de doelgroepen te vallen, zoals omschreven in artikel 4.

Artikel 4. Doelgroepen

  • 1.

    De subsidie kan aangevraagd worden door de volgende twee verschillende doelgroepen:

    • a.

      doelgroep 1: de aanvrager is een natuurlijk persoon, die eigenaar-bewoner is van een grondgebonden koopwoning met energielabel D, E, F of G of twee slecht geïsoleerde bouwdelen zoals gedefinieerd in de voorwaarden voor de specifieke uitkering (SPUK) lokale aanpak isolatie (bijlage 1). Daarnaast heeft de aanvrager op het moment van de aanvraag kunnen aantonen dat het huishoudelijk inkomen niet hoger is dan 120% van het sociaal minimum en / of heeft de energietoeslag 2022 ontvangen;

    • b.

      doelgroep 2: de aanvrager is een natuurlijk persoon niet behorende tot doelgroep 1, die eigenaar-bewoner is van een koopwoning met energielabel D, E, F of G of twee slecht geïsoleerde bouwdelen zoals gedefinieerd in de voorwaarden voor de specifieke uitkering (SPUK) lokale aanpak isolatie (bijlage 1). Daarnaast heeft de koopwoning een WOZ-waarde onder de € 427.000,- met als waardepeildatum 1 januari 2022.

Artikel 5. Maximaal subsidiebedrag per aanvraag

  • 1.

    De subsidie, als bedoeld in deze verordening, wordt eenmalig verstrekt per koopwoning.

  • 2.

    De subsidie, als bedoeld in deze verordening, bedraagt voor doelgroep 1 maximaal € 3.500,- inclusief BTW en voor doelgroep 2 maximaal € 1.000,- inclusief BTW. 

  • 3.

    De subsidie voor doe-het-zelf maatregelen bedraagt maximaal € 1.000,- inclusief BTW.

  • 4.

    De subsidie voor uitvoering door een erkend isolatiebedrijf bedraagt maximaal € 1.000,- inclusief BTW.

  • 5.

    De subsidie kan lager worden toegekend wanneer de verwachte toekenning van de ISDE-subsidie en de subsidie als benoemt in deze verordening optellen tot een hoger bedrag dan de werkelijke kosten van de maatregel.

Artikel 6. Maatregelen die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor energiebesparende maatregelen die voldoen aan de minimale isolatiewaarden en minimale m2 eisen zoals omschreven in de ISDE (titel 4.5 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies) zoals die gold ten tijde van het uitvoeren van de maatregelen (bijlage 2).

  • 2.

    Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor de volgende energiebesparende maatregelen:

    • a.

      vloer- en bodemisolatie;

    • b.

      glas-, kozijnpaneel- en deurisolatie;

    • c.

      gevelisolatie binnenzijde buitenmuur.

    • d.

      Spouwisolatie. Subsidie voor spouwmuurisolatie wordt slechts verstrekt als er ecologisch onderzoek is verricht en er voor zover nodig op grond van de Omgevingswet ontheffing is verleend;

    • e.

      Dakisolatie binnenzijde.

    • f.

      Dakisolatie buitenzijde. Subsidie voor dakisolatie aan de buitenzijde wordt slechts verstrekt als er ecologisch onderzoek is verricht en er voor zover nodig op grond van de Omgevingswet ontheffing is verleend;

    • g.

      CO2-gestuurde ventilatie of balansventilatie met warmteterugwinning (WTW) indien

      • i.

        gecombineerd met minimaal één isolatiemaatregel,

      • ii.

        er geen sprake is van vervanging van bestaande CO2-gestuurde ventilatie of balansventilatie met warmteterugwinning

      • iii.

        het rendement van balansventilatie met warmteterugwinning minimaal voldoet aan de eisen zoals gesteld in de ISDE (titel 4.5 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies) zoals die gold ten tijde van het uitvoeren van de maatregelen.

  • 3.

    De volgende maatregelen zijn uitgesloten als doe-het-zelf maatregel;

      • i.

        spouwmuurisolatie,

      • ii.

        Dakisolatie aan de buitenzijde van het dak

      • iii.

        CO2-gestuurde ventilatie of balansventilatie met warmteterugwinning (WTW)

Artikel 7. Subsidieplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond voor deze verordening bedraagt € 653.317,00-.

  • 2.

    Het plafond als bedoeld in lid 1 kan worden aangepast als de specifieke uitkeringen (SPUK), welk wordt ontvangen vanuit de Rijksoverheid wordt aangepast, mits dit plafond past binnen de door het rijk verstrekt financiële middelen in de specifieke uitkeringsmiddelen (SPUK). 

Artikel 8. Aanvraagprocedure en verantwoording

De aanvrager volgt de aanvraagprocedure en legt verantwoording af overeenkomstig de onderstaand procedure afhankelijk van de wijze waarop de maatregel is of wordt uitgevoerd:

Meedoen met gemeentelijke collectieve inkoopactie

Doe-het-zelf maatregelen

Uitvoering door erkend isolatiebedrijf

1a. De aanvraag voor subsidie moet worden ingediend door middel van een door het college beschikbaar gesteld (digitaal) aanvraagformulier. Het aanvraagformulier dient volledig te worden ingevuld.

2a. De aanvrager vraagt bij het college subsidie aan:

i. Nadat de maatregel(en) als genoemd in artikel 6 door de aanvrager zelf zijn aangebracht.

ii. Binnen 12 maanden na het uitvoeren van de werkzaamheden.

iii. Hiervoor moet het aanvraagformulier dat digitaal beschikbaar wordt gesteld door het college volledig worden ingevuld.

3a. De aanvrager vraagt bij het college subsidie aan;

i. Nadat de maatregel(en) als genoemd in artikel 6 zijn uitgevoerd door een erkend isolatiebedrijf.

ii. Binnen 12 maanden na het uitvoeren van de werkzaamheden.

iii. Hiervoor moet het aanvraagformulier dat digitaal beschikbaar wordt gesteld door het college volledig worden ingevuld.

1b. De aanvrager dient bij het aanvraagformulier in ieder geval de volgende gegevens aan te leveren:

i. Energielabel (of inzicht geven in welke bouwdelen, naast de uitgevoerde maatregel, nog te isoleren zijn);

ii. Adresgegevens

iii. Contactgegevens van de eigenaar-bewoner.

2b. De aanvrager dient bij het aanvraagformulier in ieder geval de volgende gegevens aan te leveren:

i. Energielabel (of inzicht geven in welke bouwdelen, naast de uitgevoerde maatregel, nog te isoleren zijn);

ii. Foto’s voordat de maatregel is toegepast & foto’s waaruit blijkt dat de gesubsidieerde maatregel is toegepast;

iii. Specificatie van de isolatiewaarden van de maatregel (Indicatie dikte of Rc of U-waarde, meestal is dit genoemd op de factuur of offerte);

iiii. Inschatting van de oppervlakte van de aan te brengen isolatiemaatregel(en);

v. Een kopie van het betalingsbewijs van de aangeschafte materialen;

vi. Adresgegevens

vii. Contactgegevens van de eigenaar-bewoner.

viii. Bankgegevens

3b. De aanvrager dient bij het aanvraagformulier in ieder geval de volgende gegevens aan te leveren:

i. Energielabel (of inzicht geven in welke bouwdelen, naast de uitgevoerde maatregel, nog te isoleren zijn);

ii. Een factuur van een erkend isolatiebedrijf waarop een isolatiemaatregel zoals bedoeld in artikel 6 (bijlage 2) is vermeld;

iii. Foto’s voordat de maatregel is toegepast & foto’s waaruit blijkt dat de gesubsidieerde maatregel is toegepast*;

v. Specificatie van de isolatiewaarden van de maatregel (Indicatie dikte of Rc of U-waarde, meestal is dit genoemd op de factuur of offerte);

vi. Een betaalbewijs;

vii. Contactgegevens van de eigenaar-bewoner.

viii. Bankgegevens

ix. Adresgegevens

*Als de aanvrager een geldend bewijs van ontvangst van de Rijkssubsidie ISDE aanlevert voor de maatregel, zijn foto’s niet nodig.

1c. De aanvrager ontvangt van de intermediair namens het college een beschikking met een toekenning of een afwijzing op de subsidieaanvraag.

2c. De aanvrager ontvangt van de intermediair namens het college een beschikking met een toekenning of een afwijzing op de subsidieaanvraag.

3c. De aanvrager ontvangt van de intermediair namens het college een beschikking met een toekenning of een afwijzing op de subsidieaanvraag.

1d. De aanvrager ontvangt een offerte van de intermediair voor het treffen van een maatregel zoals genoemd in artikel 6.

i. De subsidiewaarde wordt zichtbaar verwerkt in de offerte door deze in mindering te brengen op de totale kosten;

ii. De aanvrager moet de offerte binnen 5 weken na verzenddatum accepteren. Na deze termijn komt de offerte te vervallen;

iii. Het accepteren van de offerte staat gelijk aan het overdragen van de subsidie aan de intermediair.

iiii. De intermediair biedt minimaal één erkend isolatiebedrijf aan in de offerte die de maatregel kan leveren en plaatsen.

 
 

Artikel 9. Inwerkingtreding en geldigheidsduur

Deze Nadere regel treedt in werking de dag na bekendmaking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2025.

Artikel 10. Citeertitel

Deze Nadere regel wordt aangehaald als: Nadere regel isolatie van koopwoningen.

Ondertekening

Bodegraven-Reeuwijk,

Burgemeester en wethouders van Bodegraven-Reeuwijk,

de secretaris,

P. Timmermans- van Vianen

de burgemeester,

drs. M.K.A. Grauss

Bijlage 1. Beoordeling slecht geïsoleerde woningen*

Deze bijlage beschrijft wanneer een bouwdeel slecht geïsoleerd is.

Bouwonderdeel

Omschrijving wanneer aan te pakken

Definitie slecht geïsoleerd

Dak, hellend/plat

Geen, slechte of matige isolatie

Minder dan 9 cm aanwezig/een Rc ≤ 2,0

Dak, zolder-/vlieringisolatie

Geen zolder-/vlieringisolatie aanwezig

Rc ≤ 0,5

Gevel

Geen spouwmuurisolatie, voorzetwand of buitengevelisolatie aanwezig

Rc ≤ 1,1

Vloer-/bodemisolatie

Geen of slechte vloer- en bodenisolatie aanwezig

Minder dan 5 cm aanwezig, Rc ≤ 1,3

Glas

Enkel glas, oud dubbelglas en HR-glas

Ug-waarde ≥ 1,6

Bijlage 2. Maatregelenlijst koopwoningen*

* Voorwaarden zijn gelijk aan de ISDE (titel 4.5 van de Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies) Deze bijlage beschrijft aan welke voorwaarden een te nemen isolatiemaatregel moet voldoen. Deze beschrijving is geldig op 14 mei 2025 maar vervalt automatisch wanneer de ISDE de voorwaarden worden aanpast. Kijk dus altijd naar de meest actuele versie op ISDE: Isolatiemaatregelen woningeigenaren aanvragen | RVO.nl

Nummer

Isolatiemaatregel

Minimale waarde maatregelen

1.

Gevelisolatie

  • U kunt kiezen voor gevelisolatie door voorzetwand aan de binnenzijde van de buitengevel aan te brengen of door isolatie aan de buitenzijde van de buitengevel aan te brengen.

  • U moet minimaal 10 m2 gevel hebben laten isoleren.

  • Het nieuw aangebrachte isolatiemateriaal moet een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) hebben van 3,5 [m2 K/w].

  • De nieuwe isolatie moet voldoende dik zijn aangebracht om aan de isolatiewaarde te voldoen. U mag de dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel niet meerekenen om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen.

  • Het isoleren van binnenmuren en scheidingswanden komt niet in aanmerking voor subsidie.

2.

Vloerisolatie

  • U heeft geïsoleerd door een laag isolatiemateriaal tegen de onderkant of aan de bovenkant van een bestaande vloer aan te brengen.

  • U moet minimaal 20 m2 van de bestaande vloer isoleren.

  • Het nieuw aangebrachte isolatiemateriaal moet een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) hebben van 3,5 [m2 K/w].

  • De nieuwe isolatie moet voldoende dik zijn aangebracht om aan de isolatiewaarde te voldoen. U mag de dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel niet meerekenen om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen.

  • U krijgt maar één keer subsidie voor vloerisolatie. Als u al eerder subsidie hebt gekregen voor vloerisolatie of bodemisolatie dan kunt u hiervoor geen tweede keer subsidie krijgen.

  • Het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR is uitgevoerd met HFK-vrije blaasmiddelen.

3.

Bodemisolatie

  • U heeft geïsoleerd door een laag isolatiemateriaal op de bodem van de kruipruimte aan te brengen.

  • Het nieuw aangebrachte isolatiemateriaal moet een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) hebben van 3,5 [m2 K/w].

  • U moet minimaal 20 m2 van de bestaande bodem isoleren.

  • De nieuwe isolatie moet voldoende dik zijn aangebracht om aan de isolatiewaarde te voldoen. U mag de dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel niet meerekenen om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen.

  • U krijgt maar één keer subsidie voor vloerisolatie of bodemisolatie. Als u al eerder subsidie hebt gekregen voor vloerisolatie of bodemisolatie dan kunt u hiervoor geen tweede keer subsidie krijgen.

  • Het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR is uitgevoerd met HFK-vrije blaasmiddelen.

4.

Dakisolatie

  • Bij dakisolatie kiest u het isoleren van het bestaande dak.

  • U moet minimaal 20 m2 van het bestaande dak isoleren

  • Het nieuw aangebrachte isolatiemateriaal moet een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) hebben van 3,5 [m2 K/w]

  • De nieuwe isolatie moet voldoende dik zijn aangebracht om aan de isolatiewaarde te voldoen. U mag de dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel niet meerekenen om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen.

5.

Zolder- of vlieringvloerisolatie

  • De zolder of vliering moet onverwarmd zijn om voor subsidie in aanmerking te komen. Dit betekent dat er geen voorzieningen aanwezig mogen zijn waarmee u de zolder verwarmt, ook al gebruikt u die voorzieningen (bijna) niet.

  • U moet minimaal 20 m2 van de bestaande zolder- vlieringvloer isoleren.

  • Het nieuw aangebrachte isolatiemateriaal moet een minimale isolatiewaarde (Rd-waarde) hebben van 3,5 [m2 K/w].

  • De nieuwe isolatie moet voldoende dik zijn aangebracht om aan de isolatiewaarde te voldoen. U mag de dikte van isolatie dat al aanwezig was vóór het uitvoeren van de isolatiemaatregel niet meerekenen om aan de minimale isolatiewaarde te voldoen.

6.

Triple glas

  • Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 3 m2 als het glas na 1 januari 2025 is aangebracht.

  • Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 8 m2 als het glas in 2023 of 2024 is aangebracht.

  • U geeft alleen het aantal m2 op die oude ramen, panelen of deuren vervangen. Glas wat bijvoorbeeld is geplaatst in een raam waar eerder een gevel zat komt niet in aanmerking.

  • De isolatiewaarde (U-waarde) voor het Triple glas is maximaal 0,7 W/m2K.

  • Bij de toepassing van Triple glas moet u verplicht ook de kozijnen vervangen door isolerende kozijnen met een Uf-waarde van maximaal 1,5 W/m2K.

  • Als u heeft geïnvesteerd in HR++ glas, Triple glas, isolerende panelen en deuren dan geldt dit als één maatregel. De oppervlaktes worden bij elkaar opgeteld in het aanvraagformulier om te bepalen of u aan de oppervlakte-eisen voldoet.

7.

HR++ glas

  • U geeft alleen het aantal m2 op die oude ramen, panelen of deuren vervangen. Glas wat bijvoorbeeld is geplaatst in een raam waar eerder een gevel zat komt niet in aanmerking.

  • De isolatiewaarde van het HR++ glas (U-waarde) is maximaal 1,2 W/m2K nodig.

  • U mag maar één keer subsidie aanvragen voor glasisolatie.

  • Als u heeft geïnvesteerd in HR++ glas, Triple glas, isolerende panelen en deuren dan geldt dit als één maatregel. De oppervlaktes worden bij elkaar opgeteld in het aanvraagformulier om te bepalen of u aan de oppervlakte-eisen voldoet

  • Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 3 m2 als het glas na 1 januari 2025 is aangebracht.

  • Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 8 m2 als het glas in 2023 of 2024 is aangebracht.

  • Het oppervlak van het HR++ glas telt hierin mee.

8.

Isolerend paneel in kozijn

  • Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 3 m2 als het glas na 1 januari 2025 is aangebracht.

  • Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 8 m2 als het glas in 2023 of 2024 is aangebracht.

  • U krijgt alleen subsidie voor een isolerend paneel in een kozijn als u ook HR++-glas of Triple glas heeft laten aanbrengen.

  • U kunt bij HR++ glas en Triple glas een isolerend paneel toepassen met een lage isolatiewaarde (Ud-waarde) van maximaal 1.2 W/m2K of met een hoge isolatiewaarde van maximaal 0,7 W/m2K.

  • Past u een isolerend paneel in een kozijn toe met de hoge isolatiewaarde van maximaal 0,7 W/m2K dan moet u een verklaring van het bouwbedrijf meesturen om dit aan te tonen.

  • Als u heeft geïnvesteerd in HR++ glas, Triple glas, isolerende panelen en deuren dan geldt dit als één maatregel. De oppervlaktes worden bij elkaar opgeteld in het aanvraagformulier om te bepalen of u aan de oppervlakte-eisen voldoet. Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 3 m2. Het oppervlak van het isolerende paneel telt hierin mee.

9.

Isolerende deur

  • U krijgt alleen subsidie voor een isolerende deur als u ook HR++-glas of Triple glas heeft laten aanbrengen.

  • U kunt bij HR++ glas en Triple glas een isolerende deur toepassen met een lage isolatiewaarde (Ud-waarde) van maximaal 1.5 W/m2K of met een hoge isolatiewaarde van maximaal 1,0 W/m2K.

  • Past u een isolerende deur toe met de hoge isolatiewaarde van maximaal 1,0 W/m2K dan moet u een verklaring van het bouwbedrijf meesturen om dit aan te tonen. U krijgt dan het hogere subsidiebedrag voor het Triple glas.

  • Als u heeft geïnvesteerd in HR++ glas, Triple glas, isolerende panelen en deuren dan geldt dit als één maatregel. De oppervlaktes worden bij elkaar opgeteld in ons aanvraagformulier om te bepalen of u aan de oppervlakte-eisen voldoet. Het minimaal geïsoleerde oppervlak bedraagt 3 m2. Het oppervlak van de isolerende deur telt hierin mee.