Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, houdende beleidsregels voor het aanwijzen van losloop-, verbods- en aanlijngebieden voor honden.

Artikel 1 Uitgangspunten

• 1. Op voor het publiek toegankelijke terreinen waar gesport wordt en de aanmerkelijke kans bestaat dat honden overlast veroorzaken, kan een verbod voor honden worden ingesteld.

• 2. Het streven is om binnen een straal van 750 m van alle woningen één losloopgebied te hebben.

• 3. Het streven is om binnen elke wijk één losloopgebied met hek en/of natuurlijke afscheiding er omheen te hebben.

• 4. Een losloopgebied heeft een oppervlakte van minimaal 2.000 m2.

• 5. Losloopgebieden met een omheining zijn in principe niet binnen een straal van 15 meter van de kavelgrens van particuliere eigendommen.

• 6. Het moet desgewenst mogelijk zijn om het gekozen losloopgebied te omheinen.

• 7. Losloopgebieden zonder omheining grenzen in principe niet direct aan een 50 km weg.

• 8. Losloopgebieden zonder omheining zijn niet op een locatie waar binnen 1 meter een fietspad aan grenst. Uitzondering hierop kan gemaakt worden als er minimaal 10 meter gras aan ruimte is om los te lopen, naast het fietspad.

• 9. Binnen een losloopterrein mogen wandelpaden aanwezig zijn.

• 10. Op voor het publiek toegankelijke plaatsen buiten de bebouwde kom, waar een aanmerkelijke kans bestaat dat honden die niet aangelijnd zijn mensen of dieren hinderen of schade toebrengen, of de eigendommen van derden beschadigen, kan een aanlijnplicht worden ingesteld.