Verordening op de heffing en invordering van leges Vlissingen 2024

Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van leges Vlissingen 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vlissingen;

gelet op het artikel 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, het delegatiebesluit van de raad (24-09-2009) om de bevoegdheid tot vaststelling van de legesverordening over te dragen aan het college en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

BESLUIT:

Vast te stellen de

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VANLEGES VLISSINGEN 2024

________________________________________________________________

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaat onder:

  • -

    dag : de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar : het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar : de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand : het tijdvak dat loop van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, , met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week : een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument; een en ander zoals genoemd in deze verordening en de met daarbij behorende tarieventabel.

  • c.

    hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht. Onverminderd het bepaalde in voorgaande volzin wordt een aanvraag respectievelijk het in de gelegenheid stellen tot het uitbrengen van advies als bedoeld in artikel 2.26 van de ‘Wet algemene bepalingen omgevingsrecht’, gelijk gesteld aan de aanvraag van de dienst zoals bedoeld in voorgaande volzin

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag voor de afgifte van een bewijs van onvermogen;

  • b.

    minuten, afschriften of uittreksels van besluiten, akten en beschikkingen, verklaringen, houdende:

  • I.

    benoeming van ambtenaren en leden van colleges of commissies;

  • II.

    verhoging of bezoldiging van ambtenaren en leden van college of commissies;

  • III.

    benoeming tot een ambt van gelijke of mindere rang dan dat, hetwelk de benoemde reeds bekleedde;

  • IV.

    gegevens omtrent bij de gemeente doorgebrachte diensttijd;

  • c.

    stukken en legalisaties van handtekeningen op stukken betreffende militaire zaken;

  • d.

    kwitanties voor geldsommen en andere stukken, waarbij de ontvangst of overneming van gelden of goederen wordt erkend of vermeld;

  • e.

    collectevergunningen op grond van artikel 5:12 van de "Algemene plaatselijke verordening voor Vlissingen (APV Vlissingen)", alsmede voor vergunningen krachtens artikel 3 der Wet op de kansspelen;

  • f.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald met dien verstande dat in afwijking van het gestelde in afdeling 6.4. Wet ruimtelijke ordening, bij toepassing van het artikel 6.2.1.a Besluit ruimtelijke ordening, de kosten via de legesverordening kunnen worden verhaald;

  • g.

    Diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend

  • h.

    het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikel 2.5 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, indien deze aanvraag een vergunning betreft voor een instelling die zich blijkens haar statuten de uitoefening ten doel stelt van activiteiten van maatschappelijke, sociale of culturele aard, waarbij de activiteiten in hoofdzaak worden verricht door vrijwilligers (en die voldoet aan door het college van burgemeester en wethouders te stellen voorwaarden).

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

  • a.

    mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

  • b.

    schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving;

  • c.

    langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 30 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

  • d.

    langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 30 dagen na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10. Inwerkingtreding/overgangsbepalingen/citeertitel

  • 1.

    De artikelen en de tarieventabel van de "Legesverordening Vlissingen MERGEFIELD vorig_jaar 2023" vastgesteld bij collegebesluit van 13 december 2022, vervalt met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

4. Deze verordening kan worden aangehaald als "Legesverordening Vlissingen 2024".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 5 December 2023.

de secretaris, de burgemeester,

R. Wiskerke drs. A.R.B. van den Tillaar

TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE LEGESVERORDENING VLISSINGEN 2024

Gemeente Vlissingen tarieventabel behorende bij de legesverordening 2024

2024

HOOFDSTUK 1 Algemene dienstverlening

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk met ceremonie op:

a.

op maandag tot en met vrijdag

€ 360,00

b.

op maandag tot en met vrijdag in de Windorgel (circa 100 personen)

€ 468,00

c.

op zaterdag

€ 651,00

d.

op zaterdag in de Windorgel (circa 100 personen)

€ 759,00

e.

op zondag

€ 766,00

Artikel 1.2 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk

a.

Het tarief bedraagt voor een huwelijk/geregistreerd partnerschap/omzetting geregistreerd partnerschap in huwelijk, zonder ceremonie in de Boeg van woensdag tot en met donderdag.

€ 116,00

b.

Kosteloos huwelijk/geregistreerd partnerschap/omzetting geregistreerd partnerschap in huwelijk ( 2 x per week, kamer stadhuis op woensdagmorgen om 08:30 en 08:45 uur zonder ceremonie).

€ 0,00

Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in bijzonder huis

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek:

€ 94,00

Artikel 1.4 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis

Voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, voor zover deze omzetting geschiedt door middel van een ceremonie, gelden de tarieven zoals vermeld onder Artikel 1.1

€ 94,00

Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het gebruik maken van een onbezoldigd ambtenaar van de burgerlijke stand bij een huwelijksvoltrekking, voltrekking partnerschapsregistratie of de omzetting van een partnerschapsregistratie in een huwelijk op basis van een sponsorverzoek

€ 236,00

Artikel 1.6 Beschikbaar stellen getuige door gemeente

Het tarief bedraagt voor het vanuit de gemeente leveren van een of meerdere getuigen ten behoeve van het voltrekken van een huwelijk of registratie van een partnerschap, per getuige

€ 28,00

Artikel 1.7 Annuleren of wijzigen datum

Indien de huwelijksvoltrekking, de registratie van een partnerschap, dan wel de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, ongeacht de oorzaak, wordt geannuleerd, bedraagt het tarief

€ 174,00

Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

a.

een trouwboekje of geregistreerd partnerschapboekje in een normale uitvoering

€ 11,60

b.

een duplicaat-trouwboekje of een duplicaat-geregistreerd partnerschapboekje als bedoeld onder 1.8.1

€ 11,60

c.

een trouwboekje of geregistreerd partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

€ 27,00

d.

een duplicaat-trouwboekje of een duplicaat-geregistreerd partnerschapsboekje als bedoeld onder 1.8.3.

€ 27,00

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten

a.

De tarieven bedragen voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van de in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden genoemde documenten, de daarvoor in dat artikel vermelde maximumtarieven, naar beneden afgerond op een veelvoud van € 0,05.

b.

Voor een spoedlevering worden de in onderdeel 1.2.1. genoemde tarieven verhoogd met het daarvoor in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden vermelde maximumtarief, naar beneden afgerond op € 0,05.

c

Voor het bezorgen van de in artikel 6 van het Besluit paspoortgelden genoemde documenten bedraagt het tarief, per bezorging

€ 10,00

paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Artikel 1.12 Rijbewijzen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: het maximale tarief zoals dat door het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is vastgesteld dan wel recentelijk is gewijzigd.

Artikel 1.13 Modaliteiten

a.

Het tarief genoemd in onderdeel 1.12 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald.

b.

Het tarief bedraagt voor de opmaak van een verklaring omtrent vermissing van een rijbewijs.

€ 17,80

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie personen

Artikel 1.14 Definities

1.

Voor de toepassing van onderdeel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

2.

Voor de toepassing van onderdeel 1.16 wordt onder één verstrekking verstaan: verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verstrekken van een afschrift basisregistratie personen:

€ 9,90

b.

Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen of voormalige bevolkingsadministratie voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan:

€ 10,70

c.

Tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon-en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L200) een tarief gelijk aan het landelijke tarief voor een uittreksel burgerlijke stand

Artikel 1.16 Verstrekking van aangehaakte gegevens

a.

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:

€ 9,90

Artikel 1.17 Schriftelijke verstrekking

Indien, ten gevolge van de aard van de aanvraag tot het verstrekken van gegevens wordt gedaan, één of meer kaartverzamelingen of registers geheel of gedeeltelijk moeten worden doorgenomen, bedraagt het tarief naast het gevorderde ingevolge de voorafgaande onderdelen, voor ieder daaraan besteed kwartier of een gedeelte daarvan:

€ 10,40

Artikel 1.18 Op aanvraag doornemen basisregistratie personen

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstekken van:

a.

een bewijs van Nederlanderschap

€ 9,90

b.

een (GBA-) persoonslijst

€ 17,90

c.

een gewaarmerkt geregistreerd brondocument

€ 9,90

d.

een in meertalen gesteld uittreksel uit het voormalige bevolkingsregister

€ 9,90

e.

elk andere verklaring dan bedoeld onder 1.15. tot en met 1.18. welke in het belang van de daarin genoemde persoon of aanvrager wordt opgemaakt

€ 9,90

f.

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een exemplaar van een persoonslijst

€ 9,90

paragraaf 1.5 Bestuursstukken

Artikel 1.19 Afschriften van bestuursstukken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

a.

een afschrift van de gemeentebegroting met toelichting

€ 43,90

b.

een afschrift van de gemeenterekening met toelichting

€ 17,30

c.

een afschrift van de kadernota

€ 13,00

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

d.

een afschrift van een verordening, per pagina

€ 0,45

Artikel 1.20 Abonnement op bestuursstukken

paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie

Artikel 1.21 Plan- of kaartinformatie

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in subonderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

a.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 3,05

b.

in formaat A3, per bladzijde

€ 3,90

c.

in formaat A2 of groter, per bladzijde

€ 3,95

d.

in digitale vorm

€ 3,95

Artikel 1.21 Plan- of kaartinformatie

gereserveerd

Artikel 1.22 Informatie uit registers

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

a.

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet

basisregistraties adressen en gebouwen per adres of object

€ 9,95

b.

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die wet

€ 39,30

Artikel 1.23 Informatie uit adressenbestanden

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

a.

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per bestand of deel van het bestand

€ 65,40

b.

Het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie

€ 9,95

c.

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per bestand of deel van het bestand

€ 65,40

Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken

Artikel 1.24 Gemeentegarantie

gereserveerd

Artikel 1.25 Overige publiekszaken

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag: het bedrag zoals dit laatstelijk wettelijk is bepaald dan wel recentelijk is gewijzigd.

b.

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 5,85

c.

het waarmerken van kopieën van originele documenten

€ 5,85

d.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot de afgifte van een verklaring, bestemd tot het vervoeren van een lijk over de grenzen (laissez-passer)

€ 12,10

e.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot de afgifte van een verklaring voor uitstel van begraven of cremeren

€ 12,10

Paragraaf 1.8 Gemeentearchief

Artikel 1.26 Naspeuringen in gemeentearchief

1.

Het tarief bedraagt voor het op schriftelijk verzoek doen van onderzoek in de bij het gemeentearchief berustende archieven en verzamelingen, ongeacht het resultaat, en voor het vervaardigen van afschriften en uittreksels, per daaraan besteed kwartier

€ 8,25

Artikel 1.27 Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief

Het tarief bedraagt:

a.

voor een fotokopie in A-4 formaat in zwart wit, per kopie

€ 0,40

b.

voor een fotokopie in A-3 formaat in zwart wit, per kopie

€ 0,55

c.

voor een fotokopie in A-4 formaat in kleur, per kopie

€ 0,75

d.

voor een fotokopie in A-3 formaat in kleur, per kopie

€ 1,90

e

voor een digitale afbeelding, per afbeelding

€ 6,75

f

Bij gebruik voor commerciële doeleinden worden de in 1.10.2 genoemde tarieven per kopie of afbeelding verhoogd met

€ 17,40

Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten

Artikel 1.29 Huisvestingswet 2014

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning, als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014

€ 314,20

Artikel 1.30 Leegstandwet

1.

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur ex artikel 15, eerste lid van de Leegstandwet

a.

voor één woning (basisbedrag)

€ 169,75

b.

voor meerdere woningen (bijvoorbeeld een complex), wordt het tarief onder 1.12.1.1. per woning voor elke tweede en volgende woning vermeerderd met

€ 56,55

c.

tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet

€ 85,55

Artikel 1.31 Wet op de kansspelen

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel op grond van artikel 30b, 30c lid 1 en 30d van de WOK jo. artikel 2:42 lid 2 van de APV van de Wet op de kansspelen:

a.

een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

b.

een periode van twaalf maanden voor twee of meer

kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

c.

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

d.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een aanwezigheidsvergunning als bedoeld onder 1.31.1 geldend voor een kortere of langere periode dan twaalf maanden geldt een naar tijdsduur evenredig tarief,

Artikel 1.32 Telecommunicatiewet

gereserveerd

Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 34,15

b.

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart, eerste aanvraag, als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 155,35

c.

tot het verstrekken van een verlenging gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 1.18.2 bedraagt

€ 41,20

d.

Het tarief voor het vervangen (na verlies of diefstal) van de gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 1.18.2 en het verstrekken van een duplicaat-parkeerkaart bedraagt

€ 41,20

e.

enkelvoudige ontheffing of ontheffing voor twee afleveradressen, kosten per afleveradres

€ 87,10

f.

meervoudige ontheffing of ontheffing propaan buitengebied (meer dan twee afleveradressen)

€ 261,60

g.

een andere verklaring van geen bezwaar, ontheffing of vergunning

€ 89,95

h.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkopen van vuurwerk als bedoeld in artikel 2:63 van de APV

€ 89,95

Paragraaf 1.10 Diversen

Artikel 1.34 AVOI

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding of aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit of vergunning voor het leggen, in stand houden, onderhouden, verleggen of verwijderen van kabels en leidingen als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Algemene Verordening Ondergrondse infrastructuren - AVOI € 403,00 en € 1,30 per strekkende meter bodemsleuf.

Artikel 1.35 Algemene plaatselijke verordening Vlissingen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

a.

afgifte van een exemplaar van de APV Vlissingen

€ 77,50

b.

een abonnement op de losbladige aanvulling van de APV Vlissingen per bladzijde

€ 0,75

c.

het afgeven van een vergunning voor een periode langer dan 1 dag (bijvoorbeeld maand, kwartaal of een jaar)

€ 124,55

d.

in tegenstelling tot hetgeen is bepaald in 1.17.2.1. bedraagt het tarief voor het afgeven van een vergunning, indien het gaat om het ongewijzigd verlengen van een vergunning die eerder voor een langere periode dan 1 dag (bijvoorbeeld maand, kwartaal of een jaar) is afgegeven

€ 39,60

e.

het afgeven van een vergunning voor de duur van 1 dag

€ 43,00

f.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet genoemde vergunning, ontheffing of beschikking op basis van de APV Vlissingen, voor zover daarvoor geen wettelijke regeling of vrijstelling bestaat of voor zover daarvoor niet elders in deze tabel een tarief is opgenomen

€ 39,60

Artikel 1.36 Uitweg / inrit

a.

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met (de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement) of (artikel 2:7 van de Algemene plaatselijke verordening), bedraagt het tarief,

€ 287,90

onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

b.

Indien voor het verkrijgen van de vergunning als bedoeld in artikel 1.36.1 een rioolkolk moet worden verplaatst of vervangen wordt het tarief per rioolkolk die moet worden verplaatst of vervangen verhoogd met

€ 268,80

c.

Indien voor het verkrijgen van de vergunning als bedoeld in artikel 1.36.1 een lichtmast moet worden verplaatst wordt het tarief per lichtmast die moet worden verplaatst verhoogd met de werkelijk gemaakte kosten.

Artikel 37 Diversen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

a.

gewaarmerkte afschriften van stukken, lichtdrukken of uittreksels uit stukken voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen,

b.

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

€ 3,05

c.

in formaat A3, per bladzijde

€ 3,90

d.

in formaat A2 of groter, per bladzijde

e.

in digitale vorm

f.

fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

g.

per pagina op papier van A4-formaat in zwart wit

€ 0,40

h.

per pagina op papier van A4-formaat in kleur

€ 0,55

i.

per pagina op papier van een ander formaat in zwart wit

€ 0,75

j.

per pagina op papier van een ander formaat in kleur

€ 1,85

k.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van camerakopieën:

l.

per pagina op papier van A4-formaat

€ 6,05

m.

per pagina op papier van een ander formaat

€ 7,65

Artikel 38 Diverse vergunningen of beschikkingen

a.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 39,60

b.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van stukken per e-mail, per bijlage

€ 7,15

c.

Indien het noodzakelijk is de gevraagde stukken onder 1.19.1.5. te digitaliseren dan wordt het bedrag, volgens vooraf verstrekte opgave, verhoogd met per kwartier werk

€ 7,90

d.

Indien de stukken bedoeld onder 1.19.1.1. in druk worden uitgegeven, bedraagt het bedrag per bladzijde geheel of gedeeltelijk bedrukt

€ 0,75

e.

Onder gedeeltelijk bedrukte stukken worden verstaan voor een deel bedrukte en overigens hetzij geschreven hetzij blanco gelaten stukken.

f.

Voor het verrichten van straatherstelwerkzaamheden als gevolg van het gedogen van werkzaamheden in gemeentegrond, met uitzondering van de werkzaamheden die onder de Telecommunicatiewet vallen, wordt

het tarief berekend op grond van de laatstelijk door het “Nutsoverleg” vastgestelde tarieven.

g.

Het tarief bedraagt voor het aansluiten van een object op de gemeentelijke riolering per aansluiting met een buisdikte van maximum doorsnede van 160 mm:

€ 692,45

h.

Indien de aansluiting als bedoeld in artikel 1.19.3. een grotere buisdikte nodig is dan 160 mm, worden de werkelijke kosten in rekening gebracht, gebaseerd op een niet-bindende prijsopgave vooraf.

i.

Het tarief bedraagt voor het aanbrengen van een niet-parkeren vak ten behoeve van het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats:

€ 381,80

j.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een hogere waarde voor de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting als bedoeld in artikel 110a, derde lid, van de Wet geluidshinder:

€ 703,80

k.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek verstrekken van digitale milieuinformatie per locatie (kadastraal perceel) en per milieuaspect (bijv. bodem, geluid)

€ 40,55

l.

Het tarief bedraagt voor een actualisatie van de eerder verstrekte, onder 1.19.5.1. bedoelde informatie 5% van de genoemde bedragen.

m.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het waarmerken van registers als bedoeld in de artikel 438 van het Wetboek van Strafrecht voor de eerste tien bladzijden:

€ 4,10

n

Vermeerderd voor elke volgende tien bladzijden of gedeelten daarvan met

€ 1,90

o.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek schriftelijk verstrekken van inlichtingen uit het bestemmingsplan of inlichtingen over de bodemgesteldheid (Wet bodembescherming) ten behoeve van taxaties onroerende zaken:

€ 43,10

p.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot afgifte van een “ship sanitation certificate” voor schepen die op basis van de gestelde eisen van de World Health Organisation wordt afgegeven, geldt het tarief zoals dat laatstelijk is bepaald door de GGD:

Hoofstuk 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1 Definities

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het

eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

4.

In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving:

onder a genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567; - onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk;

onder c bedoelde prijs de prijs exclusief omzetbelasting.

5.

In afwijking van bijlage I bij de Omgevingsregeling worden de bouwkosten berekend en vastgesteld aan de hand van de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (aannemingssom), de omzetbelasting niet inbegrepen, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voorvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting niet inbegrepen en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting niet inbegrepen.

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

a.

omgevingsoverleg betreft een overlegvorm die van toepassing is ten aanzien van het voortraject, waarbij een onderscheid is aangebracht naar:

- de procedurele afweging

- het principebesluit

de omgevingstafel in drie fases (verkennend, ontwikkelend en definitief ontwerp)

b.

een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het

Omgevingsbesluit;

c.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

d.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

e.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

f.

intrekking van een omgevingsvergunning;

g.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d;

h.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met g.

Artikel 2.3 Bepalen tarief

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met het tarief voor een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

6.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2.4 Omgevingsoverleg

Als de aanvraag betrekking heeft op het houden van omgevingsoverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

a.

Voor het omgevingsoverleg zijnde de procedurele afweging incl. eventuele toetsing Monumentencommissie en Ambtelijke Toets Team

€ 300,00

b.

Voor het omgevingsoverleg met als uitkomst het principebesluit:

€ 750,00

c.

Voor elk volgend omgevingsoverleg zijnde de omgevingstafel:

€ 1.500,00

d.

Per in te schakelen externe adviseur bij het omgevingsoverleg verhoogd met:

€ 250,00

2.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk, als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, wordt, indien in het kader van een omgevingsoverleg een andere in dit hoofdstuk opgenomen dienst dient te worden uitgevoerd, het tarief voor het omgevingsoverleg vermeerderd met de leges zoals vermeld in deze tarieventabel voor die betreffende dienst of diensten.

Paragraaf 2.3 Bouwactiviteiten

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnisch deel)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

Indien de bouwkosten minder dan € 50.000,- bedragen:

0,78%

van de bouwkosten met een minimum van:

€ 150,00

b.

Indien de bouwkosten € 50.000,-tot € 100.000,- bedragen:

€ 390,00

vermeerderd met:

0,55%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000,- te boven gaan.

c.

Indien de bouwkosten € 100.000,-tot € 250.000,- bedragen:

€ 665,00

vermeerderd met:

0,54%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 100.000,- te boven gaan.

d.

Indien de bouwkosten € 250.000,-tot € 500.000,- bedragen:

€ 1.475,00

vermeerderd met:

0,48%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 250.000,- te boven gaan.

e.

Indien de bouwkosten € 500.000,-tot € 1.000.000,- bedragen:

€ 2.675,00

vermeerderd met:

0,47%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000,- te boven gaan.

f.

Indien de bouwkosten € 1.000.000,-of meer bedragen:

€ 5.025,00

vermeerderd met:

0,38%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 1.000.000,- te boven gaan, met een maximum, van totaal (leges)bedrag van € 275.000,-

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een omgevingsplanactiviteit waarbij sprake is van een bouwactiviteit

Indien de bouwkosten minder dan € 50.000,- bedragen:

1,82%

van de bouwkosten met een minimum van:

€ 150,00

b.

Indien de bouwkosten € 50.000,-tot € 100.000,- bedragen:

€ 910,00

vermeerderd met:

1,30%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000,- te boven gaan.

c.

Indien de bouwkosten € 100.000,-tot € 250.000,- bedragen:

€ 1.560,00

vermeerderd met:

1,26%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 100.000,- te boven gaan.

d.

Indien de bouwkosten € 250.000,-tot € 500.000,- bedragen:

€ 3.450,00

vermeerderd met:

1,12%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 250.000,- te boven gaan.

e.

Indien de bouwkosten € 500.000,-tot € 1.000.000,- bedragen:

€ 6.250,00

vermeerderd met:

1,09%

van het bedrag waarmee die bouwkosten € 500.000,- te boven gaan.

f.

Indien de bouwkosten € 1.000.000,- of meer bedragen:

€ 11.700,00

vermeerderd met:

0,88%

2.

Indien de leges die voortvloeien uit de artikelen 2.5 en 2.6 lid 1 tezamen meer zijn dan € 275.000,00 dan wordt geen hoger bedrag voor de betreffende activiteiten geheven dan:

€ 

275.000,00

3.

voor een omgevingsplanactiviteit die uitsluitend bestaat uit het in stand houden of gebruiken van een bouwwerk en waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit:

€ 500,00

4.

Onverminderd de voorgaande onderdelen van dit artikel wordt indien sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit het tarief verhoogd met, indien deze is voorafgegaan aan een omgevingsoverleg (omgevingstafel) :

a.

zonder bouwkosten of indien de bouwkosten lager zijn dan € 50.000

€ 328,00

b.

Indien de bouwkosten € 50.000,-tot € 100.000,- bedragen:

€ 2.064,00

c.

Indien de bouwkosten € 100.000,-tot € 250.000,- bedragen:

€ 4.644,00

d.

Indien de bouwkosten € 250.000,-tot € 500.000,- bedragen:

€ 8.763,00

e.

Indien de bouwkosten € 500.000,-tot € 1.000.000,- bedragen:

€ 14.239,00

f.

Indien de bouwkosten € 1.000.000,- tot € 2.000.000,- bedragen:

€ 19.715,00

g.

Indien de bouwkosten € 2.000.000,- tot € 5.000.000,- bedragen:

€ 25.191,00

h.

Indien de bouwkosten € 5.000.000,- of meer bedragen:

€ 32.860,00

vermeerderd met:

0,50%

van het deel van de bouwkosten boven de € 500.000,- met een maximum van € 62.848

€ 62.848,00

5.

Mocht een buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet zijn voorafgegaan aan een omgevingsoverleg (omgevingstafel) dan worden de tarieven zoals opgenomen onder artikel 2.6 lid 4 per omgevingsoverleg (omgevingstafel) verhoogd met:

€ 1.000,00

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 500,00

a.

voor een omgevingsplanactiviteit dan wel een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit en rijksmonumentenactiviteit:

monumenten

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit of rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd

rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een omgevingsplanactiviteit, een buitenplanse omgevingsplanactivitei of bij toepassing van artikel van de gemeentelijke erfgoedverordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

1˚ voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument:

€ 353,00

2˚ voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 353,00

2.

Als de in het eerste lid bedoelde aanvraag een archeologisch monument betreft, worden de in het eerste lid genoemde tarieven verhoogd met:

€ 100,00

3.

Het eerste lid, aanhef en onder a, en tweede lid, is van overeenkomstige toepassing op een aanvraag om een omgevingsvergunning met betrekking tot een monument of archeologisch monument dat op grond van de gemeentelijke Erfgoedverordening is aangewezen respectievelijk waarop, voordat het is aangewezen, die verordening van overeenkomstige toepassing is. De vorige volzin is van toepassing:

a.

als het gaat om een aangewezen monument of archeologisch monument: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functieaanduiding gemeentelijk monument is gegeven; en

b.

als het gaat om een monument of archeologisch monument waarop voordat het is aangewezen de verordening van overeenkomstige toepassing is: zolang in het omgevingsplan daaraan nog niet de functieaanduiding gemeentelijk monument is gegeven of het omgevingsplan nog geen voorbeschermingsregel bevat vanwege het voornemen om die functie-aanduiding te geven.

Artikel 2.9 Rijksmonumentenactiviteit (gereserveerd)

Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor een omgevingsplanactiviteit, een buitenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van de gemeentelijke erfgoedverordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

€ 333,00

2.

Het eerste lid, aanhef en onder a, is van overeenkomstige toepassing op een sloopactiviteit die wordt verricht op een locatie waarvoor een op grond van artikel 4.35, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet als instructie geldende aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht als bedoeld in artikel 35, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 zoals die wet luidde voor de inwerkingtreding van de Erfgoedwet van kracht

is, zolang in het omgevingsplan aan die locatie nog niet de functieaanduiding rijksbeschermd stads- of dorpsgezicht is gegeven.

Artikel 2.11 Omgevingsplanactiviteit: overig cultureel erfgoed en werelderfgoed (gereserveerd)

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.12 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in het omgevingsplan of paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.102,00

Artikel 2.13 Overige milieubelastende activiteiten (afdeling 3.2 tot en met 3.9 Besluit activiteiten leefomgeving)

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.804,00

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 2.337,00

c.

voor vijf of meer milieubelastende activiteiten, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,00

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Artikel 2.21 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.095,00

Artikel 2.22 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktelichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.095,00

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven (gereserveerd)

Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde (gereserveerd)

Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg (gereserveerd)

Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 20,90

Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 281,60

Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: aanlegactiviteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

voor een omgevingsplanactiviteit dan wel een buitenplanse omgevingsplanactiviteit

a.

zonder bouwkosten of indien de bouwkosten lager zijn dan € 100.000

€ 1.250,00

b.

Indien de bouwkosten € 100.000,- tot € 500.000,- bedragen:

€ 2.500,00

c.

Indien de bouwkosten € 500.000,- of meer bedragen:

€ 5.000,00

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Artikel 2.29 Omgevingsplanactiviteit: alarminstallatie (gereserveerd)

Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 39,50

Artikel 2.31 Omgevingsplanactiviteit: reclame

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het

Omgevingsbesluit, en als niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

a.

als de activiteit bestaat uit het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van die handelsreclame:

€ 41,10

verhoogd met per m2 oppervlakte van de reclame-uiting

€ 41,10

Artikel 2.32 Omgevingsplanactiviteit: opslag van roerende zaken (gereserveerd)

Artikel 2.33 Omgevingsplanactiviteit: standplaatsen (gereserveerd)

Artikel 2.34 Andere activiteiten

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit:

a.

betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit, uitgezonderd de activiteit bedoeld in onderdeel b, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 500,00

b.

betreft een omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

1.

voor een omgevingsplanactiviteit dan wel buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 500,00

2.

voor een in een gemeentelijke verordening als bedoeld in artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit aangewezen vergunningplichtige activiteit:

€ 500,00

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouw- of sloopactiviteit, bedraagt het tarief:

a.

voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op:

1.

het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

2.

bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

3.

het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of

4.

het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel

7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving;

per maatwerkvoorschrift:

€ 438,00

b.

in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel a, per maatwerkvoorschrift:

€ 438,00

Artikel 2.36 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

1.

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op:

a.

één milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief:

€ 2.337,00

b.

twee tot vijf milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, per milieubelastende activiteit:

€ 1.869,00

c.

vijf of meer milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, per milieubelastende activiteit:

€ 1.519,00

2.

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere milieubelastende activiteit dan bedoeld in het eerste lid, bedraagt het tarief per milieubelastende activiteit:

€ 1.592,00

Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.35 en 2.36, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 438,00

Paragraaf 2.9 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel

1.

Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op:

a.

een bouwactiviteit, bedraagt het tarief:

€ 875,00

b.

een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief:

€ 875,00

c.

een milieubelastende activiteit, bedraagt het tarief:

€ 2.337,00

d.

een andere activiteit dan bedoeld in de onderdelen a, b of c, bedraagt het tarief:

€ 875,00

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een

€ 875,00

bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit:

Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning

a.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

€ 41,10

b.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende omgevingsvergunning:

€ 41,10

Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning

a.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning niet zijnde de situatie zoals opgenomen onder b

€ 656,00

b.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning wanneer het gaat om een milieubelastende activiteit

€ 1.770,00

Artikel 2.42 Intrekken omgevingsvergunning (gereserveerd)

Artikel 2.43 Beoordeling aanvullende gegevens (gereserveerd)

Artikel 2.44 Beoordeling onderzoeksrapporten

De in artikel 2.49 opgenomen tarieven zijn van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een onderzoeksrapport, zonder dat sprake is van een aanvraag om een omgevingsvergunning of van het nemen van een ander besluit.

Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan (gereserveerd, verloopt via afzonderlijke overeenkomst)

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan, tenzij op andere wijze kostenverhaal is overeengekomen

€ 13.136,00

Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan:

€ 136,50

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.7 verschuldigde leges verhoogd met: 50% met een minimumbedrag van € 500,00 een maximumbedrag van € 2.500,00

Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit:

a.

als sprake is van een milieubelastende activiteit:

€ 2.804,00

b.

als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 1.000,00

c.

als sprake is van andere activiteiten dan bedoeld in de onderdelen a en b:

€ 1.000,00

Artikel 2.49 Beoordeling onderzoeksrapporten

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld:

a.

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport:

€ 437,90

b.

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport:

€ 437,90

c.

Voor de beoordeling van een aeriusrapport (stikstofberekening):

€ 437,90

d.

voor de beoordeling van een geluid- of luchtrapport betreffende de geluid- of luchtbelasting:

€ 437,90

e.

voor de beoordeling van een akoestisch rapport betreffende de interne en externe geluidwering of nagalm van een bouwwerk:

€ 437,90

f.

voor de beoordeling van een ecologisch onderzoeksrapport:

€ 437,90

g.

voor de beoordeling van een milieueffectrapportage (MER):

€ 7.745,50

h.

voor de beoordeling van een niet in de voorgaande onderdelen genoemd rapport:

€ 437,90

Artikel 2.50 Advies

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

a.

voor een advies van de gemeenteraad

€ 1.000,00

b.

voor een tweede of elk volgend advies van de gemeentelijke adviescommissie dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet:

€ 500,00

c.

voor een tweede of elk volgend advies van de gemeentelijke adviescommissie als bedoeld in de in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel b:

€ 500,00

d.

voor een advies van de agrarische adviescommissie Zeeland zonder bedrijfsbezoek:

€ 910,00

e.

voor een advies van de agrarische adviescommissie Zeeland met bedrijfsbezoek wordt het bedrag onder d vermeerderd met:

€ 95,00

f.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a tot en met e:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, onderdeel f, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Artikel 2.51 Instemming

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

a.

als de gemeenteraad moet besluiten over de instemming:

€ 1.000,00

b.

als een ander bestuursorgaan moet besluiten over de instemming:

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

2.

Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 2.13 Vermindering

Artikel 2.52 Vermindering na omgevingsoverleg

1.

ls de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een aanvraag om omgevingsoverleg als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt:

75%

van de voor het omgevingsoverleg geheven leges.

2.

Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan:

a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop het omgevingsoverleg betrekking had;

b. in overeenstemming met de uitkomsten van het omgevingsoverleg; en

c. binnen zes maanden na het laatste omgevingsoverleg of, als het omgevingsoverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 2.53 Vermindering bij meervoudige aanvraag (gereserveerd)

Paragraaf 2.13 Teruggaaf

Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig

Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

100%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt:

75%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges.

Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen vier weken na de indiening van de aanvraag:

75%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf vier weken na de indiening van de aanvraag:

50%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

a.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking binnen zes weken na de indiening van de aanvraag:

75%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

b.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf zes weken tot achttien weken na de indiening van de aanvraag:

50%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges;

c.

bij gehele of gedeeltelijke intrekking op een tijdstip vanaf achttien weken na de indiening van de aanvraag:

25%

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw (technische activiteit)- of

25%

milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen zes maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges

Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

a.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

50%

van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.

b.

Onder een weigering bedoeld in onderdeel a wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak

Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

Artikel 2.61 Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan € 150,00 wordt niet teruggegeven

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN

Paragraaf 3.1 Horeca

Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting

a.

een aanvraag om een vergunning tot het exploiteren van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:24 van de Algemene plaatselijke verordening:

€ 120,30

b.

een ontheffing van de algemeen geldende sluitingstijd (a.g.s.) als bedoeld in artikel 2:27 lid 3 sub c van de APV (nachtontheffing)

€ 832,80

c.

Een ontheffing van de a.g.s. als bedoeld in artikel 2:27 lid 3 sub d van de APV (broodjesontheffing)

€ 180,05

d.

Een ontheffing van de a.g.s. als bedoeld in artikel 2:27 lid 3 sub b van de APV per nacht (incidentele ontheffing)

€ 72,00

e.

Een ontheffing van de a.g.s. als bedoeld in artikel 2:27 lid 3 sub a van de APV (eenrichtingsverkeer ontheffing)

€ 180,05

Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

a.

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet

€ 240,75

b.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 2:25 van de APV (terras)

€ 39,60

c.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de

€ 304,60

Alcoholwet in combinatie met een vergunning op grond van artikel 2:24 van de APV (AW, exploitatievergunning)

d.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet in combinatie met een vergunning op grond van artikel 2:24 en artikel 2:25 van de APV (AW, exploitatievergunning en terras)

€ 326,40

e.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 2:24 van de APV in combinatie met een vergunning op grond van artikel 2:25 van de APV (exploitatievergunning en terras)

€ 133,95

f.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een tijdelijke vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet en/of artikel 2:24 en/of artikel 2:25 van de APV (AW, exploitatievergunning en terras). Een dergelijke tijdelijke vergunning is slechts mogelijk op grond van bijzondere/incidentele omstandigheid zoals COVID-19. Daarbij is dit slechts mogelijk voor maximaal 1 seizoen (lopend van 1 maart tot 1 november). Dit tarief is per onderdeel van de vergunningen en kan maximaal drie keer zijn.

€ 64,25

g.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid van de Alcoholwet

€ 39,60

h.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een ontheffing als bedoeld in artikel 25e ,van de Alcoholwet

€ 244,25

i.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van afdeling 17 APV artikel 2:80 lid 3

€ 240,75

j.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van afdeling 18 APV artikel 2:84

€ 240,75

k.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet

€ 89,95

l.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet per dag

€ 39,60

m.

Het tarief als vermeld onder lid m wordt met een factor twee vermenigvuldigd als de ontheffingsaanvraag binnen drie weken voor de aanvang van het evenement schriftelijk is ingediend.

n.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

o.

Een vergunning, ontheffing, verlof of combinatie hiervan ingevolge afdeling 8, hoofdstuk 2 van de APV voor zover niet genoemd

€ 120,30

p.

Het aanpassen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet, door bijschrijven van een leidinggevende per leidinggevende, waarbij maximaal 3 maal dit tarief is verschuldigd.

€ 54,35

q.

Het aanpassen van een exploitatievergunning ingevolge afdeling 8, hoofdstuk 2 van de APV door bijschrijven van een leidinggevende per leidinggevende, waarbij maximaal 3 maal dit tarief is verschuldigd.

€ 39,60

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of om de verlenging van een vergunning als bedoeld in hoofdstuk 3 van de Algemene plaatselijke verordening:

a.

voor een seksinrichting

€ 2.010,30

b.

voor een escortbedrijf

€ 1.652,20

Artikel 3.4 Wijzigen vergunning seksbedrijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een in artikel 3.3 bedoelde vergunning in verband met een wijziging van:

a.

voor een seksinrichting

€ 552,20

b.

voor een escortbedrijf

€ 386,55

Paragraaf 3.2 Winkeltijdenwet

Artikel 3.5 Ontheffing winkeltijden

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a.

voor een ontheffing, behoudens een ontheffing als bedoeld in onderdeel 3.6.2. in het kader van de Winkeltijdenwet of het

Vrijstellingenbesluit

€ 146,20

b.

voor een ontheffing in het kader van artikel 3, vierde lid, van de Winkeltijdenwet

€ 549,00

c.

Het tarief bedraagt voor het verlenen van toestemming om een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 146,20

d.

Het tarief bedraagt ter zake een intrekking of wijziging van een in de vorige onderdelen bedoelde ontheffing

€ 73,10

Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt

Artikel 3.6 Organiseren evenement

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.26, lid 2, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), als het betreft:

a

Voor evenementen die vallen onder 0 ( 0 - evenementen ) geldt geen vergunningsplicht meer en er worden derhalve geen leges geheven.

Wel geldt voor deze evenementen een meldingsplicht.

€ 0,00

b

Voor evenementen die worden ingedeeld in categorie A kan een (verzamel)vergunning worden verleend tegen een eenmalig tarief van

€ 40,10

v

Voor evenementen die worden ingedeeld in categorie B kan een (verzamel) vergunning worden verleend tegen een eenmalig tarief van

€ 85,95

d

Voor evenementen die worden ingedeeld in categorie C kan een (verzamel) vergunning worden verleend tegen een eenmalig tarief van

€ 344,05

Paragraaf 3.5 Huisvestingswet 2014

Artikel 3.11 Vergunning [of ontheffing] onttrekken woonruimte

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om woonruimte aan de bestemming tot bewoning te onttrekken of onttrokken te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder a, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

€ 552,20

Artikel 3.12 Vergunning [of ontheffing] samenvoegen woonruimte

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om woonruimte met andere woonruimte samen te voegen of samengevoegd te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder b, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

€ 1.104,50

Artikel 3.13 Vergunning [of ontheffing] omzetten zelfstandige in onzelfstandige woonruimte

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte om te zetten of omgezet te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder c, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

€ 1.104,50

Artikel 3.14 Vergunning [of ontheffing] verbouwen woonruimte tot meer woonruimten

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om woonruimte tot twee of meer woonruimten te verbouwen of in die verbouwde staat te houden, als bedoeld in artikel 21, eerste lid, aanhef en onder d, [respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

€ 552,20

Artikel 3.15 Splitsingsvergunning [of -ontheffing]

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning [of ontheffing van het verbod] om een recht op een gebouw te splitsen in appartementsrechten, als bedoeld in artikel 22, eerste[, respectievelijk tweede lid,] van de Huisvestingswet 2014:

€ 1.078,40

Artikel 3.16 Vergunning of ontheffing toeristische verhuur

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning of ontheffing van het verbod om woonruimte voor toeristische verhuur in gebruik te geven als bedoeld in artikel 23c, eerste, respectievelijk tweede lid, van de Huisvestingswet 2014:

€ 552,20

Artikel 3.17 Verhuurvergunning opkoopbescherming

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning om een woonruimte in gebruik te geven binnen een periode van vier jaar na de datum van inschrijving in de openbare registers van de akte van levering van die woonruimte aan de nieuwe eigenaar, als bedoeld in artikel 41, eerste lid, van de Huisvestingswet 2014:

Artikel 3.18 Verhuurvergunning woon- of verblijfsruimte

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet goed verhuurderschap :

a.

voor een verhuurvergunning woonruimte:

b.

voor een verhuurvergunning verblijfsruimte:

Artikel 3.19 Verbouw van woonruimte

Het tarief bedraagt voor het verkrijgen van een vergunning voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014

€ 552,20

Paragraaf 3.6 Exploitatie Huisvesting (inter)nationale werknemers

a.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 2:41a van de APV (exploitatievergunning HIW)

€ 331,35

b.

Het aanpassen van een exploitatievergunning ingevolge artikel 2:41a van de APV door wijzigingen van een beheerder per persoon, waarbij maximaal 3 maal dit tarief is verschuldigd.

€ 55,20

Paragraaf 3.7 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit

Artikel 3.19 Niet benoemd besluit op aanvraag

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 40,20

secretaris

R. Wiskerke