Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR708265
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR708265/1
Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2024.
Geldend van 01-01-2024 t/m heden
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2024.De raad van de gemeente Veere;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders
gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;
besluit vast te stellen de:
Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2024.
Artikel 1. Definities
In deze verordening wordt verstaat onder:
- dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- jaar: het tijdvak dat loopt van de n-de dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
- kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;
- maand: het tijdvak dat loopt van (n-1)dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de n-de dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;
- week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.
Artikel 2. Belastbaar feit
1. Onder de naam "leges" worden rechten geheven voor:
a. het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit
b. het verlenen van een dienst op aanvraag; of
c. het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3. Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.
Artikel 4. Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
a. diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de omgevingswet zijn of worden verhaald;
b. diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtsheffing of kosteloos moeten worden verleend;
c. voor de in artikel 3.6 aangevraagde vergunningen voor een liefdadig of ideëel doel.
Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6. Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7. Termijnen van betaling
1. In afwijking van artikel 9 eerste lid van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8. Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9. Vermindering of Teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10. Overdracht van bevoegdheden
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
a. van zuiver redactionele aard zijn;
b. een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:
1. paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);
2. paragraaf 1.3 (rijbewijzen);
3. artikel 1.19 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);
4. artikel 1.27, onder a (verklaring omtrent het gedrag);
5. artikel 1.33 (Wet op de kansspelen);
een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11. Overgangsrecht
1. De "Verordening op de heffing van Leges 2023", vastgesteld bij besluit van 15 december 2022 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2024, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 12. Inwerkingtreding en citeertitel
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
Artikel 13. Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening op de heffing van Leges 2024” gemeente Veere.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 14 december 2023.
De voorzitter, Mw. J.H.M. Hermans-Vloedbeld
De griffier, Mw. Mr. A.W.L. Piersma
Bijlage 1 tarieventabel behorende bij de Legesverordening 2024
HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING
Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand |
||
|
Artikel 1.1 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap |
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, het aangaan van een geregistreerd partnerschap op: |
||
a. |
Een werkdag van 09.00 uur tot 17.00 uur. Uitgezonderd artikel 1.1 onderdeel e. |
€ 567,00 |
b. |
Een werkdag buiten de uren genoemd in artikel 1.1 onderdeel a. |
€ 687,00 |
c. |
Op een zaterdag |
€ 955,00 |
d. |
Op een zondag of een algemeen erkende of daarmee gelijk gestelde feestdag in de zin van artikel 3 van de Algemene Termijnenwet |
€ 1.343,00 |
e. |
Op een maandag om 10.00 uur en 10.30 uur in het gemeentehuis te Domburg met een sobere ceremonie |
Gratis |
Artikel 1.2 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk |
||
Voor het omzetten van een partnerschap naar een huwelijk met ceremonie gelden de tarieven bepaald in artikel 1.1. onderdeel a t/m e. |
||
Artikel 1.3 Huwelijksvoltrekking of registratie partnerschap in bijzonder huis |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.4 Omzetten geregistreerd partnerschap in huwelijk in bijzonder huis |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.5 Aanwijzing buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.6 Beschikbaar stellen getuige door gemeente |
||
Het tarief bedraagt voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige voor de huwelijksvoltrekking of de registratie van een partnerschap, per getuige: |
€ 39,00 |
|
Artikel 1.7 Annuleren of wijzigen datum |
||
Het tarief bedraagt voor het binnen 2 maanden voor het voltrekken van het huwelijk of geregistreerd partnerschap annuleren van de [gereserveerd]e datum |
€ 180,00 |
|
Artikel 1.8 Trouwboekje of partnerschapsboekje |
||
a. |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een (duplicaat) trouwboekje of partnerschapsboekje |
€ 24,00 |
Paragraaf 1.2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart |
||
Artikel 1.9 Paspoorten of andere reisdocumenten |
||
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
a. |
Een reisdocument van het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de Paspoortwet, ten behoeve van een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, het geldende maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden |
|
b. |
Een reisdocument van het Koninkrijk der Nederlanden als bedoeld in artikel 2, eerste lid van de Paspoortwet, die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, het geldende maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden |
|
Artikel 1.10 Nederlandse identiteitskaart |
||
a. |
Een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Paspoortwet ten behoeve van een persoon, die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, het geldende maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden |
|
b. |
Een Nederlandse identiteitskaart als bedoeld in artikel 2, tweede lid van de Paspoortwet ten behoeve van een persoon, die op het moment van de aanvraag die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt, het geldende maximale tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden |
|
Artikel 1.11 Modaliteiten |
||
a. |
De tarieven genoemd onder 1.9 en 1.10 worden bij spoedlevering vermeerderd met het geldende tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden. |
|
b. |
Het tarief bedraagt voor het bezorgen van een reisdocument of Nederlandse identiteitskaart zoals bedoeld in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.4, het geldende tarief zoals dat is opgenomen in het Besluit Paspoortgelden afgerond op € 0,05 naar beneden |
|
Paragraaf 1.3 Rijbewijzen |
||
Artikel 1.12 Rijbewijzen |
||
a. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs: het geldende maximale tarief zoals dat is opgenomen in het regeling rijbewijzen ‘Regeling Tarieven Dienst Wegverkeer’ afgerond op € 0,05 naar beneden |
|
b. |
Het tarief als genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt voor aanvragers jonger dan 18 jaar verlaagd met 50% afgerond op € 0,05 naar beneden |
|
Artikel 1.13 Modaliteiten |
||
c. |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 en 1.3.2 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met: het bedrag zoals dit laatstelijk is vastgesteld in de ‘Regeling Tarieven Dienst Wegverkeer’. |
|
Paragraaf 1.4 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie persoonsgegevens |
||
Artikel 1.14 Definities |
||
1. |
Voor de toepassing van artikel 1.15 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. |
|
2. |
Voor de toepassing van artikel 1.16 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van een of meer gegevens over één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen |
|
Artikel 1.15 Verstrekking van gegevens uit de basisregistratie personen |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
a. |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
€ 7,20 |
b. |
verstrekking van een gewaarmerkt afschrift van gegevens uit de Basis registratie persoonsgegevens (BRP)ten behoeve van de aanvrager zelf |
€ 7,20 |
c. |
verstrekking als bedoeld in onderdeel artikel 1.15 aangevraagd en betaald door middel van het internetloket op de gemeentelijke website |
€ 3,30 |
d. |
tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200) |
€ 7,20 |
Artikel 1.16 Verstrekking van aangehaakte gegevens |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
a. |
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking |
€ 7,20 |
Artikel 1.17 Schriftelijke verstrekking |
||
In afwijking van de artikelen 1.15 en 1.16 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen: |
€ 7,50* |
|
Artikel 1.18 Op aanvraag doornemen basisregistratie personen |
||
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 1.5 Bestuursstukken |
||
Artikel 1.19 Afschriften van bestuursstukken |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.20 Abonnement op bestuursstukken |
||
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 1.6 Vastgoedinformatie |
||
Artikel 1.21 Plan- of kaartinformatie |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een kopie van een ruimtelijk plan of deel daarvan, zoals omgevingsvisie, omgevingsplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in artikel 1.22, onderdeel b |
||
a. |
in formaat A4 of kleiner, per pagina |
€ 0,40 |
b. |
in formaat A3, per pagina |
€ 0,65 |
c. |
in formaat A2 of groter, per pagina |
€ 0,40 |
d. |
in digitale vorm |
€ 0,65 |
e. |
van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per dm² lichtdruk |
€ 12,00 |
Artikel 1.22 Informatie uit registers |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: |
||
a. |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen. Per adres of object |
€ 12,50 |
b. |
de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet |
€ 12,50 |
c. |
de inschrijving in het rijksmonumentenregister die aan de gemeente verzonden is als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet |
€ 12,50 |
d. |
De gemeentelijke erfgoedregister, bedoeld in artikel 3.16 van de Erfgoedwet, per aangewezen cultuur erfgoed. |
€ 12,50 |
e. |
de gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder a en b van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen onroerende zaken, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van die Wet |
€ 12,50 |
Artikel 1.23 Informatie uit adressenbestanden |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van: |
||
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 1.7 Overige publiekszaken |
||
Artikel 1.24 Gemeentegarantie |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.25 Overige publiekszaken |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
a. |
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag het tarief zoals dat laatstelijk is vastgesteld in de ministeriele regeling Verklaring omtrent gedrag |
|
b. |
tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn |
€ 7,20 |
c. |
verstrekking als bedoeld in onderdeel 1.9.2 aangevraagd en betaald door middel van het internetloket op de gemeentelijke website |
€ 3,10 |
d. |
tot het legaliseren van een handtekening |
€ 7,20 |
Paragraaf 1.8 Gemeentearchief |
||
Artikel 1.26 Naspeuringen in gemeentearchief |
||
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen, zoals in het archief, de bevolkingsregisters en de burgerlijke stand, ongeacht het resultaat, door een ambtenaar per kwartier: |
€ 28,00 |
|
Artikel 1.27 Afschrift of uittreksel uit gemeentearchief |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.28 Uitlenen archiefbescheiden |
||
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 1.9 Bijzondere wetten |
||
Artikel 1.29 Huisvestingswet 2014 |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.30 Leegstandwet |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 1.31 Wet op de kansspelen |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
||
a. |
voor één speelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van twaalf maanden, |
€ 56,50* |
b. |
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat |
€ 56,50* |
c. |
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ 34,00* |
d. |
voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd |
€ 226,50* |
e. |
voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van vier jaar, voor de eerste kansspelautomaat |
€ 226,50* |
f. |
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ 136,00* |
g. |
De subonderdelen a en b zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden. |
|
h. |
wordt een aanwezigheidsvergunning in de loop van het kalenderjaar opgezegd dan zal terugbetaling plaatsvinden over de nog niet ingetreden kalenderjaren. |
|
i. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ 19,50 |
j. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren of doen exploiteren van een speelgelegenheid als bedoeld in [artikel 2:39 van de Algemene plaatselijke verordening] |
€ 19,50 |
Artikel 1.32 Telecommunicatiewet |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding of een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit of een vergunning voor het leggen, in stand houden, onderhouden, verleggen of verwijderen van kabels en leidingen als bedoeld in artikel 4, eerste lid van de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren – AVOI € 403,00 en per extra strekkende meter bodemsleuf voor bodemsleuven van 25 meter of meer € 1,30. |
||
Artikel 1.33 Wegenverkeerswetgeving |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
1. |
tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 anders dan bedoeld in onderdeel 1.19.1 voor de duur van: |
|
b. |
één dag |
€ 31,00 |
c. |
één week |
€ 63,00 |
d. |
één maand |
€ 126,00 |
e. |
een periode langer dan een maand |
€ 252,20 |
2. |
tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) indien het betreft: |
|
a. |
een eerste aanvraag of de aanvraag voor een verlenging van een gehandicaptenparkeerkaart die is afgegeven met een geldigheidsduur, korter dan de reguliere geldigheidsduur van vijf jaren |
€ 114,00 |
b. |
een verlenging van een gehandicaptenparkeerkaart die is afgegeven met de reguliere termijn van vijf jaren |
€ 32,50 |
Paragraaf 1.10 Diversen |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
||
a. |
gewaarmerkte kopieën of afschriften van stukken, dan wel stukken of uittreksels die speciaal voor de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tarieventabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina ongeacht het aantal pagina’s of het formaat |
€ 3,60 |
b. |
fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|
c. |
bij kopieën op A4 formaat of kleiner, bedraagt het tarief vanaf de 6e kopie per pagina. |
€ 0,40 |
d. |
bij kopieën een ander formaat dan A4 formaat of kleurenkopieën, vanaf de 6e kopie per pagina |
€ 0,65 |
e. |
in digitale vorm |
€ 0,65 |
f. |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ 10,80 |
g. |
Het tarief bedraagt voor het doen van nasporingen in verband met een verzoek of een aanvraag, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan |
€ 12,50 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
||
h. |
tot het verkrijgen van milieu-informatie als bedoeld in artikel 19.1a, eerste lid, van de Wet Milieubeheer per locatie, per milieuaspect, welke informatie via e-mail verzonden wordt |
€ 41,00 |
i. |
tot het verkrijgen van milieu-informatie als bedoeld in artikel 19.1a, eerste lid, van de Wet Milieubeheer voor meerdere locaties tegelijk, per milieuaspect, welke informatie via e-mail verzonden wordt |
€ 327,00 |
j. |
Het tarief voor het verstrekken van een nieuwe of een extra pas (chip sleutelhanger) voor gebruikers/aansluitingen die krachtens de Afvalstoffenverordening zijn aangewezen op het gebruik van ondergrondse containers voor de inzameling van het huishoudelijk restafval |
€ 26,00 |
HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET
Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen |
|
|
Artikel 2.1 Definities |
|
|
1. |
Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling en in de bijlagen bij het gemeentelijke omgevingsplan, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
2. |
In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald. |
|
3. |
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder: |
|
binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan; |
||
binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet; |
||
aanlegkosten: De aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en technische installaties 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; |
||
sloopkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschied wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; |
||
Bouwkosten: de omschrijving zoals opgenomen in bijlage I bij de Omgevingsregeling van het begrip ‘bouwkosten’. |
||
4. |
In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ wordt onder de in die omschrijving genoemde Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 verstaan de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567. |
|
Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven |
|
|
Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
||
a. |
een vooraanvraag; |
|
b. |
een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit; |
|
c. |
een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet; |
|
d. |
toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet; |
|
e. |
een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning; |
|
f. |
wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen b, c en d; |
|
g. |
een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen b tot en met f. |
|
Artikel 2.3 Bepalen tarief |
|
|
1. |
De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk. |
|
2. |
Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten. |
|
3. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12. |
|
5. |
Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning. |
|
6. |
In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
Paragraaf 2.2 Voorfase |
|
|
Artikel 2.4 Omgevingsoverleg |
|
|
Voordat een formele aanvraag om een besluit als bedoeld in de overige paragrafen van deze titel wordt ingediend en betrekking heeft op het houden van een vooraanvraag over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief: |
||
a. |
Indien de geraamde bouwkosten minder bedragen dan € 10.000 |
€ 91,00 |
b. |
Indien de geraamde bouwkosten minder bedragen dan € 50.000 |
€ 312,00 |
c. |
Indien de geraamde bouwkosten meer bedragen dan € 50.000 |
€ 781,00 |
c. |
Als geen raming wordt overlegd |
€ 781,00 |
Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken |
|
|
Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
||
a. |
indien de bouwkosten minder bedragen dan € 50.000: |
0,50% |
van de bouwkosten, met een minimum van |
€ 99,00 |
|
b. |
indien de bouwkosten tussen de €50.000 en €250.000 bedragen: |
0,49% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 260,00 |
|
c. |
indien de bouwkosten tussen de € 250.000 en € 750.000 bedragen: |
0,48% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 1.270,00 |
|
d. |
indien de bouwkosten tussen de € 750.000 en € 1.500.000 bedragen: |
0,46% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 3.712,00 |
|
e. |
indien de bouwkosten € 1.500.000,-- of meer bedragen: |
0,44% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 7.229,00 |
|
Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel) |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een bouwactiviteit of het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
||
a. |
indien de bouwkosten minder bedragen dan € 50.000: |
1,50% |
van de bouwkosten, met een minimum van |
€ 168,00 |
|
b. |
indien de bouwkosten tussen de €50.000 en €250.000 bedragen: |
1,46% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 782,00 |
|
c. |
indien de bouwkosten tussen de € 250.000 en € 750.000 bedragen: |
1,43% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 3.810,00 |
|
d. |
indien de bouwkosten tussen de € 750.000 en € 1.500.000 bedragen: |
1,39% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 11.137,00 |
|
e. |
indien de bouwkosten € 1.500.000,-- of meer bedragen: |
1,31% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 21.687,00 |
|
Artikel 2.6a Planologische wijziging bij omgevingsplanactiviteit (waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit) |
|
|
1. |
Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit in overeenstemming is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, onder a, van de Omgevingswet dan wordt het tarief in 2.6 lid a t/m lid e vermeerderd met (binnenplanse omgevingsplanactiviteit die binnen het toepassingsbereik valt van een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid, wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht): |
€ 224,00 |
2. |
Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan dan wordt het tarief in 2.6 lid a t/m lid e vermeerderd met (kleine buitenplanse omgevingsplanactiviteit): |
€ 897,00 |
3. |
Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan dan wordt het tarief in 2.6 lid a t/m lid e vermeerderd met (buitenplanse omgevingsplanactiviteit): |
0,50% |
van de bouwkosten, met een minimum van: |
€ 686,00 |
|
en een maximum van: |
€ 6.252,00 |
|
Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit, niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of beschermd stads- en dorpsgezicht, als bedoeld in paragraaf 2.4, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
2,00% |
|
van de sloopkosten, met een minimum van: |
€ 224,00 |
|
Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed |
|
|
Artikel 2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument, provinciaal monument, rijksmonument, voorbeschermd gemeentelijk monument, voorbeschermd provinciaal monument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
||
a. |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument: |
2,00% |
van de sloopkosten, met een minimum van: |
€ 224,00 |
|
b. |
voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht: |
€ 224,00 |
Artikel 2.10 Omgevingsplanactiviteit: sloopactiviteit in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit een sloopactiviteit in een rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
2,00% |
|
van de sloopkosten, met een minimum van: |
€ 224,00 |
|
Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten |
|
|
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten |
|
|
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten |
|
|
Artikel 2.23 Omgevingsplanactiviteit: opbreken en graven |
|
|
[gereserveerd] |
||
Artikel 2.24 Omgevingsplanactiviteit: overige activiteiten beperkingengebied leidingen, landschapselement en aardkundige waarde |
|
|
[gereserveerd] |
||
Artikel 2.25 Omgevingsplanactiviteit: geluid weg |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen of wijzigen van een weg als op grond van het omgevingsplan of bij omgevingsvergunning voor een omgevingsplanactiviteit een geluidgevoelig gebouw is toegelaten binnen het aandachtsgebied van die weg, als bedoeld in artikel 22.272 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 93,00 |
|
Artikel 2.26 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet, artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit of artikel 22.278 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 93,00 |
|
Artikel 2.27 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 93,00 |
|
Artikel 2.28 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
2,00% |
|
van de aanlegkosten, met een minimum van: |
€ 224,00 |
|
Paragraaf 2.8 Overige activiteiten |
|
|
Artikel 2.30 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 4 van de bomenverordening Veere 2022 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten: |
€ 0,00 |
|
Artikel 2.34 Andere activiteiten |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk: |
€ 93,00 |
|
Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften |
|
|
Artikel 2.35 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten |
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: |
||
a. |
voor een maatwerkvoorschrift dat betrekking heeft op: 1. het in stand houden van een bestaand bouwwerk, bedoeld in artikel 3.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; 2. bouwactiviteiten die het bouwen van nieuwe bouwwerken betreffen als bedoeld in artikel 4.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; 3. het gebruik van een bouwwerk, bedoeld in artikel 6.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; of 4. het verrichten van bouw- of sloopwerkzaamheden als bedoeld in artikel 7.1 van het Besluit bouwwerken leefomgeving; per maatwerkvoorschrift: |
€ 897,00 |
b. |
in andere gevallen dan bedoeld in voorgaande lid, per maatwerkvoorschrift: |
€ 897,00 |
Artikel 2.37 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten |
|
|
Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.10.1 en 2.10.2, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift: |
€ 897,00 |
|
Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid |
|
|
Artikel 2.38 Gelijkwaardige maatregel |
|
|
1. |
Als de aanvraag om toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet betrekking heeft op: |
|
a. |
een bouwactiviteit, bedraagt het tarief: |
€ 897,00 |
b. |
een activiteit met betrekking tot cultureel erfgoed, bedraagt het tarief: |
€ 897,00 |
c. |
een andere activiteit dan bedoeld in voorgaande onderdelen, bedraagt het tarief: |
€ 897,00 |
Paragraaf 2.11 Overige tarieven |
|
|
Artikel 2.39 Verlengen tijdelijke omgevingsvergunning bouwactiviteit |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om verlenging van de in een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit gestelde termijn, bedoeld in artikel 10.23, tweede lid, van het Omgevingsbesluit: |
€ 93,00 |
|
Artikel 2.40 Wijzigen omgevingsvergunning |
|
|
1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een verleende omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ 224,00 |
Artikel 2.41 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning: |
€ 93,00 |
|
Artikel 2.45 Wijzigen van het omgevingsplan |
|
|
[gereserveerd] |
||
Artikel 2.46 Niet genoemd besluit op aanvraag |
|
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een ander, in dit hoofdstuk niet benoemd besluit op grond van de Omgevingswet, de op die wet gebaseerde algemene maatregelen van bestuur of het omgevingsplan. |
€ 93,00 |
|
Paragraaf 2.12 Modaliteiten |
|
|
Artikel 2.46a Planologische wijziging bij omgevingsplanactiviteit (waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit) |
|
|
Als moet worden beoordeeld of de omgevingsplanactiviteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan dan bedraagt het tarief (buitenplanse omgevingsplanactiviteit): |
€ 717,00 |
|
Artikel 2.47 Achteraf ingediende aanvraag |
|
|
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met: |
10,00% |
|
van de legeskosten, met een minimum van: |
€ 260,00 |
|
En een maximum van |
€ 1.042,00 |
|
Artikel 2.48 Uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is op de voorbereiding van het besluit: |
||
a. |
als sprake is van een buitenplanse omgevingsplanactiviteit niet zijnde een milieubelastende activiteit: |
€ 6.252,00 |
Artikel 2.50 Advies |
|
|
1. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet: |
|
a. |
voor een advies van de gemeenteraad: |
€ 1.625,00 |
b. |
voor een advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (CRK) als bedoeld in de [Verordening op de gemeentelijke adviescommissie] dat uitsluitend betrekking heeft op redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet: |
|
1. van € 0 tot €25.000 aan bouwkosten, bedraagt het tarief: |
€ 52,00 |
|
2. van €25.000 tot €2.000.000 aan bouwkosten, bedraagt het tarief: |
2‰ |
|
van de bouwkosten. |
||
3. vanaf €2.000.000 aan bouwkosten, bedraagt het tarief: |
€ 4.168,00 |
|
c. |
voor een advies van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (CRK) als bedoeld in de [Verordening op de gemeentelijke adviescommissie] in andere gevallen dan bedoeld in onderdeel artikel 2.50 lid b: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
Volgens begroting |
d. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: |
€ 910,00 |
voor een bedrijfsbezoek van de adviescommissie Zeeland(excl.): |
€ 95,00 |
|
e. |
voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in voorgaande onderdelen: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
Volgens begroting |
2. |
Als een begroting als bedoeld in artikel 2.50 lid c en e, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
Artikel 2.51 Instemming |
|
|
1. |
Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan: |
|
a. |
als de gemeenteraad moet besluiten over de instemming: |
€ 312,00 |
b. |
als een ander bestuursorgaan moet besluiten over de instemming: |
€ 1.560,00 |
Paragraaf 2.13Vermindering |
|
|
Artikel 2.52 Vermindering na vooraanvraag |
|
|
1. |
Als de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel b, en zoals nader omschreven in de paragrafen 2.3 tot en met 2.8, is voorafgegaan door een vooraanvraag als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en onderdeel a, en zoals nader omschreven in paragraaf 2.2, waarop de aanvraag om de omgevingsvergunning betrekking heeft, bestaat onder de in het tweede lid genoemde voorwaarden aanspraak op vermindering van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning verschuldigde leges. De vermindering bedraagt: |
100% |
2. |
Voor de toepassing van het eerste lid wordt de aanvraag om een omgevingsvergunning gedaan: a. voor dezelfde activiteit of activiteiten als waarop de vooraanvraag betrekking had; b. in overeenstemming met de uitkomsten van de vooraanvraag; en c. binnen 24 maanden na de laatste vooroverleg volgens afspraak leidt tot een kennisgeving aan de aanvrager, na de dagtekening van de kennisgeving. |
|
Paragraaf 2.14 Teruggaaf |
|
|
Artikel 2.54 Teruggaaf bij aanvraag en oordeel geen omgevingsvergunning nodig |
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders op grond van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning oordeelt dat voor de voorgenomen activiteit geen omgevingsvergunning is vereist, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
100,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
||
Artikel 2.55 Teruggaaf als aanvraag verder buiten behandeling wordt gelaten |
|
|
Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf. De teruggaaf bedraagt: |
85,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. |
||
Artikel 2.56 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure |
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat |
||
a. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking: |
60,00% |
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
||
Artikel 2.57 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure |
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat |
||
a. |
bij gehele of gedeeltelijke intrekking: |
60,00% |
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges; |
||
Artikel 2.58 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
|
Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
50,00% |
|
van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges. |
||
Artikel 2.59 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten |
|
|
a. |
Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
50,00% |
van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges. |
||
b. |
Onder een weigering bedoeld in artikel 2.59 onder a. wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
Artikel 2.60 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten |
|
|
In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.13. |
HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2
Paragraaf 3.1 Horeca |
||
Artikel 3.1 Exploitatie openbare inrichting |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
||
een aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 3, van de Alcoholwet eventueel in combinatie met een exploitatievergunning horecabedrijven als bedoeld in artikel 2.28 van de Algemene Plaatselijke Verordening van een: |
||
a. |
alcoholwetvergunning in combinatie met exploitatievergunning |
€ 458,00 |
b. |
Alcoholwetvergunning in combinatie met exploitatievergunning en terrasvergunning |
€ 556,00 |
Artikel 3.2 Uitoefenen horeca- of slijtersbedrijf |
||
a. |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid, van de Alcoholwet |
€ 19,80 |
b. |
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet |
€ 97,00 |
c. |
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid, van de Alcoholwet |
€ 97,00 |
d. |
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet per dag |
€ 19,70 |
Paragraaf 3.2 Seksbedrijven |
||
Artikel 3.3 Vergunning seksbedrijf |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 3.4 Wijzigen vergunning seksbedrijf |
||
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 3.3 Winkeltijdenwet |
||
Artikel 3.5 Ontheffing winkeltijden |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
||
a. |
Tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet |
€ 20,00 |
b. |
Tot het wijzigen van een in onderdeel a. bedoelde ontheffing |
€ 20,00 |
Paragraaf 3.4 Organiseren evenement of markt |
||
Artikel 3.6 Organiseren evenement |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25 van de Algemene Plaatselijke Verordening (evenementenvergunning), indien het betreft: |
||
a. |
een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel: |
€ 107,00 |
b. |
een klein evenement, waaronder ook wordt verstaan een herdenkingsplechtigheid, een braderie of een optocht, en die op grond van artikel 2.25 van de Algemene Plaatselijke Verordening niet vergunningsvrij is |
€ 28,50 |
Artikel 3.7 Organiseren markt |
||
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning: |
||
a. |
Voor het organiseren van een snuffel- of rommelmarkt als bedoeld in artikel 5:23 van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ 28,50 |
b. |
Voor vergunning voor het organiseren van een markt als bedoeld in de Marktverordening (vergunning organisatie) |
€ 28,50 |
Paragraaf 3.5 Standplaatsen |
||
Artikel 3.8 Marktstandplaatsvergunningen en andere vergunningen op markt |
||
1. |
Voor een standplaatsvergunning als bedoeld in de artikelen 5.18 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor de duur van: |
|
a. |
een dag |
€ 19,70 |
b. |
een maand |
€ 68,00 |
c. |
langer dan een maand |
€ 244,00 |
Artikel 3.9 Overige administratieve dienstverlening |
||
a. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing van het verbod zoals genoemd in artikel 4.6 van de Algemene Plaatselijke Verordening (ontheffing geluidsapparaat) |
€ 25,00 |
b. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van toestemming tot het doen spelen van het carillon: |
€ 185,00 |
c. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het plaatsen van één of meerdere reclameborden t.b.v. een evenement, zoals genoemd in artikel 2:10 van de APV, bedraagt |
€ 119,00 |
d. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een exploitatievergunning horecabedrijven, als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening, inclusief terras op de openbare weg, bedraagt |
€ 213,00 |
e. |
Het tarief bedraagt voor een beoordeling door de Welstandscommissie van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing op grond van de Landschapsverordening |
€ 100,00 |
f. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing voor het rijden op het strand, dijk of duin |
|
Per dag: |
€ 14,50 |
|
Per jaar: |
€ 58,00 |
|
g. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aansluitvergunning riolering (exclusief aanlegkosten) |
€ 38,50 |
h. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het plaatsen van uitstallingen op grond van artikel 2:10 van de Algemene Plaatselijke Verordening |
€ 95,50 |
i. |
De tarieven welke genoemd zijn in de onderdelen van hoofdstuk 2 gelden niet voor het in behandeling nemen van aanvragen die een liefdadig of ideëel doel beogen |
|
j. |
Het tarief van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:29, derde lid, van de Algemene plaatselijke verordening bedraagt |
€ 95,50 |
k. |
Het tarief van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing van de sluitingstijd voor een openbare inrichting (strandpaviljoen) als bedoeld in artikel 2:29, zesde lid, van de Algemene plaatselijke verordening bedraagt |
€ 38,50 |
l. |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een exploitatievergunning horecabedrijven, als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt |
€ 119,00 |
Paragraaf 3.6 Huisvestingswet 2014 |
||
Artikel 3.11 Vergunning onttrekken woonruimte |
||
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot onttrekking als bedoeld in artikel 3 van de Huisvestingsverordening tweede woningen 2019 bedraagt |
€ 119,00 |
|
Artikel 3.12 Vergunning samenvoegen woonruimte |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 3.13 Vergunning omzetten zelfstandige in onzelfstandige woonruimte |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 3.14 Vergunning verbouwen woonruimte tot meer woonruimten |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 3.15 Splitsingsvergunning [of -ontheffing] |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 3.16 Vergunning of ontheffing toeristische verhuur |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 3.17 Verhuurvergunning opkoopbescherming |
||
[gereserveerd] |
||
Artikel 3.18 Verhuurvergunning woon- of verblijfsruimte |
||
[gereserveerd] |
||
Paragraaf 3.7 Kleinschalig kamperen |
||
Artikel 3.19 Kleinschalig kamperen |
||
Het tarief bedraagt voor het : |
||
a. |
In behandeling nemen van een aanvraag/verzoek voor een nieuw te vestigen minicamping bedraagt: |
€ 390,00 |
b. |
In behandeling nemen van een aanvraag/verzoek omtrent uitbreiding van het aantal standplaatsen op een minicamping bedraagt: |
€ 390,00 |
c. |
In behandeling nemen van een aanvraag/verzoek voor een nieuw te vestigen landschapscamping bedraagt: |
€ 390,00 |
d. |
Indien het verzoek betrekking heeft op beoordeling van plannen omtrent landschappelijke inpassing en verevening wordt het overeenkomstig onderdeel a, b, en c berekende bedrag verhoogd met |
€ 599,00 |
e. |
Indien het verzoek betrekking heeft op een plan waarvoor een beoordeling nodig is door externe adviseurs niet vallend onder d. wordt het overeenkomstig onderdeel a, b, en c berekende bedrag verhoogd met |
€ 566,00 |
f. |
Indien het verzoek betrekking heeft op een plan waarvoor een beoordeling nodig is door de Agrarische Adviescommissie Zeeland (AAZ), ook wel Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen (AAB) genoemd, wordt het overeenkomstig onderdeel a, b, en c berekende bedrag verhoogd met |
€ 910,00* |
g. |
In behandeling nemen van een aanvraag/verzoek tot het wijzigen van de tenaamstelling van een vergunning bedraagt |
€ 117,00 |
Paragraaf 3.8 In dit hoofdstuk niet benoemd besluit |
||
Artikel 3.20 Niet benoemd besluit op aanvraag |
||
a. |
Het tarief voor het verkrijgen van een enkelvoudige ontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen |
€ 92,50 |
b. |
Het tarief voor het verkrijgen van een meervoudige verzamelontheffing voor het vervoer van gevaarlijke stoffen, als bedoeld in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen |
€ 280,00 |
c. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning of ontheffing of tot het nemen van een andere beschikking |
€ 93,50 |
Behorende bij het raadsbesluit van 14 december 2023. |
||
De griffier van de gemeente Veere, Mw. Mr. A.W.L. Piersma |
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl