Besluit van de raad van de gemeente Amstelveen tot vaststelling van de Ligplaatsenverordening Amstelveen 2023

Geldend van 01-01-2024 t/m heden

Intitulé

Besluit van de raad van de gemeente Amstelveen tot vaststelling van de Ligplaatsenverordening Amstelveen 2023

Zaaknummer: Z22-089387

De raad van de gemeente Amstelveen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 november 2022;

overwegende dat binnen de gemeente Amstelveen behoefte bestaat aan een specifieke regeling met betrekking tot de verdeling van ligplaatsen;

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de:

Ligplaatsenverordening Amstelveen 2023

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening en de daarop rustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • bevoegd gezag: bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 van de Omgevingswet of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning en in overige gevallen het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amstelveen;

  • ligplaats: een gedeelte van het openbaar water door een woonark of woonschip ingenomen of bestemd om door een woonschip of woonark met bijbehorende voorzieningen te worden ingenomen;

  • Omgevingswet: Wet van 23 maart 2016, houdende regels over het beschermen en benutten van de fysieke leefomgeving;

  • openbaar water: alle wateren die al dan niet met enige beperking voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn;

  • woonark: drijvend object, in het algemeen niet bestemd of ingericht om te varen, doorgaans voorzien van een betonnen casco met vierkante of rechthoekige opbouw, waaronder begrepen een drijvende woning zowel ten behoeve van permanente als niet-permanente bewoning (verblijfsrecreatie);

  • woonschip: een vaartuig, hoe ook genaamd en van welke aard ook, uitsluitend of hoofdzakelijk gebezigd als of bestemd voor permanente dan wel niet-permanente bewoning (verblijfsrecreatie). Onder woonschip wordt mede verstaan een woonschip in aanbouw, alsmede een casco, dat tot woonschip kan worden op- omgebouwd of verbouwd.

Artikel 2 Algemene Plaatselijke Verordening

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet en die ook niet vallen onder de werking van het omgevingsplan, is de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Amstelveen van toepassing.

Artikel 3 Omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats en toestemming wijziging tenaamstelling

  • 1.

    Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag met een woonschip of woonark ligplaats in te nemen, ligplaats te hebben of toe te laten dat ligplaats wordt ingenomen.

  • 2.

    Het is verboden om zonder toestemming van het bevoegd gezag de tenaamstelling van een reeds bestaande vergunning te wijzigen.

  • 3.

    De vergunning bedoeld in het eerste lid wordt verleend:

    • a.

      als omgevingsvergunning door het bevoegd gezag, als de activiteiten zijn verboden bij omgevingsplan; of

    • b.

      als omgevingsvergunning door het bevoegd gezag in de overige gevallen.

Artikel 4 Weigeringsgronden omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats en toestemming wijziging tenaamstelling

Een omgevingsvergunning als bedoeld in het eerste lid van artikel 3 en een toestemming als bedoeld in het tweede lid van dit artikel worden geweigerd als naar het oordeel van het bevoegd gezag:

  • a.

    strijd bestaat met de in artikel 9 opgenomen maatvoering;

  • b.

    strijd bestaat met het gemeentelijk omgevingsplan;

  • c.

    strijd bestaat met het belang van de openbare orde, volksgezondheid, veiligheid en milieuhygiëne;

  • d.

    strijd bestaat met het belang en aanzien van de gemeente en de redelijke eisen van welstand als genoemd in de gemeentelijke welstandsnota;

  • e.

    strijd bestaat met het belang van het doelmatig en veilig gebruik van het openbaar water;

  • f.

    strijd bestaat met het belang van het beheer en het onderhoud van het openbaar water.

Artikel 5 Kenmerken omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats

  • 1.

    Een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 3, eerste lid van deze verordening is persoons-, plaats- en objectgebonden.

  • 2.

    Een omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats wordt bovendien gesteld op naam van de eigenaar van het woonschip of de woonark en vermeldt de plaatsaanduiding van de desbetreffende ligplaats en alle relevante kenmerken van het woonschip of de woonark.

  • 3.

    Een omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats geldt voor onbepaalde tijd en vermeldt of het gebruik bedoeld is voor permanente bewoning dan wel niet-permanente bewoning (verblijfsrecreatie).

Artikel 6 Aanvraag omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats

Bij een aanvraag om omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats dienen tenminste de volgende gegevens en bescheiden te worden overgelegd:

  • a.

    de naam, het adres en de woonplaats van de aanvrager, alsmede het elektronisch adres van de aanvrager;

  • b.

    het adres en de ligging van het woonschip of de woonark, dan wel, bij het ontbreken van een adres, een situatietekening;

  • c.

    als de aanvraag wordt ingediend door een gemachtigde: zijn naam, adres en woonplaats, alsmede het elektronisch adres van de gemachtigde;

  • d.

    een aanduiding van de locatie van de aangevraagde ligplaats. Deze aanduiding geschiedt met behulp van een situatietekening, kaart, foto’s of andere geschikte middelen.

Artikel 7 Wijziging tenaamstelling

  • 1.

    Een verzoek om toestemming voor een wijziging van de tenaamstelling van een omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats dient schriftelijk te worden ingediend middels een door het bevoegd gezag ter beschikking gesteld formulier.

  • 2.

    Artikel 5, tweede en derde lid en artikel 6 zijn van overeenkomstige toepassing op de toestemming voor wijziging van de tenaamstelling.

  • 3.

    Een verzoek om toestemming tot wijziging van de tenaamstelling wordt, naast de in artikel 4 genoemde weigeringsgronden, tevens geweigerd als de rechtverkrijgende niet kan aantonen eigenaar te zijn van een woonschip of woonark.

Artikel 8 Ligplaatsen op ligplaatsenkaarten

  • 1.

    De plaatsen waar woonschepen en woonarken ligplaats mogen innemen, zijn aangewezen op de ligplaatsenkaarten, die in de bijlage van deze verordening zijn opgenomen.

  • 2.

    Het totaal aantal ligplaatsen voor woonschepen en woonarken mag niet meer bedragen dan het aantal zoals opgenomen op de ligplaatsenkaarten die in de bijlage van deze verordening zijn opgenomen.

  • 3.

    Bij elke verleende omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats wordt een actuele uitsnede van de betreffende ligplaatsenkaart gevoegd.

Artikel 9 Maatvoering

  • 1.

    De omvang van woonschepen of woonarken mag de omvang van de ligplaatsen zoals opgenomen in het omgevingsplan en de ligplaatsenkaarten behorende bij deze verordening niet overschrijden.

  • 2.

    Bij toepassing van deze regel wordt als volgt gemeten:

    • a.

      de hoogte van een woonschip of woonark vanaf de waterlijn tot aan het hoogste punt van het woonschip of de woonark, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

    • b.

      voor de lengte en breedte van een woonschip of woonark tussen de langste lengte en de langste breedte (buitenkant bak) exclusief overstekken, loopranden, gangboorden, stootranden e.d..

Artikel 10 Voorschriften en beperkingen omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats

Het bevoegd gezag kan ter bescherming van de door deze verordening te behartigen belangen aan een omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats voorschriften en beperkingen verbinden.

Artikel 11 Intrekking of wijziging van de omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats intrekken of wijzigen, als:

  • a.

    zich alsnog een van de weigeringsgronden zoals opgenomen in artikelen 4 en 7, derde lid voordoet;

  • b.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • c.

    van de vergunning geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn dan wel, bij gebrek aan een gestelde termijn, binnen een redelijke termijn van 26 weken;

  • d.

    de aan de vergunning verbonden voorschriften of beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    op grond van een verandering van beleid, omstandigheden of inzichten intrekking of wijziging nodig is vanwege het belang of de belangen ter bescherming waarvan de vergunning is vereist;

  • f.

    sprake is van een verzoek van de houder van de omgevingsvergunning voor het innemen van een ligplaats.

Artikel 12 Aanwijzingen bevoegd gezag

  • 1.

    Het bevoegd gezag kan de rechthebbende op een woonschip of woonark aanwijzingen geven met betrekking tot het innemen, veranderen of gebruiken van een ligplaats in het belang van de openbare orde, volksgezondheid, veiligheid, de milieuhygiëne en het aanzien van de gemeente.

  • 2.

    De rechthebbende op een woonschip of woonark is verplicht de in het eerste lid bedoelde aanwijzingen op te volgen.

Artikel 13 Hardheidsclausule

Het bevoegd gezag kan het bij of krachtens deze verordening bepaalde buiten toepassing laten of hiervan afwijken als toepassing naar zijn oordeel zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 14 Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de daartoe door het college aangewezen personen.

Artikel 15 Binnentreden

Zij die belast zijn met het toezicht op de naleving of de opsporing van een overtreding van de bij of krachtens deze verordening gegeven regels welke strekken tot handhaving van de openbare orde of veiligheid of bescherming van het leven of de gezondheid van personen, zijn bevoegd tot het binnentreden van het object zonder toestemming van de bewoner.

Artikel 16 Overgangsbepaling

  • 1.

    Besluiten die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

  • 2.

    Aanvragen die zijn ingediend voor inwerkingtreding van deze verordening en nog niet zijn afgehandeld, zullen worden afgehandeld op basis van de regelgeving die gold voor inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 17 Inwerkingtreding en intrekking oude verordening

Deze verordening treedt in werking op de dag na die waarop deze bekend is gemaakt. Op deze dag wordt de Woonschepenverordening Amstelveen 2015 zoals vastgesteld op 3 juni 2015 ingetrokken.

Artikel 18 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Ligplaatsenverordening Amstelveen 2023.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 1 februari 2023.

De griffier,

Debby de Heus

De voorzitter,

Tjapko Poppens