Verordening op de rekenkamercommissie Woensdrecht 2011

Geldend van 17-01-2022 t/m heden

Intitulé

Verordening op de rekenkamercommissie Woensdrecht 2011

De raad van de gemeente Woensdrecht, in vergadering bijeen op: 16 december 2010

gelezen het voorstel van de voorzitter van de rekenkamercommissie

gelet op : artikel 191o van de gemeentewet

overwegende dat : een aantal artikelen in de huidige verordening verduidelijking cq. aanvulling behoeft

 

b e s l u i t :

vast te stellen: de Verordening op de Rekenkamercommissie 2010.

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. wet: Gemeentewet;

b. raad: gemeenteraad van Woensdrecht

c. commissie: rekenkamercommissie;

d. voorzitter: voorzitter van de rekenkamercommissie;

e. college: college van burgemeester en wethouders;

f. gemeentebestuur: college en raad

g. rekenkamercommissie: de rekenkamercommissie van de gemeente Woensdrecht.

Artikel 2 Rekenkamercommissie

Er is een door de raad ingestelde commissie, belast met de uitoefening van de rekenkamerfunctie als bedoeld in artikel 81o van de Gemeentewet.

 

Artikel 3 Taken rekenkamercommissie

  • 1 De commissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van de uitvoering van het door de raad en burgemeester en wethouders gevoerde beleid, en adviseert de raad hierover middels aanbevelingen.

  • 2 De commissie kan tussentijds de raad en/of burgemeester en wethouders adviseren over mogelijke verbeteringen middels een zogenaamde rekenkamerbrief.

  • 3 Ook instellingen en organisaties waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd, kunnen tot onderwerp van studie zijn. De commissie pleegt hierover vooraf overleg met de raad.

Artikel 4 Samenstelling, benoeming en zittingsduur

  • 1 De commissie bestaat inclusief de voorzitter uit vier externe leden.

  • 2 De raad benoemt de voorzitter op voordracht van een selectiecommissie.

    a. Voorafgaande aan de procedure voor benoeming van de voorzitter wordt een selectiecommissie ingesteld bestaande uit een vertegenwoordiging uit de raad (2 leden) en een vertegenwoordiging uit de rekenkamercommissie (2 leden).

    b. De selectiecommissie wordt ondersteund door de secretaris van de commissie.

  • 3 De raad benoemt de leden op voordracht van de voorzitter van de rekenkamercommissie. Voorafgaande aan het voorstel tot benoeming pleegt de voorzitter overleg met een vertegenwoordiging uit de raad, bij voorkeur met de fractievoorzitters.

  • 4 De voorzitter en leden worden voor een periode van zes jaar benoemd. Om gelijktijdig aftreden te voorkomen kan de periode van de voorzitter en een lid met één jaar worden verlengd.

  • 5 De raad kan de leden herbenoemen voor een periode van zes jaar.

  • 6 Ten aanzien van de voorzitter en leden is artikel 81g van de Gemeentewet (aflegging eed) van overeenkomstige toepassing.

  • 7 De voorzitter wordt bij afwezigheid vervangen door een door de commissie uit haar midden aan te wijzen lid.

Artikel 5 Taken en bevoegdheden voorzitter

  • 1 De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van de commissie.

  • 2 De voorzitter leidt vergaderingen van de commissie.

  • 3 De voorzitter draagt zorg voor het bewaken van de uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige besluitvorming.

  • 4 De voorzitter overlegt hiertoe regelmatig overleg met de secretaris en de onderzoekers.

  • 5 De voorzitter is verantwoordelijk voor een adequate en tijdige informatievoorziening naar de leden en naar externen.

  • 6 De voorzitter vertegenwoordigt de commissie naar buiten toe en is woordvoerder namens de commissie.

Artikel 6 Ontslag en non-activiteit

  • 1 De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit.

  • 2 Het lidmaatschap van een lid eindigt:

    a. op eigen verzoek;

    b. bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het lidmaatschap van de rekenkamercommissie.

    c. wanneer het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot gevolg heeft;

    d. indien het lid bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak onder curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard, surseance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is gegijzeld.

  • 3 De leden van de rekenkamercommissie kunnen door de raad worden ontslagen wanneer zij door ziekte of gebreken blijvend ongeschikt zijn hun functie te vervullen.

Artikel 7 Vergoeding voor werkzaamheden van de leden van de rekenkamercommissie

  • 1 De leden ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de rekenkamercommissie. De hoogte van de vergoeding bedraagt voor de voorzitter € 160,25 en de leden € 145,25 per vergadering (prijspeil 2010).

  • 2 De vergoeding, genoemd in het eerste lid, komt ten laste van het budget van de rekenkamercommissie.

  • 3 De vergoeding voor een dagdeel verrichten van werkzaamheden door leden van de commissie wordt gelijk gesteld met het bijwonen van een vergadering.

  • 4 De vergoedingen worden jaarlijks geïndexeerd met het door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in de jaarlijkse circulaire betreffende vergoedingen raads- en commissieleden opgenomen percentage.

Artikel 8 Secretaris

  • 1 De commissie wijst uit haar midden een secretaris aan.

  • 2 De secretaris staat de rekenkamercommissie bij de uitvoering van haar taken terzijde.

  • 3 De vergoeding voor een dagdeel verrichten van werkzaamheden door leden van de commissie wordt gelijk gesteld aan de vergoeding voor het bijwonen van een vergadering.

  • 4 De secretaris draagt zorg voor de agendaplanning, de verslaglegging, het zo nodig bijstaan van de onderzoekers, het redigeren van de door de commissie verrichte onderzoeken, het opstellen van het jaarverslag en de vorming van dossiers.

  • 5 De secretaris pleegt overleg met de raadsgriffier voor het inwinnen van mondelinge en schriftelijke inlichtingen voor de uitvoering van de onderzoeken.

Artikel 9 Reglement van orde

De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement na vaststelling ter kennisneming naar de raad.

Artikel 10 Onderwerpselectie

  • 1 De commissie bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt. Zij zal bij haar keuze mede gebruik maken van onderwerpen die door de raad of fracties uit de raad zijn aangedragen.

  • 2 De raad en het college kunnen de commissie een verzoek doen tot het instellen van een onderzoek.

  • 3 De commissie formuleert de probleemstelling, stelt de onderzoeksopzet vast en brengt de onderzoeksopzet ter kennisneming aan de raad.

Artikel 11 Werkwijze

  • 1 De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar vastgestelde onderzoeksopzet.

  • 2 De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te informeren, zij pleegt periodiek overleg met een vertegenwoordiging uit de raad.

  • 3 De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente

    zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te verstrekken.

  • 4 De commissie vergadert zoveel als zij nodig acht ter bespreking van procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.

  • 5 De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken.

  • 6 De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.

  • 7 Voor de uitvoering van het onderzoek kan de commissie, met inachtneming van het beschikbare budget, externe personen of bureaus inschakelen.

  • 8 De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn, die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het conceptonderzoekrapport aan de commissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering

    (mede) onderwerp van onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.

  • 9 Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de nota met conclusies en aanbevelingen en de zienswijze van betrokkenen op het rapport zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.

Artikel 12 Budget

  • 1 De rekenkamercommissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.

  • 2 Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van:

    a. de vergoedingen aan de leden;

    b. de secretaris;

    c. externe deskundigen die door de rekenkamercommissie zijn ingeschakeld;

    d. eventuele overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

  • 3 De rekenkamercommissie is voor de besteding van het budget uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de raad.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze wijzigingsverordening treedt in werking op 1 januari 2011.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening op de rekenkamercommissie Woensdrecht 2011.”

Ondertekening

Aldus besloten in zijn openbare raadsvergadering van 16 december 2010.
De raad van de gemeente Woensdrecht,
griffier,             voorzitter,

Toelichting 1

Beslispunt(en):

Vaststellen van de wijzigingsverordening op de rekenkamercommissie

___________________________________________________________________________

Inleiding

In april 2010 is naar aanleiding van de evaluatie van de rekenkamercommissie en het instellen van een commissie met alleen externe leden de verordening op de rekenkamercommissie 2005 aan die nieuwe samenstelling aangepast.

Onlangs is een aantal onduidelijkheden in de verordening geconstateerd met betrekking tot het overleg tussen de raad en de commissie bij het invullen van vacatures. In verband met het

vertrek van de voorzitter en de te volgen procedure daarvoor is het nodig de verordening te wijzigen. Verder is het wenselijk op basis van de opgedane ervaringen enkele artikelen af te stemmen op de huidige praktijk.

Welke onduidelijkheden / wat dient te worden aangepast en waarom

In de verordening dient te worden vermeld dat de door de raad ingestelde commissie belast is met de uitoefening van de rekenkamerfunctie als bedoeld in artikel 81o van de Gemeentewet.

Dit is in de huidige verordening niet opgenomen en daarom beschreven in het nieuwe artikel 2. Rekenkamercommissie.

De taken van de commissie zijn in de huidige verordening niet beschreven, deze zijn in de wijzigingsverordening opgenomen in een nieuw artikel 3. Taken rekenkamercommissie.

In verband met invoeging van dit nieuwe artikel 3 is het nodig dat een vernummering van de artikelen plaatsvindt.

Artikel 3 (oud) Benoeming leden omschrijft naast de benoeming van de leden ook de zittingsduur en de taken van de voorzitter waarbij de titel niet de lading dekt. Het beschreven overleg voorafgaande aan de benoeming van de voorzitter en leden kan in de huidige verordening verschillend worden geïnterpreteerd. Daarom is in het nieuwe artikel 4 de samenstelling, benoeming en zittingsduur beschreven terwijl de taken van de voorzitter in een nieuw artikel (5) zijn beschreven.

Artikel 4 (oud) beschrijft de eed, deze omschrijving is opgenomen onder het nieuwe artikel 4 lid 6.

Artikel 5 beschrijft de taken van de voorzitter, deze waren minder duidelijk onder artikel 3 (oud) Benoeming leden opgenomen.

Artikel 7 (nieuw) beschrijft de vergoeding van de leden, de hoogte hiervan is in 2005 door de raad vastgesteld en wordt conform de regeling van het ministerie jaarlijks geïndexeerd. Ter verduidelijking zijn in de verordening de vergoedingen conform het prijspeil 2010 opgenomen.

Artikel 8 (nieuw) beschrijft de benoeming en werkzaamheden van de secretaris. Volgens de huidige verordening is het mogelijk een extern secretaris te benoemen, de artikelen echter daarop niet afgestemd en behoeven daarom aangepast te worden.

Artikel 9 (oud) Onderwerpselectie en opdrachtverlening

De titel komt niet overeen met hetgeen beschreven is. Zowel de titel als lid 1 (nieuw) is aangepast aan de huidige praktijk.

De overige artikelen zijn ongewijzigd.

Bestuurlijk kader

Gemeentewet, artikel 81o.

Doelstelling en effect

Het doel van deze wijzigingsverordening is het geven van duidelijke regels voor de procedure bij het invullen van vacatures en het verkrijgen van een logischer opbouw van de verordening.

Argumenten en kanttekeningen

De samenstelling van de rekenkamercommissie is in 2010 op basis van een evaluatie gewijzigd van een gemengde commissie in een commissie met alleen externe leden.

Daartoe is de verordening op de rekenkamercommissie 2005 aangepast en in uw vergadering van 8 april 2010 vastgesteld. Geconstateerd is dat een aantal artikelen niet duidelijk zijn c.q. niet overeenkomen met de gevolgde praktijk en aanpassing behoeven.

Procedure / planning

Na wijziging van de verordening starten met de procedure voor het werven van een nieuwe voorzitter.

Kosten, baten en dekking

De wijziging van de verordening brengt geen extra kosten met zich mee, de vergoedingen die genoemd zijn komen ten laste van het budget van de commissie.

 

De rekenkamercommissie van Woensdrecht,

namens deze,

D. van Dop,

voorzitter