Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Gilze en Rijen 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m heden

Intitulé

Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Gilze en Rijen 2011

DE RAAD VAN DE GEMEENTE GILZE EN RIJEN;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 december 2010;

gelet op de bepalingen in de Wet op het basisonderwijs;

gelet op het d.d. 8 november 2010 gevoerde op overeenstemming gericht overleg met de vertegenwoordigers van de bevoegde gezagsorganen;

overwegende dat het noodzakelijk is een regeling vast te stellen voor het overleg tussen de gemeente

en de schoolbesturen over het lokaal onderwijsbeleid;

b e s l u i t :

vast te stellen de

"Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Gilze en Rijen 2011"

HOOFDSTUK l Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a schoolbestuur: het bevoegd gezag die geheel of gedeeltelijk gehuisvest is in een gebouw dat zich bevindt op het grondgebied van de gemeente;

b advies: het advies van de Onderwijsraad als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs;

c college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gilze en Rijen.

HOOFDSTUK 2 Overleg

Artikel 2 Functie overlegorgaan

  • 1

    Er is een overlegorgaan lokaal onderwijsbeleid waarin het college met de vertegenwoordigers van alle schoolbesturen overleg voert over de voorbereiding en uitvoering van het lokaal onderwijsbeleid.

  • 2

    In het overlegorgaan komen aan de orde:

    • a.

      de onderwerpen waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs;

    • b.

      overige onderwerpen van overleg over het lokaal onderwijsbeleid.

  • 3

    Op de onderwerpen, genoemd in het tweede lid onder b, is artikel 9 niet van toepassing.

Artikel 3 Samenstelling overlegorgaan

  • 1

    De schoolbesturen kunnen zich laten vertegenwoordigen in het overlegorgaan. Een schoolbestuur wijst daartoe een vertegenwoordiger eneen plaatsvervangend vertegenwoordiger aan, die namens dit schoolbestuur het overleg voeren.

  • 2.

    Schoolbesturen kunnen zich gezamenlijk laten vertegenwoordigen in het overlegorgaan.

  • 3.

    Het college wordt in het overlegorgaan vertegenwoordigd door de portefeuillehouder onderwijs. Deze portefeuillehouder fungeert als voorzitter van het overlegorgaan.

Artikel 4 Derden

Derden kunnen, als de voorzitter van het overlegorgaan dit wenst of de meerderheid van de vertegenwoordigers van schoolbesturen, genoemd in artikel 3, dit wensen, deelnemen aan een overleg.

Artikel 5 Uitnodiging

1 Voordat het college een voorstel aan de raad doet over een onderwerp, stuurt het de voorgenomen inhoud van dit voorstel met een toelichting daarop, aan alle schoolbesturen.

2 De toezending geschiedt onder bekendmaking van de plaats, de datum en het tijdstip waarop het overleg hierover zal aanvangen. Tussen de datum van de toezending van het voorstel en de datum van het overleg ligt ten minste één week.

3 De schoolbesturen die niet deelnemen aan het overleg kunnen voor de datum van dit overleg hun zienswijzen schriftelijk kenbaar maken aan het college. Het college informeert de deelnemers aan dit overleg hierover.

Artikel 6 Secretariaat

Het college voert het secretariaat van het overlegorgaan.

Artikel 7 Advies Onderwijsraad

  • 1 Als één of meer schoolbesturen of het college een advies van de Onderwijsraad wil over een onderwerp waarop het op overeenstemming gericht overleg van toepassing is, maken zij dit uiterlijk kenbaar in het overleg waarin het onderwerp in finale zin aan de orde is.

  • 2 Alle vertegenwoordigers worden in het overleg in de gelegenheid gesteld hun zienswijzen naar voren te brengen over het verzoek om advies van de Onderwijsraad.

  • 3 Het college is belast met de indiening van een verzoek om advies bij de Onderwijsraad. Het college doet dat uiterlijk twee weken na afloop van het overleg. Daarbij informeert het college de raad tevens over de in het tweede lid bedoelde zienswijzen.

  • 4 De wettelijke termijn voor het uitbrengen van het advies wordt opgeschort met ingang van de dag waarop de Onderwijsraad het college uitnodigt het verzoek voor het uitbrengen van het advies aan te vullen met de gegevens die hij nodig heeft voor een goede vervulling van zijn taak, tot de dag waarop het verzoek is aangevuld.

  • 5 De gemeenteraad neemt gedurende de termijn voor het uitbrengen van het advies geen besluit over het onderwerp waarover advies is gevraagd.

  • 6 Het college zendt zo spoedig mogelijk een afschrift van het door de Onderwijsraad uitgebrachte advies toe aan alle schoolbesturen. Indien het geheel of gedeeltelijk opvolgen van het advies zou leiden tot een of meer inhoudelijke bijstellingen van het voorstel over een onderwerp waarover advies is gevraagd, worden de schoolbesturen bij de toezending van het afschrift van het advies uitgenodigd voor nader overleg. In alle andere gevallen beoordeelt het college of nader overleg over het advies van de Onderwijsraad noodzakelijk is. Het college geeft dit aan bij de toezending van het afschrift van het advies.

  • 7 Het overleg, als bedoeld in het vorige lid, vindt binnen twee weken plaats nadat het advies is uitgebracht. Het college informeert de gemeenteraad over dit overleg in de vorm van een aanvulling op het verslag als bedoeld in artikel 8.

Artikel 8 Verslaglegging; informeren gemeenteraad

1 Van het overleg wordt door het college een verslag gemaakt.

2 Het verslag bevat een overzicht van de besproken onderwerpen en de gemaakte afspraken.

3 Het overlegorgaan stelt het verslag vast.

4 Het college brengt de inhoud van het verslag gelijktijdig met het voorstel over het onderwerp ter kennis aan de gemeenteraad. Voor zover het college afwijkt van de tijdens het overleg naar voren gebrachte zienswijzen, zoals weergegeven in het vastgestelde verslag, wordt dit gemeld in het voorstel aan de gemeenteraad. Daarbij geeft het college de redenen aan van het niet of niet geheel overnemen van deze zienswijzen.

Artikel 9 Heropening overleg

1 Als uit het advies van de betrokken commissie over het voorgenomen voorstel aan de raad over een onderwerp blijkt dat de meerderheid van de commissie van oordeel is, dat het voorstel op een of meer onderdelen inhoudelijk bijstelling behoeft, dan kan een heropening van het overleg plaatsvinden. Het college beslist daarover. Het college heropent het overleg in ieder geval als de inhoudelijke bijstelling betrekking heeft op een onderwerp als bedoeld in artikel 2, tweede lid, onder a, waarover overeenstemming in het overlegorgaan was bereikt.

2Als het college beslist het overleg te heropenen, dan roept het college het overlegorgaan zo spoedig mogelijk bijeen, maar uiterlijk vóór het moment waarop de raad een definitief besluit neemt over het onderwerp. In dit overleg worden de vertegenwoordigers van de schoolbesturen in de gelegenheid gesteld hun zienswijze te geven op het advies van de raadscommissie. Het college informeert de gemeenteraad over het resultaat van dit overleg. De raad betrekt de aanvullende zienswijzen bij zijn definitieve besluitvorming over het onderwerp.

HOOFDSTUK 3 Slotbepalingen

Artikel 10 Beslissing college in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college, gehoord de vertegenwoordigers van de schoolbesturen in het overleg.

Artikel 11 Citeertitel; inwerkingtreding; intrekking vorige verordening

  • 1

    Deze verordening kan worden aangehaald als: "Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Gilze en Rijen 2011".

  • 2

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2011.

  • 3

    De "Verordening overleg lokaal onderwijsbeleid gemeente Gilze en Rijen" (1998) wordt per 1 januari 2011 ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare
vergadering van 20 december 2010.
DE RAAD VOORNOEMD,
de griffier, de voorzitter,
mr. J.W. Timmermans dr. A.J.W. Boelhouwer