Leggerboek Oppervlaktewaterlichamen “onderhoudslegger”

Geldend van 13-04-2024 t/m heden

Intitulé

Leggerboek Oppervlaktewaterlichamen “onderhoudslegger”

Leeswijzer

Dit leggerboek hoort bij de legger oppervlaktewaterlichamen en is van toepassing op het onderhoud van de oppervlaktewaterlichamen binnen het beheergebied van het waterschap met uitzondering van vaarwater. Voor vaarwegen (Mark-Vlietsysteem) geldt een afzonderlijk leggerboek.

Een legger bestaat uit een leggerboek, leggerkaarten, leggertabellen en overige documenten zoals dwarsprofieltekeningen. De legger is opgedeeld in verschillende deelleggers. Er zijn leggers voor bergingsgebieden, waterkeringen, vaarwegen en oppervlaktewaterlichamen. In de legger is onder andere te vinden waar deze waterstaatswerken liggen en waaraan deze qua vorm, afmeting en constructie moeten voldoen (omgevingswetlegger) en wie verantwoordelijk is voor het beheer en onderhoud (onderhoudslegger).

In dit leggerboek vindt u allereerst algemene bepalingen over deze legger. Daarna leest u in de leggerbepalingen wie onderhoudsplichtig is en welk onderhoud van deze onderhoudsplichtigen wordt geëist.

De legger is via https://www.brabantsedelta.nl/legger te raadplegen en op afspraak digitaal in te zien op het hoofdkantoor van Waterschap Brabantse Delta.

ALGEMENE BEPALINGEN

1.1 Inwerkingtreding

Deze legger wordt aangeduid als Onderhoudslegger oppervlaktewaterlichamen. Deze is vastgesteld door het dagelijks bestuur.

1.2 Begripsomschrijving

In deze legger wordt verstaan onder:

a. A- en B-wateren: oppervlaktewaterlichamen, geregistreerd in de legger als respectievelijk A- of B-water;

b. Aangelande: de eigenaar, de beperkt gerechtigde en/of gebruiker van een aan een waterstaatswerk grenzend perceel;

c. Beperkt recht: een recht dat rust op een ander recht. De eigenaar van het recht waarop dat recht berust, wordt beperkt door dat recht. Een voorbeeld is het beperkte recht ‘erfdienstbaarheid’ dat rust op een eigendomsrecht; de een krijgt het recht om gebruik te maken van een perceel van de ander;

d. Beperkingengebied: bij of krachtens de Omgevingswet aangewezen gebied waar vanwege de aanwezigheid van een werk of object regels (beperkingen) gelden over activiteiten die gevolgen hebben of kunnen hebben voor dat werk of object;

e. Buitengewoon onderhoud: het in stand houden van het waterstaatswerk overeenkomstig het in de legger bepaalde omtrent ligging, vorm, afmeting en constructie;

f. Constructie waterstaatswerk: functionele eisen; hoofdonderdelen van een object;

g. Gewoon onderhoud: werkzaamheden die de functie van het waterstaatswerk in stand houden;

h. Legger: legger als bedoeld in artikel 78, tweede lid, van de Waterschapswet;

i. Onderhoudsplichtigen: natuurlijke personen of rechtspersonen die in de legger zijn aangewezen tot het verrichten van gewoon of buitengewoon onderhoud aan waterstaatswerken;

j. Onderhoudsverplichting: de aansprakelijkheid voor onderhoud van bij het waterschap in beheer zijnde objecten, zoals bepaald in de legger of in voorschriften bij watervergunningen;

k. Ondersteunend kunstwerk: werk dat van belang is voor de taakuitoefening van het waterschap, voor de waterkering of voor het functioneren van de waterhuishouding;

l. Oppervlaktewaterlichaam: samenhangend geheel van vrij aan het aardoppervlak voorkomend water, met de daarin aanwezige stoffen, en de bijbehorende bodem, oevers, alsmede flora en fauna;

m. Overige waterkering: een kunstmatige hoogte, natuurlijke hoogte of gedeelte daarvan, of hoge gronden met ondersteunende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie heeft - niet zijnde een primaire of regionale kering - die beveiliging biedt tegen wateroverlast en op de legger staat;

n. Persoonlijk recht: een recht dat slechts tegenover een persoon of een bepaalde groep van personen kan worden uitgeoefend, zoals een gebruiksrecht;

o. Provinciale verordening: Omgevingsverordening Noord-Brabant;

p. Talud: hellend oppervlak van oppervlaktewaterlichamen en waterkeringen;

q. Waterhuishoudkundige functie: de functie die de provincie en/of het waterschap aan het waterstaatswerk heeft toegekend;

r. Waterkering: kunstmatige hoogte, natuurlijke hoogte of gedeelte daarvan, of hoge gronden met ondersteunende kunstwerken, die een waterkerende of mede een waterkerende functie hebben en als zodanig geregistreerd zijn in de legger;

s. Waterschapsverordening: waterschapsverordening als bedoeld in artikel 2.5 van de Omgevingswet;

t. Waterstaatswerk: oppervlaktewaterlichaam, bergingsgebied, waterkering of ondersteunend kunstwerk;

u. Watersysteem: samenhangend geheel van een of meer oppervlaktewaterlichamen en grondwaterlichamen, met bijbehorende bergingsgebieden, waterkeringen en ondersteunende kunstwerken;

v. Werken: alle door menselijk toedoen ontstane of gemaakte constructies of inrichtingen, inclusief bouwwerken, en restanten daarvan.

1.3 Wettelijk kader

Wet- en regelgeving

Deze Onderhoudslegger oppervlaktewaterlichamen is een legger op grond van de Waterschapswet. Artikel 78, tweede lid, van de Waterschapswet bepaalt dat het algemeen bestuur van het waterschap een legger vastlegt waarin onderhoudsplichtigen of onderhoudsverplichtingen worden aangewezen. Artikel 2.39 van de Omgevingswet bepaalt dat de beheerder van waterstaatswerken ook een legger vaststelt waarin is omschreven waaraan die waterstaatswerken naar ligging, vorm, afmeting en constructie moeten voldoen. Hiervoor is voor oppervlaktewaterlichamen een aparte Omgevingswetlegger vastgesteld. De bevoegdheid tot het vaststellen van leggers is door het algemeen bestuur gedelegeerd aan het dagelijks bestuur.

Verhouding legger en Waterschapsverordening

Onder de (voormalige) Waterwet wees de legger onder andere beschermingszones van waterstaatswerken aan. In die zones rondom waterstaatswerken golden regels om het waterstaatswerk te beschermen en om goed onderhoud te kunnen waarborgen. Onder de Omgevingswet kan een legger geen beschermingszones meer vastleggen of wijzigen. Deze gebieden worden als beperkingengebieden opgenomen in de Waterschapsverordening.

De Omgevingswetlegger met bijbehorende kaart en tabel bevat de gegevens waaraan de oppervlaktewaterlichamen moeten voldoen wat betreft de vorm, afmeting en constructie. Het leggerprofiel wordt gebruikt om naar terug te baggeren of te herprofileren en is daarom relevant voor de onderhoudslegger. Op de tabel zijn ook de (afwijkende) onderhoudsplichtigen vastgelegd.

1.4 Toepassingsbereik

Deze legger is van toepassing op oppervlaktewaterlichamen, bijbehorende ondersteunende kunstwerken en overige keringen binnen het beheergebied van het waterschap. De ligging van dit gebied is op onderstaande overzichtskaart globaal weergegeven.

afbeelding binnen de regeling

2 LEGGERBEPALINGEN

2.1 Leggeronderdelen

De onderhoudslegger oppervlaktewaterlichamen bestaat naast dit leggerboek uit de volgende onderdelen, die onlosmakelijk deel uitmaken van deze legger:

Leggerkaart: een grafische weergave van alle waterstaatswerken. De kaart is te raadplegen via: https://www.brabantsedelta.nl/legger.

Leggertabellen: een overzicht met per waterstaatswerk de kenmerkende afmetingen en eigenschappen waaraan het moet voldoen. De tabellen geven de afwijkende onderhoudsplichtigen aan. De leggertabel is per waterstaatswerk te raadplegen via de leggerkaart.

Profieltekeningen: tekeningen met aanvullende informatie van oppervlaktewaterlichamen. Indien van toepassing is de tekening te raadplegen via een hyperlink in de leggerkaart.

Deze legger wijst, zoals bepaald in artikel 78, tweede lid, van de Waterschapswet, de onderhoudsplichtigen aan en bepaalt wat de onderhoudsplicht inhoudt. Er gaan rechtsreeks rechten en plichten uit van deze legger.

2.2 Onderhoudsplichtigen 2.2.1 Oppervlaktewaterlichamen

De onderhoudsplicht voor gewoon en buitengewoon onderhoud aan categorie A-wateren ligt bij het waterschap, tenzij bij omgevingsvergunning, projectbesluit of in de leggertabel anders is bepaald.

De onderhoudsplicht voor gewoon en buitengewoon onderhoud aan categorie B-wateren ligt bij de aangelanden, tenzij in de leggertabel anders is bepaald. De onderhoudsplicht van een aangelande van een oppervlaktewaterlichaam strekt zich uit tot de halve breedte van het betreffende oppervlaktewaterlichaam, tenzij in de leggertabel van deze legger anders is bepaald.

2.2.2 Ondersteunende kunstwerken en werken

De verplichting tot het schoonhouden van het doorstroomprofiel van een ondersteunend kunstwerk en werk rust op de onderhoudsplichtige van het oppervlaktewaterlichaam of overige waterkering waartoe het kunstwerk of werk behoort, tenzij in de leggertabel van deze legger anders is bepaald.

De verplichting tot het in goede staat houden van een ondersteunend kunstwerk rust op de onderhoudsplichtige van het oppervlaktewaterlichaam of overige waterkering waartoe het kunstwerk behoort, tenzij in de leggertabel van deze legger anders is bepaald.

De verplichting tot het in goede staat van onderhoud houden van een in of over een oppervlaktewaterlichaam of overige waterkering gelegen werk rust bij de vergunninghouder of, bij het ontbreken van een vergunninghouder bij degene die belang heeft bij (een onderdeel van) de constructie en bij ontbreken van een vergunninghouder of belanghebbende, bij de aangrenzende eigenaar, tenzij in de leggertabel anders is bepaald.

2.2.3 Overige waterkeringen

Het gewoon onderhoud aan (gedeelten van) waterkeringen berust bij de eigenaren van de overige waterkering, tenzij in de leggertabel van deze legger anders is bepaald.

2. Het buitengewoon onderhoud berust bij het waterschap, tenzij in de leggertabel van deze legger anders is bepaald.

3. Buitengewoon onderhoud door derden aan waterkeringen mag niet worden uitgevoerd in het gesloten seizoen.

2.2.4 Hoofdelijke aansprakelijkheid

Wanneer percelen met een beperkt recht zijn bezwaard, dan wel krachtens persoonlijk recht in gebruik zijn gegeven, rusten de in deze legger aan de eigenaar opgelegde verplichtingen van de legger ook op de beperkt gerechtigden en in geval er sprake is van een persoonlijk recht ook op de gebruikers.

Voor nakoming van de in deze legger aan de eigenaar opgelegde verplichtingen is ieder van de genoemde gerechtigden alsmede de eigenaar hoofdelijk aansprakelijk.

2.3 Onderhoudsplicht

De legger legt conform de Waterschapswet de onderhoudsverplichtingen of onderhoudsplichtigen vast. Deze legger onderscheidt gewoon onderhoud en buitengewoon onderhoud. Gewoon onderhoud betreft werkzaamheden die de functie van het waterstaatswerk in stand houden. Buitengewoon onderhoud behelst die werkzaamheden die zorgdragen voor het in stand houden van het waterstaatswerk overeenkomstig het in de legger bepaalde omtrent ligging, vorm, afmeting en constructie. De waterstaatswerken moeten in goede staat van onderhoud worden gehouden. De frequentie van het onderhoud is afhankelijk van de lokale situatie.

2.3.1 Oppervlaktewaterlichamen

Gewoon onderhoud

Gewoon onderhoud aan oppervlaktewaterlichamen is onderhoud ten behoeve van het doorstroomprofiel van de waterloop. De onderhoudsplichtige voor gewoon onderhoud, als bedoeld in artikel 2.2.1, moet begroeiing en afval die schadelijk zijn voor het functioneren van het oppervlaktewaterlichaam verwijderen. Met schadelijke begroeiing wordt onder andere bedoeld lang gras en riet. Met afval wordt bedoeld voorwerpen, materialen en stoffen die de aan- of afvoer of berging van water belemmeren.

Ook moet de onderhoudsplichtige uit het eerste lid beschadigingen aan oevers herstellen en begroeiingen ten behoeve van de waterhuishoudkundige functies van de waterloop onderhouden. De oevers en taluds en de daartoe behorende oeververdedigingswerken dienen behoorlijk in stand te worden gehouden, voor zover dat nodig is om te voorkomen dat door inzakking de af- en/of aanvoer van water wordt gehinderd.

Oppervlaktewaterlichamen hebben diverse (ecologische) functies in de waterhuishouding, waaronder waterkwantiteit, waterkwaliteit en scheepvaart. Het gewoon onderhoud is erop gericht dat oppervlaktewaterlichamen deze functies behouden.

Buitengewoon onderhoud

Buitengewoon onderhoud aan oppervlaktewaterlichamen is onderhoud ten behoeve van de instandhouding van de waterloop. De onderhoudsplichtige voor buitengewoon onderhoud, als bedoeld in artikel 2.2.1, is verplicht de waterloop indien nodig te baggeren, te herprofileren of het talud te herstellen.

Het leggerprofiel wordt gebruikt om naar terug te baggeren of te herprofileren. Naast de gegevens in leggertabellen zijn van verschillende specifieke situaties aanvullende profieltekeningen opgenomen. Het uitgangspunt is dat in de legger het dwarsprofiel opgenomen wordt zoals het waterschap wenst dat de waterloop er in de praktijk ligt.

2.3.2 Ondersteunende kunstwerken en werken

Gewoon onderhoud

Gewoon onderhoud ziet op het doorstroomprofiel van de (kunst)werken. De onderhoudsplichtige van ondersteunende kunstwerken en werken, als bedoeld in artikel 2.2.2, onderhoudt de werken zodanig dat er aan de functie voor het watersysteem voldaan kan worden. Zo moet een onderhoudsplichtige van een duiker deze schoonhouden, zodat deze niet verstopt raakt.

De onderhoudsplichtigen van ondersteunende kunstwerken of werken die in, op, aan, onder of boven waterkeringen zijn aangebracht en mede een waterkerende functie hebben, zijn verplicht deze waterkerend te houden. Het waterkerend houden houdt zowel de instandhouding van het werk in, als het functioneren daarvan.

De middelen bestemd tot afsluiting van ondersteunende kunstwerken dienen door de onderhoudsplichtigen in goede staat te worden onderhouden. Zo vaak als dat door of namens het bestuur nodig wordt geoordeeld, dient de goede werking te worden getoond.

Buitengewoon onderhoud

Buitengewoon onderhoud ziet op het in goede staat houden en indien nodig vervangen van ondersteunende kunstwerken.

2.3.3 Overige waterkeringen

Gewoon onderhoud

Waterkeringen hebben een waterkerende functie. Het gewoon onderhoud is erop gericht dat de waterkering deze functie behoudt. De onderhoudsplichtige voor gewoon onderhoud, als bedoeld in artikel 2.2.3, draagt te allen tijden zorg voor een goede toestand van de waterkering.

De onderhoudsplichtige uit het eerste lid is onder andere verplicht de waterkering te maaien en de grasmat te verzorgen. Daarbij moet gedacht worden aan het verwijderen van schadelijk wild en begroeiingen die aantoonbaar schade toebrengen aan het waterkerend vermogen van de waterkering.

De bestrijding van muskus- en beverratten is uitgezonderd. De zorgplicht ter voorkoming van schade aan waterstaatswerken door muskus- en beverratten berust ingevolge artikel 1, derde lid, Waterschapswet bij het waterschap.

Buitengewoon onderhoud

De onderhoudsplichtige voor buitengewoon onderhoud, als bedoeld in artikel 2.2.3, is verplicht tot instandhouding van de waterkering overeenkomstig de legger, waaronder het weer op hoogte brengen van de waterkering.

Van 1 oktober tot 1 april mogen geen werkzaamheden worden uitgevoerd op of rond een waterkering. Er is in het zogenoemde gesloten seizoen grote kans op hoge waterstanden. Het is belangrijk dat waterkeringen dan in goede staat zijn.

Ondertekening