Regeling vervalt per 01-01-2025

Verordening op de heffing en de invordering van leges HAARLEM 2024

Geldend van 30-07-2024 t/m 31-12-2024

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges HAARLEM 2024

De raad van de gemeente Haarlem;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 21 november 2023;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet, de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet en artikel 13.1a van de Omgevingswet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van leges HAARLEM 2024

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

  • -

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • -

    jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • -

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;

  • -

    maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

  • -

    week: een aaneengesloten periode van zeven dagen.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het verlenen van een dienst op aanvraag; of

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten die ingevolge een wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

  • c.

    De leges worden niet geheven wanneer de inlichtingen zonder reden op te geven door het gemeentebestuur worden geweigerd.

  • d.

    indien in opdracht van het college publieke taken worden verricht tbv onderhoud aan de openbare ruimte.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen twee maanden na de dagtekening van de kennisgeving.

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen twee maanden na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen twee maanden na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Bijzondere bepalingen

De abonnementen als bedoeld in hoofdstuk I van de tarieventabel worden geacht te zijn ingegaan op de dag waarop het verschuldigde bedrag is betaald, tenzij een andere datum is overeengekomen.

Artikel 10 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst, besluit of handeling wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst, besluit of handeling in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 11 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, als de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende paragrafen of artikelen van hoofdstuk 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      paragraaf 1.2 (reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart);

    • 2.

      paragraaf 1.3 (rijbewijzen);

    • 3.

      artikel 1.4 (papieren verstrekking uit de basisregistratie personen);

    • 4.

      artikel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 5.

      artikel 1.12 (Wet op de kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De “Verordening leges 2023” wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 12, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 12, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening leges Haarlem 2024”

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2023.

De voorzitter,

De griffier,

Bijlage 1 Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening HAARLEM 2024

Hoofdstuk 1 Algemene dienstverlening

Paragraaf 1.1 Burgerlijke Stand

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen

Paragraaf 1.7 Bestuursstukken

Paragraaf 1.8 Bodeminformatie

Paragraaf 1.9 Overige publiekszaken

Paragraaf 1.10 Bijzondere wetten

Hoofdstuk 2 dienstverlening en besluiten in het kader van de omgevingswet

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Paragraaf 2.2 Voorfase

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Paragraaf 2.13 Vermindering

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Hoofdstuk 3 dienstverlening vallend onder de dienstenrichtlijn en niet vallend onder hoofdstuk 2

Paragraaf 3.1 Horeca

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

Paragraaf 3.3 Speelgelegenheden

Paragraaf 3.4 Deelvoertuigen

Paragraaf 3.5 Organiseren evenement of markt of foto- en filmopnamen

Paragraaf 3.6 Standplaatsen

Paragraaf 3.7 Huisvestingswet 2014

Paragraaf 3.8 Overig

HOOFDSTUK 1 ALGEMENE DIENSTVERLENING

Paragraaf 1.1 Burgerlijke stand

KCC

 
 
 
 

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registreren van een partnerschap of de omzetting van een partnerschapsregistratie in een huwelijk:

 
 

1.1.1.1

Nulpakket: maandagen om 9:00u en 09:15u, volgens de voorwaarden van het reglement Burgerlijke Stand voor het nulpakket en de Wet Rechten Burgerlijke Stand art. 4

€ 0,00

 

1.1.1.2

Basispakket: volgens de voorwaarden van het reglement Burgerlijke Stand voor het Basispakket en de Wet Rechten Burgerlijke Stand art. 5, tweede lid

€ 339,00

 

1.1.1.3

Keuzepakket: op doordeweekse dagen tussen 9.00 uur en 18.00 uur, volgens de voorwaarden van het reglement Burgerlijke Stand voor het keuzepakket en de Wet Rechten Burgerlijke Stand art. 5, tweede lid

€ 739,00

 

1.1.1.4

Keuzepakket: op een ander tijdstip dan vermeld onder 1.1.1.3, volgens de voorwaarden van het reglement Burgerlijke Stand voor het keuzepakket en de Wet Rechten Burgerlijke Stand art. 5, tweede lid

€ 819,00

 

1.1.1.5

All-in pakket: op een zaterdag, volgens de voorwaarden van het reglement Burgerlijke Stand voor het all-in pakket en de Wet Rechten Burgerlijke Stand art. 5, tweede lid:

 
 

1.1.1.5.1

In de Gravenzaal

€ 1.235,00

 

1.1.1.5.2

In de Librije

€ 968,00

 

1.1.1.5.3

Vervallen

 
 

1.1.1.6

Idem, op een ander tijdstip of andere wijze dan bedoeld in 1.1.1.4

 
 

1.1.1.6.1

In de Gravenzaal

€ 968,00

 

1.1.1.6.2

In de Librije

€ 670,00

 

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op andere tijden dan bedoeld in 1.1.1.1 en bij het huwelijksloket in de Publiekshal:

€ 160,00

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 740,00

 

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek

€ 740,00

 

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een trouwboekje of partnerschapboekje

€ 44,60

 

1.1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van een lijst met alle op één dag, in één week of in één maand geborenen (geboorte-aangifte), voor zover voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elk op die lijst vermelde aangifte voor de periode van drie maanden

€ 162,00

 

1.1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van een lijst met alle op één dag, in één week of in één maand overledenen, voor zover voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elk op die lijst vermelde aangifte voor de periode van drie maanden

€ 121,00

 

1.1.7.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van een lijst met alle op één dag, in één week of in één maand ondertrouwde en getrouwde paren of geregistreerde partners, als voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elk op die lijst vermeld paar voor de periode van drie maanden

€ 121,00

 

1.1.8

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

 
 
 
 

€ 27,50

 

1.1.9

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand; dit betreft:

€ 16,60 *

 
 

- afschrift van akte burgerlijke stand

 
 
 

- uittreksel akte van geboorte

 
 
 

- uittreksel akte van huwelijk

 
 
 

- uittreksel akte van partnerschap

 
 
 

- uittreksel akte van overlijden

 
 
 

- elke attestatie de vita, als bedoeld in artikel 19k van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek

 
 
 

- meertalig uittreksel van een akte

 
 

1.1.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een meertalig modelformulier

€ 16,60 *

 

1.1.10.1

Voor het beschikbaar stellen van gemeentegetuigen, per getuige

€ 27,00

 

1.1.10.2

Het op verzoek benoemen van een externe buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor het voltrekken van één huwelijk

€ 110,00

 

1.1.10.3

Het op verzoek benoemen en beëdigen van een willekeurig persoon, niet zijnde een (buitengewoon) ambtenaar van de burgerlijke stand voor het voltrekken van een huwelijk.

€ 287,00

 

1.1.10.4

Tot het verstrekken van een verklaring van huwelijksbevoegdheid

€ 29,00 *

1.1.10.5

Voor een meertalig modelformulier van een onder 1.1.10.4 genoemd stuk

22,30*

 

1.1.11

Voor verstrekkingen vermeld in de artikelen 1.1.9, 1.1.9.1, 1.1.10.5, die schriftelijk aangevraagd en betaald worden vanuit alle landen buiten Europa (de non-SEPA-landen) wordt het bedrag vermeerderd met € 10,50

€ 10,50

 

1.1.12

Voor het gebruik maken van het overgangsrecht zoals bedoeld in artikel IIIA en IIIB van de Wet introductie gecombineerde geslachtsnaam, geldt voor het opmaken van de akte(n) het volgende tarief: (Deze tarieven zijn door de minister vastgesteld in de Regeling rechten naamskeuze overgangsregeling Wet introductie gecombineerde geslachtsnaam)

 
 

1.1.12.1.

Voor de naamskeuze van kinderen die zijn erkend voor 1 januari 2024, maar worden geboren na 1 januari 2024 (artikel IIIA WIGG)

€0,00

 

1.1.12.2.

Voor de (hernieuwde) naamskeuze van kinderen die zijn geboren voor 1 januari 2024 (artikel IIIB WIGG) is het tarief:

  • -

    voor het oudste kind van twee ouders

€ 75,00;

 

1.1.12.3.

  • -

    voor elk volgende kind van diezelfde ouders

€ 50,00

Paragraaf 1.2 Reisdocumenten

 

KCC

 
 
 
 

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,87 *

 

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort)

€ 83,87 *

 

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers van 9 september 1976 (Stb. 468) faciliteitenpaspoort) die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,87 *

 

1.2.1.4

tot het verstrekken van een 2e nationale paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 83,87 *

 

1.2.1.5

tot het verstrekken van een nationaal paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,42 *

 

1.2.1.6

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.5 (zakenpaspoort) die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,42 *

 

1.2.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 75,80 *

 

1.2.1.8

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 40,92 *

 

1.2.1.9

tot het verstrekken van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 63,42 *

 

1.2.1.10

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers van 9 september 1976 (Stb. 468) faciliteitenpaspoort) die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,42 *

 

1.2.1.11

tot het verstrekken van een 2e nationale paspoort voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 63,42 *

 

1.2.2

voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.11 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:

€ 57,09 *

Paragraaf 1.3 Rijbewijzen

 

KCC

 
 
 
 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 51,11 *

 

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 39,65 *

 

1.3.3

Voor het opmaken van een vermissingsrapport voor een rijbewijs

€ 40,00

Paragraaf 1.4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie personen

 

KCC

 
 
 
 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

 
 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 23,60 *

 

1.4.2.2

tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats

€ 22,30 *

 

1.4.2.3

tot het afsluiten van abonnement op het verstrekken van een opgave van verhuizingen binnen de gemeente, vertrekken uit de gemeente en vestigingen in de gemeente, gedurende een kwartaal

€ 161,00

 

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

 
 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
 

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 23,60

 

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, van het Besluit basisregistratie personen

€ 7,50 *

 

1.4.6

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier:

€ 27,50

 

1.4.7

Tot het verstrekken van een tweede en volgend afschrift van de persoonslijst uit de basisregistratie personen.

€ 29,70

 

1.4.8

Tot het uitvoeren van een basisregistratie personen-selectie voor maatschappelijke of wetenschappelijke doeleinden

€ 464,00

 

1.4.9

Voor verstrekkingen vermeld in de artikelen 1.4.2.1, 1.4.2.2, 1.4.4.1, 1.4.7, die schriftelijk aangevraagd en betaald worden vanuit alle landen buiten Europa (de non-SEPA landen) wordt het bedrag vermeerderd met

€ 10,50

 

1.4.10

Tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L200)

€ 22,30

Paragraaf 1.7 Bestuursstukken

Algemeen

 
 
 
 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van Gedrukte stukken, zoals verordeningen, besluiten, begrotingen, rekeningen en andere documentatie omtrent de gemeentelijke werkzaamheden:

 
 

1.7.1.1

Per pagina

€ 0,32

 

1.7.1.2

Tot een maximum per gedrukt stuk van

€ 51,00

 

1.7.2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 
 

1.7.2.2.1

Op de agenda’s en lijst van ingekomen stukken van de raadsvergaderingen

€ 37,70

 

1.7.2.2.2

Op de voorstellen aan de raad

€ 130,00

 

1.7.3

op de verslagen van de raadsvergaderingen

€ 130,00

 

1.7.3.2.1

op de agenda van de vergaderingen van een raadscommissie

€ 49,80

 

1.7.3.2.2

Op de verslagen van de vergaderingen van een raadscommissie

€ 49,80

 

1.7.4

Voor toezending van stukken op grond van dit hoofdstuk per post wordt een toeslag berekend van

€ 8,50

Paragraaf 1.8 Bodeminformatie

PCM

1.8

Het tarief exclusief BTW bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

PCM

1.8.1

het verstrekken van een fotokopie of scan van een bodemonderzoeksrapport, saneringsplan of evaluatierapport, per rapport

€ 25,20

PCM

1.8.2

het digitaal verstrekken van informatie over de gesteldheid van de bodem in de vorm van een geautomatiseerd rapport (onder andere bij grondtransacties) (na iDeal-betaling)

€ 29,51

PCM

1.8.3

het binnen 3 weken verstrekken van NEN 5725-informatie, voor zover beschikbaar in het bodemarchief, bedraagt voor een locatie tot maximaal 1000 m²

€ 190,05

PCM

1.8.4

het binnen 3 weken verstrekken van informatie over de gesteldheid van de bodem ten behoeve van werkzaamheden aan kabels en leidingen met een tracélengte tot ca. 75 meter.

€ 190,05

PCM

1.8.5

Indien het een aanvraag betreft die niet onder 1.8.1, 1.8.2, 1.8.3, 1.8.4 valt worden de kosten daarvoor in rekening gebracht in overeenstemming met een voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag medegedeelde kosten. Als de aanvrager akkoord gaat met de geraamde kosten, wordt de aanvraag in behandeling genomen

KCC

1.8.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot aanbrengen van een mutatie in de gemeentelijke basisregistratie adressen, per huisnummer

€ 101,33

Paragraaf 1.9 Overige publiekszaken

KCC

 
 
 
 

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 
 

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

 41,35 *

 

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie of waarmerking van een handtekening of document

€ 21,40

 

1.9.4.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot Nederlander zoals bedoeld in hoofdstuk 4 van de Rijkswet op het Nederlanderschap geldt het tarief zoals opgenomen in het Besluit Optie- en Naturalisatiegelden 2002.

 

1.9.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het op verzoek lichten van een dossier van een bij de afdeling van Haarlem in het archief berustend dossier:

€ 13,95

Paragraaf 1.10 Bijzondere wetten

 

Artikel 1.10 Huisvestingswet 2014

 

VTH

1.10

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7 eerste lid, van de Huisvestingswet, bedraagt het tarief:

€ 63,00

 

Artikel 1.11 Leegstandwet

 

VTH

1.11

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in artikel 15 van de Leegstandwet, bedraagt het tarief:

 
 

1.11.1

voor het verkrijgen van een vergunning tijdelijke verhuur

€ 172,30

 

1.11.2

voor de verlenging van de vergunning, per woning

€ 60,00

 

Artikel 1.12 Wet op de kansspelen

 

VTH

1.12.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning voor een door de gemeente vastgesteld tijdvak van 3 jaar als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen, bedraagt het tarief: het bedrag dat op grond van artikel 3 van het Speelautomatenbesluit 2000 ten hoogste voor het in behandeling kunnen nemen van de bedoelde aanvraag kan worden geheven.

 
 

1.12.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een loterijvergunning als bedoeld in artikel 3 van Wet op de kansspelen, bedraagt het tarief.

€ 170,00

 

Artikel 1.13 Ondergrondse infrastructuur en Civiele werken

 

BBOR

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

 

BBOR

1.13.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning of instemmingsbesluit als bedoeld in art. 2.1 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur, gemeente Haarlem, 2023, bedraagt

€ 816,25

BBOR

1.13.2

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in art. 2.2 van de Algemene verordening ondergrondse infrastructuur, gemeente Haarlem, 2023, bedraagt

€ 816,25

BBOR

1.13.3

Het tarief als bedoeld in 1.13.1 en 1.13.2 voor tracés van 100 meter of meer wordt per strekkende meter verhoogd met

€ 1,96

BBOR

1.13.4

Het tarief als bedoeld in 1.13.1 en 1.13.2 wordt voor elk ondersteuningswerk, beschermingswerk en signaalinrichting, alsmede de inrichting die is bestemd om daarin verbindingen tot stand te brengen waarvoor afzonderlijke plaatsbepaling noodzakelijk is, verhoogd met

€ 218,33

BBOR

1.13.5

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verkrijgen van een vergunning of instemmingsbesluit als bedoeld in 1.13.1 en 1.13.2 voor het plaatsen van een bovengrondse voorziening, wordt verhoogd met

€ 453,98

BBOR

1.13.6

Indien met betrekking tot een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning of instemmingsbesluit als bedoeld in 1.13.1 of 1.313.2 meer dan één overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, wordt het tarief met elk tweede en opvolgend overleg verhoogd met

€ 51,86

BBOR

1.13.7

Voor de aanvragen dit hoofdstuk, vermeld onder de artikelen 1.13.1, 1.13.2, geldt dat als de aanvraag niet ontvankelijk is of buiten behandeling wordt gesteld, wordt geweigerd of ingetrokken, er aanspraak bestaat op teruggaaf van artikel 1.13.3 van

100%

 

Artikel 1.14 Wegenverkeerswetgeving/ Verkeer en vervoer

 

VTH

1.14.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing op basis van artikel 87 van het RVV 1990, per ontheffing, bedraagt het tarief:

€ 50,00

VTH

1.14.2

Indien voor de ontheffing als bedoeld in artikel 1.14.1 een pasje benodigd is, dan wordt het tarief verhoogd met de kosten voor het pasje

€ 25,97

VTH

1.14.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een extra toegangspasje (per pasje) of tot het verkrijgen van een vervangend toegangspasje in geval van vermissing, diefstal , beschadiging etc.

€ 25,97

VTH

1.14.4

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken, inclusief de kosten die voortvloeien uit de aanleg van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

€ 570,00

VTH

1.14.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verplaatsen, wijzigen van de afmetingen van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken inclusief de kosten die voortvloeien uit de wijziging van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken

€ 390,00

VTH

1.14.6

Als een aanvraag als bedoeld in 1.14.4 of 1.14.5 wordt ingetrokken of geweigerd dan is er aanspraak op teruggaaf van

50%

VTH

1.14.7

Indien een aanvraag als bedoeld in artikel 1.14.4 of 1.14.5 door 100% verslechtering van de medische situatie of overlijden wordt ingetrokken dan bestaat aanspraak op teruggaaf van

100%

VTH

1.14.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing parkeren grote voertuigen, als bedoeld in artikel 5:8, vijfde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt het tarief:

€ 125,00

VTH

1.14.9

Tot het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing milieuzone voor een vrachtauto:

 

VTH

1.14.9.a

dagontheffing als bedoeld in artikel 2 Beleidsregel ontheffingverlening milieuzone diesel vrachtauto’s Haarlem 2022 per kenteken

€ 61,00

VTH

1.14.9.b

ontheffing in verband met de levertijd van een emissieloos voertuig

als bedoeld in artikel 3 Beleidsregel ontheffingverlening milieuzone diesel vrachtauto’s Haarlem 2022 per kenteken

€ 120,00

VTH

1.14.9.c

ontheffing in verband met de continuïteit van een onderneming of in verband met de hardheidsclausule als bedoeld in artikel 4 of artikel 7 Beleidsregel ontheffingverlening milieuzone diesel vrachtauto’s Haarlem 2022 per kenteken

€ 240,00

VTH

1.14.9.d

ontheffing voor bijzondere voertuigen of vrijgestelde voertuigen als bedoeld artikel 5 of 6 Beleidsregel ontheffingverlening milieuzone diesel vrachtauto’s Haarlem 2022 per kenteken

Nihil

WGZ

1.14.10.a

tot het voor de eerste keer verstrekken van een eerste uitgifte van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 162,08

WGZ

1.14.10.b

tot het verstrekken van een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 52 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 84,570l

WGZ

1.14.10.c

van een herhaalde uitgifte van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 65,04

Artikel 1.15 Havendienst

Bedrijven

1.15.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

tot het verkrijgen van een ligplaatsvergunning voor een pleziervaartuig als bedoeld in de Verordening Haarlemse Wateren 2020

€ 81,46

 

1.15.2

tot het verkrijgen van een ligplaats- en/of exploitatievergunning voor een bedrijfsvaartuig zoals bedoeld in de Verordening Haarlemse Wateren 2020

€ 401,05

 

1.15.3

tot wijziging van een ligplaatsvergunning voor een pleziervaartuig, zoals bedoeld in de Verordening Haarlemse Wateren 2020, wanneer de ligplaatsvergunning minimaal 7 maanden geleden is afgegeven

€ 22,34

 

1.15.4

tot wijziging van een ligplaats- en/of exploitatievergunning voor een bedrijfsvaartuig zoals bedoeld in de Verordening Haarlemse Wateren 2020

€ 22,34

 

1.15.5

tot het verkrijgen van een ligplaatsvergunning voor een bestaand woonschip (i.c.m. een bestaande plaats) zoals bedoeld in de Verordening Woonschepen (gepaard gaande met een eenvoudige voorbereidingsprocedure)

€ 89,56

Artikel 1.16 Diverse vergunningen of beschikkingen

VTH

1.16.1

Voor het in behandeling nemen van een kampeerontheffing voor meer dan 75 personen als bedoeld in artikel 4:18, derde lid van Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt het tarief:

€ 140,00

KCC

1.16.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een kennisgeving door een handelaar als bedoeld in artikel 2:68 Algemene Plaatselijke Verordening en artikel 437 Wetboek van Strafrecht bedraagt

€ 6,80

VTH

1.16.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het opbreken van de weg zoals bedoeld in artikel 2:11 van de Algemene Plaatselijke Verordening, bedraagt het tarief:

€ 100,00

VTH

1.16.4

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een geluidsontheffing voor werkzaamheden als bedoeld in artikel 4:6, tweede lid van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief:

€ 90,00

VTH

1.16.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing voor voorwerpen op, aan of boven de weg als bedoeld in artikel 2:10, vierde lid van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief:

€ 206,00

VTH

1.16.6

Als de aanvraag voor voorwerpen op, aan of boven de weg als bedoeld in artikel 1.16.5 wordt ingediend minder dan 1 week voorafgaand aan plaatsing voorwerpen dan wel na aanvang of gereedkomen van de plaatsing, bedraagt het tarief:

€ 258,87

VTH

1.16.7

Voor het in behandeling nemen van het verlengen van de einddatum met maximaal 1 maand van de verleende ontheffing van artikel 1.16.5 bedraagt het tarief:

€ 74,75

VTH

1.16.8

Voor een beschikking of een ontheffing op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in de dit hoofdstuk of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 335,60

VTH

1.16.9

In afwijking van het bepaalde in artikel 1.16.8 is geen leges verschuldigd voor: 

- een aanvraag om ontheffing as verstrooiing op verboden plaatsen

- een urgentieverklaring als bedoeld in artikel 2.3.7 van de huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond 2015

 

VTH

1.16.10

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk, m.u.v. 1.16.9, wordt voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag voor een vergunning / ontheffing in behandeling is genomen het tarief verhoogd met:

€ 41,70

ALG

1.16.11

Voor de aanvragen uit dit hoofdstuk, vermeld onder de artikelen 1.10, 1.11, 1.12, 1.13.1, 1.13.2, 1.13.4, 1.13.5, 1.14.1, 1.14.8, 1.14.9, 1.16.1, 1.16.2, 1.16.3, 1.16.4, 1.16.5, 1.16.6 en 1.16.7 geldt dat als de aanvraag buiten behandeling wordt gesteld, er aanspraak bestaat op teruggaaf van:

60%

ALG

1.16.12

Voor de aanvragen uit dit hoofdstuk, vermeld onder de artikelen 1.10, 1.11, 1.12, 1.13.1, 1.13.2, 1.13.4, 1.13.5, 1.14.1, 1.14.8, 1.14.9, 1.16.1, 1.16.2, 1.16.3, 1.16.4, 1.16.5, 1.16.6 en 1.16.7 geldt dat als de aanvraag wordt ingetrokken, er aanspraak bestaat op teruggaaf van:

40%

ALG

1.16.13

van de op grond van artikelen 1.16.11 en 1.16.12 verschuldigde leges, met dien verstande dat ten minste een bedrag verschuldigd blijft van:

€ 100,00

ALG

1.16.14

Voor aanvragen waarvoor de leges minder bedragen dan het in artikel 1.16.13 genoemde minimaal verschuldigde bedrag, bestaat er geen recht op teruggaaf.

 

1.16.15

Het verstrekken van informatie over een perceel bevattende: status, bouwjaar, aanschrijvingen en Wet voorkeursrecht gemeenten

€ 27,50

Artikel 1.17 Nadeelcompensatie / planschade

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot nadeelcompensatie.

€ 500,-

1.17.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot planschade

€ 500,-

* Verwijst naar maximum tarieven van het Rijk. 

HOOFDSTUK 2 DIENSTVERLENING EN BESLUITEN IN HET KADER VAN DE OMGEVINGSWET

Paragraaf 2.1 Algemene bepalingen

Artikel 2.1 Definities

1.

Begripsbepalingen die zijn opgenomen in de bijlage bij de Omgevingswet, in bijlage I bij het Besluit activiteiten leefomgeving, bijlage I bij het Besluit bouwwerken leefomgeving, bijlage I bij het Besluit kwaliteit leefomgeving, bijlage I bij het Omgevingsbesluit en bijlage I bij de Omgevingsregeling, zijn van toepassing op dit hoofdstuk, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

2.

In dit hoofdstuk voorkomende begrippen die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander dan een in het eerste lid bedoeld wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld, tenzij in de legesverordening of deze tarieventabel anders is bepaald.

3.

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:

- binnenplanse omgevingsplanactiviteit: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die niet in strijd is met het omgevingsplan;

- binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht: een activiteit waarvoor in het omgevingsplan is bepaald dat het is verboden deze zonder omgevingsvergunning te verrichten en die in strijd is met het omgevingsplan, maar die niet in strijd is met regels voor de toepassing van een wijzigingsbevoegdheid of het voldoen aan een uitwerkingsplicht in het tijdelijke deel van het omgevingsplan, bedoeld in artikel 22.1, aanhef en onder a, van de Omgevingswet;

4.

In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ betreffen de in die omschrijving:

- onder a genoemdeUniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 de voorwaarden die bekendgemaakt zijn in Staatscourant 2012, 1567;

- onder b bedoelde bouwkosten de kosten voor de fysieke realisatie (het bouwen) van het bouwwerk;

- onder c bedoelde prijs de prijs inclusief omzetbelasting.

5

Aanlegkosten: In aanvulling op de in bijlage I bij de Omgevingsregeling opgenomen omschrijving van het begrip ‘bouwkosten’ is die bepaling tevens van toepassing op het begrip “aanlegkosten”.

6

Bouwblok: een bouwkundige eenheid die een fundering deelt.

7.

Vooroverleg: Een verzoek tot het verkrijgen van een indicatie of de uitgewerkte planvorming (activiteit) voldoet aan de wettelijke eisen, zodat aan de voorgenomen omgevingsactiviteit medewerking kan worden verleend.

8

Omgevingsvergunning: omgevingsvergunning als bedoeld in: artikel 5.1 of artikel 22.8 van de Omgevingswet in samenhang met artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit of het omgevingsplan

9

Omgevingsplanactiviteit: omgevingsplanactiviteit als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet

10

Gemeentelijke adviescommissie: gemeentelijke adviescommissie bedoeld als bedoeld in de “ Verordening op de Adviescommissie Omgevingskwaliteit gemeente Haarlem 2022”

Artikel 2.2 Dienstverlening en besluiten waarvoor leges worden geheven

1. Leges worden geheven voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

a.

een omgevingsvergunning

 

b.

een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in artikel 4.5 van de Omgevingswet;

 

c.

toestemming voor het treffen van een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet;

 

d.

een wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning;

 

e

intrekking van een omgevingsvergunning;

 

f.

wijziging van een besluit als bedoeld in de onderdelen a, b, en c;

 

g.

een besluit in het kader van de Omgevingswet, anders dan bedoeld in de onderdelen a tot en met f.

2. Leges worden niet geheven voor:

 

a.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om de bouwactiviteit herstel van de fundering voor een bouwblok of een gedeelte daarvan indien de aanvraag alleen betrekking heeft op die bouwactiviteit.

 

b

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om de bouwactiviteit op het plaatsen van zonnecollectoren of zonnepanelen indien de aanvraag alleen betrekking heeft op het plaatsen van de zonnecollectoren of de zonnepanelen.

 

c

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om de bouwactiviteit het restaureren en (her-)plaatsen van gevelstenen door non-profitorganisaties op het gebied van de monumentenzorg cum annexis indien de aanvraag alleen betrekking heeft op die bouwactiviteit.

Artikel 2.3 Bepalen tarief

1.

De in artikel 2.2 bedoelde leges worden geheven naar de tarieven zoals opgenomen in de volgende paragrafen van dit hoofdstuk.

2.

Als een aanvraag betrekking heeft op meerdere activiteiten, is het tarief opgebouwd uit de som van de verschuldigde leges behorend bij die activiteiten.

3.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verhoogd met een of meer modaliteiten bedoeld in paragraaf 2.12.

4.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag wordt in voorkomend geval verminderd overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 2.13.

5.

Het tarief behorend bij een aanvraag om een maatwerkvoorschrift of bij een aanvraag om toestemming om een gelijkwaardige maatregel te treffen is niet van toepassing als het onderwerp waarop het maatwerkvoorschrift betrekking heeft of de gelijkwaardige maatregel onderdeel is van een aanvraag om een omgevingsvergunning.

6.

In afwijking van het tweede en derde lid kan ook per activiteit of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

Paragraaf 2.2 Voorfase

Artikel 2.4 Vooroverleg

Als de aanvraag betrekking heeft op vooroverleg over een of meer activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving, bedraagt het tarief:

 

1.

Bij een wijziging of uitbreiding van een woning met bijbehorende bijgebouwen:

 
 

a.

Voor de eerste beoordeling;

€ 200,-

 

b.

voor elke volgende beoordeling van dezelfde activiteit:

€ 200,-

2.

Met uitzondering van de activiteiten als genoemd in artikel 2.4.1, , waarvan de ingeschatte bouwkosten lager bedragen dan € 500.000,-:

 
 

a.

Voor de eerste beoordeling;

€ 400,--

 

b.

voor elke volgende beoordeling van dezelfde activiteit:

€ 200,--

3.

Voor activiteiten niet vallend onder lid 1 of 2 van dit artikel is vooralsnog geen vooroverleg mogelijk.

 

4.

Indien voor de beoordeling van een vooroverleg een advies als bedoeld in artikel 2.32 of 2.33 moet worden ingewonnen en/of een rapport worden beoordeeld als bedoeld in artikel 2.31, worden de in lid 1, 2 genoemde tarieven verhoogd met het in artikel 2.31, 2.32 en/of 2.33 op het advies van toepassing zijnde tarief en de bijbehorende bepalingen

 

Paragraaf 2.3 Activiteiten met betrekking tot bouwwerken

Artikel 2.5 Bouwactiviteit (bouwtechnische deel)

 

1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in paragraaf 2.3.2 van het Besluit bouwwerken leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
 

a

Indien de bouwkosten (incl BTW) niet meer bedragen dan € 10.000 

€ 310,--

 

b

Indien de bouwkosten (incl BTW) meer dan € 10.000,-- en niet meer dan € 20.000,-- bedragen

5,7% over bouwsom

 

c

Indien de bouwkosten (incl BTW) meer dan € 20.000,-- en niet meer dan € 50.000,-- bedragen:

vermeerderd met 5,2% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 20.000,-- te boven gaan

€ 1.140,00

 

d

Indien de bouwkosten (incl BTW) meer dan € 50.000,-- en niet meer dan € 250.000,-- bedragen:

vermeerderd met 4,2% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 50.000,-- te boven gaan

€ 2.700,00

 

e

Indien de bouwkosten (incl BTW) meer dan € 250.000,-- en niet meer dan € 1.000.000,-- bedragen:

vermeerderd met 3,2% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 250.000,-- te boven gaan

€ 11.100,00

 

f

Indien de bouwkosten (incl BTW) meer dan € 1.000.000,-- en niet meer dan € 2.500.000,-- bedragen:

vermeerderd met 2,6% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 1.000.000,-- te boven gaan

€ 35.100,00

 

g

Indien de bouwkosten (incl BTW) meer dan € 2.500.000,-- en niet meer dan € 44.000.000,-- bedragen:

vermeerderd met 2,1% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 2.500.000,-- te boven gaan

€ 74.100,00

 

h

Indien de bouwkosten (incl BTW) meer dan € 44.000.000 bedragen:

vermeerderd met 0,5% van het bedrag waarmee de bouwkosten € 44.000.000 te boven gaan

€ 945.600,00

2

Bij twijfel over de juistheid van de hoogte van de opgegeven bouw- of aanlegkosten en/of wanneer de opgegeven bouw- of aanlegkosten meer dan € 500.000,-- bedragen kan het college van burgemeester en wethouders de hoogte van de bouwkosten, op advies van een bouwtechnisch ambtenaar en/of op advies van een extern deskundige, ambtshalve vaststellen.

 

3

Als na verlening van de vergunning de bouw- of aanlegkosten hoger blijken te zijn dan opgegeven bij de indiening van de bouwaanvraag kan op basis van de AWR een navordering van de leges plaats vinden over het verschil in bouwkosten.

 

Artikel 2.6 Omgevingsplanactiviteit: bouwactiviteit, in stand houden of gebruiken bouwwerk (ruimtelijke deel)

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, bestaande uit een bouwactiviteit, het in stand houden of gebruiken van het te bouwen bouwwerk, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

1

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit:

€287,--,

 

a.

als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor geen advies van de gemeentelijke adviescommissie nodig is, verhoogd met:

€ 605,--;

 

b.

als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met:

€ 605,--;

 

c.

als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met:

€ 605,--;

2

voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

€ 287,--;

 

a.

als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor geen advies van de gemeentelijke adviescommissie, nodig is, verhoogd met:

€ 605,--;

 

b.

als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met:

€ 605,--;

 

c.

als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met:

€ 605,--;

3

voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 9.660,--.

 

a.

als moet worden beoordeeld of het uiterlijk of de plaatsing van het bouwwerk, zowel op zichzelf beschouwd als in verband met de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand, als bedoeld in de gemeentelijke beleidsregels bedoeld in artikel 4.19 van de Omgevingswet en hiervoor geen advies van de gemeentelijke adviescommissie nodig is, verhoogd met:

€ 605,--;

 

b.

als de bouwactiviteit plaatsvindt op een bodemgevoelige locatie en de toelaatbare kwaliteit van de bodem moet worden beoordeeld, verhoogd met:

€ 605,--;

 

c.

als moet worden beoordeeld of de activiteit niet in strijd is met het in voorbereiding zijnde omgevingsplan respectievelijk het in voorbereiding zijnde omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- en dorpsgezicht, verhoogd met:

€ 605,--;

Artikel 2.7 Omgevingsplanactiviteit: slopen van een bouwwerk

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, bestaande uit een sloopactiviteit dus zonder de activiteit bouwen:

 

1

niet zijnde een sloopactiviteit met betrekking tot een monument of rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht , bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.989,00

2

zijnde een sloopactiviteit met betrekking in rijksbeschermd, provinciaal beschermd of gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht, niet zijnde met betrekking tot een monument , bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van de Erfgoedverordening Haarlem 2023 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

€ 1.989,--;

b. voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht:

€ 2.030,--;

c. voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit:

€ 9.660,--.

3

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een andere activiteit dan die genoemd eerste en tweede lid, en het geheel of gedeeltelijk slopen van een bouwwerk betreft waarbij krachtens overgangsrecht in het omgevingsplan bouwhistorische waarde aan is toegekend, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€431,--;

Paragraaf 2.4 Activiteiten met betrekking tot cultureel erfgoed en werelderfgoed

2.8 Omgevingsplanactiviteit: monumenten en rijksmonumentenactiviteit

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Omgevingswet, met betrekking tot een gemeentelijk monument of voorbeschermd gemeentelijk monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
 

voor een omgevingsplanactiviteit of bij toepassing van artikel 11 van de Erfgoedverordening Haarlem 2023 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit:

 
 

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument of voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

0,-

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a van de Omgevingswet, met betrekking tot een provinciaal monument of voorbeschermd provinciaal monument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten;

 
 

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument of voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

 

a.

Voor een binnenplanse omgevingsplanactiviteit of een binnenplanse omgevingsplanactiviteit bij wijzigingsbevoegdheid of uitwerkingsplicht

€ 1.988,00;

b.

Voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit

€ 9.289,00

3.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een Rijksmonumentenactiviteit, als bedoeld in artikel 5.1, eerste lid, aanhef onder b, van de Omgevingswet, met betrekking tot rijksmonument of voorbeschermd rijksmonument, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten;

 
 

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of wijzigen van een monument of voorbeschermd monument of voor het herstellen of gebruiken van een monument of voorbeschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 1.988,00;

4.

Als de in het eerste tot en met derde lid bedoelde aanvraag een archeologisch monument betreft, worden de genoemde tarieven verhoogd met:

€ 605,00

Paragraaf 2.5 Milieubelastende activiteiten

Artikel 2.9 Omgevingsplanactiviteit: milieubelastende activiteit

 

1

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, bestaande uit een milieubelastende activiteit als bedoeld in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
 

a

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.132,--;

 

b

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten:

€ 4.264,--;

 

c

voor de volgende vijf of meer milieubelastende activiteiten:

€ 6.396,--;

Artikel 2.10 Activiteiten Hoofdstuk 3 Besluit activiteiten leefomgeving

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een of meer milieubelastende activiteiten, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder b, van de Omgevingswet, bestaande uit een of meer activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 
  • 1.

    Reguliere procedure

 
 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 2.132,--;

 

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten verhoogd met:

€ 4.264,--;

 

c.

voor de volgende vijf of meer milieubelastende activiteiten verhoogd met.

€ 6.396,--;

  • 2.

    Uitgebreide Procedure

 
 

a.

voor één milieubelastende activiteit:

€ 4.264--;

 

b.

voor twee tot vijf milieubelastende activiteiten verhoogd met:

€ 8.528,--;

 

c.

voor de volgende vijf of meer milieubelastende activiteiten verhoogd met.

€ 12.792,--;

Paragraaf 2.6 Lozingsactiviteiten

Artikel 2.11 Lozingsactiviteit niet afkomstig van milieubelastende activiteit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, en het gaat niet om het lozen van water, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 415,--.

Artikel 2.12 Lozingsactiviteit afkomstig van milieubelastende activiteit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een lozingsactiviteit op een oppervlaktewaterlichaam in beheer bij de gemeente, als bedoeld in artikel 5.1, tweede lid, aanhef en onder c, onder 1, van de Omgevingswet, bestaande uit het lozen van afvalwater, koelwater of stoffen afkomstig van een milieubelastende activiteit als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 2.132,--.

Paragraaf 2.7 Aanlegactiviteiten

Artikel 2.13 Omgevingsplanactiviteit: opbreken, graven en overige grondactiviteiten

 

1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, bestaande uit het opbreken van de verharding in openbaar gebied of het graven in openbaar gebied, anders dan voor het aanleggen, in stand houden of verwijderen van een kabel of leiding, als bedoeld in het omgevingsplan bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.372,30

2.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, bestaande uit het graven of verrichten van grondroerende activiteiten in het gebied als genoemd in paragraaf 22.3.26 van het tijdelijke deel van het omgevingsplan zoals opgenomen in artikel 7.1 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.372,30

3.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit het graven in het beperkingengebied leidingen, in een bijzonder landschapselement of gebied met aardkundige waarde, als bedoeld in het omgevingsplan, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.372,30

4

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, in het beperkingengebied leidingen, in een bijzonder landschapselement of in een gebied met aardkundige waarde, bestaande uit het:

  • a.

    aanbrengen of verwijderen van diepwortelende beplanting,

  • b.

    indrijven van voorwerpen,

  • c.

    ophogen van de grond, of

  • d.

    verharden van de grond,

bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 1.802,78

5

Wanneer de in het derde lid genoemde omgevingsplanactiviteiten betrekking hebben op kabels en/of leidingen worden voor genoemde tarief voor tracés van 100 meter of meer verhoogd per strekkende meter met

€ 1,96

6.

De in het eerste tot en met vierde lid genoemde tarieven zijn van overeenkomstige toepassing als de aanvraag een buitenplanse omgevingsplanactiviteit betreft en worden in dat geval verhoogd met:

€ 9.660,00

Artikel 2.14 Omgevingsplanactiviteit: aanleggen of veranderen weg 

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit een weg aanleggen, de verharding daarvan opbreken, in een weg graven of spitten, aard of breedte van de wegverharding veranderen of anderszins verandering aanbrengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening Haarlem in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€629,00

Artikel 2.15 Omgevingsplanactiviteit: uitweg/uitrit

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit, bestaande uit het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening Haarlem in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 474,00

Artikel 2.16 Omgevingsplanactiviteit: overige aanlegactiviteiten

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of een werkzaamheid (aanlegactiviteit), niet zijnde een activiteit die in de voorgaande artikelen van deze paragraaf is benoemd, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 474,00

Paragraaf 2.8 Overige activiteiten

Artikel 2.17 Omgevingsplanactiviteit: kappen van bomen of vellen van houtopstanden

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit het vellen van een houtopstand, bedoeld in artikel 2 van de Bomenverordening Haarlem 2021 in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

 

a.

voor één boom:

€ 350,00

b.

Voor twee tot vijf bomen;

€ 700,00

c.

Voor vijf tot tien bomen;

€ 1.050,00

c.

voor tien of meer bomen:

€ 1.400,00

Artikel 2.18 Omgevingsplanactiviteit: [opslag van roerende zaken OF objecten plaatsen op de weg]

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een omgevingsplanactiviteit bestaande uit de opslag van roerende zaken in een aangewezen gedeelte van de gemeente, bedoeld in artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening in samenhang met artikel 22.8 van de Omgevingswet en artikel 2.1a van het Omgevingsbesluit, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 198,00

Artikel 2.19 Andere activiteiten

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit dan in deze paragraaf en voorgaande paragrafen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit betreft een bij of krachtens artikel 5.1 van de Omgevingswet aangewezen vergunningplichtige activiteit bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten:

€ 474,00

Paragraaf 2.9 Maatwerkvoorschriften

Artikel 2.20 Maatwerkvoorschriften bij bouwactiviteiten

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een bouwactiviteit, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift

€ 5.535,12

Artikel 2.21 Maatwerkvoorschriften bij milieubelastende activiteiten

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving betrekking heeft op milieubelastende activiteiten, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 1.100,00

Artikel 2.22 Maatwerkvoorschriften bij overige activiteiten

 

Als de aanvraag om een of meer maatwerkvoorschriften betrekking heeft op een andere activiteit dan genoemd in de artikelen 2.22 en 2.23, bedraagt het tarief per maatwerkvoorschrift:

€ 5.535,12

Paragraaf 2.10 Gelijkwaardigheid

Artikel 2.23 Gelijkwaardige maatregel 

 

Als de aanvraag betrekking heeft op toestemming voor een gelijkwaardige maatregel als bedoeld in artikel 4.7 van de Omgevingswet bedraagt het tarief per maatregel:

€ 5.535,12

Paragraaf 2.11 Overige tarieven

Artikel 2.24 Wijzigen omgevingsvergunning

 

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van een omgevingsvergunning is hetzelfde tarief verschuldigd als op grond van dit hoofdstuk verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor de activiteit of activiteiten waarop de aanvraag tot wijziging betrekking heeft.

Artikel 2.25 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning bouwactiviteiten

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning die betrekking hebben op een bouwactiviteit, per bouwactiviteit:

€ 435,33

Artikel 2.26 Wijzigen voorschriften omgevingsvergunning milieubelastende activiteiten

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning die betrekking hebben op milieubelastende activiteiten als bedoeld in hoofdstuk 3 van het Besluit activiteiten leefomgeving bedraagt het tarief per voorschrift:

€ 1.100,00

Artikel 2.27 Beoordeling aanvullende gegevens bouwactiviteiten

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in de artikelen 2.5 en 2.6 in behandeling is genomen bedraagt per ontvangen pakket aanvullende gegevens:

€ 126,42

Artikel 2.28 Beoordeling aanvullende gegevens omgevingsvergunning milieubelastende activiteiten

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag om een omgevingsvergunning bedoeld in de artikelen 2.12 en 2.13 in behandeling is genomen bedraagt per ontvangen pakket aanvullende gegevens:

€ 126,42

Artikel 2.29 Wijzigen van het omgevingsplan

 

1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van het omgevingsplan: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.

Het op grond van eerste lid verschuldigde bedrag wordt verhoogd met de kosten van onderzoeken die nodig zijn ten behoeve van de ruimtelijke onderbouwing (luchtkwaliteit, geluid, bodem, flora en fauna e.a.) en de feitelijke druk- en publicatiekosten.

 

3.

Het op grond van het eerste en tweede lid verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.12 Modaliteiten

Artikel 2.30 Achteraf ingediende aanvraag

 

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit, worden de op grond van de paragrafen 2.3 tot en met 2.8 verschuldigde leges verhoogd met:

50%.

Met een maximum van

€ 10.000,00

Artikel 2.31 Beoordeling onderzoeksrapporten

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als krachtens wettelijk voorschrift voor de betreffende aanvraag een rapport moet worden beoordeeld, per rapport:

€ 684,97

Artikel 2.32 Advies 

 

1.

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een daartoe aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet:

 
 

a.

voor een advies van de gemeenteraad:

€ 1.189,52

 

b.

voor een advies van de gemeentelijke adviescommissie:

€ 1.189,52

 

c.

voor een advies in andere gevallen dan bedoeld in de onderdelen a en b

het tarief dat aan andere organen en derden deskundigen moet worden betaald, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld

 

2

Het op grond van het eerste lid en onder c verschuldigde bedrag wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Artikel 2.33 Instemming

 

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, als een aanvraag om een omgevingsvergunning of een ander besluit op grond van de Omgevingswet betrekking heeft op een activiteit waarvoor de beslissing op de aanvraag op grond van artikel 16.16 van de Omgevingswet instemming behoeft van een bestuursorgaan:

 

1.

het bedrag dat dit bestuursorgaan aan rechten zou heffen als het voor de activiteit waarvoor instemming wordt verzocht zelf bevoegd gezag zou zijn.

 

2.

Het bedrag bedoeld in het eerste lid, onder b, wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeeld. De aanvraag wordt dan in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop het verschuldigde bedrag aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

Paragraaf 2.13 Vermindering

Artikel 2.34 Vermindering na vooroverleg: GERESERVEERD

Paragraaf 2.14 Teruggaaf

Artikel 2.35 Teruggaaf als aanvraag buiten behandeling wordt gelaten

 

1

Als na toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht een aanvraag buiten behandeling wordt gelaten, bestaat aanspraak op teruggaaf van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is gedaan verschuldigde leges. De teruggaaf bedraagt:

90%.

2

met dien verstande dat voor die activiteit tenminste verschuldigd blijft een bedrag van:

€ 200,00

Artikel 2.36 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij reguliere procedure

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

40 %

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 

met dien verstande dat voor die activiteit tenminste verschuldigd blijft een bedrag van:

€ 200,00

Artikel 2.37 Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning of maatwerkvoorschrift bij uitgebreide voorbereidingsprocedure

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning of aanvraag om een maatwerkvoorschrift op de voorbereiding waarvan afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing is geheel of gedeeltelijk intrekt terwijl het college van burgemeester en wethouders daarover nog geen besluit heeft genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

40%

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

 
 

met dien verstande dat voor die activiteit tenminste verschuldigd blijft een bedrag van:

€ 200,00

Artikel 2.38 Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

Als het college van burgemeester en wethouders een verleende omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 24 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

 

van de voor de activiteit waarvoor de aanvraag is ingetrokken verschuldigde leges.

25%

met dien verstande dat voor die activiteit tenminste verschuldigd blijft een bedrag van:

€ 200,00

Artikel 2.39 Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw- of milieubelastende activiteiten

 

1.

Als het college van burgemeester en wethouders een omgevingsvergunning voor een bouw- of milieubelastende activiteit weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

10%

van de voor de activiteit waarvoor de omgevingsvergunning is geweigerd verschuldigde leges.

 

met dien verstande dat voor die activiteit tenminste verschuldigd blijft een bedrag van:

€ 200,00

 

Onder een weigering bedoeld in lid 1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

Artikel 2.40 Geen teruggaaf legesdeel modaliteiten

 

In afwijking van de voorgaande artikelen van deze paragraaf wordt geen teruggaaf verleend van het legesdeel dat betrekking heeft op de modaliteiten genoemd in paragraaf 2.12.

 

Artikel 2.41 Minimumbedrag voor teruggaaf

 

Een bedrag minder dan € 200,-- wordt niet teruggegeven.

 

Paragraaf 2.15 Nadeelcompensatie

Artikel 2.42

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek tot nadeelcompensatie

€ 500,-

HOOFDSTUK 3 DIENSTVERLENING VALLEND ONDER DE DIENSTENRICHTLIJN EN NIET VALLEND ONDER HOOFDSTUK 2

Paragraaf 3.1 Horeca

VTH

 
 
 
 

3.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning bedraagt het tarief:

 
 

3.1.1

Voor een alcoholvergunning op grond van artikel 3 van de Alcoholwet:

€ 920,00

 

3.1.1.a

Als een uitgebreide procedure zoals bedoeld in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht moet worden gevolgd, wordt het tarief als bedoeld in 3.1.1 , verhoogd met

€ 171,20

 

3.1.2

Voor een melding bij overname / wijziging ondernemersvorm als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet:

€ 900,00

 

3.1.2.a

Als meer dan één leidinggevende wordt opgegeven wordt het tarief als bedoeld in 3.1.2 per leidinggevende , verhoogd met

€ 32,46

 

3.1.3

voor het in behandeling nemen van een melding bij wijziging leidinggevende als bedoeld in artikel 30a van de Alcoholwet of bij wijziging van de oppervlakten van de horeca- of slijtlokaliteiten en terrassen als bedoeld in artikel 30 van de Alcoholwet.

€ 250,00

 

3.1.3.a

Als meer dan één leidinggevende wordt opgegeven in de wijziging, wordt het tarief als bedoeld in 3.1.3 , per opgegeven leidinggevende, verhoogd met

€ 32,46

 

3.1.3.b

Artikel 3.1.3 is niet van toepassing als de wijziging van een terras met een terrasvergunning is verleend

 
 

3.1.4

voor een tapontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet, inclusief een screening van de leidinggevenden op levensgedrag

€ 243,45

 

3.1.4.a

Indien een screening van de leidinggevenden op levensgedrag recent nog heeft plaatsgevonden, wordt het tarief van de tapontheffing als bedoeld in artikel 3.1.4 verlaagd met

€ 118,00

 

3.1.5

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag exploitatie openbare inrichting, zoals bedoeld in artikel 2:28, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening, bedraagt het tarief:

 
 

3.1.5.a

Voor een exploitatievergunning

€ 550,00

 

3.1.5.b

voor wijziging leidinggevende of het wijziging van de oppervlakten van de horeca- of slijtlokaliteiten en terrassen

€ 169,52

 

3.1.5.c

Als meer dan één leidinggevende wordt opgegeven wordt het tarief als bedoeld in 3.1.5.b , per opgegeven leidinggevende, verhoogd met

€ 32,46

 

3.1.6

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot een ontheffing nachtgelegenheden als bedoeld in artikel 2:29a, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening , bedraagt het tarief:

€ 163,01

 

3.1.7

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:29b, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening (vergunning pilot vrije openingstijden) , bedraagt het tarief:

€ 250,00

 

3.1.8

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een terrasvergunning als bedoeld in artikel 2:32, tweede lid van de Algemene Plaatselijke Verordening, bedraagt het tarief:

€ 380,00

Paragraaf 3.2 Seksbedrijven

VTH

 
 
 
 

3.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning seksbedrijf als bedoeld in artikel 3:3, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief:

 
 

3.2.1

voor een seksinrichting

€ 768,02

 

3.2.2

voor een escortbedrijf

€ 510,00

 

3.2.3.

wijziging van een vergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3:13d, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening, per beheerder

€ 161,53

Paragraaf 3.3 Speelgelegenheden

VTH

 
 
 
 

3.3.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om vergunning speelautomatenhal als bedoeld in artikel 2:40b, lid 1 van de Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt het tarief:

€ 669,86

 

3.3.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing leeftijdsvereiste beheerder speelautomatenhal, als bedoeld in artikel 2:40f, tweede lid van de Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt het tarief:

€ 161,53

Paragraaf 3.4 Deelvoertuigen

VTH

 
 
 
 

3.4

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor deelvoertuigen als bedoeld in artikel 5.16b van de Algemene Plaatselijke verordening gemeente Haarlem bedraagt

€ 210,99

Paragraaf 3.5 Organiseren evenement of markt of foto- en filmopnamen 

VTH

 
 
 
 

3.5.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikelen 2:10, vierde lid en 2:45, tweede lid van de Algemene Plaatselijke Verordening tot het houden van film-/foto-opnamen, bedraagt het tarief:

€ 550,00

 

3.5.2

Bij intrekking van een ingediende aanvraag tot verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in de artikel 3.5.1 bestaat aanspraak op teruggaaf van de leges

10%

 

3.5.3

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor een particuliere markt als bedoeld in artikel 5:23, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening, bedraagt het tarief:

 
 

3.5.3.a

Indien het een aanvraag betreft door maatschappelijke, sociale en culturele instellingen of natuurlijke personen die zonder winstbejag een liefdadig, sociaal-cultureel of maatschappelijk doel nastreven en die een markt als voornoemd organiseren welke zich verhoudt tot de doelstelling van die instelling dan wel personen

€ 250,00

 

3.5.3.b

Indien het een aanvraag betreft die niet onder het tarief als bedoeld in onderdeel 3.5.3.a van deze legestabel valt:

€ 550,00

 

3.5.3.c

Bij intrekking van een ingediende aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in de artikel 3.5.3 bestaat aanspraak op teruggaaf van de leges

10%

 

3.5.4

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het houden van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening bedraagt het tarief:

 
 

3.5.4.a

voor een nieuw evenement, als deze in de Regionale Kalender is aangeduid als risico-evenement (categorie C)

€ 4.380,00

 

3.5.4.b

voor een nieuw evenement, als deze in de Regionale Kalender is aangeduid als aandacht-evenement (categorie B)

€ 3.180,00

 

3.5.4.c

voor een bestaand evenement, als deze in de Regionale Kalender is aangeduid als risico-evenement (categorie C)

€ 3.180,00

 

3.5.4.d

voor een bestaand evenement, als deze in de Regionale Kalender is aangeduid als aandacht-evenement (categorie B)

€ 1.540,00

 

3.5.4.e

Indien beoordeling van een verkeersplan noodzakelijk is voor evenementen zoals bedoeld in artikel 3.5.4.d wordt het tarief in artikel 3.5.4.d verhoogd met:

€ 243,48

 

3.5.4.f

Indien multi-diciplinair overleg noodzakelijk is voor evenementen zoals bedoeld in artikel 3.5.4.d wordt het tarief in artikel 3.5.4.d verhoogd met:

€ 340,87

 

3.5.4.g

voor evenementen waarvoor bovenstaande classificering niet geldt

€ 227,00

 

3.5.4.h

Indien een schouw noodzakelijk is voor evenementen zoals bedoeld in artikel 3.5.4.g wordt het tarief in artikel 3.5.4.g verhoogd met:

€ 191,73

 

3.5.4.i

Indien beoordeling van een constructieberekening noodzakelijk is voor evenementen zoals bedoeld in artikel 3.5.4.g wordt het tarief in artikel 3.5.4.g verhoogd met:

€ 191,73

 

3.5.4.j

Bij intrekking van een ingediende aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in de artikel 3.5.4 bestaat aanspraak op teruggaaf van de leges

10%

Paragraaf 3.6 Standplaatsen

VTH

3.6.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een standplaatsvergunning zoals bedoeld in artikel 5:18, eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening en Verordening en het Standplaatsenbeleid 2019, bedraagt het tarief:

 
 

3.6.1.a

Voor een vergunning voor een jaarrond of seizoens standplaats

€ 250,00

 

3.6.1.b

Voor een vergunning voor een incidentele :

€ 95,00

 

3.6.2

Voor een vergunning voor een standplaats op een weekmarkt zoals bedoeld in artikel 3 van de marktverordening gemeente Haarlem 2014.

€ 137,18

Paragraaf 3.7 Huisvestingswet 2014

VTH

3.7.1

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verkrijgen van een vergunning bedraagt het tarief :

 

VTH

3.7.1.a

voor het onttrekken van woonruimte aan de bestemming tot bewoning, voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte of voor het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a, van de Huisvestingswet 2014 jo. artikel 153.1.2 van de Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond: Haarlem (onttrekken, omzetten en woningvormen)

€ 624,14

VTH

3.7.1.b

voor een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet jo. artikel 3.2.2 van de Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond: Haarlem (splitsen in appartementsrechten)

€ 624,14

VTH

3.7.1.c

voor een vergunning opkoopbescherming, als bedoeld in artikel 41 van de Huisvestingswet, en artikel 3.4.3. van de Huisvestingsverordening Zuid-Kennemerland/IJmond (aangekochte koopwoningen verhuren)

€ 250,80

VTH

3.7.1.d

Bij intrekking van een ingediende aanvraag om een vergunning als bedoeld in de artikel 3.7.1 bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, met dien verstande dat het tarief van de verschuldigde leges minimaal € 100 euro blijft

40%

Paragraaf 3.8 Overig

Kinderopvang en Gastouderbureau

VTH

3.8.1

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek tot registratie in het landelijk register van een kinderopvang als bedoeld in artikel 1.45 van de Wet kinderopvang bedraagt:

 
 

3.8.1.a

Voor de registratie van kindercentrum / gastouderbureau

€ 723,22

 

3.8.1.b

Voor een verzoek voor een kindercentrum of gastouderbureau dat wordt ingetrokken of onvolledig verklaard, voordat de wettelijk verplichte inspectie door de GGD heeft plaatsgehad, (wordt het legesbedrag verminderd met de kosten van deze inspectie).

 
 

3.8.1.c

Voor de registratie van een gastouder

Dit bedrag wordt ook in rekening gebracht als het verzoek wordt ingetrokken dan wel onvolledig verklaard.

€ 189,00

Overige ontheffingen of vergunningen

 

VTH

 
 
 
 

3.9.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor personenvervoer als bedoeld in artikel 2.8 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€ 202,11

 

3.9.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een andere, in deze hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 339,36

 

3.9.3

Onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk wordt voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de aanvraag voor een vergunning / ontheffing in behandeling is genomen van artikel 3.3.1, 3.3.2, 3.4, 3.5.1, 3.6.1, 3.7, 3.8, het tarief verhoogd met:

€ 39,10

 

3.9.4

Teruggaaf

 
 

3.9.4.a

Voor alle aanvragen onder hoofdstuk 3 geldt, tenzij anders aangegeven, dat als de aanvraag buiten behandeling wordt gesteld, er aanspraak bestaat op teruggaaf van:

90%

 
 

van de op grond van die aanvraag verschuldigde leges, met dien verstande dat ten minste een bedrag verschuldigd blijft van

€ 100,00

 
 

Voor aanvragen waarvoor de leges minder bedragen dan het hiervoor genoemde minimaal verschuldigde bedrag, bestaat er geen recht op teruggaaf.

 

KCC

3.9.5.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om ontheffing voor straatoptreden, als bedoeld in artikel 2:9, lid 3 APV voor meer dan één dag

€ 18,60

Behorende bij raadsbesluit van 21 december

De griffier van Haarlem,