Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen gemeente Westerkwartier 2023

Geldend van 01-03-2023 t/m heden

Intitulé

Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen gemeente Westerkwartier 2023

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerkwartier;

gelet op het bepaalde in artikel 147 van de Gemeentewet, de artikelen 3:4 en 4:81 van de Algemene wet Bestuursrecht en artikel 3:2 van de AVOI;

overwegende:

  • -

    dat de gemeente Westerkwartier openbare ruimte beschikbaar stelt voor de aanleg van kabels en leidingen;

  • -

    dat in sommige situaties ten behoeve van de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door de gemeente Westerkwartier kabels en leidingen verlegd moeten worden;

  • -

    dat de beheerder van de kabels en leidingen onder voorwaarden recht heeft op schadevergoeding;

  • -

    dat artikel 4.5 Awb ( artikelen 4126 tot en met 4:131) kaders geeft voor schadevergoeding bij rechtmatige overheidshandelen;

  • -

    dat het wettelijk kader via interpreterende beleidsregels geconcretiseerd kan worden met de lokale invulling van hetgeen verstaan wordt onder d schade die uitgaat boven het normale maatschappelijk risico en welke vergoedingsnormen gehanteerd worden;

  • -

    dat de gemeente Westerkwartier het wenselijk acht langs publiekrechtelijke weg ter nadere uitwerking van de wetgeving dergelijke beleidsregels vast te stellen voor de wijze van uitvoering van het aanvragen en toekennen van nadeelcompensatie in deze situaties;

  • -

    waarbij beoogd wordt een zo uniform mogelijke basis te verkrijgen voor de netbeheerders

besluit vast te stellen:

Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen gemeente Westerkwartier 2023

Hoofdstuk 1 Algemeen

Begripsbepalingen en reikwijdte

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In deze beleidsregel s wordt verstaan onder:

    • a.

      AVOI: Algemene verordening ondergrondse infrastructuur gemeente Westerkwartier 2023. In deze verordening zijn de voorwaarden en procedure vastgelegd voor het behandelen van een aanvraag tot een instemmingsbesluit voor graafwerkzaamheden ten behoeve van werkzaamheden aan kabels en leidingen in openbare grond.

    • b.

      belanghebbende: netbeheerder die een, conform vergunning, aangelegde leiding ten gevolge van de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door de gemeente Westerkwartier moet verleggen.

    • c.

      college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Wester-kwartier.

    • d.

      combicoördinator: door de netbeheerders uit hun midden gezamenlijk aangewezen coördinator die gezamenlijke verleggingen coördineert.

    • e.

      gemeente: de gemeente Westerkwartier.

    • f.

      leiding: kabel en leiding, inclusief mantelbuizen, die dienen of kunnen dienen tot transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen dan wel van energie of informatie en waarmee het algemeen belang wordt gediend, inclusief de daarbij horende onder- en boven- grondse onderdelen van het netwerk zoals kasten, afsluiters en trafohuisjes, met uitzondering van kabels als bedoeld in de Telecommunicatiewet.

    • g.

      liggingsduur: de tijd die verstreken is tussen de datum waarop de vergunning van kracht is geworden en de datum waarop de vergunning wordt in getrokken of gewijzigd. Voor kabels of leidingen die zijn aangelegd met een melding geldt als liggingsduur de tijd die is verstreken tussen de datum van ontvangst van de melding en de datum waarop een verzoek tot het nemen van maatregelen is verstuurd.

    • h..

      nadeelcompensatie: het bedrag dat op basis van deze regeling als schadevergoeding wordt toegekend aan belanghebbende. De Nadeelcompensatierege- ling maakt voor wat betreft ondergrondse leidingen een onderscheid in leidingen met een distributiefunctie en een transport(vitale) functie.

      • -

        distributieleidingen zijn leidingen die geen transportfunctie hebben.

      • -

        transportleidingen zijn leidingen bestemd voor het transport tussen opwekkingsbronnen/productie-eenheden onderling en van opwekkingsbron/productie-eenheid naar wijkniveau (bijvoorbeeld wijkcentrale, onderstation),waarop niet rechtstreeks huisaansluitingen zijn aangesloten. Voor de volgende soorten leidingen is specifiek vastgesteld wat als transportleiding wordt gedefinieerd:

        Soort leiding

        Definitie transportfunctie

        Elektriciteitskabels

        Nominale spanning 50 kV of hoger

        Gasleidingen

        Nominale druk 1 bar en hoger

        Waterleidingen

        Nominale diameter 300 mm of groter

        Warmte- en koudeleidingen

        Nominale diameter 300 mm of groter

    • i.

      netbeheerder: eigenaar of beheerder van een leiding die conform een vergunning is aangelegd.

    • j.

      openbare ruimte: een voor het publiek toegankelijke locatie, waaronder begrepen een weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, waarvan de gemeente ten minste mede-eigenaar is.

    • k.

      rijzen: het verticaal omhoog verplaatsen zonder onderbreking van een leiding.

    • l.

      schade: de werkelijke kosten van verlegging, verplaatsing, (tijdelijke) bescherming, of verwijdering van kabels of leidingen.

    • m.

      vergunning of instemming: een besluit als bedoeld in artikel 1 van de AVOI of een ander daarmee gelijk te stellen schriftelijke toestemming. Waar in deze regeling wordt  gesproken over een vergunning kan ook gelezen worden: instemmingsbesluit.

  • 2. De begripsbepalingen van de AVOI op deze regeling voor zover noodzakelijk ook van toepassing, tenzij daarvan uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 2

  • 1. Deze beleidsregel, als bedoeld in artikel 10 van de AVOI, is van toepassing op het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en leidingen in of op openbare gronden, voor zover de gemeente deze gronden beheert, in bezit heeft dan wel daarover coördinatieverplichtingen heeft conform de Telecommunicatiewet, waarvan de bepalingen onverkort van toepassing zijn op het in deze beleidsregel bepaalde;

  • 2. Deze regeling is niet van toepassing op het gemeentelijke rioleringsnet, de gemeentelijke verkeerslichten, de gemeentelijke openbare verlichting en kabels en leidingen die in beheer zijn bij de gemeente.

Hoofdstuk 2 Nadeelcompensatie

2.1 Nadeelcompensatie algemeen

Artikel 3.1

1. Indien een netbeheerder als gevolg van de rechtmatige uitoefening door of namens de gemeente van een aan het publiekrecht ontleende bevoegdheid of taak, dan wel als gevolg van de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door de gemeente of door de gemeente ingeschakelde derden, de technische noodzaak heeft een conform vergunning aangelegde leiding te verleggen en hierdoor schade lijdt of zal lijden die redelijkerwijs niet of niet geheel tot het normale bedrijfsrisico kan worden gerekend, kent het college de netbeheerder op zijn verzoek, met inachtneming van de hierna volgende bepalingen, een vergoeding toe.

2. Zowel het college als de netbeheerder dienen zo veel als redelijkerwijs mogelijk is schadebeperkend op te treden bij het nemen van maatregelen aan kabels of leidingen van de netbeheerder.

Artikel 3.2

  • 1. Schade blijft voor rekening van de verzoeker voor zover:

    • a.

      de netbeheerder het risico van het ontstaan van de schade heeft aanvaard;

    • b.

      de netbeheerder de schade had kunnen beperken door binnen redelijke grenzen maatregelen te nemen, die tot voorkoming of vermindering van de schade hadden kunnen leiden;

    • c.

      de schade anderszins het gevolg is van een omstandigheid die aan de netbeheerder kan worden toegerekend of:

    • d.

      de vergoeding van de schade anderszins is verzekerd;

    • e.

      de aan te passen kabels of leidingen niet conform de vergunning zijn aangelegd;

    • f.

      de schade die de netbeheerder leidt niet onevenredig is.

  • 2. Indien een schadeveroorzakende gebeurtenis als bedoeld in het eerste lid tevens voordeel voor de benadeelde heeft opgeleverd, wordt dit bij de vaststelling van de te vergoeden schade in aanmerking genomen.

  • 3. Het college kan een vergoeding in andere vorm toekennen dan betaling van een geldsom.

Artikel 4

Het schadebedrag wordt berekend overeenkomstig de bepalingen in hoofdstuk 4 van deze regeling. Bij die berekening worden uitsluitend de kosten van uit- en in bedrijfstellen, ontwerp en begeleiding, uitvoering en materiaal betrokken.

2.2 Nadeelcompensatie voor leidingen in de openbare ruimte

Artikel 5.1

Indien leidingen zijn gelegen in de openbare ruimte, wordt de hoogte van nadeelcompensatie vastgesteld aan de hand van de liggingsduur van de aan te passen leidingen. Indien de liggingsduur niet door de netbeheerder kan worden aangetoond, wordt uitgegaan van een liggingsduur langer dan vijftien jaar of 30 jaar bij transportleidingen.

Artikel 5.2

Indien de netbeheerder binnen vijf jaar na de datum van vergunningverlening een aanwijzing krijgt tot het verleggen van een leiding, bedraagt de nadeelcompensatie 100% van het schadebedrag.

Artikel 6

  • 1. Indien de netbeheerder een aanwijzing krijgt tot het verleggen van een distributieleiding in de periode gelegen vanaf vijf tot en met vijftien jaren, gerekend vanaf de datum van vergunningverlening, zal de gemeente 80% van het schadebedrag vanaf het zesde jaar tot 0% vanaf het zestiende jaar trapsgewijs als nadeelcompensatie uitkeren. Dit geldt zowel voor leidingen die in een droge omgeving liggen als voor leidingen die in een natte omgeving (watergangen of waterkerende dijken) liggen en voor langs liggende en kruisende leidingen. Een en ander conform het schema als weergegeven in bijlage 2.

  • 2. Indien de netbeheerder een aanwijzing krijgt tot het verleggen van een transportleiding in de periode gelegen vanaf vijf tot en met dertig jaren, gerekend vanaf de datum van vergunningverlening, zal de gemeente 80% van het schadebedrag vanaf het 6e jaar tot 0% vanaf het 31e jaar trapsgewijs als nadeelcompensatie uitkeren. Dit geldt zowel voor leidingen die in een droge omgeving liggen als voor leidingen die in een natte omgeving (watergangen of waterkerende dijken) liggen en voor langs liggende en kruisende leidingen. Een en ander conform het schema als weergegeven in bijlage 3.

Artikel 7

Indien de netbeheerder een aanwijzing krijgt tot het verleggen van een distributieleiding na vijftien jaar of van een transportleiding na dertig jaar, gerekend vanaf de datum van vergunningverlening, wordt geen nadeelcompensatie uitgekeerd.

2.3 Nadeelcompensatie in geval de leiding van belanghebbende niet in de openbare ruimte ligt

Artikel 8

De nadeelcompensatie bedraagt 100% van het schadebedrag, indien:

  • a.

    de leiding van de netbeheerder is gelegen in, op of boven grond die hem in eigendom toebehoort, of

  • b.

    de leiding ligt op basis van een zakelijk recht of

  • c.

    op de leiding een gedoogplicht conform de Belemmeringenwet Privaatrecht rust.

Artikel 9

Rusten op de leiding van belanghebbende geen van de rechten als bedoeld in artikel 8, dan is het bedrag waarover de nadeelcompensatie wordt berekend gelijk aan de som van de kosten voor ontwerp en begeleiding en de uitvoeringskosten. De materiaalkosten en de kosten voor het uit en in bedrijf stellen worden niet vergoed.

Hoofdstuk 3 Algemene bepalingen bij het vaststellen van nadeelcompensatie

3.1 Algemeen

Artikel 10

Het college en de netbeheerder zullen bij verwijdering, verlegging of aanpassing van de leiding van belanghebbende elkaars schade zoveel mogelijk beperken.

Artikel 11

Indien vanwege het werk sprake is van meerdere verleggingen van dezelfde leiding, is op de eerste verlegging deze regeling van toepassing en komen de kosten van de overige verleggingen ten laste van de gemeente.

Artikel 12

Indien in bijzondere omstandigheden gronden aanwezig zijn om te concluderen dat redelijkerwijs een groter of kleiner gedeelte van het schadebedrag ten laste van de netbeheerder moet blijven dan uit de toepassing van artikel 6 t/m 9 voortvloeit, kunnen burgemeester en wethouders van de bepalingen van die artikelen gemotiveerd afwijken.

Artikel 13

Geen vergoeding vindt plaats als in de vergunning een bepaling is opgenomen dat binnen een periode van vijf jaren na de datum van vergunningverlening een verlegging van de leiding is te voorzien in verband met binnen die periode uit te voeren werkzaamheden in de openbare ruimte waarin de leiding is gelegen en in deze periode daadwerkelijk een aanwijzing als bedoeld in artikel 19 van deze regeling wordt gegeven.

Artikel 14

Als de aanwijzing niet wordt gegeven binnen de periode bedoeld in artikel 12, dan geldt het toepasselijke vergoedingsregime zoals in deze regeling is opgenomen.

Artikel 15

In gevallen waarin het een zogenaamde verticale verlegging van een leiding met eventuele toebehoren betreft, die het directe gevolg is van grondverzakking, komen de kosten voor rekening van de netbeheerder.

Artikel 16

De nadeelcompensatie wordt bepaald op basis van een vaste prijs als het voorlopig vastgestelde bedrag aan nadeelcompensatie lager is dan €10.000,00. In alle andere gevallen wordt de nadeelcompensatie bepaald op basis van voor- en nacalculatie, tenzij partijen anders zijn overeengekomen.

3.2 Bepalingen van procedurele aard

  • A.

    Vooroverleg

Artikel 17

  • 1. Het college maakt zijn voornemen van een werk zo spoedig mogelijk bekend met een schriftelijke mededeling aan de belanghebbende. Hierin is een omschrijving van het werk opgenomen met vermelding van noodzakelijk te verplaatsen leidingen en/of de vraag aan de netbeheerder in kaart te brengen waar zich noodzakelijk te verplaatsen leidingen bevinden.

  • 2. Voordat het college een mededeling als bedoeld in lid 1 bekend maakt, betrekt het de netbeheerder zo vroeg mogelijk bij de gebiedsontwikkeling met als doel een planvorming tegen de laagst mogelijke maatschappelijke kosten.

Artikel 18

Het college streeft naar overeenstemming met de netbeheerder over verplaatsing, uitvoering en planning met als doel een technisch adequate oplossing tegen de maatschappelijk laagste kosten. Het college voert hiertoe vooroverleg met de netbeheerder.

Artikel 19

  • 1. Indien tijdens het vooroverleg blijkt dat er sprake is van aanwezige leidingen die niet noodzakelijk verlegd moeten worden zal de netbeheerder de gelegenheid krijgen om op eigen kosten die leidingen te rijzen, te vervangen of te verwijderen.

  • 2. De in lid 1 bedoelde werkzaamheden worden zodanig ingepland en uitgevoerd dat de oprichting van gebouwen of de uitvoering van werken door de gemeente geen vertraging oplopen.

  • B.

    Aanwijzing tot verlegging

Artikel 20

  • 1. Het college neemt het besluit tot een schriftelijke aanwijzing voor het verleggen van een kabel of leiding zo mogelijk op basis van overeenstemming, bereikt in het vooroverleg als bedoeld in artikel 18.

  • 2. Indien de netbeheerder gevolg heeft gegeven aan de aanwijzing en er binnen vijf jaar na verzending van de aanwijzing geen begin is gemaakt met de werkzaamheden waarvoor de aanwijzing is gegeven, heeft de netbeheerder recht op volledige vergoeding van alle door hem in redelijkheid gemaakte kosten.

  • C.

    Verzoek om voorlopige vaststelling nadeelcompensatie

Artikel 21

Belanghebbende dient zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen een termijn van vijf jaar nadat hij een aanwijzing heeft gekregen tot het verleggen van een leiding bij het college een verzoek in om voorlopige vaststelling van nadeelcompensatie. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het formulier, opgenomen in bijlage 1.

Artikel 22

Het verzoek bevat, naast de gegevens bedoeld in artikel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht, ten minste:

  • a.

    een verwijzing naar de aanwijzing van het college aan de netbeheerder tot het verleggen van de leiding.

  • b.

    een kostenspecificatie volgens het model weergegeven in bijlage 1.

  • c.

    de hoogte van de nadeelcompensatie die naar mening van de belanghebbende voldaan dient te worden door de gemeente.

Artikel 23

  • 1. De belanghebbende dient bij het indienen van een verzoek tot nadeelcompensatie aan te tonen op welke datum een vergunning is verleend voor het aanleggen van de leiding op de locatie waaruit zij moet worden verlegd.

  • 2. Indien een vergunning ontbreekt, wordt gerekend vanaf de datum waarop het leggen volgens de registratie van de netbeheerder is aangevangen dan wel de leiding in bedrijf is genomen.

  • 3. Indien niet kan worden aangetoond op welke datum vergunning is verleend of op welke datum het leggen is aangevangen dan wel de leiding in bedrijf is genomen, wordt er van uitgegaan dat de betreffende leiding langer dan 15 jaar of in het geval van een transportleiding langer dan 30 jaar aanwezig is.

  • D.

    Besluit

Artikel 24

  • 1. Het college neemt binnen acht weken na indiening van het verzoek een besluit:

    • a.

      om het verzoek buiten behandeling te laten indien dit is ingediend na de termijn als genoemd in artikel 21.

    • b.

      om het verzoek buiten behandeling te laten indien dit naar het oordeel van het college niet of onvoldoende is onderbouwd en nadat de belanghebbende in de gelegenheid is gesteld dit verzuim te herstellen binnen een termijn van vier weken nadat het verzuim is kenbaar gemaakt aan de belanghebbende.

    • c.

      om het verzoek om nadeelcompensatie geheel of gedeeltelijk toe te kennen.

    • d.

      om het verzoek af te wijzen.

  • 2. Het college kan de termijn als genoemd in het eerste lid van dit artikel eenmalig met acht (8)weken verlengen. Het college stelt verzoeker hiervan schriftelijk in kennis.

  • 3. Het college kan op verzoek van de belanghebbende een voorschot op het te ontvangen schadebedrag uitkeren, ingeval het verzoek om nadeelcompensatie conform artikel 24 lid 1 onder c geheel of gedeeltelijk is toegekend.

  • E.

    Verzoek om definitieve vaststelling nadeelcompensatie

Artikel 25

Het aanpassen van de leiding is gereed op het moment dat de werkzaamheden voor de verlegging van de leiding geheel zijn afgerond. Zo spoedig mogelijk na dat moment doch uiterlijk binnen de termijn van vijf jaar genoemd in artikel 20 dient belanghebbende een verzoek in om definitieve vaststelling van de nadeelcompensatie bij het college.

Artikel 26

Het verzoek bevat, naast de gegevens bedoeld in artikel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht, ten minste:

  • a.

    een verwijzing naar het besluit van het college tot voorlopige vaststelling van nadeelcompensatie.

  • b.

    een naar kostensoort gespecificeerde opgave van het schadebedrag aan de hand van het model opgenomen in bijlage 1 van deze regeling.

  • F.

    Definitieve vaststelling nadeelcompensatie

Artikel 27

Het college neemt binnen acht weken na indiening van het verzoek een besluit:

  • a.

    om het verzoek buiten behandeling te laten indien dit is ingediend na de termijn genoemd in artikel 25.

  • b.

    om het verzoek buiten behandeling te laten indien dit naar het oordeel van het college niet of onvoldoende is onderbouwd en nadat de belanghebbende in de gelegenheid is gesteld het verzuim te herstellen binnen een termijn van vier weken nadat het verzuim kenbaar is gemaakt aan belanghebbende.

  • c.

    om het verzoek geheel of gedeeltelijk toe te kennen.

  • d.

    om het verzoek af te wijzen.

  • e.

    Het college kan de termijn als genoemd in het eerste lid van dit artikel eenmalig met acht weken verlengen. Het college stelt verzoeker hiervan schriftelijk in kennis.

  • G.

    Betaling nadeelcompensatie

Artikel 28

  • 1. Indien nadeelcompensatie is bepaald op basis van een vaste prijs dient de belanghebbende na gereedkomen van de werkzaamheden een factuur in ten hoogte van het bedrag aan nadeelcompensatie. Uitbetaling vindt plaats binnen 30 dagen nadat de factuur is ingediend.

  • 2. Indien nadeelcompensatie is bepaald op basis van voor- en nacalculatie dient na vaststelling van de definitieve nadeelcompensatie en na gereedkomen van de werkzaamheden de belanghebbende een factuur in ter hoogte van het bedrag aan nadeelcompensatie. Uitbetaling vindt plaats binnen 30 dagen nadat de factuur is ingediend.

Hoofdstuk 4 Kostentechnische bepalingen

4.1 Algemeen

Artikel 29.1

De hoogte van de kosten voor het verleggen van een leiding wordt vastgesteld op basis van de hierna volgende bepalingen. De kosten worden vastgesteld aan de hand van werkelijke verleggingskosten. Deze kosten worden onderscheiden in:

  • a.

    kosten van ontwerp en begeleiding.

  • b.

    kosten van uit- en in bedrijfstellen.

  • c.

    kosten van uitvoering.

  • d.

    kosten van materiaal.

  • e.

    kosten van tijdelijke voorzieningen die nodig zijn in verband met de aanraking van het infrastructuurwerk.

Artikel 29.2

Ingeval er sprake is van gecombineerde werkzaamheden dient elke netbeheerder zijn deel van de kosten weer te geven in de kostenspecificatie. De onderbouwing van het bedrag, waaronder de verdeelsleutel tussen de verschillende belanghebbenden en het totale bedrag voor de gecombineerde werkzaamheden, dient bijgevoegd te worden bij de kostenspecificatie.

Artikel 29.3

Als de netbeheerder er voor kiest om zijn net of het nieuwe deel ervan te verbeteren of te verzwaren, bijvoorbeeld een grotere diameter te geven, dan worden de daarmee verband houdende extra kosten niet tot de kosten van de nadeelcompensatie.

4.2 Kosten van ontwerp en begeleiding

Artikel 30

Onder kosten van ontwerp en begeleiding worden verstaan de kosten van werkzaamheden voorafgaand aan en tijdens de uitvoering. Het gaat om kosten van:

  • a.

    overleg en correspondentie;

  • b.

    directievoering en toezicht houden;

  • c.

    detailengineering en daaruit voortvloeiende uitvoerende werkzaamheden;

  • d.

    verplichtingen vanuit wet- en regelgeving;

  • e.

    juridisch vrij maken van tracé;

  • f.

    kosten ten behoeve van aanbesteden werk;

  • g.

    kosten van benodigde vergunningen en leges.

Voor de kosten van ontwerp en begeleiding hanteert het college redelijkerwijs een vast percentage van de totale kosten voor uitvoering, materiaal en in- en buiten bedrijf stellen. Het college hanteert de volgende vaste percentages:

  • -

    tot en met € 20.000,- 20 %

  • -

    boven € 20.000,- 15 %

4.3 Kosten van uit- en in bedrijfstellen

Artikel 31

Onder de kosten van het uit- en in bedrijfstellen worden verstaan:

  • a.

    kosten van het spannings- of productloos maken van de leiding.

  • b.

    kosten van het weer in bedrijf stellen van de leiding.

  • c.

    kosten samenhangend met tijdelijke voorzieningen van operationele aard.

4.4 Uitvoeringskosten

Artikel 32

Onder uitvoeringskosten worden verstaan:

  • a.

    kosten van civieltechnische werkzaamheden (bv. graafwerkzaamheden), bouwkundige werkzaamheden ( bv. muurdoorvoeren) en installatietechnische werkzaamheden (bv. monteren van leidingen).

  • b.

    kosten samenhangend met het verwijderen van verlaten leidingen.

  • c.

    kosten van constructieve en bijzondere voorzieningen.

  • d.

    kosten van tijdelijke voorzieningen van fysieke aard zoals noodleidingen.

4.5 Materiaalkosten

Artikel 33

Onder materiaalkosten worden verstaan de kosten van bedrijfseigen materialen die noodzakelijk zijn voor de instandhouding van de functie van de te verleggen leiding en daarvoor noodzakelijke beschermingsconstructies.

4.6 Bundelen werkzaamheden

Artikel 34

Indien sprake is van het bundelen van werkzaamheden van verschillende netbeheerders geeft de combicoördinator inzicht in de verdeling van de gezamenlijke kosten.

Hoofdstuk 5. Slotbepalingen

Artikel 35

Het college kan van de bepalingen in deze regeling afwijken indien toepassing van de bepalingen zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 36

Hangende een verzoek om financiële compensatie wordt geen voorschot verstrekt.

Artikel 37

Deze regeling treedt op 1 maart 2023 in werking en geldt voor alle aanvragen die hierna worden ingediend.

Artikel 38

Deze regeling wordt aangehaald als: Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen Gemeente Westerkwartier 2023

.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering

van burgemeester en wethouders

van de gemeente Westerkwartier,

d.d. 20 december 2022

A. van der Tuuk, burgemeester

E. Paré, loco-secretaris

Bijlage 1: Kostenspecificatie ( als bedoeld in de artikelen 20, 21 en 25 van de nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen Gemeente Westerkwartier)

Netbeheerder:

 

Leiding ( kenmerk):

 

Materiaal, medium, leeftijd, diameter:

 

Prijspeil kostenraming (dd-mm-jjjj)

 

Onnauwkeurigheidsmarge (%):

 
 
 

Omschrijving

Eenheid

Prijs

per

eenheid

Aantal

Geraamd/begroot bedrag

1. materiaalkosten

 
 
 
 

------------------------

 
 
 
 

-----------------------

 
 
 
 

subtotaal

 
 
 
 

Totaal materiaalkosten 

 

2. kosten van uit en in bedrijf stellen

 
 
 
 

-----------------------

 
 
 
 

-----------------------

 
 
 
 

subtotaal

 

Totaal uit en in bedrijf stellen

 

3. kosten van ontwerp en

begeleiding

 
 
 
 

-----------------------

 
 
 
 

-----------------------

 
 
 
 

subtotaal

 
 

Totaal ontwerp en begeleiding

 

4. uitvoeringskosten

 
 
 
 

-----------------------

 
 
 
 

-----------------------

 
 
 
 

Subtotaal

 

Totaal uitvoeringskosten

 

Totaal raming/begroting

 

Opmerkingen bij deze tabel:

  • -

    Indien werkzaamheden voor meerdere leidingen van netbeheerders worden verricht, moet worden aangegeven welke verdeelsleutel voor de verdeling van kosten naar kostensoorten per leiding wordt gehanteerd.

  • -

    Ingeval sprake is van gecombineerde werkzaamheden dient de netbeheerder zijn deel van de geraamde kosten weer te geven in de kostenraming. De onderbouwing (verdeelsleutel tussen leidingbeheerders en het totaal geraamde bedrag dient te worden bijgevoegd bij de kostenraming).

  • -

    Indien de Gemeente op verzoek van netbeheerder werkzaamheden verricht in het kader van de aanpassing, waarvan de kosten voor rekening van netbeheerder zijn (bijv. mechanisch grondonderzoek), dan dienen deze kosten zichtbaar te zijn verwerkt in deze raming / begroting.

Bijlage 2: Schadevergoedingsregime voor distributieleidingen (als bedoeld in artikel 6 lid 1 van de Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen Gemeente Westerkwartier)

Jaar

Percentage

1

100 %

2

100 %

3

100 %

4

100 %

5

100 %

6

80 %

7

72 %

8

64 %

9

56 %

10

48 %

11

40 %

12

32 %

13

24 %

14

16 %

15

8 %

16 >

0 %

Bijlage 3: Schadevergoedingsregime voor transportleidingen (als bedoeld in artikel 6 lid 2 van de Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen Gemeente Westerkwartier)

Jaar

Percentage

Jaar

Percentage

1

100 %

17

44,80 %

2

100 %

18

41,60 %

3

100 %

19

38,40 %

4

100 %

20

35,20 %

5

100 %

21

32,00 %

6

80 %

22

28,80 %

7

76,80 %

23

25,60 %

8

73,60 %

24

22,40 %

9

70,40 %

25

19,20 %

10

67,20%

26

16,00 %

11

64,00 %

27

12,80 %

12

60,80 %

28

9,60 %

13

57,60 %

29

6,40 %

14

54,40 %

30

3,20 %

15

51,20 %

31>

0 %

16

48,00 %

 
 

Toelichting op de Nadeelcompensatieregeling kabels en leidingen gemeente Westerkwartier 2023

Inleiding

Met enige regelmaat komt het voor dat de gemeente Westerkwartier bij de uitvoering van haar taken ter behartiging van het algemeen belang besluiten neemt, dan wel werken uitvoert of doet uitvoeren, waardoor één of meer burgers of bedrijven onevenredig zwaar worden benadeeld. Deze besluiten of feitelijke handelingen zijn rechtmatig. Toch kan er onder omstandigheden een verplichting tot vergoeden van schade ontstaan. Deze verplichting is gebaseerd op het rechtsbeginsel van “égalité devant les charges publiques” (gelijkheid van openbare lasten).

Het college is krachtens artikel 4:81 Awb bevoegd tot het vaststellen van beleidsregels met betrekking tot een haar toekomende of onder haar verantwoordelijkheid uitgeoefende, dan wel door haar gedelegeerde bevoegdheid. Met het vaststellen van de Nadeelcompensatieregeling voor kabels en leidingen wordt beoogd een regeling in het leven te roepen op grond waarvan benadeelden voldoende zekerheid wordt verschaft op welke wijze een verzoek om nadeelcom-pensatie kan worden ingediend en volgens welke normen het eventuele nadeel dat niet ten laste van de benadeelde behoort te blijven, zal worden vergoed. De regeling roept geen nieuwe aansprakelijkheden in het leven die naar de huidige stand van het recht niet reeds bestaan.

De gemeente Westerkwartier zal de leidingexploitanten (in de Nadeelcompensatieregeling aangeduid als netbeheerders) in een zo vroeg mogelijk stadium informeren over haar plannen. Daartoe wordt ongeveer 2 keer per jaar een coördinatieoverleg kabels en leidingen gehouden, waarvoor alle leidingexploitanten worden uitgenodigd. Doel van deze bijeenkomst is elkaar te informeren over de (wederzijdse) plannen ten aanzien van werkzaamheden en projecten in de infrastructuur. De planningen die onder andere besproken worden zijn meerjarenplannen, jaarplannen en plannen die op korte termijn worden gerealiseerd. Te overwegen is om deze stappen in de planuitwerkingsfase vast te leggen in een samen met de netbeheerders op te stellen uitvoeringsprotocol.

De regeling is gebaseerd op de binnen de gemeente Westerkwartier te voorziene planningshorizon. De gemeente Westerkwartier gaat er vanuit dat binnen 5 jaar na het verlenen van een vergunning voor het leggen van een leiding in openbare ruimte de gemeente Westerkwartier geen werk-zaamheden uitvoert, die verlegging van een conform vergunning aangelegde leiding noodzakelijk maakt. Na deze 5 jaar wordt een periode van 5 tot 15 jaar gehanteerd, waarbij het bedrag van nadeelcompensatie trapsgewijs wordt afgebouwd van 80% naar 0%. Voor transportleidingen wordt een termijn gehanteerd van 5 tot 30 jaar, waarbij het bedrag van nadeelcompensatie trapsgewijs wordt afgebouwd van 80% naar 0%. Voor meer informatie wordt verwezen naar de artikelsgewijze toelichting. Transportleidingen die ouder dan 30 jaar zijn, komen op basis van de Nadeelcompen-satieregeling niet in aanmerking voor nadeelcompensatie. Deze termijn van 30 jaar is mede gebaseerd op adviezen van de commissie Burgering en op de in de nadeelcompensatieregelingen van het Rijk gehanteerde termijnen, die algemeen als redelijk worden beschouwd. Bovendien is het niet wenselijk een langere termijn vast te stellen. Voor de gemeente Westerkwartier is het al lastig genoeg te voorspellen hoe de openbare ruimte over 15 jaar eruit zal zien laat staan welke ontwik-kelingen zich er over 30 jaar zullen voordoen. We leven immers in een tijd waarin de ontwikkelingen elkaar in een steeds sneller tempo opvolgen. Want wat gisteren nog goed was, voldoet morgen niet meer aan de eisen van de tijd. Bovendien hebben alle overheden te maken met mondigere burgers, bedrijven, instellingen en lobbygroepen die via inspraak hun eigen stempel op de openbare ruimte proberen achter te laten waarmee zij zich zelf identificeren. De inrichting van de openbare ruimte vindt steeds vaker plaats op basis van "incidenten" die een grote weerslag op de inrichting van de ondergrondse infrastructuur hebben.

Verder moet nog worden opgemerkt dat de leidingen om niet liggen, zodat een verschuiving van het risico van de kosten van verlegging na 30 jaar ook voor transportleidingen in beginsel meer dan redelijk is.

Bij de hiervoor gegeven toelichting moet een belangrijke kanttekening geplaatst worden. Ingevolge artikel 3:4, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht mogen de voor één of meer belang-hebbenden nadelige gevolgen van een besluit niet onevenredig zijn in verhouding tot de met dat besluit te dienen doelen. Aan dat artikel komt naast de in de Nadeelcompensatieregeling neer-gelegde beleidsregels een zelfstandige betekenis toe. Bij grootschalige projecten is de gemeente Westerkwartier gehouden te onderzoeken hoeveel de door de verlegging te lijden schade bedraagt en daarna te beoordelen voor wiens risico die schade moet komen en of sprake is van onevenredige schade, die al dan niet voor vergoeding in aanmerking komt.

Voor de netbeheerders is het van groot belang dat ingrepen aan hun transportleidingen tot het uiterste minimum worden beperkt, aangezien bijna iedere ingreep de kwaliteit van dat deel van het netwerk in negatieve zin beïnvloedt en de leveringszekerheid in gevaar brengt. Uitgangspunt in de Nadeelcompensatieregeling is dan ook dat verlegging van transportleidingen zo veel als mogelijk wordt voorkomen. Om dit doel te bereiken is in de Nadeelcompensatieregeling de verplichting opgenomen dat de gemeente Westerkwartier bij gebiedsontwikkeling in een zo vroeg mogelijk stadium in contact treedt met de netbeheerder. Zeker indien het duidelijk is dat de uitvoering van een mogelijk ontwerp of plan voor het te ontwikkelen gebied belemmerd zou kunnen worden door de aanwezigheid van een transportleiding is het geen overbodige luxe om gezamenlijk met de betrokken netbeheerder naar goede en betaalbare alternatieven te zoeken. Daarbij kunnen een reeks van vragen aan de orde komen. Zo kan bijvoorbeeld de vraag gesteld worden of een aanpas-sing van het ontwerp nuttig en haalbaar is als daardoor verlegging van deze dure ondergrondse infrastructuur voorkomen kan worden.

Ook bij distributieleidingen is het verstandig om vroegtijdig met de betrokken netbeheerders in overleg te treden.

Algemeen

Begripsbepalingen en reikwijdte

Artikel 1

Leiding: Telecommunicatiekabels zijn uitdrukkelijk uitgezonderd van deze regeling. Deze kabels vallen onder de Telecommunicatiewet die voor het verleggen en de kosten daarvan een geheel eigen regeling kent. Door in de definitie van het begrip leiding de zinsnede “waarmee het algemeen belang wordt gediend” op te nemen, wordt kenbaar gemaakt dat deze regeling niet van toepassing is op particuliere kabels voor bijvoorbeeld winkelwagendiefstalpreventiesystemen. Leidingen voor de elektriciteits-, gas- en watervoorziening dienen wel het algemeen belang.

Schadebedrag: Dit is het centrale begrip in de Nadeelcompensatieregeling. Het schadebedrag omvat uitsluitend de kosten die gemaakt moeten worden om de verlegging uit te voeren. Uitgangspunt bij de bepaling van het schadebedrag bij een verlegging van een leiding zijn de werkelijke verleggingskosten. De verleggingskosten omvatten alle directe kosten die de belanghebbende netbeheerder moet maken om de leiding te verleggen.

Vermogensschade en inkomensschade worden niet als uitgangspunt genomen. Van het schadebedrag wordt een bepaald percentage als nadeelcompensatie uitgekeerd. De nadeelcompensatie wordt bepaald aan de hand van het bepaalde in deze regeling.

Transportleiding: Dit zijn leidingen die aan bepaalde kenmerken voldoen en daardoor extra waardevol voor de netbeheerders zijn. Aan het verleggen van deze leidingen is een langer schadevergoedingsregime gekoppeld.

Openbare ruimte: De reikwijdte van de definitie is beperkt door eraan de eis te koppelen dat de Nadeelcompensatieregeling uitsluitend van toepassing is op openbare plaatsen en wegen die in ieder geval deels eigendom van de gemeente Westerkwartier zijn. Op verlegging van leidingen in wegen die bijvoorbeeld aan het Rijk of de Provincie toebehoren is deze Nadeelcompensatieregeling dus niet van toepassing. Ook op de verlegging van leidingen in bijvoorbeeld een voor het publiek toegankelijke plek/locatie, waarbij uitsluitend het beheer en onderhoud bij de gemeente Wester-kwartier ligt, is de Nadeelcompensatieregeling niet van toepassing.

De andere begripsomschrijvingen behoeven geen toelichting.

In deze regeling worden een aantal begrippen gebruikt die al in de AVOI gemeente Westerkwartier 2023 zijn gedefinieerd of nader aangevuld. Om eventuele discussies over de reikwijdte en inhoud van deze begrippen te voorkomen is expliciet naar de AVOI verwezen.

Artikel 2

Behoeft geen toelichting.

Nadeelcompensatie

Nadeelcompensatie algemeen

Artikel 3

Als het college van de gemeente Westerkwartier besluit neemt om een aanwijzing te geven tot het verleggen van een leiding en dit leidt voor de netbeheerder tot schade die redelijkerwijs niet of niet geheel tot het normale bedrijfsrisico mag worden gerekend, dan kan de netbeheerder om nadeelcompensatie verzoeken. Op basis van deze regeling wordt bepaald of nadeelcompensatie toegekend wordt of niet en hoe hoog het bedrag is dat wordt uitgekeerd.

Artikel 4

Voor de hoogte van eventuele nadeelcompensatie zijn de artikelen in hoofdstuk 2 van de Nadeelcompensatieregeling bepalend. De omvang van de nadeelcompensatie is afhankelijk van het schadebedrag. Het schadebedrag dient inzichtelijk te worden gemaakt aan de hand van de verschillende kostenposten.

Nadeelcompensatie voor leidingen in de openbare ruimte

De artikelen 5, 6 en 7 bepalen de hoogte van de nadeelcompensatie als de te verleggen, te verwijderen of aan te passen leiding van de netbeheerder ligt in openbare ruimte.

Voor de vaststelling van de periode waarover nog nadeelcompensatie plaats vindt is voor de overheid in beginsel de voorzienbaarheid het uitgangspunt. Welke periode kan worden overzien om te bepalen of een vergunning wordt afgegeven?

Voor transportleidingen spelen naast voorzienbaarheid nog andere uitgangspunten een rol. De netbeheerder heeft onder andere in verband met zijn leveringszekerheid extra bescherming nodig dat deze specifieke leidingen voor een langere periode ongestoord in de grond mogen blijven liggen. Projecten waardoor verlegging van transportleidingen toch noodzakelijk is, rechtvaardigen daarom het uitgangspunt dat de gemeente Westerkwartier hiervoor over een periode van 30 jaar nadeelcompensatie verschuldigd is.

In de bijlagen 2 en 3 zijn aan de hand van twee tabellen de schadevergoedingsregimes opgenomen voor leidingen die onder de werkingssfeer van artikel 5, artikel 6 en artikel 7 vallen.

Artikel 5

De periode van vijf jaren is de periode waarin redelijkerwijs voor de gemeente Westerkwartier voorzienbaar is dat werken in de openbare ruimte Westerkwartier zullen gaan vinden. De termijn begint vanaf het moment van verlening van de vergunning, omdat het moment van vergunnen vaststaat.

Artikel 6

De termijn vanaf vijf tot en met vijftien jaren is de periode waarin de voorzienbaarheid steeds minder wordt. Voor transportleidingen is de termijn opgehoogd naar dertig jaar.

Artikel 7

Werkzaamheden binnen de openbare ruimte van de gemeente Westerkwartier zijn niet te voorzien op een termijn van vijftien jaren of langer. Als een vergunning zestien jaar of langer geleden is afgegeven zal geen nadeelcompensatie worden uitgekeerd. Voor transportleidingen bedraagt die termijn dertig jaar.

De kosten voor verlegging worden in dat geval volledig tot het bedrijfsrisico van de netbeheerder gerekend.

Nadeelcompensatie in geval de leiding van de belanghebbende niet ligt in de openbare ruimte

De artikelen 8 en 9 handelen over de hoogte van de nadeelcompensatie indien de leiding van de belanghebbende netbeheerder verlegd, verwijderd of aangepast moet worden en niet in de openbare ruimte ligt.

We onderscheiden de situaties dat sprake is van ligging van een leiding in grond die in eigendom is van belanghebbende zelf, de leiding met een zakelijk recht ligt en of een recht krachtens de Belemmeringenwet Privaatrecht (BP) rust op de leiding enerzijds en overige rechtsposities anderzijds.

Het onderscheid wordt gemaakt in aansluiting op gelijke bepalingen in de Overeenkomst inzake verleggingen van kabels en leidingen buiten beheersgebied (OKL) op rijksniveau. Ingevolge de regels van het onteigeningsrecht kan aanspraak worden gemaakt op volledige schadeloosstelling in geval een leiding ligt in grond die in eigendom is van de netbeheerder, ingeval er een zakelijk recht rust op deze leiding of een BP(Belemmering Privaatrecht) -gedoogplicht bestaat.

Artikel 8

Voor de bepaling van de hoogte van de nadeelcompensatie is in dit artikel aangesloten bij hetgeen bepaald is in de Onteigeningswet. Dit betekent dat 100% van het schadebedrag vergoed zal worden.

Artikel 9

Indien de te verleggen, te verwijderen of aan te passen leiding niet in de openbare ruimte ligt en niet in grond van de netbeheerder, noch met een zakelijk recht of een gedoogplicht op basis van de Belemmeringenwet Privaatrecht, dan bestaat de nadeelcompensatie uit de kosten van ontwerp en begeleiding en de uitvoeringskosten. De materiaalkosten en de kosten van uit en in bedrijfstellen worden niet vergoed.

Algemene bepalingen bij het vaststellen van nadeelcompensatie

De volgende artikelen hebben betrekking op de vaststelling van het bedrag van de nadeel-compensatie.

Artikel 10

Partijen dienen, in het kader van de verwijdering, verlegging of aanpassing van een leiding schade-beperkend op te treden. Zij moeten rekening houden met de wederzijdse belangen bijvoorbeeld bij de technische oplossing of de keuze van het tracé. De verlegging moet gerealiseerd worden op basis van een technisch adequaat alternatief dat tegen de maatschappelijk laagste kosten gerealiseerd kan worden.

Artikel 11

Indien vanwege het werk sprake is van meerdere verleggingen, is op de eerste verlegging deze Nadeelcompensatieregeling van toepassing en komen de kosten van de overige verleggingen ten laste van de gemeente. Bedoeld worden meerdere definitieve verleggingen op dezelfde locatie in een bepaalde periode van dezelfde leiding. Indien het bijvoorbeeld voor de realisatie van een werk noodzakelijk is om tussentijds gebruik te maken van een of meer tijdelijke verleggingen totdat het definitief vastgestelde tracé beschikbaar komt, dan wordt het geheel aan uitgevoerde werkzaam-heden inclusief het aanbrengen van de kabels en leidingen in het definitief vastgestelde tracé als één verlegging beschouwd.

Artikel 12

Dit artikel betreft de zogenaamde hardheidsclausule. Indien de netbeheerder of de gemeente kan aantonen dat door bijzondere omstandigheden toepassing van artikel 6 t/m 9 van deze regeling tot een evident onredelijke nadeelcompensatie zou leiden, kunnen burgemeester en wethouders besluiten op basis van dit artikel de nadeelcompensatie aan te passen. Te denken valt aan omstandigheden, zoals voordeeltoerekening in verband met verbetering of van correctie van fouten. Of in het geval van risicoaanvaarding bij de netbeheerder.

Artikel 13

Als een vergunning verleend wordt aan een netbeheerder voor het leggen van een leiding op een locatie waarvan de gemeente Westerkwartier vermoedt dat de leiding binnen 5 jaren verlegd zal moeten worden als gevolg van de uitvoering van werkzaamheden en in de vergunning daartoe een bepaling is opgenomen, dan zal geen nadeelcompensatie worden gegeven.

Artikel 14

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 15

Indien als gevolg van een verzakking van de grond een leiding moet worden gerezen dient de netbeheerder dit op eigen kosten uit te voeren.

Artikel 16

De nadeelcompensatie kan bepaald worden op basis van een vaste prijs of op basis van voor- en nacalculatie. Dit artikel bepaalt dat de verrekening van de nadeelcompensatie op basis van een vaste prijs plaatsvindt als blijkt dat het geraamde bedrag aan nadeelcompensatie lager is dan €10.000,00. Wanneer de begroting van de geraamde kosten lager is dan €10.000,00 wordt deze raming dus als vaststaand beschouwd en als nadeelcompensatie uitgekeerd. Het voordeel van een vaste prijs ligt in de lagere kosten als gevolg van minder administratieve handelingen, geen onderhandelingen over definitieve nadeelcompensatie en minder controle.

In andere situaties geldt in principe verrekening op basis van voor- en nacalculatie. Partijen kunnen in overleg met elkaar ook voor verleggingen waarvan het geraamde bedrag aan nadeelcompensatie meer bedragen dan €10.000,00 afspraken maken over verrekening van nadeelcompensatie op basis van vaste prijs.

Bepalingen van procedurele aard

Vooroverleg

Artikel 17

De gemeente Westerkwartier voert vooroverleg met de leidingexploitant nadat de netbeheerder per brief geïnformeerd is over de plannen en de consequenties voor betrokken leidingen. De netbeheer-der kan in de brief eventueel ook verzocht worden zelf informatie te verschaffen over noodzakelijk te verleggen leidingen.

Bij de voorbereiding van een concreet project vindt overleg plaats over de gevolgen van de uit te voeren werkzaamheden met onder andere de netbeheerders. Bij complexe projecten vindt er (meestal) een startbijeenkomst plaats met alle netbeheerders, waarna er overleg plaatsvindt tussen de werkvoorbereider en een vertegenwoordiger van de betreffende netbeheerder om de noodzakelijke werkzaamheden van de netbeheerder door te spreken en af te stemmen op de gemeentelijke werkzaamheden, al dan niet uitmondend in een offerte en opdrachtverlening.

In lid 1 gaat het met name over het vooroverleg in het kader van de projectuitvoering. Voordat een plan überhaupt uitgevoerd kan worden, moet het eerst worden ontwikkeld.

In lid 2 gaat dan ook expliciet over het vooroverleg met de betrokken netbeheerders bij de gebiedsontwikkeling. Zeker bij grootschalige projecten, waarbij de verlegging van de ondergrondse infrastructuur zowel de gemeente Westerkwartier als de netbeheerders voor onvoorziene en onoverbrugbare financiële kosten kan plaatsen, is het zaak dat beide partijen reeds bij de gebieds-ontwikkeling zo vroeg mogelijk aan tafel zitten om eventuele struikelblokken vroegtijdig te bespre-ken en op te lossen. De mogelijkheid van het doen van een oriëntatiemelding bij het Kadaster biedt de gebiedsontwikkelaars een handvat een eerste indruk te krijgen of de aanwezige ondergrondse infrastructuur een belemmering voor de uitvoerbaarheid van hun initiële plan vormt. Aan de hand van het resultaat van de oriëntatiemelding moet dan worden gekeken of men samen met de netbeheerder het plan zodanig kan aanpassen dat de kosten voor beide partijen tot een acceptabel minimum kunnen worden beperkt. Ook de jurisprudentie betreffende nadeelcompensatie noopt hiertoe.

Artikel 18

De gemeente Westerkwartier streeft ernaar in overleg tot overeenstemming te komen over de verplaatsing van leidingen. Tijdens het vooroverleg worden aspecten met betrekking tot de technische oplossing en planning aan de orde gesteld en wordt gestreefd naar overeenstemming hierover. Hoewel het in het artikel niet expliciet is opgenomen, is het primaire doel van het overleg uiteraard te bekijken of de uitvoering van de geplande werkzaamheden mogelijk is zonder de leidingen te moeten verleggen.

Artikel 19

Behoeft geen nadere toelichting.

Aanwijzing tot verlegging

Artikel 20

Het college neemt het besluit tot het geven van een aanwijzing voor het verleggen van een leiding, zo mogelijk op basis van overeenstemming, bereikt in het vooroverleg als bedoeld in artikel 17. Het aanwijzingsbesluit richt zich op de noodzaak tot verleggen en het tijdstip waarop dit gerealiseerd moet zijn. Het besluit handelt uitdrukkelijk niet over ontstane schade en nadeelcompensatie. Die aspecten komen aan de orde in het besluit dat genoemd is in artikel 24 en dat genomen kan worden nadat een verzoek om nadeelcompensatie is ingediend door de netbeheerder.

Verder is in lid 2 bepaald dat indien de netbeheerder gevolg heeft gegeven aan de aanwijzing en er binnen de termijn van 5 jaar na verzending van het aanwijzingsbesluit geen begin is gemaakt met de werkzaamheden waarvoor de aanwijzing is gegeven, de netbeheerder recht heeft op volledige vergoeding van alle door hem in redelijkheid gemaakte kosten. Ook in de Telecommunicatiewet is een artikel van gelijke strekking opgenomen.

De aanwijzing is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waardoor er mogelijkhe-den zijn voor bezwaar en beroep.

Verzoek om voorlopige vaststelling nadeelcompensatie

Artikel 21

De datum waarop een netbeheerder een aanwijzing heeft gekregen tot het verleggen van een leiding is bepalend voor het ingaan van de termijn waarbinnen belanghebbende een verzoek om nadeelcompensatie kan indienen. Hoewel de termijn voor het indienen van een verzoek om nadeel-compensatie 5 jaar bedraagt, verwacht de gemeente Westerkwartier dat dit in de praktijk, onder andere in verband met de afsluiting van projectbudgetten, zo spoedig mogelijk zal gebeuren.

Artikel 22

Om tot een beslissing te kunnen komen op het verzoek van netbeheerder, zijn meer gegevens noodzakelijk dan in artikel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht als minimum opgesomd is. De aanduiding van de aard en de omvang van de schade en de specificatie van het schadebedrag dienen bepaald te worden op basis van te onderscheiden kostenposten gebruikmakend van de bijlage 1.

Artikel 23

De netbeheerder zal zelf de periode moeten aantonen van de ligging van de betreffende leiding op die locatie. In beginsel zal dit plaatsvinden met een vergunning of een daarmee gelijk te stellen schriftelijke toestemming.

Indien een vergunning ontbreekt wordt gerekend vanaf de datum waarop het leggen volgens de registratie van de netbeheerder is aangevangen dan wel de leiding in bedrijf is genomen. Indien niet kan worden aangetoond op welke datum vergunning is verleend c.q. op welke datum het leggen is aangevangen dan wel de leiding in bedrijf is genomen, wordt er van uit gegaan dat de betreffende leiding langer dan 15 jaar aanwezig is of in het geval van een transportleiding langer dan 30 jaar aanwezig is.

Besluit

Artikel 24

De gemeente Westerkwartier neemt binnen acht weken na indiening van het verzoek een besluit inhoudende één van de in dit artikel opgesomde mogelijkheden. Het verzoek om nadeelcompen-satie wordt niet in behandeling genomen als deze meer dan 5 jaar nadat door het college een aanwijzing is gegeven aan de netbeheerder voor het verleggen van een leiding wordt ingediend. Het verzoek kan kennelijk ongegrond verklaard worden als de verlegging, verwijdering of aanpassing aan de leiding van belanghebbende niet door de gemeente Westerkwartier wordt veroorzaakt. Het verzoek kan geheel of gedeeltelijk toegekend worden of geheel afgewezen worden.

Indien de aanvraag onvoldoende gegevens bevat voor een beoordeling van het verzoek om nadeelcompensatie of voor de vaststelling van het schadebedrag zal belanghebbende vier (4) weken de gelegenheid krijgen om aanvullende informatie te verstrekken. De termijn van acht (8) weken na indiening van het verzoek om nadeelcompensatie, waarbinnen het college een besluit dient te nemen, wordt opgeschort met ingang van de dag waarop aanvullende informatie wordt gevraagd.

Het besluit tot vaststelling van de nadeelcompensatie is een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht waarvoor mogelijkheden van bezwaar en beroep bestaan.

De gemeente Westerkwartier kan de termijn eenmalig met een redelijke termijn verlengen, met een maximum van acht (8) weken. Dit zal schriftelijk aan de belanghebbende worden medegedeeld.

Verzoek om definitieve vaststelling nadeelcompensatie

Artikel 25

De netbeheerder dient binnen de termijn van vijf (5) jaar genoemd in artikel 20 nadat de werkzaam-heden voor de verlegging van de leiding zijn afgerond het verzoek in te dienen voor de definitieve vaststelling van de nadeelcompensatie. Die wordt bepaald op basis van werkelijk gemaakte kosten.

Artikel 26

Het verzoek moet in elk geval bevatten:

  • -

    het aanwijzingsbesluit tot verleggen op basis van artikel 20;

  • -

    het besluit over nadeelcompensatie op basis van artikel 24.

Definitieve vaststelling nadeelcompensatie

Artikel 27

Zie de toelichting bij artikel 24.

Betaling nadeelcompensatie

Artikel 28

Is de nadeelcompensatie definitief vastgesteld dan dient de netbeheerder voor de betaling daarvan een factuur in te dienen. Uitbetaling vindt plaats binnen 30 dagen nadat de factuur is ingediend.

Kostentechnische bepalingen

Algemeen

Artikel 29

Bij de bepaling van de nadeelcompensatie is sprake van een berekening op basis van de werkelijke kosten. Dit zijn de kosten die direct toegerekend kunnen worden aan de verlegging van de leiding. Leidingen worden beschouwd als niet verhandelbare objecten en hebben geen economische waarde in die zin. Tot slot is hierbij van belang dat de verlegging gerealiseerd moet worden op basis van een technisch adequaat alternatief tegen de maatschappelijk laagste kosten ten opzichte van de meest voor de hand liggende variant. Netbeheerder en gemeente Westerkwartier ondervinden geen nadeel van de gekozen oplossing.

De meest voor de hand liggende variant is een verlegging van de leiding ter plaatse van de probleemlocatie. Denkbaar is echter, dat één van de partijen gebaat is bij een andere oplossing. Dit is bijvoorbeeld het geval indien de situatie ter plaatse van het uit te voeren werk zo ingewikkeld is, dat de netbeheerder er de voorkeur aan geeft - ook uit een oogpunt van efficiënt beheer - de leidingen gedeeltelijk te verplaatsen dan wel andere maatregelen te treffen buiten de grenzen van het uit te voeren werk. In principe dient te worden gekozen voor dit laatst genoemde, meest aantrekkelijke alternatief, tenzij de andere partij ten gevolge daarvan in een slechtere positie komt te verkeren dan het geval zou zijn geweest bij verlegging ter plaatse van de probleemlocatie. Partijen kunnen dan nadere afspraken maken over de schadeverdeling. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn indien een leiding over een grotere lengte wordt verlegd dan bij een oplossing op de probleemlocatie. Voor de netbeheerder kan dit dus nadeliger uitpakken.

Als bij een verlegging de netbeheerder de gelegenheid benut om bijvoorbeeld de capaciteit te laten toenemen of andere kwantificeerbare voordelen heeft komen de kosten ervan niet in aanmerking voor vergoeding. Ook de kosten van het rijzen van een leiding worden volgens artikel 15 niet vergoed.

Kosten van ontwerp en begeleiding

Artikel 30

Bij de post ontwerp en begeleiding dient de netbeheerder het aantal uren en de tarieven te over-leggen. De netbeheerder mag in principe pas kosten declareren vanaf het moment dat overeen-stemming is bereikt over de oplossing. In de praktijk houdt dit in dat de eerste paar afstemmings-overleggen niet kunnen worden gedeclareerd in verband met de maatschappelijke afstemmings-plicht.

Kosten van uit- en in bedrijfstellen

Artikel 31

Tijdelijke voorzieningen van operationele aard zijn voorzieningen die benodigd zijn om de levering tijdens de uitvoering van een verlegging te waarborgen. Voorbeelden zijn extra kosten van personele aard ten behoeve van bedrijfsvoering en hulpmiddelen zoals watertanks, gasflessen en noodaggregaten.

Uitvoeringskosten

Artikel 32

Kosten van civieltechnische, bouwkundige en installatietechnische werkzaamheden zijn bijvoor-beeld werkputten en ondersteuningen. Alle tijdelijke voorzieningen van fysieke aard die nodig zijn tijdens de bouw vallen onder de uitvoeringskosten.

Onder tijdelijke voorzieningen van fysieke aard worden alle tijdelijke fysieke leidingverbindingen verstaan die de netbeheerder moet aanleggen en later buiten bedrijf moet stellen. Deze kosten houden nauw verband met de noodzakelijke continuïteit van het bedrijfsproces van de betrokken netbeheerder. Het betreffen voorzieningen die worden opgeheven zodra de definitieve verlegging is gerealiseerd.

De kosten die de aannemer moet maken om de leiding uit de grond te halen vallen onder uitvoeringskosten. Ook het opslaan in hanteerbare stukken en het transport op de bouwlocatie zijn uitvoeringskosten. De kosten samenhangend met de uitvoering van het verwijderen van verlaten leidingen vallen eveneens onder uitvoeringskosten.

De kosten voor de afvoer van vrijgekomen materialen naar een tijdelijk werkterrein behoren tot de uitvoeringskosten.

Materiaalkosten

Artikel 33

Onder materiaalkosten worden in elk geval verstaan kosten van leidingcomponenten, kosten van elektrotechnische, werktuigbouwkundige en civieltechnische materialen, alsmede kosten van bouwmaterialen, alsmede kosten van bouwmaterialen bestemd voor gebouwen waarin delen van leidingsystemen worden ondergebracht.

Transportkosten en stortkosten van vrijgekomen leidingen vanaf de bouwlocatie naar de stort of verwerkingslocatie behoren tot de materiaalkosten (behalve de stortkosten ingeval de leiding asbesthoudende stoffen bevat. Hierbij is in aanmerking genomen dat deze kosten bij vervanging van de leiding op eigen initiatief ook ten laste komen van de netbeheerder).

De materiaalkosten van constructieve en/of bijzondere voorzieningen die worden veroorzaakt door eisen van derden (en niet door gemeente) vallen onder de materiaalkosten.

NB: De materiaalkosten van constructieve en/of bijzondere voorzieningen die worden veroorzaakt door eisen van gemeente Westerkwartier vallen onder de uitvoeringskosten.

Bundeling werkzaamheden

Artikel 34

In geval van bundeling van werkzaamheden van verschillende netbeheerders moeten de kosten worden verdeeld over de netbeheerders. De projectkosten worden verdeeld in direct aan de netbeheerders toe te delen kosten en gezamenlijke kosten. De direct toe te delen kosten zijn kosten van in- en uit bedrijf stellen en materiaalkosten exclusief de extra materialen die nodig zijn voor de gezamenlijke kruising. De gezamenlijke kosten zijn de uitvoeringskosten, ontwerp en begeleiding en de extra materialen die nodig zijn om gezamenlijk te kruisen.

De verdeelsleutel voor de gezamenlijke kosten wordt bepaald op basis van de afzonderlijke fictieve kosten van uitvoering en ontwerp en begeleiding die zouden moeten worden gemaakt als elke netbeheerder afzonderlijk zou kruisen.

Slotbepalingen

Artikel 35

Behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 36

Behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 37

Behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 38

Behoeft geen nadere toelichting.