Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening op de heffing en invordering van scheepvaartrechten Land van Cuijk 2023

Geldend van 14-12-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van scheepvaartrechten Land van Cuijk 2023

De raad van de gemeente Land van Cuijk;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 25 oktober 2022;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet.

besluit:

vast te stellen de navolgende verordening overeenkomstig de volgende bepalingen:

Verordening op de heffing en invordering van scheepvaartrechten Land van Cuijk 2023

(Verordening scheepvaartrechten Land van Cuijk 2023)

Artikel 1. Aard van de heffing en belastbaar feit

  • 1. Onder de naam doorvaartrecht wordt een recht geheven voor het passeren van de keersluis bij het invaren van de haven (Katwijk NB);

  • 2. Onder de naam kadegeld wordt een recht geheven voor het gebruikmaken van de kade in Katwijk NB;

  • 3. Onder de naam aanleggeld wordt een recht geheven voor het aanleggen, hetzij middellijk hetzij onmiddellijk van een vaartuig, aan de loswal in Cuijk;

  • 4. Onder de naam los- en laadgeld wordt een recht geheven voor het lossen en/of laden van goederen vanuit, vanaf, in of op een vaartuig dat aan de loswal in Cuijk heeft aangelegd rechtstreeks dan wel via een zodanig toestel, werk of inrichting die met het laden of lossen van vaartuigen verband houdt.

Artikel 2, Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Keersluis: de waterkering tussen de Maas en de industriehaven te Katwijk NB, gelegen aan de Keersluisweg;

  • b.

    Haven: de industriehaven te Katwijk NB;

  • c.

    Kade: de multipurposekade gelegen aan de industriehaven te Katwijk NB en de daarbij behorende en/of aangrenzende terreinen die bij de gemeente Cuijk in eigendom, beheer of onderhoud zijn;

  • d.

    Loswal: de loswal en de daarbij behorende en/of aangrenzende terreinen, gelegen te Cuijk, die bij de gemeente Cuijk in eigendom, beheer of onderhoud zijn;

  • e.

    Vaartuig: een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebezigd dan wel geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen of -voor het dragen of vervoeren van al dan niet met het drijvend lichaam één geheel uitmakende voorwerpen;

  • f.

    Laadvermogen: in het in tonnen uitgedrukte verschil tussen de zoetwaterverplaatsing van het vaartuig bij de grootst toegelaten diepgang en die van het ledige vaartuig, zoals aangegeven in de bij het vaartuig behorende meetbrief;

  • g.

    Ton: een massa van 1.000 kilogram;

  • h.

    Meetbrief: een door Scheepsmetingsdienst dan wel een andere daartoe bevoegde instantie uitgegeven in Nederland geldig document betreffende de tonnage en het laadvermogen van een vaartuig, als bedoeld in de Meetbrievenwet 1981, het Meetbrievenbesluit 1981 en de Binnenvaartregeling;

  • i.

    Jaar: een tijdvak van 12 aaneengesloten kalendermaanden;

  • j.

    Kwartaal: een tijdvak van 3 aaneengesloten kalendermaanden;

  • k.

    Maand: een aaneengesloten tijdvak van 30 dagen;

  • l.

    Week: een aaneengesloten tijdvak van 7 dagen;

  • m.

    Dag: een aaneengesloten tijdvak van 24 uren, beginnende op 0.00 uur.

Artikel 3. Belastingplicht

  • 1. De rechten als bedoeld in artikel 1, eerste, tweede en derde lid worden geheven van de schipper, de reder, de eigenaar van het vaartuig, degene die het schip heeft gecharterd of degene die als vertegenwoordiger van één van dezen optreedt;

  • 2. De rechten als bedoeld in artikel 1, vierde lid worden geheven van degene op wiens aanvraag of ten behoeve van wie een in hoofdstuk 4 van de in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend.

Artikel 4. Wijze van heffing

  • 1. De rechten als bedoeld in artikel 1, eerste en tweede lid worden geheven bij wege van aanslag;

  • 2. De rechten als bedoeld in artikel 1, derde en vierde lid worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Artikel 5. Maatstaf van heffing, belastingtarief, afronding en minimumbedrag

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel;

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt;

  • 3. Het te betalen bedrag wordt in euro’s naar beneden afgerond en geheven met een minimum van telkens € 10,00.

Artikel 6. Tijdstip van betaling

  • 1. De aanslag als bedoeld in artikel 4, eerste lid is invorderbaar in één termijn die vervalt op de laatste dag van de maand volgende op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld;

  • 2. De rechten als bedoeld in artikel 1, derde en vierde lid moeten worden betaald:

    • a.

      ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 4, tweede lid mondeling wordt gedaan: op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      ingeval deze kennisgeving schriftelijk wordt gedaan: op het moment van uitreiking van de kennisgeving;

  • 3. De rechten moeten worden betaald, ingeval de kennisgeving wordt toegezonden, binnen dertig dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 7. Vrijstellingen

  • 1. Het recht als bedoeld in artikel 1, eerste lid (doorvaartrecht) wordt niet geheven van degene die het recht is verschuldigd als bedoeld in artikel 1, tweede lid (kadegeld);

  • 2. De rechten als bedoeld in artikel 1, eerste en derde lid (doorvaartrecht en aanleggeld) worden niet geheven voor:

    • a.

      een vaartuig, in dienst van de gemeente Cuijk;

    • b.

      een vaartuig, in dienst van het Rijk en/of provincie, mits geen personen of goederen tegen betaling worden vervoerd;

    • c.

      hospitaalschepen in gebruik als vakantieschip ten behoeve van zieken en gehandicapten (ziekengastschepen);

    • d.

      een vaartuig met een waterverplaatsing van minder dan 5 m3;

    • e.

      een vaartuig dat door ijsgang of andere redenen van overmacht, zijn reis niet kan beginnen of vervolgen, mits het niet laadt of lost;

    • f.

      een vaartuig dat uitsluitend bestemd is voor het vervoer van zand en grint uit het ontzandingsgebied gelegen nabij het haven- en industrieterrein te Katwijk NB en daartoe gebruik dient te maken van de keersluis en het toeleidingskanaal;

  • 3. Het recht als bedoeld in artikel 1, derde lid (aanleggeld) wordt bovendien niet geheven voor:

    • a.

      een vaartuig, dat uitsluitend - zonder te laden of te lossen - aanlegt aan de kade om aan de opvarenden gelegenheid te geven tot het bezoeken van openbare ere-diensten of openbare bijeenkomsten van genootschappen op geestelijke grondslag - andere dan kerkgenootschappen - die rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid zijn, voor het gezamenlijk beleven van en zich bezinnen op de aan die genootschappen liggende levensovertuiging, indien en voor zover het aanleggen niet plaatsvindt vóór 12.00 uur van de dag voorafgaande aan en niet langer duurt dan tot 10.00 uur van de dag volgende op de dag van vorenbedoeld bezoek;

    • b.

      een vaartuig dat aanlegt aan de kade voor het doen van inkopen voor eigen gebruik en/of voor het bunkeren van brandstoffen ter voortbeweging van het vaartuig, mits dit niet langer duurt dan ten hoogste drie uren en gedurende die tijd niet wordt geladen en/of gelost;

    • c.

      een vaartuig dat aanlegt aan de kade - zonder te laden of te lossen - voor het doen verrichten van belangrijke herstellingen of veranderingen aan het vaartuig;

    • d.

      een vaartuig, waarvoor reeds aanleggeld is geheven, wordt geen verder recht geheven, indien het door ijsgang of andere redenen van overmacht, zijn reis niet kan beginnen of vervolgen;

  • 4. Het recht als bedoeld in artikel 1, vierde lid (los- en laadgeld) wordt niet geheven voor het laden en lossen van goederen in eigendom van of in gebruik bij of ten behoeve van de gemeente of het Rijk en uitsluitend bestemd voor de openbare dienst;

  • 5. Herstellingen of veranderingen aan het vaartuig zoals bedoeld in lid 3, onder c van dit artikel, worden als belangrijk aangemerkt, indien vitale delen van het vaartuig hun normale functie niet kunnen verrichten en het vaartuig als gevolg daarvan zolang niet als bedrijfs- of vaarklaar kan worden beschouwd;

  • 6. IJsgang, als bedoeld in lid 2, onder e en lid 2, onder d van dit artikel wordt gerekend te beginnen met de dag, waarop van rijkswege de betonning wordt weggenomen en op te houden met de dag waarop de betonning wordt herplaatst.

Artikel 8. Omzetbelasting

Alle in deze verordening genoemde tarieven zijn exclusief de verschuldigde omzetbelasting.

Artikel 9. Kwijtschelding

Bij de invordering van de op grond van deze verordening geheven rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10. Overgangsrecht

De ‘Verordening Scheepvaartrechten Cuijk 2021’, vastgesteld bij raadsbesluit van

14 december 2020, vervalt met ingang van de in artikel 11 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 11. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Artikel 12. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de ‘Verordening scheepvaartrechten Land van Cuijk 2023’.

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Land van Cuijk

in zijn openbare vergadering van 8 december 2022.

De griffier,

Richard van der Weegen

De voorzitter,

Wim Hillenaar

Bijlage 1. Tarieventabel behorende bij de “Verordening scheepvaartrechten Cuijk 2023” (tarieven met ingang van 1 januari 2023):

Hoofdstuk 1 Doorvaartrechten (haven Katwijk NB)

 

 

1.1

Grondslag voor de berekening van het doorvaartrecht is het laadvermogen van het vaartuig in tonnen.

 
 

1.2

Als laadvermogen in tonnen van het vaart­uig, geldt het aantal tonnen zoals dat blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief.

 
 

1.3

Het laadvermogen in tonnen van het vaartuig wordt door of namens de heffingsambtenaar in vergelijking tot soortgelijke vaartuigen ambtshalve vastgesteld indien de in het tweede lid bedoelde meetbrief niet wordt over­ge­legd of indien deze de vereiste gegevens niet ver­meldt.

 
 

1.4

Het doorvaartrecht bedraagt voor ieder vaartuig per ton laadvermogen

 

0,156

Hoofdstuk 2 Kadegelden (haven Katwijk NB)

 

 

2.1

Grondslagen voor de berekening van het kadegeld zijn de overgeslagen goederen in containers of de overgeslagen goederen op andere wijze per ton.

 
 

2.2

Wanneer er sprake is van vaartuigen die containers overslaan bedraagt het tarief per container voor elke met materialen c.q. producten gevulde overgeslagen container

 

1,43

2.3

Wanneer er sprake is van overslag van goederen op een andere wijze als bedoeld in onderdeel 2.2 bedraagt het tarief voor elke ton aan goederen

 

0,170

Hoofdstuk 3 Aanleggelden (loswal Cuijk)

 
 
 

3.1

Grondslag voor de berekening van het aanleggeld voor een vaar­tuig is de maximum toelaatbare waterverplaatsing van het vaartuig in kubieke meters.

 
 

3.2

Als de maximum toelaatbare waterverplaatsing van het vaart­uig, geldt het aantal kubieke meters zoals dat blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief

 
 

3.3

De maximum toelaatbare waterverplaatsing van het vaartuig in kubieke meters wordt door of namens de heffingsambtenaar in vergelijking tot soortgelijke vaartuigen ambtshalve vastgesteld indien de in het tweede lid be­doelde meet­brief niet wordt overgelegd of indien deze de vereis­te gegevens niet vermeldt.

 
 

3.4

Het recht bedraagt voor elk vaartuig,

 
 

3.4.1

dat goederen lost en/of laadt per m3 waterverplaatsing per week of een gedeelte daarvan:

 

0,129

3.4.2

dat betalende passagiers aan boord laat gaan en/of opneemt zonder goederen te lossen en/of laden per m3 waterver­plaatsing per week of gedeelte daarvan:

 

0,129

3.4.3

dat langer dan drie uur aan de kade verblijft zonder te lossen en/of te laden, zonder beta­lende passagiers aan boord te laten gaan en/of op te nemen, per m3 waterverplaatsing per dag of gedeelte daarvan (doorreistarief):

 

0,036

Hoofdstuk 4 Los- en laadgelden (loswal Cuijk)

 
 
 

4.1

Grondslag voor de berekening van het los- en laadgeld is de hoeveelheid te laden en/of te lossen goederen.

 
 

4.2

Het recht bedraagt per ton gewicht aan goederen:

 

0,129

Behorende bij raadsbesluit d.d. 8 december 2022.

Mij bekend,

de griffier,

Richard van der Weegen