Regeling vervallen per 01-01-2024

Verordening op de heffing en invordering van Leges Zaanstad 2023

Geldend van 08-12-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van Leges Zaanstad 2023

De gemeenteraad van Zaanstad,

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, en 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid en 7 van de Paspoortwet ;

besluit vast te stellen de "Verordening op de heffing en invordering van Leges Zaanstad 2023".

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

a.

dag:

de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

b.

week:

een aaneengesloten periode van zeven dagen;

c.

maand:

het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende maand altijd de laatste dag van de kalendermaand februari is;

d.

jaar:

het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

e.

kalenderjaar:

de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam “leges” worden rechten geheven voor:

  • a.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een dienst of het nemen van een besluit;

  • b.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • c.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een document;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager of degene voor wie de aanvraag is gedaan.

Artikel 4 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overige in dit artikel bepaalde.

  • 2.

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, een zegel, een nota of andere schriftuur, of een kennisgeving langs elektronische weg. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, digitaal op de betreffende website van de gemeente, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving of langs elektronische weg aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 6 Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen acht dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

    • c.

      langs elektronische weg in het aanvraagproces wordt gedaan onverwijld, dan wel als die mogelijkheid wordt geboden binnen 8 dagen na het indienen van de aanvraag langs elektronische weg;

    • d.

      langs elektronische weg na indiening van de aanvraag wordt gedaan, binnen 8 dagen na dagtekening van de kennisgeving.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het voorgaande lid gestelde termijnen.

Artikel 7 Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 8 Vrijstellingen

  • 1.

    Leges worden niet geheven voor:

    • a.

      Diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend;

    • b.

      Inlichtingen, welke ten behoeve van leden van de diplomatieke missie op verzoek worden verstrekt aan gezantschappen en consulaten van vreemde mogendheden;

    • c.

      Verzoeken inzake bewijzen van in leven zijn, vereist voor de uitbetaling van pensioenen, gagementen, wachtgelden of riddersoldijen;

    • d.

      Geschriften, inlichtingen, nasporingen of verrichtingen, vervaardigd, verstrekt of verricht ten behoeve van onvermogenden in hun persoonlijk belang, indien het onvermogen wordt bewezen door een verklaring, afgegeven door de burgemeester van hun woonplaats;

    • e.

      De aanvraag om een omgevingsvergunning voor een collector voor warmteopwekking of een paneel voor elektriciteitsopwekking, gedaan voor een woning.

    • f.

      diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 13.6 van de Omgevingswet zijn of worden verhaald.

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 10 Overgangsrecht

  • 1.

    De “Legesverordening Zaanstad 2022” van 9 november 2021, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 11 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2023.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Zaanstad 2023.

Artikel 13 Bekendmaking

Bekendmaking van deze verordening vindt overeenkomstig artikel 3 van de Bekendmakingswet elektronisch plaats.

TARIEVENTABEL BEHORENDE BIJ DE VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN LEGES ZAANSTAD 2023

Hoofdstuk 1 Algemene Dienstverlening

Paragraaf 1 Afschriften, uittreksels, kaarten, tekeningen, fotografische kopieën, reproducties en afdrukken en inzage

Art. 1.

Voor een fotografische kopie, reproductie, of gedrukt stuk per bladzijde:

a

Zwart-wit, enkelzijdig formaat A4

0,05*

b

Zwart-wit, dubbelzijdig formaat A4

0,10*

c

Zwart-wit, enkelzijdig formaat A3

0,10*

d

Zwart-wit, dubbelzijdig formaat A3

0,20*

e

Kleur, enkelzijdig, formaat A4

0,20*

f

Kleur, dubbelzijdig, formaat A4

0,40*

g

Kleur, enkelzijdig, formaat A3

0,40*

h

Kleur, dubbelzijdig, formaat A3

0,80*

Art. 2.

Voor kaarten en tekeningen, al dan niet behorende bij de in het eerste artikel genoemde stukken, dan wel kopieën of lichtdrukken daarvan, een en ander voor zover deze stukken in de volgende artikelen of in een andere belastingverordening van deze gemeente, dan wel in andere rechtsregels afzonderlijk zijn genoemd:

a

per kaart, tekening, lichtdruk of kopie:

5,30

b

Vermeerderd met € 1,18 voor elke 1.000 cm2, of gedeelte daarvan, waarmede de oppervlakte van de kaart of tekening 1.000 m2 te boven gaat.

Art. 3.

Voor een verordening:

a

per pagina

0,55

b

met een maximum van

34,20

Art. 4.

Voor een verordening op een digitale gegevensdrager wordt het aantal fysieke pagina´s op papier berekend met een toeslag van

2,75

Art. 5.

Per kopie van de kadastrale kaart op A3-formaat of A4-formaat een tarief van

7,90

Art. 6.

Per kopie van de stadsraamkaart op schaal 1:1000 of 1:2000 een tarief van

105,20

Art. 7.

Voor een verzoek om een plattegrond

5,85

Art. 8.

a.

voor een afschrift van een bestemmingsplan/uitwerkingsplan tot en met 100 pagina's

13,65

b.

voor iedere tekening die bij het onder a van dit artikel bedoelde afschrift gevoegd wordt, een extra tarief van

6,85

c.

voor een afschrift van een bestemmingsplan/uitwerkingsplan van méér dan 100 pagina’s, inclusief maximaal 6 tekeningen

60,95

d.

voor iedere tekening die extra bij het onder c van dit artikel bedoelde afschrift gevoegd wordt, een extra tarief van

6,85

Art. 9.

Voor het afhandelen van een aanvraag om digitaal een dossier in te zien

18,75

Paragraaf 2 Gemeentearchief

Art. 1.

Voor het op verzoek doen van naspeuring in de in het gemeentearchief berustende stukken door de daarvoor aangewezen ambtenaar, ongeacht het resultaat:

a

voor elk half uur of een deel daarvan

32,85

b

voor elk kwartier of een deel daarvan

16,40

Art. 2.

Voor een reproductie van een bij het gemeentearchief berustend stuk, per bladzijde:

a.

vervaardigd door middel van kopiëren of scannen:

-

A4-formaat, zwartwit

0,55

-

A4-formaat, kleur

0,60

-

A3-formaat, zwartwit

0,70

-

A3-formaat, kleur

0,75

b

vervaardigd door middel van kopiëren of scannen tegen een gereduceerd tarief voor scholieren, studenten en historische verenigingen:

-

A4-formaat

0,45

-

A3-formaat

0,55

c

vervaardigd door middel van een reader-printer (zelfbediening):

-

A4-formaat

0,60

-

A3-formaat

0,75

Art. 3.

Voor een reproductie van inventarissen en andere publicaties, die in eigen beheer bij het gemeentearchief zijn vervaardigd:

a

per bladzijde: A4-formaat (dubbelzijdig)

0,40

b

per omslag: A4-formaat, administratiekosten: per oplage

0,40

c

voor de levering van een digitaal bestand

3,20

d

vermeerderd met per megabyte aan data, of een gedeelte daarvan

5,05

Art. 4.

Voor de voorbereiding, het gereedmaken de controle en de administratieve afhandeling op verzoek, van door het gemeentearchief verstrekte stukken ter bruikleen aan een andere archiefbewaarplaats of instelling (exclusief materiaal-, porto- en verzekeringskosten die eveneens voor rekening van de bruiklener zijn),

a

per half uur of een deel daarvan

16,75

b

per kwartier of een deel daarvan

8,40

Art. 5.

Voor een nasporing en/of reproductie van door het Rijk in bewaring gegeven archiefstukken zijn de voor de rijksarchiefbewaarplaatsen vastgestelde tarieven van toepassing; deze tarieven zijn overeenkomstig met die, vermeld onder de artikelen 1 en 2 van deze paragraaf.

Art. 6.

Voor het vervaardigen van gewaarmerkte afschriften en/of uittreksels van de bij het gemeentearchief of ander archief berustende stukken, per akte of per set bijlagen:

26,40

Paragraaf 3 Huwelijksvoltrekking en registratie van partnerschap

Art. 1.

Het tarief voor een huwelijksvoltrekking of registratie van een partnerschap dan wel een omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk op het stadhuis is:

a.

op maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag

334,20

b.

op woensdag en donderdag om 9:00 uur en 9:30 uur, zonder toespraak in de trouwzaal

203,30

c.

op woensdag en donderdag om 8:30 uur, zonder toespraak in de ondertrouwkamer en zonder genodigden

0

d.

voor stellen met een gezamenlijk inkomen op of onder de bijstandsnorm, waarbij ten minste één van de partners in Zaanstad woonachtig is, in de trouwzaal, met toespraak en genodigden

0

Art. 2.

Het tarief voor een omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, na het maken van een afspraak met de ambtenaar van de burgerlijke stand, aan de loketten van de afdeling Klantcontact Burgerzaken anders dan de uren die door de ambtenaar van de burgerlijke stand zijn aangewezen als kosteloze uren zonder toespraak en zonder genodigden is

71,60

Art. 3.

Het tarief voor een huwelijksvoltrekking of registratie van een partnerschap dan wel een omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, op een vrije huwelijkslocatie zoals aangewezen door het college van B&W is

a.

op maandag tot en met vrijdag tussen 09:00 uur en 17:00 uur

441,05

b.

op maandag tot en met vrijdag tussen 17:05 uur en 23:55 uur

551,30

c.

op zaterdag tussen 9:00 uur en 17:00 uur

661,65

d.

op zaterdag tussen 17:00 uur en 23:00 uur

882,15

Art. 4.

Het tarief voor een huwelijksvoltrekking of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis als bedoeld in artikel 64 van het Burgerlijk Wetboek (boek I) is

238,25

Art. 5.

Het tarief voor een huwelijksvoltrekking of registratie van een partnerschap buiten de uren genoemd in het Reglement burgerlijke stand van de gemeente Zaanstad c.q. genoemd in deze verordening bedraagt

1.117,00

Art. 6.

Het tarief voor het beschikbaar stellen van getuigen van gemeentewege, per getuige is

20,10

Art. 7.

De tarieven genoemd in het eerste, tweede, derde artikel zijn inclusief de kosten voor een trouwboekje of boekje registratie partnerschap en exclusief een uittreksel uit de huwelijksakte of akte van registratie van het partnerschap.

Art. 8.

Het tarief voor het verstrekken van een trouwboekje of boekje registratie partnerschap, dan wel een duplicaat daarvan bedraagt exclusief uittreksel uit de huwelijksakte of uittreksel uit de akte van de registratie van het partnerschap, is

19,35

Art. 9.

Het tarief voor het benoemen van een bijzonder ambtenaar van de burgerlijke stand voor een éénmalige gebeurtenis, is

220,80

Paragraaf 4 Verstrekkingen uit de registers van de burgerlijke stand

Art. 1.

Voor het verstrekken van een afschrift of een uittreksel als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand uit de registers van de burgerlijke stand, zoals is opgenomen in het legesbesluit akten burgerlijke stand.

14,30

Art. 2.

Voor het verstrekken van een verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand

25,10

Art. 3.

Voor het verstrekken van een laissez-passer voor lijken

20,90

Art. 4.

Voor het verstrekken van een verlof tot lijkbezorging buiten de daarvoor geldende wettelijke termijn

20,90

Paragraaf 5 Verstrekkingen in het kader van de basisregistratie personen

Art. 1.

Voor de toepassing van het tweede lid van deze paragraaf wordt, onder één verstrekking verstaan: verstrekking van één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

Art. 2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

a

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

13,20

b

tot het verstrekken van gegevens op verzoeken conform artikel 2.55 van de Wet basisregistratie personen

23,45

c

tot het verstrekken van een selectie uit de basisregistratie personen bijvoorbeeld aantallen personen of panden een vast bedrag van

522,45

Art. 3.

Voor de toepassing van het vierde lid wordt onder één verstrekking verstaan verstrekking van één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen

Art. 4.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens per verstrekking

13,20

Art. 5.

Voor de toepassing van het zesde lid wordt onder verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent personen in het kader van een stamboom- c.q. nalatenschap onderzoek die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

Art. 6.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens, die nasporing van de registers vereisen, voor elk daaraan te besteden kwartier of gedeelte daarvan

23,75

Paragraaf 6 Verklaringen/uittreksels/documenten omtrent personen

Voor het in behandeling nemen van een:

Art. 1.

verzoek om een verklaring omtrent het gedrag, zoals geregeld is in de laatst vastgestelde Regeling leges afdracht vergoeding verklaring omtrent het gedrag van natuurlijke personen en rechtspersonen, dat uitvoering geeft aan artikel 39 tweede lid van de Wet Justitiële gegevens.

41,35

Art. 2.

verzoek om een attestatie de vita (bewijs van in leven zijn)*

14,15

Art. 3.

verzoek om een bewijs van Nederlanderschap (afschrift uit de basisregistratie personen)

13,20

Art. 4.

verzoek om een handtekening te legaliseren

13,20

Art. 5.

verzoek om een document te waarmerken

13,20

Art. 6.

verzoek tot het verstrekken van elke andere verklaring/uittreksel/document omtrent een persoon, voor zover niet afzonderlijk in deze verordening opgenomen

13,20

Paragraaf 7 Reisdocumenten en rijbewijzen

Voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

Art. 1.

van een nationaal paspoort, zakenpaspoort, of faciliteitenpaspoort:

a

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is;

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter a ten eerste van het Besluit paspoortgelden

b

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt;

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter a ten tweede van het Besluit paspoortgelden

Art. 2.

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen;

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter b van het Besluit paspoortgelden

Art. 3.

van een Nederlandse identiteitskaart:

a

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is;

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter c ten eerste van het Besluit paspoortgelden

b

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt;

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter c ten tweede van het Besluit paspoortgelden

c

van een vervangende Nederlandse identiteitskaart, voor een persoon met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter d van het Besluit paspoortgelden

Art. 4.

om een spoedlevering van bovenstaande documenten, wordt het tarief genoemd in artikel 1, 2 of 3 van deze paragraaf vermeerderd met;

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter e van het Besluit paspoortgelden

Art. 5.

om het bezorgen van een reisdocument of Nederlandse identiteitskaart, wordt het tarief genoemd in artikel 1, 2 of 3 van deze paragraaf, vermeerderd met:

Het maximale tarief zoals hiervoor vastgesteld in artikel 6, lid 2 letter f van het Besluit paspoortgelden

Art. 6.

Rijbewijzen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs:

41,60*

Art. 7.

Het tarief zoals in artikel 6 genoemd voor het rijbewijs wordt:

a

bij een aanvraag om een spoedlevering vermeerderd met

34,10*

b

bij een aanvraag in verband met vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs, vermeerderd met

27,05*

c

na de inwerkingtreding van de wet Digitale Overheid verhoogd met de extra afdracht van de gemeente hiervoor aan het RDW op grond van de Regeling tarieven Dienst Wegverkeer.

Paragraaf 8 Vervallen

Paragraaf 9 Wegenverkeerswet, Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

Het tarief bedraagt:

Art. 1.

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing ingevolge de Wegenverkeerswet of een daarop steunende regeling voor het vervoeren van buitengewoon zware lasten dan wel voorwerpen van buitengewone afmetingen

24,95

Art. 2.

a. voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), met of zonder medische keuring door een keuringsarts

96,88

b. voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een medische keuring op eigen huisadres

64,65

Art. 3.

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om toestemming te verkrijgen voor een tijdelijke verkeersmaatregel binnen Zaanstad

64,15

Art. 4.

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor een gehandicaptenparkeerplaats

103,75

Art. 5.

voor het in behandeling nemen van een aanvraag om het

-

wijzigen van het kenteken van een gehandicaptenparkeerplaats

51,85

-

verplaatsen van een gehandicaptenparkeerplaats

51,85

Paragraaf 10 Kabels en leidingen, en Verordening fysieke leefomgeving

Art. 1.

a. Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot instemming of vergunning zoals bedoeld in de artikelen 5.12 lid 1 of 5.22 lid 1 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan, bedraagt

553,20

b. Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot instemming of vergunning zoals bedoeld in lid a van dit artikel, waarbij de lengte van de werkzaamheden kleiner is dan 25 m1, bedraagt

129,65

Modaliteiten

Art. 2.

Indien er omtrent de aanvraag zoals bedoeld in lid a van artikel 1 overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, wordt het in lid 1 letter a genoemde bedrag verhoogd met 50%.

Art. 3.

Indien voor de aanvraag meer werk moet worden gedaan, dan de werkzaamheden zoals in de eerste drie leden van deze paragraaf genoemd, worden de meerkosten op basis van een door of namens de Heffingsambtenaar opgestelde begroting voorgelegd.

Art. 4.

Als de bedoelde begroting en het totaalbedrag aan kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht, wordt de melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag daarna, tenzij de aanvraag voor die datum schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 11 Winkeltijdenwet

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een incidentele ontheffing als bedoeld in artikel 4 van de Verordening Winkeltijden 2022

218,75

Art. 2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een permanente ontheffing voor avondwinkels als bedoeld in artikel 5 van de Verordening Winkeltijden 2022

601,60

Art. 3.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een kleine administratieve wijziging in een bestaande ontheffing

109,40

Paragraaf 12 Gevaarlijke stoffen

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om

a

een ontheffing van de route gevaarlijke stoffen zoals bedoeld in artikel 29 van de Wet vervoer van gevaarlijke stoffen

230,55

b

een verlenging van een ontheffing voor vervoer van gevaarlijke stoffen

77,05

c

een toestemming voor het laden en lossen van vuurwerk ingevolge de Wet Vervoer Gevaarlijke Stoffen

63,15

Art. 2.

Voor de Vergunning consumentenvuurwerk zie hoofdstuk 3,

Paragraaf 13 Kansspelen

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor de exploitatie van een speelautomatenhal als bedoeld in artikel 4 van de verordening Speelautomaten, van:

a

een nieuwe vergunning

1.698,20*

b

een aangepaste vergunning, als gevolg van een wijziging

233,25*

c

een aangepaste vergunning:

d

als gevolg van bijschrijven van een beheerder

154,40*

e

als gevolg van bijschrijving van iedere beheerder meer dan één, geldt voor iedere beheerder meer een toeslag van

51,45*

f

een kleine administratieve wijziging in een bestaande vergunning

74,70

Art. 2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor onbepaalde tijd in de zin van artikel 30b van de Wet op de Kansspelen:

a

voor de aanwezigheid van één speelautomaat

226,50*

b

het bedrag zoals bedoeld in het eerste lid van dit artikel wordt, voor de aanwezigheid van iedere volgende speelautomaat verhoogd met een bedrag van

136,00*

Art. 3.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

44,20*

Paragraaf 14 Leegstandwet en Huisvestingswet

Art. 1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet of een verlenging van deze vergunning als bedoeld in het negende lid van dit artikel

64,15

Art. 2.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot indeling in een urgentiecategorie als bedoeld in artikel 13, tweede lid van de Huisvestingswet 2014

60,35

Paragraaf 15 Vergunning ligplaats woonschip

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het innemen van een ligplaats met een woonschip, als bedoeld in artikel 4,van de Woonschepenverordening 2010

259,35

Art. 2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een wijziging tenaamstelling, of een wijziging als bedoeld in resp. artikel 8 en 9 van de Woonschepenverordening 2010 of de artikelen in de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad waarin dit zal worden geregeld

103,40

Art. 3.

Indien een aanvraag als bedoeld in de artikelen 1 en 2 van deze paragraaf buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt 50% van de leges in rekening gebracht.

Paragraaf 16 Vergunning Standplaats

Art. 1.

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het innemen of hebben van een standplaats, bedoeld in artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere artikelen van dit hoofdstuk als het ook gaat om de in die artikelen bedoelde activiteiten, voor:

a.

een vaste standplaats

387,10

b.

een wijziging van een vergunning

51,85

c.

een tijdelijke standplaats

88,85

Paragraaf 17 Havens en vaarwegen

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een

a

Bijzonder transportvergunning eenmalig. (1.21 BPR);

75,05

b

Bijzonder transportvergunning. Jaarvergunning (1.21 BPR);

158,40

c

Bijzonder transportvergunning. Complexe aanvraag (1.21 BPR);

Begroting*

d

ontheffing voor: Eenvoudige werkzaamheden op en of aan het water (1.23 BPR);

213,90

e

ontheffing voor: Complexe werkzaamheden op en of aan het water (1.23 BPR);

Begroting*

f

vergunning voor: Snel varen waar dit niet is toegestaan (BPR 8.06)

209,70

g

ontheffing voor: Zwemmen op plaatsen waar dit niet is toegestaan (BPR 8.08);

209,70

h

vergunning voor: Voorwerpen op, in of boven water zoals bedoeld in artikel 5.61 in de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad , of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan

186,15

i

vergunning om een ligplaats in te nemen zoals bedoeld in artikel 5.62 in de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan

186,15

j

Ligplaats, verplaatst

k

Rondvaarten, verplaatst

l

ontheffing om een vaartuig als opslagplaats gebruiken zoals bedoeld in artikel 5.64 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan

186,50

m

ontheffing voor IJsbreken (5.38 APV)

186,15

n

vergunning voor het economisch opleggen van vaartuigen langer dan 2 weken (APV 5.39);

186,15

o

vergunning voor Baggerwerkzaamheden zoals bedoeld in artikel 5.67 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan

325,00

p

vergunning voor het Bouwen, herstellen, droogzetten en slopen vaartuigen zoals bedoeld in artikel 5.68 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan

325,60

q

vergunning voor: Vaste ligplaats bij aangewezen kades zoals bedoeld in artikel 5.62 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan

44,25

r

wijziging vaste ligplaats zoals bedoeld in artikel 5.62 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan

22,15

*blijkend uit een begroting die die door of namens de Heffingsambtenaar is opgesteld.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Paragraaf 18 Ontheffing op grond van de Tijdelijke wet Covid 19

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing op basis van de Tijdelijke wet Covid 19

76,75

Paragraaf 18a In dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet genoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking, die niet valt onder de Europese dienstenrichtlijn, de aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of namens de heffingsambtenaar is opgesteld.

Art. 2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Hoofdstuk 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving / omgevingsvergunning

Paragraaf 19 Omgevingsvergunning

Art. 1.1

Begripsomschrijvingen

a.

In deze paragraaf voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld

b.

In deze paragraaf voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld

c.

Heffingsgrondslag: dit is de grondslag op basis waarvan leges worden geheven. Er worden verschillende grondslagen gebruikt, afhankelijk van het te leveren product:

1.

Tarief per vierkante meter, gebaseerd op de hoofdfunctie per bouwlaag van het gebouw of de uitbreiding daarvan. Er wordt uitgegaan van de bruto-vloeroppervlakte in vierkante meters, Het bruto vloeroppervlak is de oppervlakte gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de opgaande scheidingsconstructies die de betreffende ruimten omhullen.

2.

Vast tarief per product, als omschreven in het van toepassing zijnde artikel.

3.

Bouwkosten of sloopkosten inclusief BTW.

d.

Bouwkosten: de directe en indirecte kosten zoals hieronder vermeld.

Directe bouwkosten

Arbeid, materieel, materiaal welke direct toe te kennen zijn aan de te bouwen elementen.

Indirecte bouwkosten

Overige kosten die betrekking hebben op de bedrijfsvoering van de uitvoerende partij. Dit zijn:

-

Algemene bouwplaatskosten (ABK) zoals die voor benodigde water en stroom voorzieningen evenals aansluitkosten hiervoor, opbouw en afbreken van bouwketen en loodsen, huur van keten en loodsen, in- en externe huurtarieven materiaal en gereedschappen, kraankosten, droog houden van de bouwput, bouwwegen, bronbemalingen, laden en lossen van de bouwmaterialen en materieel, opruimen en schoonmaakkosten op de bouwplaats evenals schoonmaakkosten van het gebouw voor oplevering, alle overige tijdelijke voorzieningen om het bouwwerk te realiseren. Diverse voorbereidend en begeleidend personeel van de aannemer tijdens de bouw.

-

Winst en risico worden door de aannemer bepaald aan de hand van een percentage of bedrag. Winst: de gewenste winst op een project. Risico: onvoorziene omstandigheden, uitvoeringsrisico's, niet verrekenbare lonen, materiaalkosten en kostenstijgingen.

Niet tot de bouwkosten behoren:

-

verwervingskosten van de grond;

-

infrastructurele kosten;

-

aansluitkosten;

-

inrichtingskosten (zoals losse inrichting en bedrijfs-installaties);

-

bijkomende kosten zoals: honoraria, omzetbelasting en verzekeringen.

Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt onder de bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald, voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft.

e.

Sloopkosten: De aannemingssom inclusief omzetbelasting of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze verordening onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft (inclusief omzetbelasting);

f.

Hoofdfunctie: de aard van het gebruik dat in overwegende mate plaatsvindt per bouwlaag van het gebouw of de uitbreiding daarvan. Er is één hoofdfunctie mogelijk per bouwlaag.

- Maatschappelijk:

Bouwwerken ten behoeve van maatschappelijke dienstverlening en uitoefening van een sport.

Voorbeelden: school, buurthuis, bijeenkomstgebouw, bibliotheek, kinderdagverblijf, gevangenis, psychiatrische inrichting, verzorgingshuis, huisarts, tandarts, ziekenhuis, kerk, rouwcentrum, sporthal.

- Economisch:

Bouwwerken ten behoeve van activiteiten gericht op commerciële dienstverlening

Voorbeelden: restaurant, bakkerij, supermarkt, winkel, galerie, kantoorpand.

- Wonen:

Bouwwerken (inclusief de eventuele op-, aan- en uitbouwen) die gebruikt worden voor bewoning en waardoor vierkante meters aan de functie wonen worden toegevoegd.

Voorbeelden: woning, garage bij woning, berging, kelder, aan- en/ of uitbouw van woning, appartementengebouw, studentenflat.

- Industrie:

Bouwwerken ten behoeve van het bewerken en verwerken van grondstoffen. Tevens functies die in het algemeen te vinden zijn op een industrieterrein.

Voorbeelden: fabriekshal, bierbrouwerij, autogarage (geen verkoop), trafostation.

- Agrarisch:

Bouwwerken ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering.

Voorbeelden: stallen, ligboxenstal, machineberging t.b.v. agrarisch gebruik.

- Parkeergarages:

Bouwwerken ten behoeve van het parkeren c.q. stallen van voertuigen.

Voorbeelden: zelfstandige parkeergarages voor openbaar gebruik; parkeergarages in gebouwen. Individuele garages vallen hier niet onder.

Als sprake is van een parkeergarage naast een andere hoofdfunctie, dan moet de parkeergarage apart berekend worden: voor een bouwwerk met een parkeergarage, wordt voor de legesberekening van de parkeergarage de functie ‘parkeergarages’ gekozen. Voor de legesberekening van de rest van het bouwwerk wordt de juiste bijbehorende functie gekozen.

- Overige functies (paragraaf 21, artikel 8 letter b)::

Gebouwen of de uitbreiding daarvan die niet in artikel 8 letter a zijn genoemd.

Voorbeelden: romneyloodsen, kassen, luchtbrug bij station;

Bouwwerken geen gebouw zijnde;

Voorbeelden: antennemasten, reclamezuilen en windmolens.

Tijdelijke bouwwerken met een instandhoudingtermijn van maximaal tien jaar;

Onderhoudswerkzaamheden aan gebouwen;

Het veranderen of verbouwen van gebouwen zonder uitbreiding daarvan en voor gevelwijzigingen en dakkapellen.

- Funderingsherstel:

Het herstellen van de fundering.

g.

Totale oppervlakte: de som van de bruto-vloeroppervlaktes van alle bouwlagen van het gebouw of de uitbreiding daarvan.

h.

Vergunningenadvies: een onderzoek naar de wenselijkheid, haalbaarheid en/of vergunbaarheid van een initiatief.

i.

Quickscan: De eerste planologische toetsing met betrekking tot een verzoek om Vergunningenadvies van een ingediend plan.

Uit de uitkomsten van deze eerste toetsing kan de aanvrager bepalen of hij voldoende informatie heeft óf - in overleg met de vergunningverlener - deeladviezen wil aanvragen.

j.

Deeladvies: Een op de quickscan volgende toetsing van een ingediend plan voor wat betreft een deelonderwerp binnen het vergunningenadvies.

k.

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

l.

Bouwblok: een bouwkundige eenheid die een fundering deelt.

m.

BLITTS: een webapplicatie waarmee voor bepaalde plannen in Zaanstad een omgevingsvergunning kan worden aangevraagd.

Art. 1.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project wordt berekend naar de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in deze paragraaf. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd

Art. 1.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5 eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

-

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze paragraaf voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

-

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in deze paragraaf voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

Art. 2.

Verklaring vergunningvrije activiteit

Voor een schriftelijke verklaring dat een activiteit vergunningvrij is bedraagt het tarief

69,30

Art. 3.

Niet in behandeling nemen

Voor een aanvraag die niet in behandeling wordt genomen omdat deze niet vergunningplichtig is, bedraagt het tarief

69,30

Art. 4.

Buiten behandeling stellen

Wanneer een aanvraag om omgevingsvergunning door de gemeente buiten behandeling wordt gesteld, wordt de aanslag zoals die op grond van dit hoofdstuk zou worden berekend

a.

voor een aanvraag die past in het bestemmingsplan verminderd tot

106,85

b.

voor een aanvraag die strijdig is met het bestemmingsplan, verminderd tot

518,65

Art. 5.

Vervallen

Art. 6.

Vergunningenadvies

a.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het verkrijgen van een quickscan

373,45

b.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek tot het verkrijgen van een deeladvies, bedraagt per deeladvies

267,40

c.

Voor deeladviezen die betrekking hebben op de toetsingen zoals genoemd in de artikelen 9, 10, 11, 12 en 13 van deze paragraaf, gelden de tarieven zoals die in die artikelen genoemd zijn.

Art. 7.

Achteraf ingediende aanvraag (aanvraag legalisatie)

Onverminderd het bepaalde in artikel 8 wordt - als de in dat artikel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit - het tarief verhoogd met 50%.

Art. 8.

Bouwactiviteiten

a.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit, als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder a van de Wabo, voor nieuwbouw of het uitbreiden van een gebouw, wordt het tarief voor het in behandeling nemen bepaald op basis van de totale oppervlakte, aan de hand van onderstaande tabel, waarbij een minimum geldt van

569,50

Hoofdfunctie per bouwlaag. Totale oppervlakte van alle bouwlagen van het gebouw of de uitbreiding daarvan

Prijs per m2

Wonen

-

voor de eerste 1000 m²

34,00

-

voor iedere vierkante meter meer dan 1000 m²

24,30

Maatschappelijk / economisch

-

voor de eerste 1000 m2

58,25

-

voor iedere vierkante meter meer dan 1000 m²

32,80

Industrie (alleen m² van de begane grond)

-

voor de eerste 1000 m²

28,25

-

voor iedere vierkante meter meer dan 1000 m²

20,55

Agrarisch, per m²

8,05

Parkeergarages, per m²

12,10

Als er sprake is van een bouwwerk met een parkeergarage, wordt voor de legesberekening van de parkeergarage de functie ‘parkeergarages’ gekozen. Voor de legesberekening van de rest van het bouwwerk wordt de juiste bijbehorende functie gekozen.

b.

In afwijking van de hierboven bij sub a genoemde tarieven, geldt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning die betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder a van de Wabo, voor:

-

gebouwen of de uitbreiding daarvan die niet in bovengenoemde tabel zijn genoemd;

-

bouwwerken geen gebouw zijnde;

-

tijdelijke bouwwerken met een instandhoudingtermijn van maximaal tien jaar;

-

onderhoudswerkzaamheden aan gebouwen;

-

het veranderen of verbouwen van gebouwen zonder uitbreiding daarvan en voor gevelwijzigingen en dakkapellen;

1.

voor bouwkosten tot en met € 900.000 een tarief van 2,6% van de bouwkosten, waarbij een minimum geldt van €569,50; en

2.

indien de bouwkosten € 900.000 te boven gaan, wordt het bedrag genoemd onder 1 voor het gedeelte van de bouwkosten dat € 900.000 overschrijdt, verhoogd met een tarief van 2% van de bouwkosten.

c.

Funderingsherstel

Voor het in behandeling nemen van de bouwactiviteit funderingsherstel voor een bouwblok of een gedeelte daarvan, als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder a van de Wabo, bedraagt het tarief

801,50

d.

Berekening bouwleges:

Voor omvangrijke projecten wordt het totale legesbedrag, genoemd onder de onderdelen a of b, verminderd op de volgende wijze:

-

Bij een legesbedrag tot en met € 100.000 wordt het volledige bedrag geheven.

-

Bij een legesbedrag tussen de € 100.000 tot en met € 200.000 wordt € 100.000 plus 90 % van het restant legesbedrag boven de € 100.000 geheven.

-

Bij een legesbedrag tussen de € 200.000 tot en met € 300.000 wordt € 190.000 plus 80 % van het restant legesbedrag boven de € 200.000 geheven.

-

Bij een legesbedrag tussen de € 300.000 tot en met € 400.000 wordt€ 270.000 plus 70 % van het restant legesbedrag boven de € 300.000 geheven.

-

Bij een legesbedrag tussen de € 400.000 tot en met € 500.000 wordt € 340.000 plus 60 % van het restant legesbedrag boven de € 400.000 geheven.

-

Bij een legesbedrag boven de € 500.000 wordt € 400.000 plus 50 % van het restant legesbedrag boven de € 500.000 geheven.

e.

BLITTS

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanvraag voor een bouwactiviteit die aangevraagd is middels de BLITTS webapplicatie bedraagt het tarief:

433,90

Art. 9.

Activiteiten met betrekking tot monumenten

a.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2 lid 1 onder b

sub 2º van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening, of de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad aangewezen monument (met uitzondering van sloopactiviteiten), waarvoor een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

364,25

b.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder f van de Wabo met betrekking tot een krachtens de Monumentenwet 1988 aangewezen monument (met uitzondering van sloopactiviteiten), waarvoor een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

364,25

Art. 10.

Welstandsadvies

a.

Het tarief voor elke ambtelijke toetsing aan de criteria voor redelijke eisen van welstand

137,05

b.

Het tarief voor elke behandeling in de welstandscommissie ten behoeve van een aanvraag om omgevingsvergunning is 7% van het tarief voor het in behandeling nemen van een omgevingsvergunning, met een minimum van € 133,05 en een maximum van € 2.660,55 per aanvraag om omgevingsvergunning.

Art. 11.

Beoordeling bodemrapport, beoordeling ecologische rapportage

a.

Het tarief voor het beoordelen van de resultaten van een bodemonderzoeksrapport inzake de milieukundige gesteldheid van de bodem is voor het te bebouwen gedeelte van het perceel:

-

kleiner dan of gelijk aan 400 m2

373,95

-

groter dan 400 m2

553,95

b.

Het tarief voor het beoordelen van de resultaten van een bodemonderzoeksrapport inzake de archeologische gesteldheid van de bodem is bij een omvang van het perceel waarop de aanvraag betrekking heeft of bij een omvang van het te onderzoeken perceel van:

-

kleiner dan of gelijk aan 400 m2

373,95

-

groter dan 400 m2

553,95

c.

Het tarief voor het beoordelen van een ecologische rapportage

-

Voor de toetsing van een quickscan

207,45

-

Voor de toetsing van een volledige rapportage

414,95

Art. 12.

Advies onafhankelijke commissie

Het tarief voor advies van een onafhankelijke commissie, anders dan de welstandscommissie bedraagt:

1016,55

Art. 13.

Aanlegactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder b van de Wabo, bedraagt het tarief

352,65

Art. 14.

Een aanvraag voor gebruik in strijd met het bestemmingsplan of de beheersverordening die onlosmakelijk verbonden is met een bouw en/of aanlegactiviteit.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor gebruik in strijd met het bestemmingsplan of de beheersverordening als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder c van de Wabo die onlosmakelijk verbonden is met een bouwactiviteit en/of aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder a en b van de Wabo is het tarief, afhankelijk van de voor het strijdige gebruik te voeren procedure, zoals hieronder vermeld . Het van toepassing zijnde tarief geldt ongeacht of de aanvraag voor strijdig gebruik voorafgaand aan - of tegelijkertijd met de overige onlosmakelijke activiteiten wordt aangevraagd en geldt tevens ongeacht de beslissing op die aanvraag voor strijdig gebruik.

Afwijkingsprocedure voor strijdig gebruik

a.

Indien art. 2.12 lid 1 sub a, onder 1 Wabo (binnenplanse afwijking), art. 2.12 lid 1 sub a, onder 2 Wabo (buitenplanse afwijking met een reguliere procedure) of art. 2.12 lid 2 Wabo (tijdelijke afwijking) wordt toegepast, bedraagt het tarief

729,90

b.

Indien art. 2.12 lid 1 sub a, onder 3 Wabo (afwijking van het bestemmingsplan of de beheersverordening met een uitgebreide procedure) wordt toegepast, bedraagt het tarief bij een totale oppervlakte van alle bouwlagen van het gebouw of de uitbreiding daarvan, of de totale oppervlakte van het terrein waarop de bouw- of aanlegactiviteit betrekking heeft:

-

kleiner dan of gelijk aan 50 m2

1.627,10

-

van 50 m2 tot en met 1000 m2

6.425,40

-

groter dan 1000 m2

11.478,40

c.

Indien de in sub a van dit artikel bedoelde aanvraag voor een afwijking bij een standplaatsvergunning wordt geweigerd, geldt een tarief van

69,30

NB. Tarieven zijn inclusief het voeren van de afwijkingsprocedure en het maken en/of beoordelen van een ruimtelijk rapport ten behoeve van de afwijkingsprocedure.

Art. 15.

Een aanvraag voor gebruik in strijd met het bestemmingsplan of de beheersverordening die niet onlosmakelijk verbonden is met een bouw- of aanlegactiviteit

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor gebruik in strijd met het bestemmingsplan of de beheersverordening als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder c van de Wabo die niet onlosmakelijk verbonden is met een bouwactiviteit of aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder a en b van de Wabo en derhalve zonder deze activiteiten wordt aangevraagd is het tarief, afhankelijk van de voor het strijdige gebruik te voeren procedure, zoals hieronder vermeld. Het van toepassing zijnde tarief geldt ongeacht de beslissing op die aanvraag voor strijdig gebruik.

Afwijkingsprocedure voor strijdig gebruik

a.

Indien art. 2.12 lid 1 sub a, onder 1 Wabo (binnenplanse afwijking), art. 2.12 lid 1 sub a, onder 2 Wabo (buitenplanse afwijking met een reguliere procedure) of art. 2.12 lid 2 Wabo (tijdelijke afwijking) wordt toegepast, bedraagt het tarief

729,90

b.

Indien art. 2.12 lid 1 sub a, onder 3 Wabo (afwijking van het bestemmingsplan of de beheersverordening met een uitgebreide procedure) wordt toegepast bedraagt het tarief bij een totale oppervlakte van de afwijking:

-

kleiner dan of gelijk aan 50 m2

1.084,75

-

groter dan 50 m2

3.571,70

NB. Tarieven zijn inclusief het voeren van de ontheffingsprocedure en het maken en / of beoordelen van een ruimtelijk rapport ten behoeve van de ontheffingsprocedure.

Art. 16.

Afwijking Verordening fysieke leefomgeving (voor zover geldend als bouwverordening)

Voor het in behandeling nemen van een afwijking van de Bouwverordening Zaanstad 2008 als bedoeld in artikel 11 van de Woningwet is het tarief

178,65

Art. 17.

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveilig gebruik.

a.

Indien het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder d van de Wabo, bedraagt het tarief, voor een bouwwerk met een oppervlakte:

1.

tot 100 m2 een vast bedrag van

702,50

2.

van 100 tot 500 m2 een bedrag van € 3,85 per m², te vermeerderen met een vast bedrag van

267,65

3.

van 500 tot 2.000 m2 een bedrag van € 1,30 per m², te vermeerderen met een vast bedrag van

1.726,95

4.

van 2.000 tot 5.000 m2 een bedrag van € 0,35 per m², te vermeerderen met een vast bedrag van

3.892,85

5.

van 5.000 tot 50.000 m2 een bedrag van € 0,10 per m², te vermeerderen met een vast bedrag van

5.190,50

6.

groter dan 50.000 m²

11.239,45

b.

Indien de in sub a van dit artikel bedoelde aanvraag in samenspraak met de veiligheidsregio en gemeente gedaan wordt en deze aanvraag voor een verzorgingstehuis is waarvoor al een vergunning is afgegeven en tot doel heeft de brandveiligheid verder te verbeteren, worden de tarieven van dit artikel niet in rekening gebracht.

Art. 18.

Sloopactiviteiten

Het tarief voor het in behandeling nemen van een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk, als bedoeld in artikel 2.1 eerste lid onder f, g en h en artikel 2.2 eerste lid onder b sub 1º en c van de Wabo is 2,6% van de sloopkosten inclusief BTW, met een minimum van € 133,05 per aanvraag.

Art. 19.

Uitweg/inrit/wijziging weg

a.

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 5.52 Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2 eerste lid, aanhef en onder e van de Wabo, bedraagt het tarief:

108,85

b.

Indien de aanvraag om een (omgevings)vergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg, de verharding daarvan op te breken, in een weg te graven of te spitten, aard of breedte van de wegverharding te veranderen of anderszins verandering te brengen in de wijze van aanleg van een weg ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 5.51 Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2 eerste lid, aanhef en onder e van de Wabo of artikel 5.51 Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad bedraagt het tarief:

108,85

Art. 20.

Kappen of vellen van een boom

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.11 van de APV of artikel 5.100 in de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad - ook als een vergunning is vereist, als bedoeld in artikel 2.2 eerste lid, aanhef en onder g van de Wabo of 5.104 Verordening fysieke leefomgeving (snoeien, knotten en kandelaberen), bedraagt het tarief:

210,60

Art. 21.

Teruggaaf / vermindering

a.

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op vermindering van een deel van de leges. Indien de aanvraag schriftelijk wordt ingetrokken binnen een termijn van drie weken na het in behandeling nemen ervan is het tarief

108,45

b.

Indien een aanvraag om een omgevingsvergunning wordt ingetrokken ná een termijn van drie weken na het in behandeling nemen ervan, en de omgevingsvergunning nog niet is verleend, worden de verschuldigde leges verminderd tot 75%. Deze vermindering geldt niet voor de tarieven in de artikelen 19 en 20 van deze paragraaf.

c.

Voor een aanvraag voor gebruik in strijd met het bestemmingsplan of de beheersverordening als bedoeld in artikel 14 van deze paragraaf, waarvoor alleen met een uitgebreide procedure van het bestemmingsplan of de beheersverordening kan worden afgeweken, is het tarief, wanneer deze aanvraag wordt geweigerd of ingetrokken voordat de ruimtelijke onderbouwing is geschreven 50% van het van toepassing zijnde tarief uit artikel 14.

d.

Voor een aanvraag voor gebruik in strijd met het bestemmingsplan of de beheersverordening als bedoeld in artikel 15 van deze paragraaf, waarvoor alleen met een uitgebreide procedure van het bestemmingsplan of de beheersverordening kan worden afgeweken, is het tarief, wanneer deze aanvraag wordt geweigerd of ingetrokken voordat de ruimtelijke onderbouwing is geschreven 50% van het van toepassing zijnde tarief uit artikel 15.

e.

Indien een aanvraag om een omgevingsvergunning van rechtswege is verleend, worden de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor de activiteit bouwen en/of aanleggen, als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder a en b van de Wabo met 50% verminderd. De overige leges worden volledig in rekening gebracht.

f.

Indien de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten weigert en deze weigering staat in rechte definitief vast, dan bestaat aanspraak op vermindering van een deel van de leges. De vermindering bedraagt 20% van de leges zoals die voor de bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten wordt berekend.

Onder een weigering wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

De vermindering zoals in dit lid bedoeld, vindt zodanig plaats dat nooit minder dan het minimumbedrag van € 569,50 verschuldigd is.

g.

Voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor het afmeren of verbouwen van een woonboot die gebouwd is voor 1 januari 2018, worden de leges zoals genoemd in artikel 8 van deze paragraaf berekend op 80%.

Art. 22.

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

a.

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project, bedraagt 2,6% van de bouwkosten van de wijziging. Hierbij geldt een minimum tarief van € 569,50.

b.

Indien een aanvraag betrekking heeft op het wijzigen van een omgevingsvergunning voor de activiteit brandveilig gebruik worden:

1.

voor zover het een uitbreiding van de inrichting is - de tarieven van artikel 17 toegepast, met dien verstande dat het legesbedrag wordt berekend over de oppervlakte van de uitbreiding;

2.

voor zover het gaat om gewijzigd gebruik van de hele inrichting - de tarieven als bedoeld in artikel 17 van dit hoofdstuk toegepast;

3.

voor zover het gaat om gewijzigd gebruik van een gedeelte van de inrichting - de tarieven van artikel 17 toegepast, waarbij het legesbedrag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van het gewijzigde gedeelte.

c.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van de tenaamstelling van een daarvoor in aanmerking komende omgevingsvergunning:

108,45

Hoofdstuk 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Paragraaf 20 Horeca

Het tarief is voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor

Art. 1.

een vergunning als bedoeld in artikel 3 en 4 van de Alcoholwet:

-

voor commerciële horeca

1560,70

-

voor niet commerciële horeca

1362,80

Art. 2.

een ontheffing voor het verstrekken van zwak-alcoholhoudende dranken voor bijzondere gelegenheden, als bedoeld in artikel 35 van de Alcoholwet

198,45

Art. 3.

een Horeca-exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de APV, met uitzondering van coffeeshops en shisha lounges :

-

voor commerciële horeca met terras

1626,65

-

voor commerciële horeca zonder terras

1626,65

-

voor niet commerciële horeca met terras

1626,65

-

voor niet commerciële horeca zonder terras

1626,65

-

voor een aanvullende aanvraag uitsluitend voor een terras

1626,65

Art. 4.

een horeca exploitatievergunning voor een coffeeshop of shishalounge (schaarse vergunning) als bedoeld in artikel 2:27 lid 5 en 6 en artikel 2:28 van de APV:

2100,15

Art. 5.

het wijzigen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 en 4 van de Alcoholwet of een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2:28 van de APV:

a.

een aangepaste vergunning als gevolg van een wijziging

357,60

b.

een aangepaste vergunning:

-

als gevolg van bijschrijving van een leidinggevende

357,60

-

als gevolg van bijschrijving van iedere leidinggevende meer dan één, geldt voor iedere leidinggevende meer een toeslag van

288,75

c. een kleine administratieve wijziging in een bestaande vergunning

357,60

d. het verwijderen van een leidinggevende in een bestaande vergunning

54,70

Art. 6.

Indien een aanvraag als bedoeld in de artikelen 1 en 3 buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

1.362,80

Art. 7.

Indien een aanvraag als bedoeld in artikel 4 buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

1.925,25

Art. 8.

Indien een aanvraag voor het wijzigen van een vergunning zoals bedoeld in artikel 5, buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

262,55

Art. 9.

Indien een aanvraag voor een kleine wijziging op een vergunning zoals bedoeld in artikel 5 lid c buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

87,50

Paragraaf 21 Seksbedrijven

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor

Art. 1.

een vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting of escortbedrijf als bedoeld in artikel 3:3 van de APV

2439,70

Art. 2.

het wijzigen van een vergunning voor het exploiteren van een seksinrichting of escortbedrijf als bedoeld in artikel 3:3 van de APV

a

Een aangepaste vergunning als gevolg van een wijziging

783,25

b

Een aangepaste vergunning als gevolg van bijschrijving van een leidinggevende

783,25

c

Een aangepaste vergunning als gevolg van bijschrijving van iedere leidinggevende meer dan één, per leidinggevende een toeslag van

288,75

d

Een kleine administratieve wijziging in de vergunning

288,75

Art. 3.

Indien een aanvraag als bedoeld in artikel 1 buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

700,10

Art. 4.

Indien een aanvraag voor de wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 2 de letters a en b buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

700,10

Art. 5.

Indien een aanvraag voor de wijziging van een vergunning als bedoeld in artikel 2 de leden c en d buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

233,35

Paragraaf 22 Vergunningen in de openbare ruimte

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing tot het uitoefenen van het beroep van straatartiest, straatfotograaf, filmoperateur, tekenaar of gids op de openbare weg, als bedoeld in artikel 2:9 van de APV

0

Art. 2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het plaatsen van voorwerpen of stoffen op, aan of boven de openbare weg, als bedoeld in artikel 5.50 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad, of indien deze bepalingen zijn opgevolgd door overeenkomstige bepalingen in het Omgevingsplan, zoals bedoeld in het Omgevingsplan. Bijvoorbeeld voor het plaatsen van uitstallingen, containers en bouwsteigers

93,15

Art. 3.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het houden van evenementen, als bedoeld in artikel 2:25 van de APV:

a

een A-evenement, zoals bedoeld in 2:25 lid 6

52,30

b

een B-evenement, zoals bedoeld in 2:25 lid 6

213,75

c

een C-evenement, zoals bedoeld in 2:25 lid 6

3.119,50

Art. 4.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het houden van een herdenkingsplechtigheid als bedoeld in artikel 2:24 lid 2 letter a van de APV:

0

Art. 5.

Als blijkt dat een afgegeven vergunning voor het houden van een evenement door een overheidsverbod vanwege de coronamaatregelen niet kan doorgaan, bestaat er aanspraak op vermindering van de leges met 100%.

Art. 6.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een ontheffing voor recreatief nachtverblijf, als bedoeld in artikel 4:18 van de APV

a

een nieuwe aanvraag voor ontheffing

252,25

b

verlenging van een bestaande ontheffing

93,15

Art. 7.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor de exploitatievergunning uitoefening bedrijf, als bedoeld in artikel 2:40c van de APV

1.752,30

Art. 8.

Voor het in behandeling nemen van een vergunning voor

-

de Exploitatie rondvaarten en verhuurbedrijven (5.34 APV);

836,75

-

de Exploitatie veren (5:35 APV);

836,75

Paragraaf 23 Wet kinderopvang

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

Art. 1.

het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) als bedoeld in art. 1.45 eerste en tweede lid, Wko en opname in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK)

507,50

Art. 2.

het in exploitatie nemen van een gastouderbureau of het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45 eerste en tweede lid, Wko en opname in het Landelijk Register Kinderopvang (LRK)

253,75

Paragraaf 24 Verhuur en splitsing

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

Art. 1.

een vergunning als bedoeld in artikel 3.1.2 lid 1 van de Huisvestingsverordening (omzetting in onzelfstandige woonruimte/ kamergewijze verhuur)

822,40

Art. 2.

een vergunning als bedoeld in artikel 3.1.2 lid 2 van de Huisvestingsverordening (woningvorming/ bouwkundig splitsen)

789,50

Paragraaf 25 Verkoop van vuurwerk

Art. 1.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning om consumentenvuurwerk ter beschikking te stellen dan wel aanwezig te houden, als bedoeld in artikel 2:72 lid 1 van de Algemene Plaatselijke Verordening (verkoop van vuurwerk)

2.187,25

Art. 2.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een wijziging van de vergunning zoals bedoeld in artikel 1 van deze paragraaf als gevolg van:

a

het bijschrijven van een beheerder

328,15

b

het bijschrijven van iedere leidinggevende meer dan één

54,70

c

een kleine administratieve wijziging, anders dan hierboven bedoeld

109,40

Art. 3.

Indien een aanvraag als bedoeld in 1id 1 van dit artikel buiten behandeling wordt gesteld of wordt ingetrokken, wordt het tarief berekend op:

1.476,70

Paragraaf 26 In dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Art. 1.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in dit hoofdstuk niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking, die valt onder de Europese dienstenrichtlijn, de aan de aanvrager medegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door of namens de heffingsambtenaar is opgesteld.

Art. 2.

Als een begroting als bedoeld in het eerste lid, is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 1 december 2022.

voorzitter,

raadsgriffier,