Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR675006
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR675006/1
Besluit van het college van Lelystad houdende regels over hoeveel geluid alle bedrijven samen mogen maken op een contour rondom het industrieterrein en hoe de uiteindelijke geluidruimte in dB(A) per m2 wordt toebedeelt. (zonebeheerplan voor industrieterrein Flevokust)
Geldend van 31-12-2015 t/m heden
Intitulé
Besluit van het college van Lelystad houdende regels over hoeveel geluid alle bedrijven samen mogen maken op een contour rondom het industrieterrein en hoe de uiteindelijke geluidruimte in dB(A) per m2 wordt toebedeelt. (zonebeheerplan voor industrieterrein Flevokust)Het college
Gelet op artikel 163 en 164 Wet geluidhinder
BESLUIT:
- 1.
De "Nota van beantwoording zienswijze ontwerp zonebeheerplan industrieterrein Flevokust" vast te stellen;
- 2.
Het zonebeheerplan voor industrieterrein Flevokust vast te stellen;
- 3.
Het zonebeheerplan industrieterrein Flevokust bekend te maken en ter inzage te leggen.
Ontwerp Zonebeheerplan Industrieterrein Flevokust Gemeente Lelystad
Inhoudsopgave
- 1.
Inleiding
- 2.
Zonebeheerplan industrieterrein Flevokust Lelystad
- 3.
Toelichting op Zonebeheerplan industrieterrein Flevokust Lelystad
- 1.
Samenvatting
- 2.
Uitgangspunten
- 3.
Gemeente Lelystad zonebeheer
- 4.
Uitgangspunten verruiming van de geluidzone
- 1.
- 1.
Gereserveerde geluidruimte
- 2.
Zonebewaking
- 3.
Onderhoud zonebeheerplan en zonebewakingsmodel
- 4.
Inspraakproces (PM)
Bijlagen
Bijlage 1. Definities
Bijlage 2. Toelichting op wettelijk kader zonebeheerplan
Bijlage 3. Beleidsregel verruiming milieuwetgeving 2011
Bijlage 4. Beleidsregel doorwerking zonebeheerplan Flevokust (gemeente Lelystad)
Bijlage 5. Overzicht geldende hogere grenswaarden
Bijlage 6. Afschrift publicatie ontwerp zonebeheerplan
Bijlage 7. Ontvangen zienswijzen
1 Inleiding
De gemeente Lelystad en de provincie Flevoland realiseren met industrieterrein Flevokust een gecombineerd haven- en industrieterrein ten noordoosten van Lelystad. Het betreft een haventerrein voor de overslag van containers en bulkgoederen en een industrieterrein voor de zwaardere bedrijfscategorieën (cat. 3.1 tot en met 5.3). Voor de uitwerking van het industrieterrein wordt een
inpassingsplan opgesteld. Voor de geluidbelasting wordt een geluidzone op grond van de Wet geluidhinder rond het industrieterrein vastgesteld. Op de grens van deze geluidzone mag de gezamenlijke geluidbelasting vanwege alle bedrijfsactiviteiten niet meer bedragen dan 50 dB(A).
Onderdeel van het gezoneerde industrieterrein Flevokust is het terrein met daarop de Maxima centrale en het Trafostation Tennet. Rond deze beide inrichtingen ligt sinds 1992 een geluidzone. Deze geluidzone is voor de ontwikkeling van Flevokust samengevoegd met de geluidzone rond het nieuwe industrieterrein.
Dit zonebeheerplan is bedoeld als sturingsinstrument voor de gemeente Lelystad als zonebeheerder voor het industrieterrein Flevokust.
Met dit zonebeheerplan wordt de geluidruimte gereserveerd voor het gebruik van de geluidzone. Het gaat hierbij om een toedeling aan nog uit te geven bedrijfskavels op industrieterrein Flevokust. Deze kavels liggen in het buitendijkse deel, het (nog te bestemmen) binnendijkse deel van Flevokust en rond het bedrijf 3D Metal Forming aan de Karperweg 8. Ook wordt in het zonebeheerplan geluidruimte gereserveerd voor 4 bestaande bedrijven, namelijk de Maxima centrale, Trafostation Tennet, 3D Metal Forming en Orgaworld.
De gereserveerde geluidsruimte voor de uit te geven kavels is overeenkomstig de aannames voor de vastgestelde geluidzone, dit betreft een opgave van de maximale geluidemissie in dB(A) per m2.
Doorwerking zonebeheerplan
Het zonebeheerplan kent een formele status als informatiebron. Het zonebeheerplan is een informatie voorziening op basis waarvan de gewenste en de feitelijke ontwikkeling van het industrieterrein in balans kan blijven.
Conform de beleidsregel „vergunningverlening milieuwetgeving 2011‟ vastgesteld door Gedeputeerde Staten op 1 februari 2011, wordt bij vergunningverlening op grond van de Wet milieubeheer voor bedrijven op het industrieterrein Flevokust van het vastgestelde zonebeheerplan uitgegaan.
Conform de „Beleidsregel doorwerking zonebeheerplan Flevokust‟ betrekken burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad het zonebeheerplan ook bij haar beoordeling van milieuvergunningaanvragen.
In de toelichting wordt op het beoogde gebruik van de verruimde geluidzone nader ingezoomd en ook worden de verschillende onderdelen waaruit het zonebeheer bestaat op een rij gezet.
2 Zonebeheerplan industrieterrein Flevokust Lelystad
Voor industrieterrein Flevokust Lelystad wordt in het bestemmingsplan Partiele herziening bestemmingsplan “Partiële herziening Flevokust-Geluidzone” de geluidzone op grond van artikel 41 van de Wet geluidhinder vastgelegd. Voor 6 bestaande woningen in de geluidzone zijn door het College van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad bij besluit van 18 november 2014 hogere grenswaarden vastgesteld. De verruiming van de geluidzone en de hogere grenswaarden zijn gebaseerd op de gewenste ontwikkeling van Flevokust zoals voorzien in het Inpassingsplan “Flevokust-Havenontwikkeling” van Provinciale Staten provincie Flevoland.
De geluidruimte die beschikbaar is voor de ontwikkeling van Flevokust wordt overeenkomstig de onderstaande verdeling toegedeeld:
- 1.
Uit te geven gronden
De toegewezen geluidsruimte voor de uit te geven kavels is overeenkomstig de gemaakte keuzes voor de vastgestelde geluidzone (akoestisch onderzoek d.d. 12 november 2014 (revisie: 01) met het projectnummer 275372). De geluidruimte wordt in dit zonebeheerplan in dB(A) per m2 vastgelegd. De hoogte van de toegestane geluidemissie is vastgelegd per deelgebied.
locatie |
Geluidemissie per m2 gedurende de dag/avond/nacht periode |
Flevokust buitendijks |
70,0/65,0/65,0 dB(A) |
Flevokust binnendijks |
70,0/65,0/60,5 dB(A) |
Omgeving 3D Metal conform bestemmingsplan Karperweg 8 |
68,0/68,0/60,0 dB(A) |
- 2.
Bestaande bedrijven
De gereserveerde geluidruimte voor de Maxima centrale, Tennet, 3D Metal Forming en Orgaworld gelden als bovengrens waarvan met in acht name van de toepassing van de best bestaande techniek gebruik kan worden gemaakt.
bedrijf |
Ontwikkelruimte tov vigerende vergunning |
Maximacentrale IJsselmeerdijk 101 |
+ 3 dB extra tov vigerende Wet milieubeheer- vergunning dd 29 april 2010 met kenmerk Beschikking 985001 |
Trafostation TenneT IJsselmeerdijk 111 |
+ 3 dB extra tov vigerende Wet milieubeheer- vergunning dd 7 juli 2009 met kenmerk Beschikking 851534 |
3D Metal Forming B.V. Karperweg 8 |
+ 3 dB extra tov vigerende Omgevingswetvergunning L20120482 dd 15 mei 2013 |
Orgaworld B.V. Karperweg 20 |
+ 3 dB extra tov Wijziging van de Omgevingswetvergunning L20130356 dd 18 juni 2014 |
3 Toelichting op Zonebeheerplan industrieterrein Flevokust Lelystad
3.1 Samenvatting
De gemeente Lelystad en de provincie Flevoland realiseren met industrieterrein Flevokust een gecombineerd haven- en industrieterrein ten noordoosten van Lelystad. Het betreft een haventerrein voor de overslag van containers en bulkgoederen en een industrieterrein voor de zwaardere bedrijfscategorieën (cat. 3.1 tot en met 5.3). Voor de uitwerking van het industrieterrein wordt een inpassingsplan opgesteld. Het industrieterrein Flevokust Lelystad is een gezoneerd industrieterrein in de zin van de Wet geluidhinder.
Deze geluidzone stelt een grens aan de maximale geluidbelasting vanwege alle industriële activiteiten op het industrieterrein. De geluidzone komt aan de orde bij de vergunningverlening. De grenswaarde van 50 dB(A) op de zonegrens geldt voor het tegelijkertijd door alle aanwezige bedrijven gebruik van de maximaal vergunde geluidruimte. Bij nieuwe vergunningen of aanpassingen van bestaande vergunningen moet worden getoetst aan de geluidzone. De beschikbare geluidsruimte is voor de beoordeling van vergunningaanvragen leidend.
Bij vergunningverlening aan bedrijven houdt het bevoegd gezag in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (WABO) rekening met de geldende grenswaarden uit de Wet geluidhinder. Is er geen sprake van een overschrijding van deze grenswaarden, dan kan een bedrijf (met in acht name van best beschikbare technieken) de door hem gewenste geluidsruimte opeisen. Dit kan in situaties dat er nog wel fysieke ruimte aanwezig is op een industrieterrein de ontwikkeling ervan belemmeren. Een zonebeheerplan is een beleidsinstrument voor de uitgifte van beschikbare geluidruimte bedoeld om de voorziene ontwikkeling van Flevokust daadwerkelijk binnen de geluidzone mogelijk te maken.
Gedeputeerde Staten van Flevoland stellen als zonebeheerder hierbij een zonebeheerplan vast als bedoeld in artikel 164 van de Wet geluidhinder. In dit zonebeheerplan wordt de beschikbare geluidruimte verdeeld conform de gewenste ontwikkeling van het industrieterrein. Hierbij wordt aan nog uit te geven bedrijfskavels geluidruimte toegedeeld per m2. Deze geluidemissie is voor de betreffende kavel een bovengrens waarvan met in acht name van de toepassing van de best bestaande techniek gebruik kan worden gemaakt. Voor uitbreiding van de 4 bestaande bedrijven wordt rekening gehouden met een ontwikkeling waaraan de geluidzone extra geluidruimte biedt.
Voor de doorwerking van het zonebeheerplan wordt geacht dat het bevoegde gezag voor vergunningverlening op de grond van de WABO (Gedeputeerde Staten en Burgemeester en Wethouders van de gemeente Lelystad) de geluidruimte toekenning aan nog uit te geven bedrijfskavels als uitgangspunt nemen bij de invulling van de kavels. Dit geldt ook voor de uitbreiding van de bestaande bedrijven.
Dit zonebeheerplan heeft als ontwerp vanaf 6 januari 2015 voor een periode van 6 weken ter inzage gelegen. Naar aanleiding van deze terinzagelegging is op 13 februari 2015 een zienswijze ontvangen.
De gebruikte termen zone, zonebeheer, zonebewaking enzovoort worden in bijlage 1 nader toegelicht.
3.2 Uitgangspunten
Doel zonebeheer
Zonebeheer heeft betrekking op alle akoestische ontwikkelingen op en rond een industrieterrein. Hoewel een zone wordt vastgesteld met inachtneming van de meest waarschijnlijke toekomstige ontwikkelingen op en rond het industrieterrein, blijft het beheer een dynamische zaak. Er wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen zonebeheer en zonebewaking. Zonebeheer wordt gedefinieerd als het omgaan met de beschikbare geluidruimte. Zonebewaking wordt gedefinieerd als het waken voor het overschrijden van grenswaarden en betreft een boekhouding waarin de uitgegeven geluidruimte wordt bijgehouden.
Het doel van zonebeheer is te sturen in het gebruik van de geluidruimte. Daarvoor moet de beschikbare geluidruimte, die nog kan worden uitgegeven, bekend zijn.
Zonebeheer zorgt voor een balans tussen ontwikkeling van het industrieterrein en het voorkomen van een overschrijding van de zonegrens en de hogere grenswaarden voor woningen gelegen in de zone. Het zonebeheerplan is hierbij het sturingsinstrument.
In een zonebeheerplan wordt de geluidsruimte gereserveerd voor de ontwikkeling van bestaande bedrijven en ontwikkelingen op de braakliggende bedrijfskavels. De geluidruimte aan nog uit te geven bedrijfskavels wordt opgegeven in de vorm van geluidemissie per m2. In het zonebeheerplan wordt de beschikbare geluidruimte fictief toegekend aan de nog uit te geven kavels op basis van de gewenste ontwikkeling ervan. Bij de toetsing of een nieuwe activiteit past binnen de geluidzone houdt het bevoegd gezag rekening met deze fictief toegekende geluidruimte.
Wettelijk kader
De uitgangspunten voor zonebeheer zijn met ingang van 1 januari 2007 vastgelegd in de Wet geluidhinder. In artikel 164 wordt voor het planmatig beheren van de geluidzone het zonebeheerplan geïntroduceerd. Het zonebeheerplan bindt de zonebeheerder maar is niet gericht op rechtsgevolg voor burgers en bedrijven. In bijlage 2 is een nadere toelichting op de juridische doorwerking van het zonebeheerplan opgenomen.
Het onderhavige zonebeheerplan houdt rekening met industriële ontwikkelingen op industrieterrein Flevokust Lelystad en legt het gebruik van de geluidruimte voor nog uit te geven kavels vast. In de provinciale beleidsregel vergunningverlening milieuwetgeving 2011 is vastgelegd hoe Gedeputeerde Staten in het kader van de vergunningverlening omgaan met dit zonebeheerplan (zie bijlage 3).
Burgemeester en Wethouders van de gemeente Lelystad hebben voor de doorwerking van het zonebeheerplan een aparte beleidsregel vastgesteld waarmee dezelfde werkwijze van toepassing is.
Het zonebeheerplan wordt vastgesteld met toepassing van de openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Het vastgestelde zonebeheerplan is voor Gedeputeerde Staten uitgangspunt op grond van de Beleidsregel vergunningverlening milieuwetgeving 2008 voor de verlening van vergunningen op grond van de Wet milieubeheer. Door deze keuze is onder andere de inherente afwijkingsbevoegdheid van toepassing verklaard waardoor afwijkingen van het zonebeheerplan, mits zorgvuldig gemotiveerd, aanvaardbaar zijn. Leiden deze afwijkingen tot de noodzaak het zonebeheerplan integraal te herzien, dan wordt het zonebeheerplan volgens de hiervoor genoemde procedure opnieuw vastgesteld.
Besluit algemene regels voor inrichting milieubeheer
Voor bedrijven die vallen onder het Besluit algemene regels voor inrichting milieubeheer gelden standaard geluideisen. Het gaat hierbij om bedrijven die relatief weinig geluid maken. Als regel geldt op grond van dit Besluit dat indien binnen een afstand van 50 meter geen woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen zijn gelegen, de geluidbelasting niet meer bedragen dan 50, 45 en 40 dB(A) in respectievelijk de dag-, avond- en nachtperiode. In het kader van dit zonebeheerplan kan een dergelijk nieuwe bedrijf zich zonder nadere regels voor beperking van de geluidimmissie op alle uit te geven kavels vestigen. De gehanteerde geluidemissie per m2 biedt hiertoe de mogelijkheid.
Inspraak en publicatie
De Wet geluidhinder beschrijft niet hoe de procedure voor de vaststelling van het zonebeheerplan moet verlopen. Daarom is ervoor gekozen om de openbare voorbereidingsprocedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht te volgen, waarbij een ieder zienswijzen naar voren kan brengen. De termijn voor het naar voren brengen van zienswijzen bedraagt zes weken. Er is geen mogelijkheid tot beroep tegen het vastgestelde zonebeheerplan.
3.3 Gemeente Lelystad zonebeheerder
Gemeente Lelystad is op grond van artikel 163 lid 1 zonebeheerder voor het industrieterrein Flevokust. Als zonebeheerder bied de gemeente Lelystad de informatie om te komen tot een ontwikkeling van industrieterrein Flevokust zoals die in het kader van het Inpassingsplan is beoogd. Hierbij gelden als randvoorwaarden de grenswaarde van 50 dB(A) op de geluidzonegrens en de geldende hogere grenswaarden voor de 6 woningen gelegen in de geluidzone.
3.4 Uitgangspunten verruiming van de geluidzone
Het industrieterrein Flevokust Lelystad moet ruimte bieden aan zwaardere bedrijfscategorieënen (voor bedrijven tot maximaal categorie 5.3) op grond van de Wet geluidhinder. Overeenkomstig artikel 40 van de Wet geluidhinder (Wgh) dient er in dat geval rond het industrieterrein een zone te worden vastgesteld, waarbuiten de geluidsbelasting vanwege dat terrein de waarde van 50 dB(A) niet te boven mag gaan. Dit geldt alleen voor die industrieterreinen, waar ook de “grote lawaaimakers” zich mogen vestigen, zoals bedoeld in bijlage I, onderdeel D behorende bij artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht (BOR).
Direct grenzend aan het industrieterrein Flevokust ligt de Maximacentrale. Rond de Maximacentrale ligt een geluidszone. Deze geluidzone is op 20 augustus 1992 door de Kroon goedgekeurd. Volgens de toelichting van de vastgestelde geluidzone is er een reservering voor de mogelijke ombouw van de Flevocentrale tot een kolengestookte centrale. Hierbij zouden de bestaande eenheden Flevo I, II en III kunnen worden vervangen door 6 kolengestookte eenheden van elk 600 MW.
De geboden ontwikkelingsruimte is na 1991 niet aangewend. Geconstateerd wordt dat door modernisering van de centrale de geluidemissie van de centrale is afgenomen. De geluidzone is echter nooit aangepast en biedt de Maximacentrale daarmee veel ontwikkelingsruimte. Het bestaande trafo onderstation van Tennet is medegebruiker van de geluidzone rond de Maximacentrale.
Aan de zuidkant van het te realiseren industrieterrein Flevokust liggen 2 andere bedrijven. Het gaat hierbij niet om op grond van de Wet geluidhinder zoneringsplichtige bedrijven. Deze bedrijven hebben hun eigen geluiduitstoot richting de omgeving. Vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening is bij de opzet van de geluidzone Flevokust ervoor gekozen om de omgeving integraal tegen de geluidbelasting vanwege de industrie te beschermen. Hierom zijn bij de vaststelling van de geluidzone Flevokust de terreinen Karperweg 8 (met daarop het bedrijf 3D Metal Forming) en Orgaworld meegenomen als zijnde dat deze bedrijven zoneringsplichtig zijn. Het zonebeheerplan heeft daarom ook betrekking op deze locaties.
Met het akoestisch onderzoek d.d. 12 november 2014 (revisie: 01) met het projectnummer 275372 is de geluidzone van gewenste ontwikkeling van industrieterrein Flevokust nader uitgewerkt. Deze geluidzone biedt tevens bescherming voor de woningen gelegen binnen de geluidzone waarvoor een hogere grenswaarde is verleend.
4 Gereserveerde geluidruimte
Bij het ontwerp van de geluidzone is voor de uit te geven kavels per deelgebieden bepaald hoeveel geluidemissie hiervoor beschikbaar moet zijn. Deze geluidemissie per m2 verschilt voor de dag-, avond- en nachtperiode per deelgebied.
De hoogte van de toegestane geluidemissie is vastgelegd per deelgebied.
locatie |
Geluidemissie per m2 gedurende de dag/avond/nacht periode |
Flevokust buitendijks |
70,0/65,0/65,0 dB(A) |
Flevokust binnendijks |
70,0/65,0/60,5 dB(A) |
Omgeving 3D Metal conform bestemmingsplan Karperweg 8 |
68,0/68,0/60,0 dB(A) |
In figuur 3 staat aangegeven waar welke emissie van toepassing is.
Figuur 3. Geluidemissie per m2 per deelgebied.
Voor de Voor de bestaande bedrijven wordt met de geluidzone Flevokust rekening gehouden met de volgende ontwikkeling:
bedrijf |
Ontwikkelruimte tov vigerendevergunning |
Maximacentrale IJsselmeerdijk 101 |
3 dB extra tov vigerende Wet milieubeheer- vergunning dd 29 april 2010 met kenmerk Beschikking 985001 |
Trafostation TenneT IJsselmeerdijk 111 |
3 dB extra tov vigerende Wet milieubeheer- vergunning dd 7 juli 2009 met kenmerk Beschikking 851534 |
3D Metal Forming B.V. Karperweg 8 |
3 dB extra tov vigerende Omgevingswetvergunning L20120482 dd 15 mei 2013 |
Orgaworld B.V. Karperweg 20 |
3 dB extra Wijziging van de Omgevingswetvergunning L20130356 dd 18 juni 2014 |
De genoemde geluidruimte geldt als bovengrens waarvan met in acht name van de toepassing van de best bestaande techniek gebruik kan worden gemaakt.
Hoe de verdeling van de geluidemissie zicht verhoudt tot het gebruik van de beschikbare geluidsruimte binnen de geluidzone en bij de woningen waarvoor een hogere grenswaarde is vastgesteld, is weergegeven in grafiek 1.
Grafiek 1. Verdeling beschikbare geluidruimte binnen de zone en bij de woningen met een hogere grenswaarden.
5 Zonebewaking
Zonebewaking betreft hier het in beeld houden van het actuele gebruik van de geluidzone. Hiervoor houdt de zonebeheerder een rekenmodel bij, dat ook wel zonebewakingsmodel wordt genoemd en waarmee op basis van de geldende vergunningen en met in acht name van akoestisch relevant objecten de geluidsbelasting op de zone en de woningen met een hogere grenswaarde is te berekenen. Er zijn veel ontwikkelingen die direct of indirect invloed hebben op de actuele geluidbelasting. Daarom dienen wijzigingen op en rond het industrieterrein (binnen de geluidzone) in het akoestisch rekenmodel voor de bewaking van de geluidsbelasting te worden doorgevoerd.
6 Onderhoud zonebeheerplan en zonebewakingsmodel
De zonebeheerder voor industrieterrein Flevokust Lelystad draagt zorg voor het beschikbaar stellen van het zonebeheerplan. Ten behoeve van de controle op het feitelijk gebruik van de zone onderhoudt de zonebeheerder een akoestisch zonebewakingsmodel. Het beheer van dit zonebeheermodel is belegd bij de Omgevingsdienst Flevoland en Gooi en Vechtstreek.
7 Inspraakproces (PM)
Ontwerp Zonebeheerplan
Het onderhavig zonebeheerplan is in ontwerp op 18 november 2014 door het college van de gemeente Lelystad vastgesteld. Het ontwerp-zonebeheerplan heeft vanaf 6 januari 2015 gedurende 6 weken ter inzage gelegen op het provinciehuis en het gemeentehuizen Lelystad. De aanwezige bedrijven en de 6 woningen waarvoor voor de ontwikkeling van Flevokust een hogere grenswaarde is vastgesteld, hebben het ontwerp zonebeheerplan toegestuurd gekregen. Gedurende deze periode is het ontwerp-zonebeheerplan ook digitaal raadpleegbaar geweest op de internetsite van de provincie. De bekendmaking van de terinzagelegging (afschrift als bijlage 5 opgenomen) heeft plaatsgevonden in de Flevopost.
Zienswijzen
Nota van beantwoording zienswijze “ontwerp zonebeerplan Flevokust”
De …….. en ……. van de ……. te Lelystad hebben een zienswijze ingediend tegen het ontwerp zonebeheersplan Flevokust.
In algemene zin kan worden opgemerkt dat voor de heer …….. en mevr. …….. de ligging van de 50 dB(A) geluidszone relevanter is dan de onderlinge verdeling van de geluidsruimte binnen de geluidszone. Daarnaast is de woning aan de Jupiterweg 12 te Lelystad op ruim 700 meter gelegen van de geluidscontour van 50 dB(A). Daarmee wordt ruimschoots voldaan aan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A). Gezien het bovenstaande kunnen we de heer …… en mevr. ….. als niet belanghebbenden aanmerken. Ondanks dat zullen we toch inhoudelijk ingaan op de ingediende zienswijzen.
Onderstaand een samenvatting van de zienswijze.
- 1.
In het ontwerp zonebeheersplan staat nergens exact beschreven over welk gebied het ontwerp zonebeheersplan gaat.
- 2.
Er is geen inhoudelijke reden gegeven, waarom Orgaworld, omgeving Karperweg 8 en 3DMetal Forming meer geluidruimte krijgen. Daarnaast wordt nu al geluidsoverlast ervaren van de bestaande bedrijven 3D-Metal Forming en Orgaworld.
- 3.
Orgaworld en 3D-Metal Forming liggen buiten de contouren van het binnen- en buitendijkse industrieterrein en hebben elk hun eigen omgevingsvergunning. Deze dienen te blijven bestaan, zoals ze zijn opgesteld.
- 4.
Er is geen rekening gehouden dat de meest overlastgevende bedrijven het verst worden gesitueerd vanaf de bewoning.
Gemeentelijke reactie:
1. Met figuur 1 is duidelijkheid verschaft over het buitendijkse en het binnendijkse gedeelte van Flevokust en de daarbij gehanteerde emissies per m2. Dit is het gedeelte waar het zonebeheersplan in voorziet. Tevens geeft dit figuur inzicht in de locaties van de bestaande bedrijven waar binnen de geluidszone van 50 dB(A) rekening is gehouden met een eventuele bedrijfsuitbreiding van 3 dB(A). Dit punt geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het ontwerp zonebeheersplan.
2. Binnen de geluidszone Industrieterrein Flevokust is voor alle bestaande bedrijven 3 dB(A) geluidsruimte gereserveerd. Dit is een bewuste keuze in het akoestisch onderzoek, zodat eventuele toekomstige uitbreidingen van de bestaande bedrijven niet meteen ten koste gaat van de geluidsruimte voor het binnendijkse en buitendijkse Industrieterrein Flevokust. De gereserveerde geluidsruimte wil niet zeggen dat dit ook meteen wordt benut. Deze zienswijze geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het ontwerp zonebeheersplan.
3. De bestaande bedrijven hebben inderdaad elk hun eigen omgevingsvergunning. Deze vergunningen blijven verder ook ongewijzigd. Mocht een bestaand bedrijf haar activiteiten willen uitbreiden dan zal er opnieuw een procedure moeten worden doorlopen voor een nieuwe omgevingsvergunning. Tegen dergelijke uitbreidingen kunt u uw zienswijze indienen. Deze zienswijze geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het ontwerp zonebeheersplan.
Een zonebeheerplan geeft dus geen recht aan de reeds vergunde ruimte, maar biedt alleen zekerheid dat deze ruimte binnen de geluidszone is gereserveerd voor een eventuele uitbreiding van het betreffende bedrijf.
4. Het situeren van de meest overlast gevende bedrijven in het midden van een industrieterrein wordt ook wel inwaartse milieuzonering genoemd. Flevokust is in zijn geheel juist bedoeld voor de bedrijven in de zwaardere milieucategorie. Doordat de bedrijven in de lagere milieucategorie niet zijn toegestaan is het toepassen van inwaartse milieuzonering op papier niet van toepassing, aangezien in theorie heel Flevokust kan bestaan uit de zwaardere bedrijven mits voldaan wordt aan de gestelde emissie per m2. Het is de intentie om de eventuele (noodzakelijke) bedrijven in de lichte milieucategorie, zoveel als mogelijk op de randen van het industrieterrein te situeren.
Daarnaast kan worden opgemerkt dat de gehele akoestische benadering, gezien kan worden als een worstcase benadering. Met de akoestische berekeningen ga je er vanuit dat alle geluidmakende machines, installaties etc. gelijktijdig in werking zijn. Dit is een situatie dat zich in de praktijk niet zal voordoen en tevens houdt het akoestisch model geen rekening met de afscherming van de uiteindelijk bedrijfsbebouwing op het industrieterrein. Dit mag wettelijk ook niet, omdat je nu nog niet weet waar eventuele afschermende bebouwing gaat komen. In de praktijk komt het erop neer dat de feitelijke akoestische geluidsbelasting lager zal zijn dan de vastgestelde geluidszone Industrieterrein Flevokust. De ingediende zienswijze geeft geen aanleiding tot aanpassing van het ontwerp.
Vastgesteld zonebeheerplan
Op 15 december 2015 heeft het college van gemeente Lelystad dit zonebeheerplan vastgesteld. Het vastgestelde zonebeheerplan is vanaf 30 december 2015 voor een periode van 6 weken ter inzage gelegd. De terinzagelegging is bekend gemaakt aan de direct betrokken en gepubliceerd in de Flevopost.
Ondertekening
Lelystad, 15 december 2015
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad
Bijlagen
- 1.
Definities
- 2.
Toelichting op wettelijk kader en beleid
- 3.
Beleidsregel vergunningverlening provincie Flevoland inzake zonebeheer
- 4.
Beleidsregel vergunningverlening gemeente Lelystad
- 5.
Overzicht geldende hogere grenswaarden
- 6.
Afschrift bekendmaking ontwerp-zonebeheerplan
- 7.
Ontvangen zienswijze
Bijlage 1. Definities
Zone
Een geluidzone rond een industrieterrein waarop de vestiging van zogenaamde grote lawaaimakers (genoemd in het Bor (besluit omgevingsrecht), bijlage 1 onderdeel D) niet is uitgesloten en waarbij de geluidsbelasting van alle bedrijven gezamenlijk op de zonegrens niet meer mag bedragen dan 50 dB(A) etmaalwaarde.
Zonebeheer
Het omgaan met de beschikbare geluidruimte.
Zonebeheerder
Instantie die op grond van de Wet geluidhinder verantwoordelijk is voor het te allen tijde geven van inzicht in het gebruik van de geluidzone. In de regel is de gemeente zonebeheerder; alleen voor aangewezen industrieterrein van regionaal belang (zoals industrieterrein Flevokust Lelystad) of met instemming van de gemeente is de provincie (Gedeputeerde Staten) zonebeheerder.
Zonebeheerplan
Een plan ex artikel 164 van de Wet geluidhinder waarmee in het gebruik van de beschikbare geluidzone kan worden gestuurd. Sinds 2007 is dit artikel in de Wet geluidhinder van kracht.
Zonebewaking
Het waken voor het overschrijden van grenswaarden.
Zonebewakingsmodel
Een akoestisch rekenmodel aan de hand waarvan de actuele geluidsbelasting op de zone en de woningen waarvoor een hogere grenswaarde geldt is te bepalen. In dit model zijn opgenomen de op en in de omgeving van het industrieterrein gelegen akoestisch relevante objecten, zoals gebouwen (van met enige omvang), wegen, parkeerterreinen en waterpartijen. Van de aanwezige bedrijven is in dit rekenmodel de geluidemissie conform de geldende vergunning opgenomen.
Zonegrens
De zone is een ring rond een industrieterrein. Met de zonegrens wordt de buitenkant van deze ring bedoeld. De binnenkant van de zone omhult de terreinen waarvan de geluidbelasting op de buitenkant wordt afgerekend.
Bijlage 2. Toelichting op wettelijk kader zonebeheerplan
Tekst ontleend aan website Infomil.nl
Toetsen aan grenswaarden
In artikel 2.14, lid 1, sub c, onder 2° Wabo is de verplichting opgenomen dat het bevoegd gezag bij de beslissing op de aanvraag voor een omgevingsvergunning de volgens de Wet geluidhinder geldende grenswaarde in acht moet nemen. Daarbij gaat het voor de Wet geluidhinder om grenswaarden gericht op de gecumuleerde geluidsbelasting van alle inrichtingen op een gezoneerd industrieterrein (een uitzondering daarop is het geluid van windturbines, artikel 1b, lid 2 Wet geluidhinder). Er wordt dus niet alleen gekeken naar de geluidsbelasting van het individuele bedrijf waarvoor een vergunning moet worden verleend. Op basis van de Wet geluidhinder zijn er twee type grenswaarden waaraan getoetst moet worden, de zone (50 dB(A) etmaalwaarde) en de hoogst toelaatbare geluidsbelasting op geluidsgevoelige bestemmingen in de zone.
Zonebeheer
Zoals hierboven al is aangegeven gaat het bij vergunningverlening om toetsing aan de grenswaarden van de geluidsbelasting (behorende bij de representatieve bedrijfssituatie) van de gezamenlijke inrichtingen op het gezoneerde industrieterrein. Om deze toetsing goed uit te voeren wordt veelal gebruik gemaakt van een zonebeheersmodel, waarin alle relevante gegevens betreffende bronnen, overdracht en beoordelingspunten zijn opgenomen.
Bevoegd gezag bij zonebeheer
Bij vergunningverlening zal het bevoegd gezag van vergunningverlening aan de zonebeheerder vragen of aan de zone kan worden voldaan. In eerste instantie is de gemeente waarin het industrieterrein geheel of hoofdzakelijk ligt het bevoegd gezag bij zoneheer (artikel 163 Wgh). Alleen als het industrieterrein in de provinciale milieuverordening als "van regionaal belang" is aangewezen of in het geval dat burgemeester en wethouder (in overleg met de provincie) daartoe besluiten, is de provincie de zonebeheerder.
Zonebeheerplan
Per 1 januari 2007 is er een wettelijke grondslag voor een zonebeheerplan (artikel 164 Wgh). Het zonebeheerplan is bedoeld als hulpmiddel bij de uitvoering van de zonebeheerstaken. Het zonebeheerplan kan niet gebruikt worden als toetsingskader bij vergunningverlening, artikel 2.14, lid 4 Wabo, (in plaats van de grenswaarden van de Wgh of een geluidsreductieplan) zo blijkt uit jurisprudentie (RvS 2 november 2011, nr. 201008546/1/M1).
Bijlage 3. Beleidsregel vergunningverlening milieuwetgeving 2011
1.4.2 Toetsing aan zonebeheerplan op een gezoneerd industrieterrein
Bij de uitoefening van de bevoegdheden ten aanzien van activiteiten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wabo, die plaatsvinden op een krachtens de Wet geluidhinder gezoneerd industrieterrein, wordt het vigerende zonebeheerplan voor het betreffende industrieterrein als uitgangspunt genomen. De bij de omgevingsvergunning of verklaring van geen bedenking behorende voorschriften met betrekking tot geluid, zullen in beginsel worden gebaseerd op het zonebeheerplan en op het geluiduitgiftemodel dat onderdeel is van het zonebeheerplan.
Toelichting
1.4.2 Toetsing aan zonebeheerplan op een gezoneerd industrieterrein
Om geluidsoverlast ten gevolge van zogenaamde „grote lawaaimakers‟ te voorkomen of te bestrijden kent hoofdstuk V van de Wet geluidhinder een systeem van zonering voor industrieterreinen. Bij zonering van industrieterreinen wordt rond het industrieterrein een zone vastgesteld waarbij de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein op de zonegrens gelijk of lager is dan 50 dB(A). Een geluidszone van een industrieterrein wordt bij nieuwe situaties vastgelegd in een bestemmingsplan. De gezamenlijke geluidsbelasting van de bedrijven die zijn gevestigd op een industrieterrein mag dus op de zonegrens niet meer zijn dan 50 dB(A). In de praktijk heeft elk bedrijventerrein een zonebeheerder. Dit is in de regel de gemeente. Deze zonebeheerder heeft vaak een zonebeheerplan vastgelegd. Deze praktijk is verankerd in de wet van 5 juli 2006, houdende wijzing Wet geluidhinder (modernisering instrumentarium geluidbeleid, eerste fase), Stb. 2006, 350. Deze wet is, met uitzondering van artikel V van deze wet, in werking getreden op 1 januari 2007.
In artikel 163 van de Wet geluidhinder is vastgelegd dat Burgemeester en Wethouders (in het geval van industrieterreinen van regionaal belang die bij provinciale milieuverordening zijn aangewezen: Gedeputeerde Staten) ervoor zorg dragen dat er voldoende informatie beschikbaar is over de geluidruimte binnen de zone van een gezoneerd industrieterrein. In artikel 164 van de Wet geluidhinder is vastgelegd dat ter vervulling van de in artikel 163 van de Wet geluidhinder bedoelde taak een zonebeheerplan kan worden opgesteld.
Artikel 165 van de Wet geluidhinder regelt dat het bevoegd gezag (Burgemeester en Wethouders, ingeval van industrieterreinen van regionaal belang die zijn aangewezen bij provinciale milieuverordening: Gedeputeerde Staten) gegevens betreffende de geluiduitstraling kunnen verlangen van de beheerders van inrichtingen, welke binnen de geluidszone werkzaam zijn. De gegevens kunnen onder meer worden geëist ten behoeve van de bepaling van binnen die geluidszones te nemen maatregelen ter beperking van de geluidhinder aldaar.
In de beleidsregel is vastgelegd dat Gedeputeerde Staten bij het opstellen van geluidvoorschriften voor bedrijven die zijn gelegen op een krachtens de Wet geluidhinder gezoneerd industrieterrein het vigerende zonebeheerplan als uitgangspunt nemen.
Een zonebeheerplan kan een geluiduitgiftemodel bevatten waarin per kavel de in beginsel beschikbaar geachte geluidruimte wordt vastgelegd. Doel hiervan is te voorkomen dat een of enkele bedrijven op een gezoneerd bedrijventerrein zoveel ruimte claimen dat andere bedrijven zich niet meer op dit bedrijventerrein kunnen vestigen (en er daarom nog beschikbare kavels op het bedrijventerrein niet kunnen worden uitgegeven) of andere reeds op het bedrijventerrein gevestigde bedrijven nooit meer kunnen uitbreiden en dus „op slot‟ zitten.
Met deze beleidsregel willen Gedeputeerde Staten zich aansluiten bij de uitgangspunten van de zonering, zoals die zijn vastgelegd in de vorm van principe geluidsvoorschriften per kavel in het geluiduitgiftemodel van de zonebeheerder.
Bijlage 4. Beleidsregel doorwerking zonebeheerplan Flevokust (gemeente Lelystad)
Met betrekking tot aanvragen om een omgevingsvergunning voor inrichtingen op het industrieterrein Flevokust wordt bij het opleggen van geluidsvoorschriften conform onderstaand beleid gehandeld.
Bij de vergunningverlening op grond van de WABO voor bedrijven die zich willen vestigen of bestaande bedrijven die hun werkzaamheden willen wijzigen wordt de hiervoor verlangde geluidemissie afgestemd op de geluidverdeling in het zonebeheerplan Flevokust.
Bijlage 5. Overzicht geldende hogere grenswaarden
Adres |
Hogere grenswaarden |
Visvijverweg 49 |
54 dB(A) |
Visvijverweg 52 |
53 dB(A) |
Visvijverweg 57 |
55 dB(A) |
Visvijverweg 58 |
58 dB(A) |
Visvijverweg 64 |
55 dB(A) |
Plavuizenweg 1 |
52 dB(A) |
Bijlage 6. Afschrift publicatie ontwerp zonebeheerplan
Bijlage 7. Ontvangen zienswijzen
Lelystad, 13-2-2015
Aan: Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad,
Postbus 91,
8200 AB Lelystad.
Betreft: Zienswijze "ontwerp zonebeheerplan Flevokust"
Geacht college,
Bij het ter kennisnemen van het ontwerp zonebeheerpplan Flevokust, constateren we dat er nergens in het stuk gesproken wordt over de oppervlakte waar het plan zich over uitstrekt. Dit lijkt ons niet de bedoeling. Verwijzingen naar industrieterrein Flevokust zijn niet van een degelijke onderbouwing voorzien van waarop precies het ontwerp zonebeheerplan zou moeten slaan.
Verder constateren we dat er geen enkel inhoudelijke reden wordt aangedragen waarom Orgaworld en omgeving Karperweg 8 3Dmetal meer geluidsbelasting ruimte krijgen . De verhoging van 3 dB(A) kan gezien worden als een minieme verhoging, wij ervaren echter nu al geluidshinder van 3Dmetal en Orgaworld.
Lawaai overlast stijgt niet evenredig met de cijfermatige verhoging, maar kent een steilere curve.
Verder liggen Orgaworld en 3Dmetal buiten de 43 ha die genoemd wordt in het Inpassingsplan van de provincie. Er zijn aparte omgevingsvergunningen voor. En die dienen te blijven bestaan zoals ze zijn opgesteld.
Verder constateren we dat er nergens genoemd staat, waar vaak voor gepleit is, dat de meeste overlastgevende bedrijven het meest geconcentreerd zullen worden op de locaties binnen het plangebied, die het verst verwijderd zijn van bewoning, en dus daarmee rekening houdend met bewoning aan zowel de noordoostzijde als aan de zuidzijde.
We wonen en werken in de directe omgeving en ervaren nu al veel geluidshinder, dag en nacht!
In afwachting van uw reactie,
………
………
……….. Lelystad
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl