Nadere regels Mede mogelijk maken

Geldend van 12-03-2022 t/m 31-10-2023

Intitulé

Nadere regels Mede mogelijk maken

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

Overwegende dat:

Provinciale Staten bij besluit van 16 februari 2022 een Flevolands fonds voor culturele ontwikkeling hebben ingesteld waarmee zij financiële middelen beschikbaar stellen voor het versterken van het culturele makersklimaat in Flevoland;

het wenselijk is een deel van de beschikbaar gestelde middelen via subsidieverstrekking in te zetten voor culturele instellingen en makers om hen te ondersteunen bij het verwerven van aanvullende financiële middelen elders voor het realiseren van hun plannen en activiteiten;

de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012 een procedureel kader geeft voor het verstrekken van subsidie die passen in het provinciaal beleid;

in deze Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012 aan hen de bevoegdheid is toegekend om nadere regels vast te stellen die onder meer betrekking hebben op de subsidiecriteria;

gelet op het bepaalde in artikel 2, tweede lid van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012;

BESLUITEN:

vast te stellen de volgende ‘Nadere regels Mede mogelijk maken’.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze Nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    ASF : Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012;

  • b.

    Nadere regels: Nadere regels Mede mogelijk maken;

  • c.

    Culturele instelling: instelling met rechtspersoonlijkheid die blijkens haar statuten het uitvoeren van culturele activiteiten tot doel heeft;

  • d.

    Maker: een zelfstandige die beroepsmatig werkzaam is in de culturele sector.

  • e.

    Culturele Codes: de Fair Practice Code, Governance Code Cultuur en de Code Diversiteit & Inclusie;

  • f.

    Fair Practice Code: nodigt uit tot kritische reflectie op ondernemen en werken in kunst en cultuur en biedt een handreiking hoe de betrokkenen samen tot een toekomstbestendige arbeidsmarkt en beroepspraktijk kunnen komen;

  • g.

    Governance Code Cultuur: instrument voor goed, verantwoord en transparant bestuur van culturele organisaties en het toezicht daarop;

  • h.

    Code Diversiteit & Inclusie: richtlijn om integraal diversiteitsbeleid te ontwikkelen op het terrein van Personeel, Publiek, Programmering en Partners;

  • i.

    Eenmalige subsidie: subsidie die incidenteel voor een bepaalde in tijd begrensde activiteit wordt verstrekt.

  • j.

    Subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van een éénmalige subsidie op grond van deze nadere regels;

  • k.

    Penvoerder: persoon of organisatie die namens de andere deelnemers aan een samenwerkingsproject de formele contactpersoon is en eindverantwoordelijke voor de administratieve, inhoudelijke en financiële afwikkeling van de gehonoreerde subsidieaanvraag.

Artikel 2. Doel nadere regels

Deze nadere regels zijn bedoeld om culturele instellingen en makers financieel te ondersteunen bij het verwerven van aanvullende financiële middelen elders om daarmee hun culturele (samenwerkings)projecten die in Flevoland plaatsvinden mede mogelijk te maken.

Artikel 3. Doelgroep/aanvrager

Subsidie kan worden aangevraagd door culturele instellingen of makers.

Artikel 4. Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor:

  • a.

    het inhuren van expertise voor het aanvragen van aanvullende financiële middelen elders of

  • b.

    de inzet van een penvoerder bij bovenlokale of (inter)nationale samenwerkingsprojecten.

Artikel 5. Subsidieplafond

  • 1. Het subsidieplafond voor 2022 bedraagt € 50.000.

  • 2. Voor de jaren vanaf 2022 maken Gedeputeerde Staten jaarlijks bij afzonderlijk besluit het subsidieplafond bekend.

Artikel 6. Subsidiehoogte en uitbetaling.

  • 1. De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten en bedraagt minimaal € 5.000 en maximaal € 15.000.

  • 2. Subsidie in het kader van artikel 4a worden direct vastgesteld en uitbetaald

  • 3. Subsidies in het kader van artikel 4b worden in twee tranches uitbetaald:

    • a.

      een eerste tranche van maximaal 50%, bestaande uit de subsidiabel geachte kosten verbonden aan het aanvragen van financiële middelen elders, direct na vaststelling van de subsidie en

    • b.

      een tweede tranche na ontvangst van de melding dat de aanvraag om financiële middelen elders is gehonoreerd

  • 4. De in het derde lid sub b genoemde uitbetaling vindt niet plaats als de aanvraag elders niet wordt gehonoreerd; dit betekent dat in de subsidiebeschikking hiervoor een voorbehoud wordt opgenomen

Artikel 7. Subsidiecriteria

Een aanvraag komt alleen voor subsidie in aanmerking wanneer:

  • a.

    de in te huren expert aantoonbare ervaring heeft op het terrein van het aantrekken van (aanvullende) middelen voor culturele instellingen of makers blijkend uit cv of portfolio of

  • b.

    de penvoerder aantoonbare ervaring heeft met penvoerderschap blijkend uit cv;

  • c.

    uit de begroting bij de subsidieaanvraag blijkt dat de te maken kosten voor het verwerven van financiële middelen elders, maximaal 10% bedragen;

  • d.

    het merendeel van de beoogde projectactiviteiten waarvoor een beroep op deze regeling wordt gedaan, in Flevoland plaatsvinden.

Artikel 8. Weigeringsgronden

In aanvulling op de weigeringsgronden van artikel 8 van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012, wordt een subsidie geweigerd wanneer:

  • a.

    de aanvraag niet past binnen het doel van deze nadere regels;

  • b.

    het subsidieplafond is bereikt;

  • c.

    er sprake is van stapeling van subsidies afkomstig van andere provinciale subsidieregelingen.

Artikel 9. Procedure

Aanvragen worden op volgorde van binnenkomst beoordeeld. Daarbij geldt als datum waarop de aanvraag is ingediend, de datum waarop de aanvraag compleet is. Na afronding van de activiteiten wordt de verleende subsidie beoordeeld/vastgesteld op basis van werkelijk gemaakte kosten.

Artikel 10. Subsidiabele kosten

Gedeputeerde Staten kunnen een subsidie verstrekken voor werkelijk gemaakte kosten die redelijkerwijs als noodzakelijk kunnen worden beschouwd.

Artikel 11. Niet subsidiabele kosten

In aanvulling op het bepaalde in artikel 6 van de Algemene Subsidieverordening Flevoland 2012 zijn De volgende kosten niet subsidiabel:

  • a.

    kosten die worden doorbelast vanuit een andere instelling/onderneming, waarbij uit de gegevens van de KvK blijkt dat deze wordt bestuurd door één of meer dezelfde bestuursleden;

  • b.

    reguliere exploitatiekosten;

  • c.

    kosten waarvoor op grond van een andere regeling al subsidie is ontvangen.

Artikel 12 Aanvraagperiode

Aanvragen om subsidie kunnen gedurende het hele jaar worden ingediend, maar uiterlijk dertien weken voordat de activiteit plaatsvindt.

Artikel 13. Aanvraag

  • 1. De aanvrager dient de subsidieaanvraag in door middel van het formulier op de website https://www.flevoland.nl/loket/subsidies/subsidie-aanvragen/eenmalige-subsidie

  • 2. In aanvulling op de in artikel 13 van de ASF genoemde gegevens moet bij de aanvraag

  • de volgende documenten aangeleverd worden:

    • -

      Plan van aanpak met tijdpad voor de fondsenwerving;

    • -

      Plan inclusief begroting op hoofdlijnen over het project waarvoor de expert of penvoerder voor wordt ingehuurd om fondsen voor te werven;

    • -

      Offerte van de expert indien subsidie wordt aangevraagd op basis van artikel 4a;

    • -

      CV of portfolio van de expert indien subsidie wordt aangevraagd op basis van artikel 4a;

    • -

      CV van de penvoerder indien subsidie wordt aangevraagd op basis van artikel 4b.

  • 3. In het plan op hoofdlijnen over het project moet ook worden aangegeven:

    • -

      hoe de instelling de Governance Code Cultuur, Code Fair Practice en Code Diversiteit en Inclusie toepast dan wel een toelichting waarom de codes niet of niet geheel worden toegepast;

    • -

      de haalbaarheid van de activiteiten waarvoor subsidie wordt gevraagd.

Artikel 14. Subsidieverplichtingen

Aan de subsidieontvanger worden in aanvulling op de verplichtingen die in de ASF 2012 zijn opgenomen, de volgende verplichting opgelegd:

De subsidieontvanger verstrekt achteraf informatie over de werkelijk gemaakte kosten of resultaten.

Artikel 15. Hardheidsclausule

Gedeputeerde Staten kunnen indien hiervoor naar hun oordeel dringende redenen zijn, gemotiveerd afwijken van deze nadere regels.

Artikel 16. Citeertitel

Deze nadere regels worden aangehaald als ‘Nadere regels Mede mogelijk maken’.

Artikel 17. Inwerkingtreding en looptijd

Deze nadere regels treden in werking na publicatie op www.overheid.nl en eindigen van rechtswege op 1 januari 2025.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten van 1 maart 2022.

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

de secretaris,

de voorzitter,