Regeling vervallen per 01-01-2024

Uitvoeringsbesluit op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de gemeente Dijk en Waard 2022

Geldend van 01-01-2022 t/m 31-12-2023

Intitulé

Uitvoeringsbesluit op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de gemeente Dijk en Waard 2022

Het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Heerhugowaard

GELET OP:

artikel 2 tweede lid, artikel 3 tweede lid en artikel 4 tweede lid van de Verordening op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de gemeente Dijk en Waard 2022

B E S L U I T

vast te stellen de volgende nadere regels voor de gemeentelijke begraafplaatsen:

Uitvoeringsbesluit op het beheer en gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de gemeente Dijk en Waard 2022

HOOFDSTUK 1. INLEIDENDE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit uitvoeringsbesluit wordt verstaan onder:

  • as: de crematieas van een overledene;

  • algemene bestemming: een bestemming bij de gemeente in beheer, waarvoor zij aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon de gelegenheid tot gebruik kan bieden;

  • asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • begraafplaatsen: de gemeentelijke begraafplaatsen Broek op Langedijk aan de Dorpsstraat in Broek op Langedijk, Krusemanlaan aan de Krusemanlaan in Heerhugowaard, Noord-Scharwoude aan de Kerklaan in Noord-Scharwoude, Oostervaart aan de Oostelijke Randweg in Zuid-Scharwoude, Oudkarspel aan de Dorpsstraat in Oudkarspel, Sint-Pancras aan de Bovenweg in Sint-Pancras, Veenhuizen aan de Kerkweg in Veenhuizen en Zuid-Scharwoude aan de Koog in Zuid-Scharwoude;

  • beheerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats(en) of degene die hem vervangt;

  • belanghebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie de gelegenheid tot gebruik van een bestemming is verleend;

  • bestemming: een geregistreerde plek voor lijk- of asbezorging of herdenking;

  • foetusgraf: een verzamelgraf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van een kindje dat na een zwangerschap van minder dan 24 weken levenloos ter wereld is gekomen dan wel binnen 24 uur na de geboorte is overleden;

  • gedenkplaats: een bestemming uitsluitend bedoeld om overledenen te herdenken;

  • gedenkteken: het monument, de beplanting, het naamplaatje en/of memorabilia op een bestemming;

  • graf: een ondergrondse bestemming;

  • grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie in een bestemming;

  • kindergraf: een ondergrondse bestemming speciaal bedoeld voor jonge kinderen;

  • opgraven: het opgraven van een lijk of asbus uit een bestemming;

  • particuliere bestemming: een bestemming waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend;

  • rechthebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een bestemming;

  • ruimen: het leegmaken van een bestemming;

  • uitvoerder: de ambtenaar die belast is met de dagelijkse uitvoering van werkzaamheden op de begraafplaats of degene die hem vervangt;

  • urn: een voorwerp ter berging van een of meer asbussen;

  • urnengraf: een ondergrondse bestemming uitsluitend bedoeld voor asbezorging;

  • urnennis: een bovengrondse bestemming uitsluitend bedoeld voor asbezorging.

HOOFDSTUK 2. BESTEMMINGEN, LIJK- EN ASBEZORGING

Artikel 2. Indeling bestemmingen

  • 1. Op de begraafplaats Broek op Langedijk kunnen worden uitgegeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin twee lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • b.

      Particuliere kindergraven (groot) van 1,20 meter lang en 0,80 meter breed, waarin één lijk en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • c.

      Particuliere urnengraven van 0,60 meter lang en 0,60 meter breed, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

    • d.

      Algemene urnennissen waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

  • 2. Op de begraafplaats Krusemanlaan kunnen worden uitgegeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin drie lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • b.

      Algemene graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin drie lijken kunnen worden begraven;

    • c.

      Particuliere kindergraven (groot) van 1,20 meter lang en 0,80 meter breed, waarin één lijk en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • d.

      Particuliere kindergraven (klein) van 0,60 meter lang en 0,80 meter breed, waarin één lijk en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • e.

      Particuliere urnengraven van 0,60 meter lang en 0,60 meter breed, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

    • f.

      Algemene urnennissen waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

    • g.

      Gedenkplaatsen op een van de herdenkingszuilen waarop één naamplaatje kan worden bevestigd;

  • 3. Op de begraafplaats Noord-Scharwoude kunnen worden uitgeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin twee lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven.

    • b.

      Algemene urnennissen, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet.

  • 4. Op de begraafplaats Oostervaart kunnen worden uitgegeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin drie lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • b.

      Algemene graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin drie lijken kunnen worden begraven;

    • c.

      Particuliere kindergraven (groot) van 1,20 meter lang en 0,80 meter breed, waarin één lijk en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • d.

      Particuliere urnengraven van 0,60 meter lang en 0,60 meter breed, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

    • e.

      Algemene urnennissen waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

  • 5. Op de begraafplaats Oudkarspel kunnen worden uitgeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin twee lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven.

    • b.

      Algemene urnennissen, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

  • 6. Op de begraafplaats Sint-Pancras kunnen worden uitgegeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin

      • I.

        op het oude gedeelte drie lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

      • II.

        op het nieuwe gedeelte aangelegd in 2012 twee lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • b.

      Particuliere kindergraven (groot) van 1,20 meter lang en 0,80 meter breed, waarin één lijk en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven;

    • c.

      Particuliere urnengraven van 0,60 meter lang en 0,60 meter breed, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

    • d.

      Algemene urnennissen, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

  • 7. Op de begraafplaats Veenhuizen kunnen worden uitgeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin twee lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven.

  • 8. Op de begraafplaats Zuid-Scharwoude kunnen worden uitgeven:

    • a.

      Particuliere graven van 2,20 meter lang en 1,20 meter breed, waarin twee lijken en zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte in de deklaag beschikbaar is, kunnen worden begraven.

    • b.

      Algemene urnennissen van 0,36 meter hoog, 0,36 meter breed en 0,20 meter diep, waarin zoveel asbussen naast elkaar als er fysieke ruimte beschikbaar is, kunnen worden bijgezet;

Artikel 3. Uitgifte bestemmingen

  • 1. De particuliere graven worden uitgegeven in volgorde van ligging en anders op aanwijzen van de beheerder.

  • 2. De algemene urnennissen worden uitgegeven in volgorde van het vooraf vastgestelde schema van uitgifte.

Artikel 4. Uitgiftetermijnen bestemmingen

  • 1. De termijn begint te lopen op de datum waarop een bestemming is uitgegeven.

  • 2. Het recht op een particulier graf wordt uitgegeven voor een termijn van twintig jaar en kan op aanvraag worden verlengd met een termijn van tien of van twintig jaar.

  • 3. De gelegenheid tot het gebruik van een algemene urnennis wordt uitgegeven voor een termijn van tien of van twintig jaar en kan op aanvraag worden verlengd met een termijn van tien of van twintig jaar, mits de aanvraag maximaal twee jaar voor het verstrijken van de lopende termijn wordt ingediend en indien dit wegens de situatie op de begraafplaats niet bezwaarlijk is.

  • 4. De gelegenheid tot het gebruik van een algemene gedenkplaats wordt uitgegeven voor een termijn van tien jaar en kan op aanvraag worden verlengd met een termijn van tien jaar, mits de aanvraag maximaal twee jaar voor het verstrijken van de lopende termijn wordt ingediend en indien dit wegens de situatie op de begraafplaats niet bezwaarlijk is.

  • 5. Indien de aanvrager de uit de aanvraag voortvloeiende lijkbezorgingsrechten niet tijdig betaald, is het college bevoegd het recht of de mogelijkheid tot gebruik van de bestemming te doen vervallen.

Artikel 5. Overschrijving van verleende rechten op een bestemming

  • 1. Het recht op een particulier graf kan met toestemming van de rechthebbende worden overgeschreven op naam van een ander natuurlijk persoon of rechtspersoon.

  • 2. Na het overlijden van de rechthebbende kan het recht op het particuliere graf worden overgeschreven op naam van een natuurlijk persoon of rechtspersoon, indien de aanvraag daartoe wordt gedaan binnen zes maanden na het overlijden van de rechthebbende. Indien de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan.

  • 3. Indien na het overlijden van de rechthebbende de aanvraag tot overschrijving aan het college niet wordt gedaan binnen de in het tweede lid van dit artikel gestelde termijn, is het college bevoegd het recht op het particuliere graf te doen vervallen.

Artikel 6. Afstand doen van rechten op een bestemming

Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op een bestemming. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.

Artikel 7. Kennisgeving lijk- en asbezorging en plechtigheden

  • 1. De schriftelijke aanvraag voor een lijk- of bezorging dient uiterlijk om 12:00 uur van de werkdag voorafgaande aan die waarop de lijk- of asbezorging zal plaatsvinden in het bezit te zijn van de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.

  • 2. Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de beheerder. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.

Artikel 8. Over te leggen stukken voor lijk- en asbezorging

  • 1. Tot begraving wordt niet overgegaan dan nadat het verlof tot begraven of in het geval van een begraving in het foetusgraf nadat een artsverklaring van geboorte na een zwangerschap van minder dan 24 weken is overgelegd aan de beheerder.

  • 2. Indien de begraving of de bezorging van as in een particulier graf zal plaatsvinden, dient een machtiging daartoe aan de beheerder te worden overgelegd ondertekend door de rechthebbende of, indien deze is overleden, door degene die in de uitvaart voorziet.

  • 3. Lijkbezorging in een particulier graf waarvan de termijn afloopt binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn voor het te bezorgen lijk, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de termijn.

  • 4. De beheerder of de uitvoerder bepaalt of de overgelegde stukken toereikend zijn.

Artikel 9. Tijden van lijk- en asbezorging

  • 1. De tijd van lijk- en asbezorging is:

    • a.

      op werkdagen van 09:00 tot 16:00 uur;

    • b.

      op zaterdag van 09:00 tot 14:00 uur.

  • 2. Het college kan in bijzondere gevallen van deze tijden afwijken.

Artikel 10. Uitvoering lijk- en asbezorging

Het openen van een bestemming voor lijk- of asbezorging en het daarna weer sluiten, alsmede het bedienen van de hulpmiddelen daartoe mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats of op aanwijzingen en onder toezicht van de uitvoerder.

Artikel 11. Voorschriften aan lijkomhulsels voor lijkbezorging

  • 1. Een lijk mag uitsluitend worden begraven in een kist of ander omhulsel, eventueel met gebruikmaking van een lijkhoes, die voldoen aan de in de volgende twee leden opgenomen eisen.

  • 2. Bij de vervaardiging van lijkkisten zijn voor de volgende onderdelen of bewerkingen de volgende kunststoffen of toepassingen van kunststoffen toegelaten:

    • a.

      Spaanplaat: Verlijmde houtspaanders/houtvezels. Het spaanplaat bevat niet meer dan 10 mg vrij of gemakkelijk vrij te maken formaldehyde per 100 gram plaatmateriaal. Gemeten met de fotometrische methode is dit 8 mg formaldehyde per 100 gram droog plaatmateriaal (normuitgave NEN-EN 120 uit 1991).

    • b.

      Lijm: Verwerkt in houtspaanplaat: ureumformaldehyde-lijm of isocyanaatlijm;

      verwerkt in schottenlijm: ureumformaldehyde-lijm en/of PVAC-lijm; verwerkt in perslijm: PVAC lijm - polyvinylacetaat; verwerkt in constructielijm: PVAC lijm - polyvinylacetaat.

    • c.

      Lak: Nitrocelluloselak dan wel een combinatielak van nitrocellulose, alkydharsen, en -eventueel - polyesterharsen.

    • d.

      Handgrepen, sierschroeven en andere ornamenten: Handgrepen, ornamenten en accessoires van graf- en crematiekisten dienen uitgevoerd te worden in vergankelijk materiaal, dan wel van buitenaf verwijderd te kunnen worden.

    • e.

      Hoofdkussen of hoofdsteun: Zak van vergankelijk materiaal gevuld met houtkrullen of kartonnen hoofdsteun.

    • f.

      Binnenbekleding: Niet geïmpregneerd papier aan de binnenkant van de deksel en de wanden; katoen, zijde, rayon, of cellulose-acetaat dan wel een mengsel van genoemde stoffen, en wel zo dat de stof van de binnenbekleding niet in één stuk over de bodem en wanden van de kist wordt gespreid, maar dat voor de bodem een los stuk stof wordt gebruikt.

    • g.

      Bodembedekking: Niet-geïmpregneerd papier op de bodem, al dan niet voorzien van een extra celstof onderlegger.

    • h.

      Print en kantenband: Basispapier op edelcellulosebasis met anorganische pigmenten.

  • 3. Materiaal voor lijkhoezen dient aan de volgende eisen te voldoen:

    • a.

      Doorlaatbaarheid

      • i.

        Van water: gedurende zeven dagen voortdurend contact met water van 5°C en 20°C bij pH = 7,0 mag het materiaal niet meer dan 1 mg vloeibaar water per vierkante meter per uur doorlaten, gemeten volgens norm DIN 53122 of een vergelijkbare norm.

      • ii.

        Van gas: na veertien dagen mag de doorlaatbaarheid voor gasvormig kooldioxide, gemeten volgens norm DIN 53122 of een vergelijkbare norm, niet minder zijn dan 150 ml per vierkante meter per uur en voor zuurstof niet minder dan 200 ml per vierkante meter per uur.

    • b.

      Mechanische eigenschappen

      • i.

        i. Treksterkte: de treksterkte van het materiaal en van de lasverbindingen mag niet minder bedragen dan 1 N per millimeter, gemeten volgens norm DIN 53455 of een vergelijkbare norm.

      • ii.

        ii. Vouwbestendigheid: als het materiaal wordt dubbelgevouwen en de vouw gedurende dertig minuten wordt belast bij een druk van 5 N per vierkante centimeter, mag het materiaal in de vouw geen scheur vertonen.

    • c.

      Vorm Gedurende twee jaar opslag bij 20°C mag de krimp in de lengte- en breedterichting niet meer dan 10% bedragen, gemeten volgens norm ASTM: D 2732-83 of een vergelijkbare norm.

    • d.

      Biologische afbreekbaarheid: Het materiaal van de lijkhoezen dient binnen 90 dagen voor meer dan 98% te worden afgebroken, gemeten volgens norm ASTM: D 5338-92 of een daarmee vergelijkbare norm. Daarnaast dienen uit de lijkhoezen, zowel bij de biologische afbraak als bij crematie, geen schadelijke stoffen vrij te komen. Voor zware metalen (Pb, Cr, Ni, Cu, Cd, Zn) en gechloreerde koolwaterstoffen dient voldaan te worden aan de Duitse Bundesgütegemeinschaft-norm RAL GZ 251 of een daaraan gelijk te stellen norm. Voor de bepaling hiervan dient gebruik te worden gemaakt van de norm ASTM: D 5152-91 of een vergelijkbare norm.

  • 4. Andere omhulsels dan lijkkisten en lijkhoezen die op het doel van begraven of verbranden zijn afgestemd, zijn toegestaan bij begraven of verbranden mits zij voldoen aan de hierboven gestelde eisen van doorlatendheid voor lucht en biologische afbreekbaarheid voor zover deze omhulsels dan wel onderdelen daarvan niet verwijderd worden voorafgaand aan het begraven of verbranden.

  • 5. Indien bij het bijzetten van een asbus gebruik wordt gemaakt van een biologisch afbreekbaar omhulsel, kan de as niet worden teruggegeven na het verlopen van het recht of de mogelijkheid tot gebruik van de bestemming.

Artikel 12. Opgraving

  • 1. Een nabestaande van een overledene die begraven is in een algemeen graf kan een aanvraag indienen om na de termijn genoemd in wet op de lijkbezorging art. 31 lid 2 het lijk - indien mogelijk - op te graven om deze elders te begraven of alsnog te cremeren.

  • 2. De rechthebbende van een particulier graf kan een aanvraag indienen om een lijk uit het graf op te graven om deze op te graven om deze elders te begraven of alsnog te cremeren.

De rechthebbende van een particulier urnengraf als mede de belanghebbende van een algemene urnennis kan een aanvraag indienen om een asbus uit het graf op te graven om deze elders bij te zetten of om de as te verstrooien.

Artikel 13. Ruiming

  • 1. Bij het opgraven van lijken en de ruiming van graven zijn geen andere personen aanwezig dan degenen die door de beheerder met deze werkzaamheden zijn belast.

  • 2. De beheerder draagt er zorg voor dat met de bij de ruiming van het graf nog aanwezige menselijke resten te allen tijde respectvol wordt omgegaan en dat bezoekers van de begraafplaats niet met menselijke resten worden geconfronteerd.

  • 3. De bij de ruiming van het graf nog aanwezige menselijke resten worden begraven en de as wordt verstrooid op een van de daartoe bestemde gedeelten van de begraafplaats(en).

HOOFDSTUK 3. GEDENKTEKENS

Artikel 14. Gedenktekens: algemeen

  • 1. Voor het hebben van een gedenkteken is geen schriftelijke vergunning nodig van het college.

  • 2. Voor het plaatsen van een gedenkteken dient een afspraak te worden gemaakt met de uitvoerder.

  • 3. De uitvoerder kan de plaatsing van een gedenkteken weigeren of een gedenkteken verwijderen indien niet voldaan wordt aan de vastgestelde nadere regels. Dit zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

  • 4. Het (doen) plaatsen, aanbrengen, herstellen, vernieuwen of verwijderen van het gedenkteken geschiedt door, voor rekening van en voor risico van de rechthebbende of de belanghebbende.

  • 5. De gedenkteken mag geen afbreuk doen aan het aanzien van de begraafplaats.

  • 6. Het college kan het gedenkteken tijdelijk verwijderen indien dit voor werkzaamheden noodzakelijk is.

Artikel 15. Gedenktekens: afmetingen

  • 1. Voor de onderstaande bestemmingen mag de gedenkteken gerekend vanaf maaiveld een

    • a.

      maximale afmeting hebben van:

    • b.

      Particulier graf: 1,90 m lang, 0,80 m breed en 1,80 m hoog;

    • c.

      Algemeen graf: 0,60 m lang, 0,80 m breed en 0,30 m hoog;

    • d.

      Particulier kindergraf (groot): 1,20 m lang, 0,80 m breed en 1,20 m hoog;

    • e.

      Particulier kindergraf (klein): 0,60 m lang, 0,60 m breed en 0,30 m hoog;

    • f.

      Particulier urnengraf: 0,50 m lang, 0,50 m breed en 0,50 m hoog.

Artikel 16. Gedenktekens: materialisering

  • 1. Het gedenkteken dient te zijn vervaardigd uit duurzame materialen:

    • a.

      Duurzame materialen zijn vast en niet buigzaam zoals: natuursteen, glas, hout, keramiek, kunststof of metaal.

    • b.

      De dragende constructie bestaat uit materiaal van minimaal 0,05 meter, of in het geval van glas 0,012 meter dikte.

    • c.

      De materialen zijn van nature of middels een daartoe speciale behandeling weersbestendig, onderhoudsvrij en niet breukgevoelig.

    • d.

      Het gedenkteken bestaat uit een geheel waarvan de praktische toepasbaarheid zoals opnemen, verplaatsen e.d. gewaarborgd is.

    • e.

      Een betonplaat ter fundering onder het gedenkteken is vereist.

    • f.

      De plaats van het staande gedenkteken is aan het hoofdeind van de grafruimte.

    • g.

      Het gebruik van grind of schelpen is alleen toegestaan op een verharde ondergrond dat voorzien is van opstaande randen.

  • 2. Op de begraafplaats Veenhuizen dient het gedenkteken vervaardigd te zijn uit Belgisch hardsteen en of marmer. De subartikelen b. t/m g. van lid 1 zijn ook op gedenktekens op de begraafplaats Veenhuizen van toepassing.

Artikel 17. Gedenktekens: sluitstenen voor de algemene urnennissen

  • 1. Sluitstenen van 0,36 meter breed en 0,36 meter breed voor de algemene urnennissen worden door de gemeente geleverd.

  • 2. Sluitstenen mogen aan het oppervlakte aan de buitenzijde voor maximaal 20% bedekt worden met een ander materiaal.

  • 3. Het beletteren van de sluitstenen geschiedt door, voor rekening van en voor risico van de belanghebbende.

Artikel 18. Gedenktekens: naamplaatjes voor gedenkplaatsen

Naamplaatjes voor gedenkplaatsen worden door de gemeente geleverd en beletterd. De belettering van een naamplaatje is beperkt tot de voorletters of voornaam, de achternaam, de geboortedatum en de overlijdensdatum van één overledene.

Artikel 19. Gedenktekens: onderhoud door rechthebbende of belanghebbende

  • 1. De rechthebbende of de belanghebbende is verplicht het gedenkteken behoorlijk te onderhouden of te herstellen.

  • 2. Het gedenkteken dient ten allen tijde leesbaar te zijn.

  • 3. Gewassen die op de graven worden geplant mogen bij volle wasdom de in artikel 14 lid 5 genoemde maten niet overschrijden of moeten door besnoeiing daarbinnen blijven.

  • 4. Niet-blijvende beplanting en losse memorabilia op een graf mogen niet in een verwaarloosde staat verkeren.

  • 5. Grafbeplanting of losse memorabilia, die niet voldoen aan hetgeen beschreven is in lid 3 en 4 van dit artikel, kunnen door de beheerder worden verwijderd Dit zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

  • 6. Monumenten, die in kennelijke staat van verwaarlozing verkeren, kunnen door de beheerder na uitblijven van herstel na aanschrijving van de rechthebbende of belanghebbende worden verwijderd. Dit zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

Artikel 20. Gedenktekens: verwijdering na verstrijken van de termijn

  • 1. Gedenktekens kunnen na het verstrijken van de termijn van uitgifte van de bestemming door het college worden verwijderd.

  • 2. Gedenktekens vervallen aan de gemeente indien door de rechthebbende of de belanghebbende voor het einde van de termijn van uitgifte van de bestemming of van het gebruik van de bestemming geen verzoek heeft gedaan tot het ophalen ervan. Dit zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is.

HOOFDSTUK 4. OPENSTELLING ORDE EN RUST

Artikel 21. Openstelling begraafplaatsen

  • 1. De begraafplaatsen zijn voor eenieder dagelijks toegankelijk tussen zonsopgang en - ondergang.

  • 2. Ter handhaving van de orde en rust of ter uitvoering van werkzaamheden op de begraafplaatsen kunnen de toegangen tijdelijk worden gesloten.

  • 3. Het is verboden gedurende de tijd dat de begraafplaatsen niet voor het publiek geopend zijn, zich daarop te bevinden, anders dan met toestemming van de beheerder of de uitvoerder.

Artikel 22. Ordemaatregelen

  • 1. Eenieder die de begraafplaats betreedt, is verplicht zich in het belang van de orde, rust en netheid te houden aan de aanwijzingen van de uitvoerder of de beheerder.

  • 2. De uitvoerder of de beheerder kan personen die zich niet aan de in het eerste lid bedoelde aanwijzing houden van de begraafplaats verwijderen of laten verwijderen.

  • 3. Het is verboden met motorrijtuigen op de begraafplaats(en) te rijden:

    • a.

      elders dan op de daartoe aangewezen rijwegen of met toestemming van de beheerder of de uitvoerder;

    • b.

      sneller dan 10 km per uur.

HOOFDSTUK 5. SLOTBEPALINGEN

Artikel 24. Overgangsbepaling

Besluiten van het college die genomen zijn krachtens het Uitvoeringsbesluit gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Heerhugowaard 2017 en krachtens het Uitvoeringsbesluit gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Langedijk 2015 gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

Artikel 25. Strafbepaling

  • 1. Hij die handelt in strijd met het Uitvoeringsbesluit gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Dijk en Waard 2022 kan worden gestraft met een geldboete van de eerste categorie en met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 26. Inwerkingtreding

  • 1. Dit uitvoeringsbesluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2022.

  • 2. Gelijktijdig vervalt het Uitvoeringsbesluit gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Heerhugowaard 2017 en het Uitvoeringsbesluit gemeentelijke begraafplaatsen gemeente Langedijk 2015.

Artikel 27. Citeertitel

Dit uitvoeringsbesluit wordt aangehaald als: Uitvoeringsbesluit gemeentelijke begraafplaatsen Gemeente Dijk en Waard 2022.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de B&W-vergadering van 12 oktober 2021