Verordening Geldelijke tegemoetkoming aan fracties 2021

Geldend van 16-03-2022 t/m heden

Intitulé

Verordening Geldelijke tegemoetkoming aan fracties 2021

De raad van de gemeente Zoetermeer,

Besluit

  • 1.

    De verordening Geldelijke tegemoetkoming aan fracties in te trekken.

  • 2.

    De verordening Geldelijke tegemoetkoming aan fracties 2021 vast te stellen.

  • 3.

    De verordening Geldelijke tegemoetkoming aan fracties in te laten gaan per 16 maart 2022.

Over dit besluit geen referendum mogelijk te maken omdat het een organisatorische aangelegenheid van de raad betreft.

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder fractie: het lid of de gezamenlijke leden van een politieke groepering, dat (die) op grond van de uitslag van de laatstgehouden verkiezingen van de leden van de gemeenteraad in de raad van de gemeente zitting heeft (hebben) namens die groepering.

Artikel 2: Aanspraak op vergoeding

Aan elke fractie wordt van gemeentewege een tegemoetkoming verleend in de kosten ten behoeve van het raadswerk in fractieverband gemaakt.

Artikel 3: Besteding van de vergoeding

  • 1. Fracties besteden de bijdrage om hun volksvertegenwoordigende, kaderstellende en controlerende rol te versterken.

  • 2. De bijdrage mag niet gebruikt worden ter bekostiging van:

    • a.

      uitgaven die in strijd zijn met wettelijke bepalingen en overige regelingen;

    • b.

      betalingen aan politieke partijen, met politieke partijen verbonden instellingen of natuurlijke personen anders dan ter vergoeding van prestaties (diensten of goederen) geleverd ten behoeve van de fractie op basis van een gespecificeerde, reële declaratie;

    • c.

      giften;

    • d.

      uitgaven welke dienen bestreden te worden uit vergoedingen die de leden ingevolge het rechtspositioneel besluit raads- en commissieleden toekomen.

  • 3. Het seniorenconvent stelt een lijst op ter nadere verduidelijking van de onder lid 2 genoemde onderwerpen en de raad neemt er een besluit over.

Artikel 4: Berekening van de vergoeding

  • 1. Bij de berekening van de in artikel 2 genoemde tegemoetkoming wordt uitgegaan van de volgende basisbedragen:

    • a.

      per kalenderjaar per fractie: € 4.610,00 (prijspeil per 1 januari 2021)

    • b.

      per kalenderjaar per fractielid: € 565,00 (prijspeil per 1 januari 2021)

  • 2. De basisbedragen, genoemd in het eerste lid, worden jaarlijks aangepast aan de bij de opstelling van de gemeentebegroting gehanteerde prijsontwikkeling.

  • 3. Het bedrag van de in artikel 2 genoemde tegemoetkoming wordt berekend naar het aantal leden dat elke fractie in de eerste vergadering van de raad in een nieuw kalenderjaar telt, opengevallen en niet vervulde plaatsen daarbij inbegrepen.

Artikel 5: Verstrekking van de vergoeding

  • 1. De vergoeding wordt bij wijze van voorschot per kwartaal verstrekt.

  • 2. In een jaar waarin verkiezingen plaatsvinden wordt een evenredig deel van het voorschot verstrekt voor de maanden tot en met de maand waarin de verkiezingen plaatsvinden. In de eerste maand na de maand waarin de eerste vergadering van de nieuwgekozen raad heeft plaatsgevonden, wordt het resterende deel van het voorschot verstrekt voor de overige maanden van dat jaar.

  • 3. De vergoeding wordt overgemaakt op een zakelijke bankrekening op naam van de lokale fractie.

Artikel 6: Wijziging vergoeding

  • 1. Indien tijdens een kalenderjaar een of meer raadsleden, die deel uitmaken van een in artikel 1 bedoelde fractie, na mededeling aan de voorzitter van de raad als zelfstandige fractie(s) gaat (gaan) optreden, heeft (hebben) zij geen aanspraak op de in artikel 4 lid 1a bedoelde tegemoetkoming voor de rest van de zittingsperiode van de raad. Zij heeft (hebben) aanspraak op de in artikel 4 lid 1b bedoelde tegemoetkoming met ingang van het eerstvolgende nieuwe kalenderjaar.

  • 2. Als tijdens een kalenderjaar een lid van een fractie zich aansluit bij een andere bestaande fractie, na mededeling aan de voorzitter van de raad, hebben de betrokken fracties aanspraak op de in artikel 2 bedoelde tegemoetkoming met inachtneming van het nieuwe aantal leden met ingang van het eerstvolgende nieuwe kalenderjaar.

Artikel 7: Reserves

  • 1. De raad reserveert het in enig jaar niet gebruikte gedeelte van de bijdrage toekomend aan een fractie ter besteding door die fractie in het daaropvolgende jaar.

  • 2. De reserve is niet groter dan 30% van de bijdrage die de fractie in het voorgaande kalenderjaar toekwam ingevolge artikel 4.

  • 3. Het beroep op de opgebouwde reserve komt tot uitdrukking in de afrekening als bedoeld in artikel 8.

  • 4. De reserve blijft na verkiezingen beschikbaar voor de fractie die onder dezelfde naam terugkeert, dan wel voor de fractie die naar het oordeel van de raad als rechtsopvolger daarvan kan worden beschouwd.

  • 5. Als bij zetelverlies de reserve voor een fractie hoger zou worden dan aangegeven in het tweede lid, vervalt het recht op dat meerdere.

  • 6. Bij splitsing van een fractie heeft de nieuw ontstane fractie geen recht op (een deel van) eventuele reserves van de fractie waaruit zij ontstaan is

Artikel 8: Rekening en verantwoording

  • 1. Binnen twee maanden na afloop van het kalenderjaar legt elke fractie aan de raad rekening en verantwoording af over de besteding van de vergoeding, onder overlegging van een verslag.

  • 2. Het verslag vermeldt in elk geval:

    • a.

      het bedrag dat in het voorafgaande kalenderjaar aan vergoeding is ontvangen;

    • b.

      het bedrag van de uitgaven ten laste van de reserve als bedoeld in artikel 7;

    • c.

      ten behoeve van welke uitgaven de vergoeding is besteed.

  • 3. Bij het verslag wordt gevoegd een verklaring van de fractie over de juistheid van de overgelegde gegevens. Deze verklaring wordt ondertekend door de fractievoorzitter en de penningmeester.

  • 4. Controle van het verslag vindt plaats door een interne controleur van de afdeling Financiën en Control, belast met de controle van de jaarrekening. Deze controleur brengt dit advies uit aan de raad.

Artikel 9: Vaststelling vergoeding

Binnen vier maanden na ontvangst van het rapport van bevindingen van de interne controleur van de afdeling Financiën en Control stelt de raad de bedragen vast van:

  • a.

    de voor vergoeding in aanmerking komende uitgaven van de desbetreffende fracties;

  • b.

    de hoogte van de reserve voor het jaar volgend op het jaar waarover de controle heeft plaatsgevonden.

  • c.

    de hoogte van het terug te storten bedrag.

Artikel 10: Overgangs- en slotbepaling

  • 1. Op de vaststelling en afrekening van de vergoedingen over de kalenderjaren tot en met 15 maart 2022 blijft de op 18 december 2017 vastgestelde verordening van toepassing.

  • 2. Deze verordening treedt in werking per 16 maart 2022.

  • 3. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening Geldelijke tegemoetkoming aan fracties 2021’.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad op 1 november 2021.

de griffier,

drs. R. Blokland MCM

de voorzitter,

drs. M.J. Bezuijen