Regeling vervallen per 21-02-2023

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen houdende regels omtrent subsidie op het gebied van innovatie en duurzaamheid voor kleine ondernemingen, middelgrote of micro-ondernemingen (Subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB 2021 provincie Groningen)

Geldend van 07-04-2021 t/m 20-02-2023

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen houdende regels omtrent subsidie op het gebied van innovatie en duurzaamheid voor kleine ondernemingen, middelgrote of micro-ondernemingen (Subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB 2021 provincie Groningen)

Gedeputeerde Staten van Groningen maken bekend dat zij op 23 maart 2021, nr. A.19, afdeling ECP, dossiernummer K24449 het volgende besluit hebben genomen:

Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen:

Overwegende dat:

  • -

    de COVID-19 pandemie van grote invloed is op de economie van Groningen;

  • -

    wij samen met het bedrijfsleven willen werken aan een toekomstbestendige economie;

  • -

    wij hierbij een voortrekkersrol willen vervullen bij het stimuleren van vernieuwing, duurzame ontwikkeling, vergroening en werkgelegenheid bij het regionale bedrijfsleven;

  • -

    met deze regeling Innovatief & Duurzaam MKB Groningen 2021 de provincie Groningen invulling geeft aan deze rol;

  • -

    de regeling Innovatief & Duurzaam MKB 2021 onderdeel is van Groningen@Work, Programma Economie & Arbeidsmarkt, Provincie Groningen 2020-2023.

Gelet op:

  • -

    Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    Artikel 3, derde lid van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017;

  • -

    De Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018;

  • -

    Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun (PbEU L 352), ook wel aangeduid als 'De-minimisverordening'.

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB 2021 provincie Groningen

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • b.

    De-minimisverordening: Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag op de-minimissteun (PbEU L 352/1);

  • c.

    Kaderverordening: Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017;

  • d.

    Procedureregeling: Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018;

  • e.

    MKB-onderneming: kleine onderneming, middelgrote of micro-onderneming als bedoeld in bijlage 1 van verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard;

  • f.

    project: betreft een serie activiteiten waaronder investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting en eventueel inzet van eigen uren of kosten voor inhuur van externe expertise;

  • g.

    duurzame bedrijfsuitrusting: een investering die wordt geactiveerd op de balans van de onderneming en die niet binnen twee jaar wordt afgeschreven, tenzij de bedrijfsuitrusting willekeurig kan worden afgeschreven op grond van fiscale regelgeving.

Artikel 2 Doel

Doel van de regeling is het stimuleren en ondersteunen van innovatie en duurzaamheid bij het Groningse MKB door investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting, waardoor de regio economisch wordt versterkt en werkgelegenheid wordt gecreëerd.

Artikel 3 Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door een in de provincie Groningen gevestigde MKB-onderneming die hier ondernemingsactiviteiten uitvoert en die niet valt onder de sectoren landbouw, bosbouw en visserij.

Artikel 4 Subsidievorm

Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze regeling subsidies in de vorm van een geldbedrag.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting van één of meerdere Groningse MKB ondernemingen.

Artikel 6 Aanvraag

In aanvulling op artikel 2.1 van de Procedureregeling:

  • a.

    kan subsidie bij Gedeputeerde Staten worden aangevraagd van 24 maart 2021 tot 31 december 2022 door indiening van het door Gedeputeerde Staten vastgesteld digitaal aanvraagformulier Innovatief & Duurzaam MKB 2021, dat volledig is ingevuld en ondertekend en voorzien is van de voorgeschreven bijlagen.

  • b.

    ligt aan het project een projectplan ten grondslag, waarin in ieder geval is opgenomen:

    • 1.

      op welke wijze wordt voldaan aan de vereisten van deze subsidieregeling genoemd in artikel 8;

    • 2.

      hoe de planning van de uitvoering van het project eruit ziet;

    • 3.

      een gedetailleerde projectbegroting, met daarin een duidelijk onderscheid tussen de begrotingsposten: eigen uren, investeringen en kosten voor inhuur externe expertise of advies;

    • 4.

      op welke wijze het project gefinancierd wordt.

Artikel 7 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25 en 4:35 Awb en de artikelen 2.5 en 2.6 van de Procedureregeling wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien:

  • a.

    een onderneming reeds subsidie uit deze regeling heeft ontvangen;

  • b.

    met de daadwerkelijke uitvoering van het project is begonnen voordat de aanvraag is ingediend;

  • c.

    het aangevraagde subsidiebedrag minder dan € 10.000,- bedraagt.

Artikel 8 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 5 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    het project wordt uitgevoerd in de provincie Groningen;

  • b.

    het project moet een innovatief karakter hebben, waarbij het project zorgt voor een significante verbetering van een product of productieproces. Bij het bepalen van het innovatieve karakter van het project wordt gekeken in hoeverre de investeringen in het project technologisch nieuw zijn voor de provincie. Daarnaast wordt meegewogen of de onderneming na uitvoering van het project voorop loopt in de provincie binnen zijn branche;

  • c.

    het project is duurzaam: dit wordt beoordeeld aan de hand van 12 duurzaamheidsthema's (beschreven in bijlage I van deze regeling). Hierbij moet het project minimaal aan twee van de subthema's binnen het onderdeel 'Planet' invulling geven, aan één van de subthema's van 'People' en aan één van de subthema's van 'Profit'. Het project dient te leiden tot een aantoonbare substantiële verbetering binnen de gekozen thema's binnen het ambitieweb;

  • d.

    het project leidt aantoonbaar tot economisch toegevoegde waarde, hierbij wordt gekeken naar: nieuwe werkgelegenheid, marktpotentie, versterking van de concurrentiepositie en extra omzet;

  • e.

    het project moet binnen twee jaar na indiening worden afgerond.

Artikel 9 Subsidiabele kosten

  • 1. Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      investeringen in duurzame bedrijfsuitrusting of lease van bedrijfsuitrusting;

    • b.

      kosten voor de inzet van eigen uren die toe te rekenen zijn aan de realisatie van het project. Hierbij wordt gerekend met een vast uurtarief van € 50,-;

    • c.

      kosten voor inhuur van externe expertise/advies.

  • 2. De kosten genoemd onder lid 1 sub b en c bedragen gezamenlijk maximaal 25% van de subsidiabele kosten.

Artikel 10 Niet subsidiabele kosten

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.5 van de Procedureregeling, komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    kosten voor de aankoop van onroerend goed;

  • b.

    kosten die met de indiening of verantwoording van de subsidieaanvraag gemoeid zijn, zoals de kosten van een subsidieadviseur.

Artikel 11 Subsidieplafond

Het subsidieplafond bedraagt voor de periode genoemd in artikel 6 € 1.000.000,-

Artikel 12 Subsidiehoogte

De hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 5 bedraagt 25% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 50.000,-

Artikel 13 Verdeelcriteria

  • 1. Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2. Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

  • 3. Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

Artikel 14 Bevoorschotting en betaling

In afwijking van artikel 2.9 lid 1 sub b en 2.9 lid 2 van de procedureregeling verstrekken Gedeputeerde Staten bij subsidieverlening een voorschot van 50% van het verleende subsidiebedrag.

Artikel 15 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Onverminderd de artikelen 2.10 en 2.14 van de Procedureregeling, gelden de volgende verplichtingen voor de subsidieontvanger:

  • a.

    het project wordt uitgevoerd overeenkomstig het projectplan;

  • b.

    substantiële wijzigingen in het project worden zo spoedig mogelijk gemeld aan Gedeputeerde Staten.

Artikel 16 Vaststelling

  • 1. Subsidies tot € 25.000 worden door Gedeputeerde Staten ambtshalve vastgesteld binnen 13 weken nadat de activiteiten uiterlijk moeten zijn verricht.

  • 2. Bij subsidies van € 25.000 of meer wordt binnen 13 weken na uitvoering van de activiteiten een aanvraag tot vaststelling ingediend, waarbij een verklaring inzake werkelijke kosten en opbrengsten is vereist.

  • 3. In de verklaring als bedoeld in het vorige lid geeft de subsidieaanvrager aan:

    • a.

      dat de activiteiten waarvoor de subsidie is verleend zijn verricht, voorzien van een korte toelichting;

    • b.

      dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan;

    • c.

      het totale bedrag van alle gerealiseerde subsidiabele kosten;

    • d.

      het totale bedrag van de gerealiseerde opbrengsten, inclusief bijdragen van derden; en

    • e.

      het totale bedrag van de gerealiseerde eigen bijdrage.

Artikel 17 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad.

Artikel 18 Intrekking en overgangsrecht

De subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB-3 wordt met ingang van 23 maart 2021 ingetrokken met dien verstande dat de subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB-3 van toepassing blijft op subsidies die voor de datum van inwerkingtreding van deze regeling zijn aangevraagd of verleend, en op daarop betrekking hebbende bezwaar- of beroepschriften.

Artikel 19 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB 2021 provincie Groningen.

Ondertekening

Groningen, 26 maart 2021.

Gedeputeerde Staten voornoemd:

F.J. Paas, voorzitter.

J. Schrikkema, secretaris.

Bijlage I Duurzaamheid

Provinciaal beleid

Duurzame ontwikkeling (DO) is één van de belangrijkste uitgangspunten bij ons provinciale beleid. De consequenties van ons handelen zorgen voor veranderingen in onze leefomgeving die vragen om een forse inzet op duurzaamheid. We willen als provincie Groningen dan ook koploper zijn op het gebied van duurzaamheid. Daarnaast willen we als regionale overheid onze voorbeeldfunctie vervullen.

Definitie Duurzame Ontwikkeling:

Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling binnen de fysieke grenzen van de aarde waarbij het welzijn van alle mensen in de samenleving voorop staat zodanig dat toekomstige generaties ook nog in hun behoeften kunnen voorzien.

Om tot bovenstaande duurzame ontwikkeling te komen dient een integrale afweging gemaakt te worden tussen de zogenaamde drie P's: People, Planet en Profit/Prosperity.

De aanvraag:

Hieronder staan de twaalf duurzaamheidsthema's van het Ambitieweb die samen de drie P's vormen. Ter verduidelijking wordt per thema een denkrichting en voorbeelden gegeven.

De aanvrager dient aan te geven aan welk thema aandacht besteed wordt en op welke wijze. Bij Planet moeten minimaal twee thema's aandacht krijgen, zodat het accent bij deze regeling op de vergroening van de economie ligt. De aanvrager dient de beweringen te onderbouwen. Bijvoorbeeld: bij energiebesparing hoeveel kwh minder of hoeveel m3 gas minder. En bij verminderde uitstoot hoeveel minder CO2, fijnstof ect.

Bij de andere P's dient de aanvrager minimaal één thema te omschrijven en concreet uit te werken.

Planet:

  • Energie

  • Materialen;

  • Bodem;

  • Water;

  • Ecologie (natuurlijk kapitaal);

  • Ruimtegebruik.

People

  • Ruimtelijke kwaliteit;

  • Cultuur/Welzijn/Leefomgeving;

  • Cultuur/Sociale relevantie.

Profit/Prosperity

  • Investeringen;

  • Vestigingsklimaat;

  • Bereikbaarheid.

------------------------------------------------------------------------------------------

Toelichting op de 12 thema's: denkrichtingen en voorbeelden.

Planet

  • Energie: bespaar op energie door bijvoorbeeld LED verlichting of minimale transportbewegingen; wek duurzame energie op met zonnepanelen, zet zo min mogelijk fossiele energie in.

    • -

      Besparing: hoeveel gaat u besparen in kwh, m3 gas of andere bronnen ?

    • -

      Opwekking duurzame energie: waarmee en hoeveel gaat u opwekken ?

    • -

      Hoeveel fossiele energie is nog nodig ?

    • -

      Reductie CO2 uitstoot: hoeveel minder CO2 uitstoot zal er zijn ?

  • Materialen: kies voor gecertificeerd materiaal; kies voor materiaal dat gerecycled kan worden; gebruik zo min mogelijk nieuwe grondstoffen; gebruik materiaal opnieuw; kies materiaal met lange levensduur; maak zo min mogelijk afval.

    • -

      Hoeveel afval gaat u minder produceren ?

    • -

      Wat en hoe gaat u recyclen ?

    • -

      Welke grondstoffen spaart u uit ?

    • -

      Welk milieuvervuilend product gaat u vervangen en door wat ?

  • Bodem: verstoor het bodem- en grondwatersysteem niet; stimuleer bodemleven en vruchtbare bodem; hergebruik grond; denk aan de waarde van archeologie.

    • -

      Hoe draagt u bij aan de bodemkwaliteit?

  • Water: scheid water; vang hemelwater op; houd water schoon; verbeter de kwaliteit van het water; voorkom uitdroging van de bodem.

    • -

      Hoeveel water bespaart u ?

    • -

      Hoeveel minder afvalwater heeft u ?

  • Ecologie(natuurlijk kapitaal): wees diervriendelijk; wees natuurvriendelijk (beperk geluid, trillingen, licht etc.); houd de biodiversiteit in stand.

    • -

      Welke maatregelen dragen bij aan de biodiversiteit ?

  • Ruimtegebruik: gebruik ruimte multifunctioneel; hergebruik bestaand bebouwd gebied; maak het gebied klimaatbestendig. (waterpartijen en groen tegen hitte, voorkom grote verharde oppervlakte).

    • -

      Hoe voorkomt u dat u (meer) ruimte inneemt of hoe bespaart u op ruimtegebruik ?

People

  • Ruimtelijke kwaliteit: zorg voor positieve belevingswaarde door goede ruimtelijke inpassing, zorg voor sociale veiligheid en behoud de waarde van cultureel en natuurlijk erfgoed.

  • Cultuur/Welzijn/Leefomgeving: zorg voor gezondheid door het beperken van hinder op gebied van geluid, trilling, stank, stof, straling en licht; beperk risico's en zorg voor veiligheid (verkeer, sociaal); geef schoonheid, rust en ruimte.

  • Sociale relevantie: zorg voor maatschappelijk draagvlak; zorg voor sociale betrokkenheid/verbondenheid; benut lokale kennis; zorg dat iedereen aan boord komt/integratie; zorg voor gelijkwaardigheid en eerlijke verdeling.

Profit/Prosperity

  • Investeringen: bereken de balans van de kosten en opbrengsten en streef naar de meest sociaal economische opbrengsten tegen de laagste prijs; zorg voor gecombineerd/flexibel gebruik; benut natuurlijk kapitaal; denk aan restwaarde voor objecten.

  • Vestigingsklimaat; stimuleer (lokale)werkgelegenheid; stimuleer samenwerking van bedrijven; draag bij aan innovatievermogen; vergroot de aantrekkelijkheid van een gebied.

  • Bereikbaarheid: stimuleer doorstroming en beperk knelpunten en hinder; gebruik de infrastructuur efficiënt en combineer zo veel mogelijk functies op één plek; maak een robuust en voor de toekomst betrouwbaar transportsysteem; streef naar zo min mogelijk brandstofgebruik

Toelichting behorende bij de Subsidieregeling Innovatief & Duurzaam MKB 2021 provincie Groningen

Algemeen

Deze subsidieregeling is vastgesteld op grond van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017 (Kaderverordening) en de Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018 (Procedureregeling). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van subsidies niet in de subsidieregeling zijn vastgelegd, maar in de Kaderverordening en Procedureregeling. In de Procedureregeling staat onder meer waar de aanvraag moet worden ingediend, wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten en algemene verplichtingen voor de subsidieontvanger, zoals de meldingsplicht.

Voor een goed begrip van deze subsidieregeling is dus bestudering van de Kaderverordening en Procedureregeling noodzakelijk. Ook de Algemene wet bestuursrecht bevat algemene bepalingen die onverkort van toepassing zijn op subsidies, verstrekt op grond van deze subsidieregeling.

Artikelsgewijs

Toelichting Artikel 3

Een MKB-onderneming die bij de Kamer van Koophandel staat ingeschreven onder één of meer van de volgende SBI-codes (CBS 2008, versie 2019) kan geen beroep doen op deze regeling:

  • 01

    Landbouw, jacht en dienstverlening voor de landbouw en jacht

  • 02

    Bosbouw, exploitatie van bossen en dienstverlening voor de bosbouw

  • 03

    Visserij en kweken van vis en schaaldieren

Toelichting Artikel 7, lid b

Activiteiten ter voorbereiding en voor het opstellen van de aanvraag, inclusief planvorming vallen hier niet onder.

Toelichting Artikel 8

  • lid c: bij het bepalen van het duurzame karakter van het project wordt gebruik gemaakt van de bijlage "Duurzaamheid' die onderdeel is van de regeling. Met behulp van deze bijlage dient de aanvrager aan te geven in hoeverre zijn of haar project scoort op de 12 duurzaamheidsthema's. Deze duurzaamheidsthema's zijn onderdeel van het "Ambitieweb van de aanpak duurzaam grond, weg-en waterbouw". De provincie toetst de bijdrage aan duurzaamheid separaat.

  • lid d: indien de aanvraag wordt gedaan door een startend bedrijf, dient de economisch toegevoegde waarde onderbouwd te worden met een ondernemers-/bedrijfsplan. Indien er sprake is van het betreden van een geheel nieuwe markt door een bestaande onderneming dient de aanvraag onderbouwd te worden met een marktanalyse.

Toelichting Artikel 9, lid 2

De kosten genoemd onder lid 1, sub a van dit artikel vormen te allen tijde de kern van het project, slechts aanvullend hierop dus nooit losstaand (ook niet bij vaststelling van de subsidie) zijn de kosten onder lid 1 sub b en sub c subsidiabel tot ten hoogste tot 25% van de totale subsidiabele kosten.