Regeling vervallen per 01-01-2022

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN SCHEEPVAARTRECHTEN ARNHEM 2021

Geldend van 11-12-2020 t/m 31-12-2021

Intitulé

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN SCHEEPVAARTRECHTEN ARNHEM 2021

DE RAAD VAN DE GEMEENTE ARNHEM

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 september 2020,

Bedrijfsvoering, zaaknummer 507303;

Gelet op artikel 229, eerste lid, onderdelen a en b van de Gemeentewet;

Besluit:

vast te stellen de

VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN SCHEEPVAARTRECHTEN 2021

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • 1. kade:

  • de rechter Rijnoever, met uitzondering van het voormalig Rijksveer Malburgen (kadastraal bekend als gemeente Arnhem, sectie D, nr. 4934 en 4648), beginnende bij de Boterdijk daar waar de damwand begint ter hoogte van kilometerraai 884.105 en eindigende bij de haven, alsmede de wal van de haven.

  • De kade bestaat uit de Nieuwe Haven, de Rijnkade en de Nieuwe Kade en uitsluitend bedrijfsmatig in gebruik zijnde schepen mogen aan de kade liggen;

  • 2. haven:

  • de haven van Malburgen (Nieuwe Haven) zoals op de bij deze verordening behorende tekening is aangegeven;

  • 3. vaartuig:

  • een drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebruikt dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen of voor het dragen of vervoeren van al dan niet met het drijvende lichaam één geheel uitmakende voorwerpen, met inbegrip van een houtvlot, een watervliegtuig, een draagvleugelboot, een luchtkussenvoertuig, een drijvende boorinstallatie, een baggermolen, een drijvende kraan, een elevator, een ponton en elk drijvend werktuig, drijvend voorwerp of drijvende inrichting;

  • 4. passagiersschip:

  • een vaartuig dat middel van vervoer is of hoofdzakelijk gebruikt wordt voor het bedrijfsmatig vervoer van personen;

  • 5. vrachtschip:

  • een vaartuig dat geheel of hoofdzakelijk gebruikt wordt voor het vervoer van goederen;

  • 6. pleziervaartuig:

  • een vaartuig dat is bestemd voor sportbeoefening of vrijetijdsbesteding, met een romplengte van maximaal 40 meter;

  • 7. langdurig verblijvend vaartuig:

  • een vaartuig dat langer dan een aaneengesloten periode van zes maanden een ligplaats inneemt en waarvoor een schriftelijke ontheffing op grond van artikel 2.1 van de verordening op het gebruik van de haven en kade is verleend door het college van burgemeester en wethouders;

  • 8. hospitaalschip:

  • een schip uitsluitend bestemd en gebruikt voor het verlenen van medische hulp, daaronder begrepen het vervoer van gehandicapten, zieken en gewonden;

  • 9. overige vaartuigen:

  • alle vaartuigen die niet onder de categorieën 4 tot en met 7, als bedoeld in dit artikel vallen;

  • 10. havenmeester:

  • de als zodanig van gemeentewege aangewezen ambtenaar aan wie het toezicht op de haven en de kade is opgedragen en zijn plaatsvervanger;

  • 11. meetbrief:

  • een door een daartoe bevoegde instantie uitgegeven en in Nederland geldig document betreffende de tonnenmaat en het laadvermogen van een vaartuig;

  • 12. laadvermogen:

  • het in kubieke meters uitgedrukte verschil tussen de zoetwaterverplaatsing van het vaartuig bij de grootst toegelaten diepgang en die van het ledige vaartuig;

  • 13. plaatsruimte:

  • de oppervlakte van een vaartuig, berekend door de grootste lengtemaat van het vaartuig te vermenigvuldigen met de grootste breedtemaat, uitgedrukt in vierkante meters;

  • 14. termijn:

  • een in de tabel genoemd tijdvak waarin het gebruik van de haven en/ of kade plaatsvindt:

    • a.

      dag : een etmaal;

    • b.

      week : een kalenderweek;

    • c.

      maand : een kalendermaand;

    • d.

      kwartaal : een kalenderkwartaal;

    • e.

      jaar : een kalenderjaar;

  • 15. jachthaven:

  • haven waar pleziervaartuigen aan steigers of kade mogen aanleggen;

  • 16. gebruik maken van de kade:

    • a.

      het rechtstreeks meren aan de kade van een vaartuig of

    • b.

      het zonder directe verbinding meren van een vaartuig voor de kade of

    • c.

      het door middel van een ander drijvend voorwerp aan de kade meren van een vaartuig of

    • d.

      het aantal te exploiteren vierkante meters aan of voor de kade indien het een jachthaven betreft;

  • 17. gezagvoerder:

  • degene, die op het vaartuig het gezag uitoefent en verantwoordelijk is voor de naleving van de geldende reglementen of degene die deze vervangt dan wel als zodanig optreedt; voor het geval noch de gezagvoerder, noch diens plaatsvervanger aanwezig is, wordt de eigenaar of gebruiker van het vaartuig aangemerkt als gezagvoerder. Voor jachthavens wordt de exploitant van de jachthaven als gezagvoerder aangemerkt;

  • 18. Green Award Certificaat:

  • een certificaat dat door de Stichting Green Award wordt uitgereikt. Vaartuigen met een Green Award Certificaat hebben tijdens een inspectie aangetoond dat zij voldoen aan bovenwettelijke eisen op het gebied van milieu, veiligheid en kwaliteit.

  • 19. doorvaart:

  • Het vrachtschip of overig vaartuig verblijft in de haven of aan de kade uitsluitend om te overnachten met een maximum van 4 dagen.

Artikel 2. Maatstaf van heffing

  • 1. Voor de berekening van het haven- en/of kadegeld gelden als grondslagen:

    • a.

      het laadvermogen van het vaartuig in tonnage zoals vermeld in de meetbrief;

    • b.

      de plaatsruimte van het vaartuig;

    • c.

      de locatie (zone) waar het vaartuig ligging neemt:

      zone 65000: Nieuwe Haven

      zone 65010: Nieuwe Kade

      zone 65020: Rijnkade

    • d.

      het aantal te exploiteren vierkante meters van een jachthaven.

  • 2. Voor het berekenen van het los- en opslaggeld geldt als grondslag de plaatsing van een object danwel het aantal vierkante meters oppervlakte.

  • 3. In de tarieventabel is aangegeven welke grondslag van toepassing is.

  • 4. Bij gebreke van een geldige meetbrief of bij weigering deze te tonen wordt het laadvermogen ambtshalve geschat en is de belasting naar de uitkomst van die schatting verschuldigd.

Artikel 3. Belastingtarief

  • 1. Het haven- en/of kadegeld en het los- en opslaggeld worden geheven naar de maatstaven en tarieven die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemd tijdvak, eenheid of afmeting voor een geheel gerekend.

  • 3. Voor de toepassing van de tarieven wordt op het haven- en kadegeld voor vaartuigen die in het bezit zijn van een Green Award Certificaat, een korting van 15% toegepast.

  • 4. Om in aanmerking te komen voor een korting als bedoeld in lid 3 moet bij binnenkomst in de haven worden aangegeven of het vaartuig over een Green Award Certificaat beschikt.

Artikel 4. Wijze van heffing

  • 1. Het haven- en/of kadegeld dat per keer berekend wordt, wordt geheven door voldoening op aangifte.

  • 2. Aangifte geschiedt door bij aanvang van het gebruik maken van de kade digitaal in te loggen bij een bedrijf waarmee de gemeente Arnhem een contract heeft afgesloten voor deze dienst.

  • 3. In afwijking van het in lid 1 genoemde, kan met toestemming van de havenmeester het haven- en kadegeld worden geheven bij wege van gedagtekende nota of andere schriftuur waarop het gevorderde bedrag wordt vermeld.

  • 4. Het los- en opslaggeld en de abonnementen voor haven- en/of kadegeld en los- en opslaggeld worden geheven bij wege van gedagtekende nota of andere schriftuur waarop het gevorderde bedrag wordt vermeld.

Artikel 5. Tijdstip van verschuldigdheid

  • 1. De rechten moeten worden voldaan op het moment van aanbieding van de nota of de andere schriftuur.

  • 2. Indien de nota of de andere schriftuur wordt toegezonden, dient het verschuldigde te worden betaald binnen 14 dagen na dagtekening van de nota of de andere schriftuur.

  • 3. Bij voldoening op aangifte dient het verschuldigde te worden betaald binnen 14 dagen na opgave van het verschuldigde bedrag.

Artikel 6. Kwijtschelding

Bij de invordering van de rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

HOOFDSTUK II HAVEN- EN KADEGELD / LOS- EN OPSLAGGELD

Artikel 7. Aard van de heffing / belastbaar feit

  • 1. Onder de naam haven- en kadegeld wordt een recht geheven wegens het gebruik maken van de haven en/ of kade overeenkomstig de bestemming daarvan en/of het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte diensten.

  • 2. Onder gebruik maken wordt mede verstaan het niet-onmiddellijk doch door middel van een ander drijvend voorwerp in de haven of aan de kade aanmeren van een vaartuig.

  • 3. Onder de naam los- en opslaggeld wordt voor het hebben van voorwerpen op of boven de kade een recht geheven.

Artikel 8. Belastingplicht

  • 1. Het haven- en/ of kadegeld wordt geheven van de gezagvoerder van het vaartuig- indien het recht per keer wordt berekend - over het tijdvak van ononderbroken gebruik van de kade. Bij hernieuwd gebruik van de kade vangt een nieuw tijdvak aan.

  • 2. De berekening van het recht geschiedt ter keuze van de belastingplichtige per keer of per jaar.

  • 3. De belastingplichtige is verplicht, zodra hij met een vaartuig ligplaats neemt, daarvan onverwijld kennis te geven aan de havenmeester.

  • 4. Het los- en opslaggeld wordt geheven van degene die één of meer voorwerpen heeft op of boven de kade, danwel van degene ten behoeve van wie die voorwerpen op of boven de kade worden aangetroffen.

Artikel 9. Vrijstellingen

Geen haven- en/ of kadegeld wordt geheven voor het gebruik maken van de haven en/of kade ten behoeve van:

  • 1.

    rijksvaartuigen, uitsluitend bestemd voor de openbare dienst;

  • 2.

    gemeentevaartuigen;

  • 3.

    hospitaalschepen;

  • 4.

    vaartuigen, waarvan de schippers ten genoegen van de havenmeester aantonen dat zij wegens ernstige familieomstandigheden of om redenen van overmacht van de haven en/of kade gebruik moeten maken, mits er niet geladen en/of gelost wordt;

  • 5.

    vrachtschepen, die aanleggen tot het doen van inkopen van levensmiddelen, mits dit niet langer duurt dan drie uur en er gedurende die tijd niet geladen en/of gelost wordt;

  • 6.

    vrachtschepen die voorafgaand gereserveerd hebben en op zaterdag na 12.00 uur aankomen en op maandag vóór 10.00 uur vertrekken zonder te hebben geladen en/of gelost.

Artikel 10. Reparatietarief

  • 1. Vrachtschepen die het havengebied gebruiken wegens reparatie aan het schip, waarbij de volledige aanmelding is gedaan door het te bezoeken scheepsreparatiebedrijf en waarbij er geen sprake is van laden en lossen, komen in aanmerking voor het reparatietarief.

  • 2. De havenmeester beoordeelt naar aanleiding van het verzoek als bedoeld in het eerste lid of er sprake is van reparatie of van laden en lossen.

HOOFDSTUK III SLOTBEPALINGEN

Artikel 11. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. De 'Verordening scheepvaartrechten 2020' van 13 november 2019 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3. Datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

  • 4. Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening scheepvaartrechten 2021.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 12 november 2020.

De griffier, De voorzitter,

TARIEVENTABEL behorend bij de ‘Verordening scheepvaartrechten 2021’ van 12 november 2020

RUBRIEK 1 Haven- en kadegeld

1.1.1. De in de tabel onder 1.1.2 en in 1.2.1 vermelde tarieven zijn exclusief BTW

1.1.2. Het haven- en kadegeld bedraagt:

 

Type schip

 

Plaatsruimte of laadvermogen

Tijdvak (indien per keer berekend)

Tarief per zone

Tijdvak (indien per abonnement berekend)

 
 
 
 
 
 

65000

65010

65020

 
 
 
 
 
 
 

Nieuwe Haven

Nieuwe Kade

Rijnkade

 
 

1.1.2.1

Pleziervaartuigen

 

Per strekkende meter

Per nacht

€ 1,50

€ 1,50

€ 1,50

Geen abonnement mogelijk

1.1.2.2

Passagiersschip

 

Per 1 m2

Per 7 dagen

€ 0,14

€ 0,13

€ 0,16

Per ½ jaar

€ 3,05

1.1.2.3

Vrachtschip

Laden en lossen roerende zaken

Per 1 ton

Per 7 dagen

€ 0,12

€ 0,12

€ 0,14

Per ½ jaar

€ 2,60

1.1.2.4

Vrachtschip

Laden en lossen roerende zaken indien gewicht < helft van (maximaal) tonnage van het vaartuig

Per 1 ton

Per 7 dagen

€ 0,06

€ 0,06

€ 0,07

Geen abonnement mogelijk

1.1.2.5

Vrachtschip

Doorvaart (maximaal 4 dagen)

Per 1 ton

Per 4 dagen

€ 0,04

€ 0,04

€ 0,05

Geen abonnement mogelijk

1.1.2.6

Overige vaartuigen

 

Per 1 m2

Per 7 dagen

€ 0,14

€ 0,13

€ 0,16

Per ½ jaar

€ 3,05

1.1.2.7

Reparatietarief vrachtschip

 

Per 1 ton

Per 4 dagen

€ 0,04

€ 0,04

€ 0,05

 
 

1.2.1 Het haven- en kadegeld bedraagt voor jachthavens voor iedere m2 te exploiteren gedeelte aan of voor de kade

per jaar € 1,55

RUBRIEK 2 Los- en opslaggeld

De in deze paragraaf vermelde tarieven zijn exclusief BTW

2 Het tarief bedraagt:

2.1 Voor het plaatsen op de kade van een met de grond verbonden kraan of van een ander los- of laadwerktuig zoals een mobiele kraan, een laadschop e.d.:

per jaar € 154,00

2.2 Het hiervoor genoemde bedrag wordt verhoogd met een bedrag berekend over de kade oppervlakte welke door het werktuig bestreken kan worden per m2:

-per jaar € 10,90

-per kwartaal € 3,40

-per maand € 1,55

-per week € 0,51

2.2.1 De verhoging als bedoeld in 2.2 is niet verschuldigd indien voor de hier bedoelde oppervlakte los- en opslaggeld als gemeld in deze rubriek van de tarieventabel

is voldaan voor de duur van een kalenderjaar.

2.3 Het tarief bedraagt: voor het plaatsen van voorwerpen op de kade - opslaggeld per m2

-per jaar € 10,90

-per kwartaal € 3,35

-per maand € 1,55

-per week € 0,51

BIJLAGE behorend bij 'Verordening Scheepvaartrechten 2021' van 12 november 2020

afbeelding binnen de regeling