Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Westland houdende regels omtrent sociale participatie kinderen (Verordening Sociale Participatie Kinderen Westland)

Geldend van 25-07-2020 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2019

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Westland houdende regels omtrent sociale participatie kinderen (Verordening Sociale Participatie Kinderen Westland)

De gemeenteraad van Westland;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 11 september 2018;

overwegende dat het gewenst is om een tegemoetkoming in de kosten van maatschappelijke, sociale, sportieve en culturele activiteiten van kinderen met ouders in financieel instabiele situaties bij verordening te regelen;

gelet op artikel 108 juncto 149 van de Gemeentewet;

besluit het volgende vast te stellen:

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In deze verordening worden de volgende begripsomschrijvingen gehanteerd:

    • a.

      kind: het schoolgaande kind, met een leeftijd van 4 tot en met 17 jaar, dat onderwijs of een beroepsopleiding volgt, voor wie de rechthebbende aanspraak maakt op kinderbijslag;

    • b.

      activiteiten: activiteiten die de mogelijkheden van kinderen om mee te doen in de maatschappij bevorderen en die kinderen, waar nodig, uit hun sociaal isolement halen;

    • c.

      inkomen: het inkomen, bedoeld in de artikelen 32 en 33 van de Participatiewet;

    • d.

      bijstandsnorm: de norm, bedoeld in artikel 5 onder c van de Participatiewet;

    • e.

      minnelijke schuldregeling: een overeengekomen schuldenaflossingstraject tussen schuldenaar en schuldeiser(s);

    • f.

      WSNP-traject: een schuldsaneringstraject conform de Wet schuldsanering natuurlijke personen;

    • g.

      college: het college van burgemeester en wethouders;

    • h.

      Kindpakket: verzameling aan activiteiten en producten waar het kind op grond van deze verordening en de nadere regels recht op heeft.

  • 2. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, Jeugdwet en de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Doel

Deze verordening heeft ten doel de sociale participatie van schoolgaande kinderen, die opgroeien in financieel instabiele situaties of uit een dergelijke situatie komen, te bevorderen.

Artikel 3 Activiteiten

  • 1. De bevordering van sociale participatie van kinderen wordt vormgegeven door de deelname aan activiteiten op het gebied van onderwijs, cultuur en sport te stimuleren en ondersteunende producten ten behoeve van deze activiteiten te verstrekken;

  • 2. Het college bepaalt in nadere regels voor welke activiteiten en producten op het gebied van onderwijs, sport en cultuur een tegemoetkoming kan worden verstrekt.

Artikel 4 Rechthebbenden

  • 1. Het college bepaalt in nadere regels wie als rechthebbenden voor het Kindpakket worden aangemerkt.

  • 2. In afwijking van het eerste lid verstrekt het college geen Kindpakket voor zover de rechthebbende voor de activiteiten of producten al een vergoeding op grond van een andere regeling of voorziening ontvangt.

Artikel 5 Inhoud Kindpakket

  • 1. Het college stelt de inhoud van het Kindpakket als bedoeld in artikel 3 vast in nadere regels;

  • 2. Het college stelt de tegemoetkoming per activiteit en product als bedoeld in artikel 3 vast in nadere regels.

Artikel 6 Aanvraag

  • 1. Het Kindpakket wordt verstrekt op aanvraag van een rechthebbende;

  • 2. Een aanvraag wordt bij het college ingediend door middel van een door of namens het college vast te stellen wijze;

  • 3. Het college bepaalt op welke wijze een aanvraag kan worden ingediend;

  • 4. In afwijking van het eerste lid verstrekt het college het Kindpakket zonder aanvraag na toetsing en blijk van recht aan:

    • a.

      rechthebbenden met algemene bijstand op grond van de Participatiewet;

    • b.

      rechthebbenden in een minnelijke schuldregeling of WSNP-traject.

Artikel 7 Betaling

Het college stelt de wijze van betaling van de activiteiten en producten vast.

Artikel 8 Hardheidsclausule

Het college kan ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepaling van deze verordening, voor zover de toepassing hiervan leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking twee weken na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Sociale Participatie Kinderen Westland.

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van de gemeenteraad van Westland van 11 december 2018.

de griffier

A.P.M.A.F. Bergmans

de voorzitter

A.M.A. van Ardenne – van der Hoeven