Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk houdende regels omtrent subsidie monumenten (Nadere regels subsidie monumenten Harderwijk 2020)

Geldend van 21-02-2020 t/m heden

Intitulé

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk houdende regels omtrent subsidie monumenten (Nadere regels subsidie monumenten Harderwijk 2020)

Het college van Burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk:

Gelet op:

De artikelen 2 en 3 van de Algemene Subsidie Verordening Harderwijk 2018 (Hierna: ASV), artikel 53 van de EU verordening nr.651/2014 van de commissie van 17 juni 2014 en het Staatsteunkader monumenten.

Overwegende dat:

  • -

    de gemeente Harderwijk haar erfgoed wil behouden;

  • -

    de gemeente Harderwijk op grond van de Erfgoedverordening Harderwijk 2017 onroerende zaken heeft aangewezen als gemeentelijk monument;

  • -

    in de gemeente Harderwijk rijksmonumenten aanwezig zijn;

  • -

    dat onderhoud en restauratie van belang zijn, voor de instandhouding van deze monumenten.

  • -

    het daarom gewenst is om onderhoud en restauratie van monumenten te stimuleren.

Besluiten:

de volgende nadere regels vast te stellen

Artikel 1: Begripsbepalingen

In deze nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    ASV: de algemene subsidieverordening Harderwijk 2018 of wijzigingen ervan;

  • b.

    gemeentelijke monumenten: onroerende zaken die op grond van de Erfgoedverordening Harderwijk 2017 zijn aangewezen als gemeentelijk monument;

  • c.

    rijksmonumenten: monumenten die zijn opgenomen in het monumentenregister van de gemeente Harderwijk, als bedoeld in artikel 6 van de Monumentenwet 1988;

  • d.

    monument; een gemeentelijk monument of een rijksmonument;

  • e.

    eigenaar: een natuurlijk of rechtspersoon, die in de kadastrale registers als eigenaar, erfpachter of houder van het recht van opstal staat ingeschreven;

  • f.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk;

  • g.

    subsidiabele kosten: kosten en werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het herstel en/of de instandhouding van een monument, zoals beschreven in de “Lijst van subsidiabele kosten en werkzaamheden ten behoeve van de berekening van de subsidiabele instandhoudingskosten”, zoals vastgesteld door Gedeputeerde Staten van Gelderland en zoals deze geldt op de datum van de aanvraag subsidie;

  • h.

    onderhoud: onderhoudswerkzaamheden zoals omgeschreven in de “Lijst van subsidiabele kosten en werkzaamheden ten behoeve van de berekening van de subsidiabele instandhoudingskosten”, zoals vastgesteld door Gedeputeerde Staten van Gelderland en zoals deze geldt op de datum van de aanvraag subsidie;

  • i.

    restauratie: restauratiewerkzaamheden zoals omschreven in de “Lijst van subsidiabele kosten en werkzaamheden ten behoeve van de berekening van de subsidiabele instandhoudingskosten”, zoals vastgesteld door Gedeputeerde Staten van Gelderland en zoals deze geldt op de datum van de aanvraag subsidie;

  • j.

    zelfstandig onderdeel: deel van een beschermd rijks- of gemeentelijk monument dat is aan te merken als een zelfstandige bouwkundige eenheid;

  • k.

    historische molen: een door wind, water of ros aangedreven krachtwerktuig inclusief bouwwerk, geschikt of bedoeld voor een historisch maal- productie- activiteitbedrijf;

  • l.

    draaipremie: subsidie vertrekt door de provincie Gelderland voor het draaien van een historische molen.

Artikel 2 Relatie met de ASV

  • 1 De ASV is van toepassing, tenzij daarvan in deze nadere regels uitdrukkelijk van wordt afgeweken.

  • 2 De subsidies die op grond van deze regels worden verstrekt zijn aan te merken als eenmalige subsidies.

Artikel 3 Subsidiabele activiteiten:

Het college kan subsidie verlenen voor de volgende activiteiten:

  • a:

    onderhoud aan gemeentelijke monumenten;

  • b:

    restauratie van gemeentelijke monumenten;

  • c

    onderhoud aan rijksmonumenten, indien de eigenaar geen recht of aanspraak heeft op subsidie van het Rijk voor onderhoud van het betreffende rijksmonument;

  • d

    in afwijking van c komt een historische molen wel in aanmerking voor subsidie voor onderhoud, als het betreffende monument recht of aanspraak heeft op subsidie van het Rijk voor onderhoud.

Artikel 4 Aanvragers

  • 1 Subsidie op grond van deze regeling wordt verstrekt aan de eigenaar van het in de aanvraag begrepen monument

  • 2 In afwijking van lid 1, wordt er geen subsidie verstrekt aan een gemeente, provincie of de Staat.

Artikel 5 Subsidieplafond en verdeling

  • 1. het college stelt het subsidieplafond voor de subsidies voor monumenten voor het betreffende begrotingsjaar vast.

  • 2. Subsidie kan alleen verstrekt worden, voorzover het vastgestelde subsidieplafond toereikend is.

  • 3. Verdeling van het subsidiebudget is als volgt :

    • -

      alle subsidieaanvragen worden op volgorde van ontvangst in behandeling genomen. Een aanvraag wordt in de volgorde opgenomen als deze volledig is;

    • -

      alle subsidieaanvragen, die in verband met het niet toereikend zijn van het subsidieplafond niet in behandeling genomen worden, worden door het college aangehouden tot het volgende begrotingsjaar;

    • -

      wanneer in enig jaar de begrote financiële middelen door subsidieverleningen volledig zijn benut en het subsidieplafond is bereikt, vindt hiervan bekendmaking plaats in een huis aan huisblad;

    • -

      per begrotingsjaar kan er maximaal € 56.000,- voor restauraties van gemeentelijke monumenten wordt toegekend;

    • -

      per begrotingsjaar kan er maximaal € 20.400,- voor onderhoud per eigenaar wordt toegekend.

Artikel 6 Hoogte van de subsidie:

  • -

    De subsidie voor onderhoud van gemeentelijke, rijksmonumenten bedraagt 25% van de subsidiabele kosten, waarbij de subsidie maximaal € 6800,- per begrotingsjaar, per zelfstandig onderdeel van een monument bedraagt;

  • -

    De subsidie voor restauratie van gemeentelijke monumenten bedraagt 35% van de subsidiabele kosten, waarbij de subsidie maximaal € 28.000 per 10 jaar, per zelfstandig onderdeel van een monument bedraagt.

Artikel 6 Verhoging van de subsidie

  • 1 Voor zover de gemeente Harderwijk van de provincie Gelderland een subsidie ontvangt ten behoeve van de instandhouding van monumenten, kan het college ten laste van deze subsidie, de subsidie verhogen onder de voorwaarden, zoals genoemd in de subsidiebeschikking en de betreffende subsidieverordening(en) van de provincie Gelderland;

  • 2 De verhoging van de subsidie wordt uitsluitend (voorlopig) toegekend indien het uitgekeerde subsidie van de provincie Gelderland daarvoor toereikend is;

Artikel 7 Bij de aanvraag in te dienen gegevens

In afwijking van artikel 6 van de ASV, moeten bij de aanvraag subsidie de volgende gegevens worden overgelegd:

Bij de aanvraag om subsidie voor onderhoudswerkzaamheden:

  • a.

    duidelijke omschrijving met foto, van de onderhoudswerkzaamheden;

  • b.

    begroting en/of offerte van de werkzaamheden, die tenminste gespecificeerd is in materiaal, kosten, uurloon, manuren en BTW;

  • c.

    Indien beschikbaar, een inspectierapport van de een onafhankelijke deskundige

Bij de aanvraag om subsidie voor restauratiewerkzaamheden:

  • a.

    bestek of werkomschrijving;

  • b.

    bouwkundige tekeningen van de bestaande en nieuwe toestand:

    • -

      situatietekening van het monument( schaal 1:1000);

    • -

      de plattegrond van iedere verdieping van het monument (schaal 1:100);

    • -

      lengte en dwarsdoorsneden (schaal 1:100);

    • -

      alle gevelaanzichten (schaal 1:100);

    • -

      relevante details die verband houden met het uiterlijk van het monument (schaal 1:5).

  • c.

    foto’s van de huidige toestand;

  • d.

    begroting van de werkzaamheden, die tenminste gespecificeerd is in materiaal, kosten, uurloon en manuren.

Artikel 8 Aanvraagtermijn en beslistermijn

  • 1 In afwijking van artikel 7 en 8 van de ASV is de aanvraagtermijn en beslistermijn voor een aanvraag subsidie op grond van deze regels als volgt:

    • a.

      de subsidie wordt aangevraagd, voordat met de betreffende activiteiten aanvang is gemaakt;

    • b.

      het college beslist binnen 8 weken na de aanvraag of de subsidie voorlopig toegekend kan worden;

    • c.

      na de voorlopige toekenning mag aanvang worden gemaakt met de betreffende activiteiten;

    • d.

      de activiteiten dienen binnen twee jaar na de voorlopige toekenning te worden uitgevoerd.

  • 2 In afwijking van het eerste lid dient subsidie voor onderhoud aan historische molens binnen 1 jaar, nadat de activiteiten zijn uitgevoerd, aangevraagd te worden.

Artikel 9 Verantwoording, vaststelling en betaling van de subsidie

In afwijking van de artikel 10 van de ASV wordt de subsidie als volgt verantwoord en vastgesteld:

  • 1.

    De aanvrager dient schriftelijk binnen 13 weken na de uitvoering van de activiteiten een aanvraag tot vaststelling in bij het college;

  • 2.

    De aanvraag tot vaststelling bevat:

    • -

      een kostenopstelling, waarin de uitgevoerde activiteiten op dezelfde manier zijn gerangschikt als bedoeld in artikel 7;

    • -

      rekeningen en betalingsbewijzen van de uitgevoerde activiteiten.

  • 3.

    Het college stelt de subsidie vast aan de hand van de werkelijk gemaakte kosten.

  • 4.

    De Subsidie wordt uitbetaald na de vaststelling van de subsidie.

Artikel 10 Bevoorschotting.

In afwijking van artikel 10 a van de ASV is bevoorschotting alleen mogelijk voor subsidie voor restauratie, die hoger is dan € 6.800,-(exclusief het eventuele provinciale deel);

Artikel 11 Weigeringsgronden

Onverminderd artikel 9 van de ASV kan het college de aanvraag tot subsidieverlening weigeren als:

  • a.

    de aanvraag niet voldoet aan de criteria zoals gesteld in deze nadere regels;

  • b.

    er reeds is gestart met de werkzaamheden, waarvoor subsidie wordt gevraagd;

  • c.

    voor zover de werkzaamheden waarvoor subsidie wordt gevraagd naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet sober en doelmatig zijn,

  • d.

    voor zover de kosten waarvoor subsidie wordt gevraagd op grond van de Wet op de omzetbelasting op verschuldigde belasting in aftrek kunnen worden gebracht of op grond van de wet op het BTW-compensatiefonds kunnen worden teruggevorderd;

  • e.

    voor zover voor de kosten waarvoor subsidie wordt gevraagd reeds rijkssubsidie is of kan worden verstrekt,

  • f.

    voor zover de subsidie naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet noodzakelijk is voor het normaal onderhoud en/of de instandhouding van het monument of zelfstandig onderdeel,

Artikel 12 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen een artikel of artikelen uit deze nadere regels buiten toepassing laten, of daarvan afwijken, voorzover de toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit.

Artikel 13 Overgangsbepaling

Aanvragen die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van deze nadere regels, worden afgehandeld op grond van de Deelverordening subsidie monumenten Harderwijk 2014.

Artikel 14 Citeerartikel en inwerkingtreding

  • 1. Deze regels kunnen worden aangehaald als “Nadere regels subsidie monumenten Harderwijk 2020”.

  • 2. Deze nadere regels treden in werking de dag na waarop zij zijn bekendgemaakt.

  • 3. Op de in het tweede lid genoemde datum vervalt de Deelverordening subsidie monumenten Harderwijk 2014.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk van

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Harderwijk,

De secretaris,

J.P Wassens

De burgemeester,

H.J. van Schaik