Verordening Sociaal-Culturele participatie gemeente Enkhuizen 2008

Geldend van 31-01-2015 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2015

Intitulé

Verordening Sociaal-Culturele participatie gemeente Enkhuizen 2008

RAADSBESLUIT

De raad van de gemeente Enkhuizen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 augustus 2008, nummer: 2008083;

gelet op de beleidsspeerpunten zoals genoemd in de nota “Aan de kant” armoedebeleid 20082009

b e s l u i t :

vast te stellen de Verordening sociaal-culturele participatie gemeente Enkhuizen 2008

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • a.

    Inwoner

  • 1.

    de persoon, die de Nederlandse nationaliteit bezit en op het moment van aanvraag ingeschreven staat in de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente Enkhuizen;

  • 2.

    de persoon, die niet de Nederlandse nationaliteit bezit, die rechtmatig in Nederland verblijf houdt in de zin van artikel 8, onderdeel a tot en met e en l, Vreemdelingenwet 2000 en op het moment van aanvraag ingeschreven staat in de gemeentelijke basisadministratie van de gemeente Enkhuizen.

  • b.

    Gezin, alleenstaande ouder, alleenstaande

    In deze Verordening wordt verstaan onder gezin, respectievelijk alleenstaande ouder of alleenstaande, het daartoe bepaalde in hoofdstuk 1 van de Wet werk en bijstand.

  • c.

    Inkomen en vermogen

    In deze Verordening wordt verstaan onder inkomen, respectievelijk vermogen, het daartoe bepaalde in hoofdstuk 3, paragraaf 3.4 van de Wet werk en bijstand.

  • d.

    Wet

    De Wet werk en bijstand

Artikel 2 Aanspraak

Aan een gezin, een alleenstaande ouder of een alleenstaande kan door burgemeester en wethouders een vergoeding of een tegemoetkoming worden toegekend in de kosten van sociaalculturele participatie, wanneer het netto inkomen minder bedraagt dan het geldende toetsingsbedrag als bedoeld in artikel 6.

Artikel 3 Vermogen

Geen vergoeding of tegemoetkoming wordt verstrekt ingeval het vermogen de vermogensgrenzen als bedoeld in artikel 34 van de Wet overschrijdt.

Artikel 4 De vergoeding / tegemoetkoming

  • 1. Burgemeester en wethouders bepalen voor welke kosten een vergoeding en voor welke kosten een tegemoetkoming wordt verstrekt.

  • 2. Een vergoeding betekent dat de volledige kosten worden vergoed.

  • 3. Een tegemoetkoming betekent dat de kosten tot een vastgesteld maximum worden vergoed.

  • 4. Burgemeester en wethouders bepalen de hoogte van de maximale tegemoetkoming.

Artikel 5 De aanvraag

  • 1. Een aanvraag voor een vergoeding of een tegemoetkoming dient te worden ingediend door middel van een door burgemeester en wethouders beschikbaar gesteld formulier.

  • 2. Bij de aanvraag dienen, naar genoegen van burgemeester en wethouders, bewijsstukken te worden overgelegd, waaruit blijkt, dat aan alle voorwaarden is voldaan.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen de juistheid en volledigheid van de in het formulier vermelde gegevens onderzoeken of laten onderzoeken.

Artikel 6 Het toetsingsbedrag

  • 1. Als toetsingsbedrag wordt aangemerkt 120% van het sociaal minimum.

  • 2. Het college stelt jaarlijks het maximale toetsingsbedrag vast.

  • 3. Voor het mislopen van huur- en zorgtoeslag wordt een door het college te bepalen bedrag per maand in aanmerking genomen.

Artikel 7 Berekening vergoeding of tegemoetkoming

  • 1. Op het inkomen wordt het toetsingsbedrag als bedoeld in artikel 6 in mindering gebracht.

  • 2. Ingeval het inkomen gelijk is aan, dan wel lager is dan het toetsingsbedrag, wordt de vergoeding of de tegemoetkoming verleend.

Artikel 8 Toekenning vergoeding

  • 1. Op aanvraag wordt de vergoeding voor de in de aanvraag genoemde kosten toegekend.

  • 2. Uitbetaling vindt plaats na overleg van bewijsstukken van de gemaakte kosten.

  • 3. Op verzoek van de aanvrager kan de uitbetaling rechtstreeks aan derden worden uitbetaald.

  • 4. Bij het toekennen van een vergoeding wordt tevens de maximale tegemoetkoming toegekend.

Artikel 9 Toekenning tegemoetkoming

  • 1. Op aanvraag wordt de maximale tegemoetkoming voor het betreffende kalenderjaar toegekend.

  • 2. Uitbetaling vindt plaats na overleg van bewijsstukken van de gemaakte kosten.

Artikel 10 Hardheidsclausule

In gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 11 Citeerartikel en inwerkingtreding

  • 1. De verordening kan worden aangehaald als "Verordening sociaal-culturele participatie gemeente Enkhuizen 2008".

  • 2. De verordening treedt met ingang van 1 januari 2009 in werking.

  • 3. Tegelijk met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de Verordening sociaal-culturele participatie gemeente Enkhuizen 2005 ingetrokken.

Ondertekening

Besloten in de openbare vergadering van 4 december 2008
De griffier, De voorzitter,