Gemeenschappelijke regeling Orionis Walcheren

Geldend van 07-03-2019 t/m heden

Intitulé

Gemeenschappelijke regeling Orionis Walcheren

De raden, de colleges en de burgemeesters van de gemeenten Middelburg, Veere en Vlissingen, ieder voor zover zij bevoegd zijn;

Overwegende dat op het gebied van Werk en Inkomen, arbeidsintegratie, sociale werkvoorziening, schuldhulpverlening, budgethulp en kredietverstrekking samenwerking tussen gemeenten in de regio geboden is;

Gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen, het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten en de Gemeentewet

Besluiten:

aan te gaan de volgende gemeenschappelijke regeling:

HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

  • 1.

    Deze regeling verstaat onder:

    • a.

      Orionis Walcheren: het openbaar lichaam, als bedoeld in artikel 2;

    • b.

      gemeenten: de bij de regeling aangesloten gemeenten i.c. Middelburg, Veere en Vlissingen;

    • c.

      deelnemers: de aan deze regeling deelnemende gemeenten;

    • d.

      gemeentebesturen: de gemeenteraden en de colleges van burgemeester en wethouders, burgemeesters ieder voor zover zij bevoegd zijn;

    • e.

      gedeputeerde staten: gedeputeerde staten van de provincie Zeeland;

    • f.

      de regeling: de gemeenschappelijke regeling Orionis Walcheren;

    • g.

      WSW: de Wet Sociale Werkvoorziening;

    • h.

      PW: de Participatiewet;

    • i.

      WGS: de Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening;

    • j.

      Wgr: de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr);

    • k.

      WOK: Wet op het Consumentenkrediet;

    • l.

      WTK: Wet toezicht kredietwezen 1992;

    • m.

      FW: Faillissementswet;

    • n.

      BW: Burgerlijk Wetboek;

    • o.

      Wet Fido: Wet financiering decentrale overheden;

    • p.

      AWB: Algemene wet bestuursrecht;

  • 2.

    Daar waar in deze regeling artikelen en bepalingen van enige wet of andere regeling van overeenkomstige toepassing worden verklaard, dienen in die artikelen in plaats van 'de gemeente', 'de raad', 'het college' en· de burgemeester' te worden gelezen onderscheidenlijk: 'het openbaar lichaam', 'het algemeen bestuur', 'het dagelijks bestuur' en· de voorzitter'.

Artikel 2: Openbaar lichaam

  • 1.

    Er is een rechtspersoonlijkheid bezittend openbaar lichaam Orionis Walcheren gevestigd in de gemeente Vlissingen. Hierna te noemen: "Orionis Walcheren".

  • 2.

    Het rechtsgebied van Orionis Walcheren omvat het grondgebied van de deelnemende gemeenten.

  • 3.

    De regeling wordt aangegaan voor onbepaalde tijd.

Artikel 3: Doel/Missie

Het openbaar lichaam is ingesteld om de gezamenlijke belangen van de deelnemers te behartigen op het gebied van de in artikel 1 en 6 genoemde wet- en regelgeving.

Artikel 4: Bestuursorganen

Orionis Walcheren kent de volgende bestuursorganen: het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter.

HOOFDSTUK 2: BELANG, TAKEN EN BEVOEGDHEDEN

Artikel 5: Belang

Orionis Walcheren voert de in artikel 6 genoemde regelingen uit.

Artikel 6: Taken en bevoegdheden

  • 1.

    Alle taken en bevoegdheden die bij of krachtens de WGS, WSW, PW en de daarbij behorende of aanverwante algemeen verbindende voorschriften aan de raad, het college of de burgemeester zijn opgedragen, inclusief het vaststellen van verordeningen, die op grond van de WGS, WSW, PW en de daarbij behorende of aanverwante algemeen verbindende voorschriften aan de raden en colleges van de deelnemende gemeenten toekomen, worden, voor zover de WGS, WSW, PW en de daarbij behorende of aanverwante algemeen verbindende voorschriften het toelaten (en de wet, die het betreft niet is ingetrokken dan wel overdracht van bevoegdheden niet meer mogelijk is), aan Orionis Walcheren overgedragen.

  • 2.

    De deelnemende gemeenten dragen aan Orionis Walcheren voorts over alle bevoegdheden van regeling en bestuur met betrekking tot:

    • a.

      het Besluit Bijstandverlening Zelfstandigen (2004);

    • b.

      de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW);

    • c.

      de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ);

  • 3.

    Voorts wordt door de deelnemende gemeenten aan Orionis Walcheren de uitvoering opgedragen van:

    • a.

      De Bijzondere Bijstand/ Minimabeleid, op basis van het beleid dat ter zake door de deelnemende gemeenten is vastgesteld;

    • b.

      de Wet kinderopvang op basis van het beleid dat ter zake door de deelnemende gemeenten is vastgesteld;

    • c.

      de regeling Dak- en Thuislozen;

    • d.

      voor zover van toepassing de afwikkeling van de Wet inschakeling Werkzoekenden (Wiw))

    • e.

      de Sluitende Aanpak (uitstroom en re-integratieplannen),

    • f.

      de inkoop van producten en diensten op het terrein van re-integratie en gesubsidieerde arbeid bij aanbieders ten behoeve van de jaarlijks te realiseren taakstelling;

    • g.

      de advisering van het bestuur van de deelnemenäe gemeenten over het te voeren beleid op het terrein van Werk & Inkomen, sociale zekerheid en ontwikkelingen op de lokale/regionale arbeidsmarkt;

    • h.

      kredietverstrekking, schuldhulpverlening en budgetbeheer.

  • 4.

    Het algemeen bestuur is bevoegd tot het vaststellen van een verordening met betrekking tot de uitvoering van activiteiten de kredietbankfunctie betreffende, zoals:a: krediettransacties binnen de Wet Fido;b: schuldenregeling op grond van artikel 47 e.v. WCK;c: budgetbeheer zoals bedoeld in artikel 82 v n de WTK;d: verstrekken van verklaringen op grond van de FW;e: bewindvoering en curatele op grond van de FW;f: preventie;g: kredietbankactiviteiten voor andere gemeenten.

  • 5.

    Bij de uitvoering van het genoemde onder de leden 1 en 2 wordt door Orionis Walcheren samengewerkt met het UWV (Uitvoering Werknemersverzekeringen) en de externe partners die door Orionis Walcheren ingeschakeld worden bij de activering, reïntegratie en arbeidstoeleiding van cliënten. De dienst vervult hierbij de regiefunctie namens de deelnemende gemeenten.

  • 6.

    Orionis Walcheren kan met instemming van het algemeen bestuur ook diensten aan andere gemeenten verlenen. De diensten worden verleend tegen een vooraf overeengekomen kostenvergoeding.

  • 7.

    Orionis Walcheren kan op verzoek, indien het algemeen bestuur hiertoe besluit, binnen de gedelegeerde bevoegdheden, nader te omschrijven taken gaan uitvoeren. Een besluit hiertoe vermeldt alsdan de wijze van kostenverrekening en overige voorwaarden waaronder deze taken worden uitgevoerd.

Artikel 7: Bezwaar en beroep

Het algemeen bestuur is bevoegd tot het vaststellen van een verordening als bedoeld in artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 8: Klachtrecht

  • 1.

    Het algemeen bestuur is bevoegd tot het vaststellen van een verordening over de behandeling van klachten als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht, en tevens inzake klachten en geschillen in het kader van kredietverstrekking, schuldbemiddeling en budgetbeheer.

  • 2.

    Orionis Walcheren is aangesloten bij de Zeeuwse Ombudsman.

HOOFDSTUK 3: HET ALGEMEEN BESTUUR

Artikel 9: Samenstelling

  • 1.

    Het algemeen bestuur van Orionis Walcheren bestaat uit zeven leden.

  • 2.

    De raad van iedere gemeente wijst twee leden en twee plaatsvervangende leden uit de leden van het college aan. De Raad van de gemeente met het grootste financiële belang binnen de regeling wijst een derde lid aan.

  • 3.

    De raden van de gemeenten beslissen in beginsel binnen één maand na de benoeming van de wethouders van elke zittingsperiode over de aanwijzing van de leden van het algemeen bestuur.

  • 4.

    Het algemeen bestuur wijst uit zijn midden een voorzitter aan alsmede diens plaatsvervanger.

  • 5.

    De leden van het algemeen bestuur hebben, onverminderd het bepaalde in de leden 7 tot en met 10, zitting gedurende de zittingsduur van de gemeenteraad.

  • 6.

    De leden van het algemeen bestuur treden af op de dag waarop de leden van de raden van de gemeenten aftreden.

  • 7.

    Het lid dat tussentijds ophoudt lid van het college van burgemeester en wethouders te zijn, houdt daarmee tevens op lid te zijn van het algemeen bestuur. Dit geldt ook voor de voorzitter.

  • 8.

    Het lid dat ter vervulling van een tussentijdse vacature als lid van het algemeen bestuur wordt benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens of wier plaats dit lid is benoemd, zou hebben moeten aftreden.

  • 9.

    De leden van het algemeen bestuur die tussentijds ontslag nemen, stellen de voorzitter van het algemeen bestuur alsmede de raad die hen heeft aangewezen hiervan op de hoogte. Het ontslag is onherroepelijk.

  • 10.

    Leden van het algemeen bestuur die ontslag hebben genomen, behouden hun lidmaatschap totdat in hun opvolging is voorzien.

  • 11.

    De aanwijzing voor de vervulling van plaatsen die zijn opengevallen, vindt binnen twee maanden plaats door de raad die het aangaat.

Artikel 10: Bevoegdheden van het algemeen bestuur

  • 1.

    Aan het algemeen bestuur komen in het kader van deze regeling alle bevoegdheden toe, die niet aan een ander orgaan zijn opgedragen. Het algemeen bestuur kan alle bevoegdheden delegeren aan het dagelijks bestuur, tenzij de aard van de bevoegdheid zich tegen delegatie verzet.

  • 2.

    De volgende bevoegdheden van het algemeen bestuur zijn niet overdraagbaar:

    • a.

      het aanwijzen van een voorzitter en diens plaatsvervanger en de overige leden van het dagelijks bestuur;

    • b.

      het benoemen, schorsen en ontslaan van de directeur of diens waarnemer;

    • c.

      het vaststellen van de begroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenraming, respectievelijk begrotingswijzingen en de jaarstukken;

    • d.

      · het vaststellen van een reglement van orde;

    • e.

      het vaststellen van de Financiële verordening en de Controle verordening;

    • f.

      het vaststellen van een verordening houdende de rechtspositie van het bij de gemeenschappelijke regeling in dienst zijnde personeel;

    • g.

      het vaststellen van een verordening tot instelling van een commissie ex artikel 7:13 van de Algemene wet bestuursrecht, en de verordening voor de behandeling van klachten als bedoeld in hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht;

    • h.

      het doen van voorstellen tot wijziging, toetreding, uittreding en opheffing van deze gemeenschappelijke regeling;

    • i.

      het vaststellen van een directiestatuut;

    • j.

      het instellen van commissies als bedoeld in artikel 24 en 25 van de Wgr.

  • 3.

    Het algemeen bestuur stelt nadere regels vast met betrekking tot:

    • het aangaan van geldleningen;

    • het uitlenen van gelden, voor zover dit niet betreft het uitlenen van gelden inzake krediettransacties;

    • de wijze van door natuurlijke personen indienen van een bezwaarschrift, dan wel een klacht, tegen een, met redenen omkleed, besluit in het kader van krediettransacties, het treffen van schuldenregelingen en budgetbeheer en de wijze van behandeling van een dergelijk bezwaar- of klaagschrift.

    • het indekken tegen financiële risico's ter zake van de behartiging van krediettransacties, schuldenregelingen en budgetbeheer;

    • het aangaan van rekening-courantoverE;)enkomsten;

    • hetgeen verder de geldmiddelen die specifiek de kredietbankfunctie aangaan.

    • het kopen en verkopen van onroerende zaken;

    • het ruilen, vervreemden, bezwaren, verpanden, verhuren, verpachten of anderszins in gebruik geven van eigendommen van Orionis Walcheren;

    • het treffen van dadingen of het opdragen van een bestaand geschil aan arbiters;

    • het aanvaarden van aan Orionis Walcheren gemaakte erfstellingen of legaten of gedane schenkingen;

    • het verlenen van kwijtscheldingen op grond van een geldige titel, dan wel uit overwegingen van redelijkheid en billijkheid aan al diegenen die op basis van een verbintenis, uitgezonderd die in het kader van krediettransacties, schuldenregelingen en budgetbeheer aangegaan, met Orionis Walcheren in relatie staan;

    • het voeren van rechtsgedingen, met uitzondering van rechtsgedingen betrekking hebbende op krediettransacties, schuldenregelingen en budgetbeheer;

    • het jaarlijks aan deelnemende gemeenten in rekening brengen van lasten, die voortvloeien uit het verlenen van diensten, met name met betrekking tot krediettransacties, schuldenregelingen en budgetbeheer aan inwoners van die gemeenten;

    • het vaststellen van het reglement zoals bedoelt in artikel 7, lid 1 WCK.

  • 4.

    Het algemeen bestuur kan met betrekking tot de in lid 3 omschreven bevoegdheden nadere regels stellen.

Artikel 11: Werkwijze

  • 1.

    Het algemeen bestuur stelt een reglement van orde voor zijn vergaderingen vast en brengt dit ter kennis van gedeputeerde staten en de deelnemende gemeenten.

  • 2.

    De stemverhouding in het algemeen bestuur is als volgt:

    • a.

      Ten aanzien van besluiten over de begroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen, investeringen en andere aangelegenheden met financiële gevolgen van meer dan€ 50.000,-;

      • i.

        Indien uit de verdeelsleutel conform artikel 26c blijkt dat een gemeente meer dan 50% bijdraagt is de stemverhouding 2-2-1, waarbij een bestuurslid uit een gemeente die het grootste aandeel bijdraagt 2 stemmen heeft, een bestuurlid uit de gemeente die vervolgens het grootste aandeel bijdraagt 2 stemmen heeft en een bestuurslid uit een gemeente die het kleinste aandeel bijdraagt 1 stem heeft.Indien uit de verdeelsleutel conform artikel 26c blijkt dat geen gemeente meer dan 50% bijdraagt is de stemverhouding 1½-2-1.

    • b.

      De overige besluiten worden genomen met gewone meerderheid van stemmen, waarbij elk lid een stem heeft.

    • c.

      Als de stemmen staken wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

  • 3.

    Het algemeen bestuur vergadert zo vaak als hij daartoe heeft besloten, maar minimaal twee keer per jaar en verder zo dikwijls als de voorzitter dit nodig acht of tenminste twee leden van het algemeen bestuur dit verzoeken (onder schriftelijke opgave van de te behandelen onderwerpen).

  • 4.

    In het laatste geval vindt de vergadering binnen twee weken plaats (art. 17 Gemeentewet 1992 en art. 22 Wgr).

  • 5.

    De voorzitter roept de leden schriftelijk tot de vergadering op.

  • 6.

    Tegelijkertijd met de oproep brengt de voorzitter dag, tijdstip en plaats van de vergadering ter openbare kennis. De agenda en de daarbij behorende voorstellen, met uitzondering van de in artikel 25, lid 2, Gemeentewet 1992, genoemde stukken waaromtrent geheimhouding is opgelegd, worden tegelijkertijd met de oproep en op een bij de openbare kennisgeving aan te geven wijze ter inzage gelegd. (Gemeentewet 1992 artikel 19 en artikel 24 Wgr).

  • 7.

    De vergaderingen van het algemeen bestuur zijn openbaar.

  • 8.

    De deuren worden gesloten wanneer een vijfde deel van de aanwezige leden daarom verzoekt of de voorzitter het nodig oordeelt.

  • 9.

    Het algemeen bestuur beslist vervolgens of met gesloten deuren wordt vergaderd.

  • 10.

    Uit de Gemeentewet 1992 zijn van overeenkomstige toepassing het bepaalde in artikel 20 (quorum voor opening van vergadering), artikel 22 (onschendbaarheid, verschoningsrecht), artikel 26 (handhaving orde vergadering), artikel 28 (niet-deelname aan de stemming), artikel 29 (quorum voor geldige stemming), artikel 30 (tot stand komen besluit), artikel 31 (geheime stembriefjes), artikel 32 (overige stemmingen) en artikel 33 (ambtelijke bijstand leden van het Algemeen bestuur).

Artikel 12: Besloten vergadering

Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van Bestuur over de geheimhouding van de inhoud van stukken is het bepaalde in artikel 23, leden 1 tot en met 4 van de Wgr van toepassing. In een besloten vergadering van het algemeen bestuur worden geen besluiten genomen over het beleidsplan, de begroting, de jaarstukken en het liquidatieplan.

HOOFDSTUK 4: HET DAGELIJKS BESTUUR

Artikel 13: Samenstelling

  • 1.

    Het dagelijks bestuur bestaat tenminste uit een voorzitter, een secretaris en een penningmeester, met dien verstande dat in het dagelijks bestuur elk van de deelnemende gemeenten vertegenwoordigd is.

  • 2.

    De leden van het dagelijks bestuur worden aangewezen door en uit het algemeen bestuur. Zij worden aangewezen in de eerste vergadering van het algemeen bestuur nadat overeenkomstig artikel 9 de leden van het algemeen bestuur zijn aangewezen.

  • 3.

    De aanwijzing van leden van het dagelijks bestuur ter vervulling van plaatsen die openvallen, vindt plaats binnen twee maanden na de melding van de opengevallen plaats.

  • 4.

    Het dagelijks bestuur heeft minder leden dan de helft van het algemeen bestuur.

  • 5.

    In geval van langdurige afwezigheid kan een lid van het dagelijks bestuur worden vervangen door een ander lid van het dagelijks bestuur of een door het algemeen bestuur uit zijn midden aan te wijzen lid.

Artikel 14: Einde lidmaatschap

  • 1.

    Het lidmaatschap van het dagelijks bestuur eindigt indien het lid ophoudt lid te zijn van het algemeen bestuur. De leden treden af nadat de afgesproken zittingstermijn is verstreken.

  • 2.

    De leden van het dagelijks bestuur treden af op de dag waarop de zittingsperiode van de gemeenteraad afloopt. Zij blijven hun functie waarnemen tot het moment dat het algemeen bestuur in de nieuwe samenstelling nieuwe leden voor het dagelijks bestuur heeft aangewezen.

  • 3.

    Een lid van het dagelijks bestuur kan door het algemeen bestuur worden ontslagen, als dit lid niet meer het vertrouwen van het algemeen bestuur geniet. In dit geval is het bepaalde in artikelen 49 en 50 van de Gemeentewet 1992 van overeenkomstige toepassing. Op het ontslagbesluit is artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing.

Artikel 15: Werkwijze

  • 1.

    Het dagelijks bestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter of een ander lid van het dagelijks bestuur dit nodig acht met opgave van de te behandelen onderwerpen. De vergadering vindt plaats binnen twee weken nadat het verzoek is ingekomen.

  • 2.

    In het dagelijks bestuur kan alleen worden besloten, indien tenminste twee/derde van het aantal zittende leden aanwezig is.

  • 3.

    In afwijking van het bepaalde in het vorige lid kunnen conceptbesluiten op bezwaar, zoals bedoeld in de Awb, nadat de betreffende bezwaarprocedure is doorlopen, per e­ mail volgens een vast format worden voorgelegd aan de leden van het dagelijks bestuur ter besluitvorming. De leden van het dagelijks bestuur kunnen door middel van de optie Beantwoorden' akkoord gaan met het voorgelegde besluit. Indien het dagelijks bestuur aldus akkoord is gegaan, met inachtneming van het vijfde lid, als hierna, met de voorgelegde conceptbesluiten wordt de voorzitter geacht mandaat te hebben namens het dagelijks bestuur deze besluiten te ondertekenen en uit te doen gaan. De prints van deze e-mail worden gearchiveerd bij Orionis Walcheren in het betreffende dossier. Deze besluitvorming wordt verder vastgelegd in een schriftelijke besluitenlijst, inclusief datum/data van de akkoorden per e-mail. Deze besluitenlijst wordt tijdens de eerstvolgende vergadering van het dagelijks bestuur afgetekend.

  • 4.

    Voor zover deze regeling niet anders bepaalt, kan het dagelijks bestuur zijn werkzaamheden verdelen over zijn leden. Het dagelijks bestuur deelt zijn besluiten daarover mee aan het algemeen bestuur.

  • 5.

    Besluiten worden genomen met gewone meerderheid van stemmen. Als de stemmen staken, wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.

  • 6.

    Het dagelijks bestuur kan een reglement van orde voor zijn vergaderingen vaststellen, dat aan het algemeen bestuur ter kennisneming wordt overlegd.

  • 7.

    Voor de besluitvorming in het dagelijks bestuur en de verplichting tot geheimhouding zijn de overeenkomstige bepalingen zoals die zijn opgenomen in de Gemeentewet voor het college van toepassing.

Artikel 16: Taak

De taak van het dagelijks bestuur is:

  • 1.

    Het uitvoeren van alle taken en bevoegdheden die op grond van de in artikel 6 genoemde wetten en algemeen verbindende voorschriften aan de colleges van burgemeester en wethouders toekomen.

  • 2.

    Voorts is het dagelijks bestuur belast met:

    • a.

      het voorbereiden van al hetgeen aan het algemeen bestuur ter overweging en beslissing zal worden voorgelegd, voor zover die voorbereiding niet aan anderen is opgedragen;

    • b.

      het uitvoeren van besluiten van het algemeen bestuur;

    • c.

      het beheer van de eigendommen en geldmiddelen van Orionis Walcheren;

    • d.

      het nemen van alle conseivatoire maatregelen, zowel in als buiten rechte en het doen van alles wat nodig is ter voorkoming van verjaring en het verlies van recht of bezit;

    • e.

      het houden van een voortdurend toezicht op het beheer en de exploitatie van Orionis Walcheren, alsmede op al wat Orionis Walcheren aangaat, waaronder de zorg voor de archiefbescheiden;

    • f.

      het benoemen, schorsen en ontslaan van het personeel met uitzondering van de directeur en diens waarnemer; en het aanstellen van personeel op basis van een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht alsmede het schorsen en ontslaan van dit personeel;

    • g.

      het behartigen van de belangen van Orionis Walcheren bij andere overheidslichamen en instellingen, diensten of personen, waarmee contact voor Orionis Walcheren van belang is;

    • h.

      het verlenen van kwijtscheldingen op grond van een geldige titel, dan wel uit overwegingen van redelijkheid en billijkheid aan diegenen die een verbintenis in het kader van kredietverstrekking, schuldenregelingen of budgetbeheer zijn aangegaan. Het dagelijks bestuur kan omtrent het vorenstaande nadere regelen stellen;

    • i.

      het aangaan van overeenkomsten, die voortvloeien uit het behartigen van de belangen in het kader van kredietverstrekking, schulden regelingen of budgetbeheer;

    • j.

      het voeren van rechtsgedingen ter zake van het aangaan van overeenkomsten, die voortvloeien uit de behartiging van de belangen ten aanzien van kredietverstrekking, schuldhulpverlening en budgetbeheer.

  • 3.

    Het dagelijks bestuur heeft de verplichting om het algemeen bestuur actief inlichtingen te verstrekken.

HOOFDSTUK 5: DE VOORZITTER

Artikel 17: Benoeming en Taak

  • 1.

    De voorzitter wordt door en uit het algemeen bestuur aangewezen.

  • 2.

    Het algemeen bestuur kan de voorzitter ontslag verlenen, indien deze het vertrouwen van het algemeen bestuur niet meer bezit.

  • 3.

    De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur.

  • 4.

    Bij verhindering of ontstentenis van de voorzitter wordt deze veivangen door een lid van het dagelijks bestuur, aan te wijzen door het dagelijks bestuur.

  • 5.

    De voorzitter tekent de stukken die van het algemeen bestuur en het dagelijks bestuur uitgaan.

  • 6.

    De voorzitter vertegenwoordigt Orionis Walcheren in en buiten rechte. De voorzitter kan de vertegenwoordiging opdragen aan een door deze aan te wijzen gemachtigde.

  • 7.

    Indien de voorzitter behoort tot het bestuur van een gemeente, die partij is in een geding waarbij Orionis Walcheren is betrokken, wordt Orionis Walcheren door een ander, door het dagelijks bestuur aan te wijzen, lid van het dagelijks bestuur vertegenwoordigd.

HOOFDSTUK 6: DE DIRECTEUR

Artikel 18: Functie, Benoeming en Taak

  • 1.

    De bestuursorganen worden bijgestaan door een directeur, aan wie in het dagelijks bestuur een adviserende stem toekomt. De directeur vervult ten behoeve van het algemeen bestuur en ten behoeve van het dagelijks bestuur de functie van ambtelijk secretaris.

  • 2.

    De directeur wordt benoemd, geschorst en ontslagen door het algemeen bestuur.

  • 3.

    De directeur is belast met de dagelijkse leiding van Orionis Walcheren.

  • 4.

    De directeur ondertekent mede alle stukken die van het algemeen en dagelijks bestuur uitgaan.

  • 5.

    De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de directeur worden vastgelegd in een statuut. Het statuut wordt vastgesteld door het algemeen bestuur.

  • 6.

    De directeur is verantwoording schuldig aan het dagelijks bestuur.

  • 7.

    De directeur is bestuurder in de zin van de Wet op ondernemingsraden.

HOOFDSTUK 7: INLICHTINGEN, VERANTWOORDING EN ONTSLAG

Artikel 19: Intern

  • 1.

    De leden van het dagelijks bestuur zijn, tezamen en ieder afzonderlijk, aan het algemeen bestuur verantwoording verschuldigd voor het door hen gevoerde bestuur.

  • 2.

    Zij geven ongevraagd aan het algemeen bestuur alle informatie die voor een juiste beoordeling van het door het dagelijks bestuur te voeren en gevoerde bestuur nodig is.

  • 3.

    Zij geven tezamen, dan wel afzonderlijk, aan het algemeen bestuur, wanneer dit bestuur of één of meer leden daarvan hierom verzoeken, alle gevraagde inlichtingen.

  • 4.

    Een lid van het dagelijks bestuur kan door het algemeen bestuur worden ontslagen, als dit lid niet meer het vertrouwen van het algemeen bestuur bezit. In dit geval is het bepaalde in artikel 49 en verder van de Gemeentewet 1992 van overeenkomstige toepassing.

  • 5.

    De leden 1 tot en met 4 zijn van overeenkomstige toepassing op de voorzitter voor het door hem gevoerde bestuur.

Artikel 20: Informatieverstrekking door het algemeen en dagelijks bestuur

  • 1.

    Het algemeen en het dagelijks bestuur geven aan de raden van de deelnemende gemeenten ongevraagd alle informatie die voor een juiste beoordeling van het door het bestuur gevoerde en te voeren beleid nodig is.

  • 2.

    Het algemeen en het dagelijks bestuur verstrekken aan de raden van de deelnemende gemeenten alle inlichtingen die door een of meer raden worden verlangd.

  • 3.

    Die informatie wordt in dat geval ook verstrekt aan de overige raden.

Artikel 21: Informatieverstrekking door individuele leden van het algemeen bestuur

  • 1.

    Een lid of een plaatsvervangend lid van het algemeen bestuur is aan de raad door wie hij is benoemd, met inachtneming van het bepaalde in artikel 16 Wgr, verantwoording verschuldigd voor het door hem in dat bestuur gevoerde beleid en wel op de in het reglement van orde voor de vergaderingen van de raad aangegeven wijze.

  • 2.

    Een lid of een plaatsvervangend lid van het algemeen bestuur kan door de raad waarbinnen dit lid functioneert, worden ontslagen, indien dit lid niet meer het vertrouwen van de raad bezit.

Artikel 22: Bekendmaking

Besluiten van het bestuur van een openbaar lichaam, die algemeen verbindende voorschriften inhouden, zijn pas geldig als deze via het gemeenteblad bekend zijn gemaakt.

Artikel 23: Inwerkingtreding

De bekend gemaakte besluiten zijn van kracht op de achtste dag na de dag van de bekendmaking, tenzij in deze besluiten daarvoor een ander tijdstip is aangewezen.

HOOFDSTUK 8: HET PERSONEEL

Artikel 24: Personeel

  • 1.

    Bij Orionis Walcheren is personeel werkzaam.

  • 2.

    Het algemeen bestuur stelt voor het ambtelijk personeel van Orionis Walcheren de arbeidsvoorwaardenverordening vast conform de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor het gemeentepersoneel (CAR/UWO), dan wel de (gewijzigde) collectieve arbeidsvoorwaardenregeling die daarvoor in de plaats komt.

  • 3.

    Het algemeen bestuur beslist over de toepassing van overige arbeidsvoorwaarden.

  • 4.

    Aanstelling, schorsing en ontslag van personeel geschieden door het dagelijks bestuur, behoudens het bepaalde in artikel 10, lid 2, sub b.

HOOFDSTUK 9: FINANCIËLE BEPALINGEN

Artikel 25: Begrotingsprocedure

  • 1.

    Het dagelijks bestuur zendt jaarlijks vóór 15 april de ontwerpbegroting voor het komende kalenderjaar met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen voor de drie daarop volgende jaren van Orionis Walcheren aan de raden van de gemeenten. Het bepaalde in art. 190 lid 1 van de Gemeentewet 2002 is van toepassing evenals het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV).

  • 2.

    De ontwerpbegroting met de-beleidsmatige en financiële meerjarenramingen wordt door de gemeenten voor een ieder ter inzage gelegd en tegen betaling van de kosten algemeen verkrijgbaar gesteld. Het bepaalde in artikel 190 lid 2 en 3 van de Gemeentewet is van overeenkomstige toepassing.

  • 3.

    De raden van de deelnemende gemeenten kunnen binnen acht weken na ontvangst van de ontwerpbegroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen het dagelijks bestuur hun zienswijze aangeven. Het dagelijks bestuur voegt de commentaren waarin de zienswijze van de raden zijn vervat, bij de ontwerpbegroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen, die aan het algemeen bestuur wordt aangeboden.

  • 4.

    Het dagelijks bestuur stuurt de begroting binnen twee weken na vaststelling met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen, maar in ieder geval vóór 1 augustus van het jaar voorafgaande aan dat waarvoor de begroting dient, aan Gedeputeerde Staten.

  • 5.

    Nadat deze is vastgesteld, zendt het algemeen bestuur de begroting met de beleidsmatige en financiële meerjarenramingen aan de raden van de deelnemende gemeenten.

  • 6.

    Op wijzigingen van de begroting zijn voorgaande bepalingen van overeenkomstige toepassing.

  • 7.

    Het bestuur geeft de deelnemende gemeente de gelegenheid om wensen en bedenkingen in te geven over begrotingswijzigingen. Een begrotingswijziging blijft achterwege voor:

    • uitgaven die binnen een programma van de eigen begroting kunnen worden opgevangen en die geen belangrijke beleidswijzigingen betreffen;

    • uitgaven die geen belangrijke beleidswijziging betreffen en die geen structurele gevolgen hebben voor de begroting van het volgende jaar en/of volgende jaren.

Artikel 26: Bijdragen van de gemeenten

  • 1.

    De deelnemers zullen er steeds zorg voor dragen dat Orionis Walcheren te allen tijde over voldoende middelen beschikt om aan al zijn verplichtingen jegens derden te kunnen voldoen.

  • 2.

    In de begroting staat welke bijdrage elke gemeente verschuldigd is voor de uitvoering van de taken van Orionis Walcheren. Op de gemeentelijke bijdrage wordt de vergoeding voor diensten van de gemeente aan Orionis Walcheren in mindering gebracht.

  • 3.

    Indien aan het algemeen bestuur blijkt dat een deelnemer weigert deze uitgaven op de begroting te zetten, doet het algemeen bestuur onverwijld aan Gedeputeerde Staten het verzoek over te gaan tot toepassing van de artikelen 194 en 195 van de Gemeentewet.

  • 4.

    De deelnemende gemeenten betalen bij wijze van voorschot op de vijftiende dag van de maand een/twaalfde deel van de in het eerste lid bedoelde bijdrage.

  • 5.

    De kosten die Orionis Walcheren aan de gemeenten toerekent, bestaan uit directe en indirecte kosten.

Artikel 26a: Verkrijging van geldmiddelen

  • 1.

    Geldmiddelen worden verkregen uit opbrengsten van uitgeleende gelden inzake kredietverstrekking en uit verrichtingen van diensten in het kader van bewindvoering en curatele op grond van de FW en vanuit aan derden in rekening gebrachte vergoedingen in het kader van afgifte van verklaringen op grond van FW en in het kader van budgetbeheer.

  • 2.

    De aan derden in rekening gebrachte vergoedingen genoemd in het eerste lid worden door het Algemeen Bestuur vastgesteld en kunnen dienovereenkomstig worden gewijzigd.

  • 3.

    De vergoedingen worden per dienstverlening in rekening gebracht.

  • 4.

    De gemeente die op 31 oktober heeft te gelden als woonplaats als bedoeld in artikel 10 boek 2 BW van een persoon ten behoeve waarvan een dienst is of wordt verleend, draagt zorg voor de betaling van de vergoeding als bedoeld in lid 1. Indien een persoon ten behoeve waarvan diensten zijn verleend per 31 oktober zijn woonplaats buiten een deelnemende gemeente heeft, draagt de deelnemende gemeente waar deze persoon bij aanvang van een kalenderjaar zijn woonplaats had, zorg voor betaling van de vergoeding.

  • 5.

    Geldmiddelen worden ook verkregen via de rekening courant, vrijwillige bijdrage, giften en onvoorziene ontvangsten.

  • 6.

    Onder geldmiddelen worden ook verstaan de aan de gemeenten verstrekte Rijksvergoeding vanuit het Participatiebudget.

Artikel 26b: Directe kosten

  • 1.

    Uitkeringskosten, kosten van leningen en andere verstrekkingen die voortvloeien uit toepassing van wet en regelgeving als bedoeld in artikel 6, onder aftrek van de daarvoor van het rijk ontvangen algemene en specifieke uitkeringen.

  • 2.

    De hoogte van de doorbetaling door gemeenten van de door hen van het rijk ontvangen algemene en specifieke uitkeringen zoals genoemd in lid 1, wordt bepaald op een voor iedere deelnemende gemeente gelijk procentueel aandeel van deze vergoedingen. Het procentuele aandeel van de drie gemeenten gezamenlijk dient gelijk te zijn aan de, in de begroting van Orionis Walcheren opgenomen, lasten voor de onder lid 1 genoemde kosten, onder aftrek van de opbrengsten vanuit de terugvordering, respectievelijk verhaal ex PW en aanverwante regelingen.

  • 3.

    Verstrekkingen in het kader van de uitvoering Bijzondere Bijstand, respectievelijk het Minimabeleid, onder aftrek van opbrengsten uit terugvordering respectievelijk verhaal.

  • 4.

    Alle extra uitkerings- en uitvoeringskosten van Orionis Walcheren, die worden veroorzaakt door gemeentelijk bijstandsbeleid dat afwijkt van het beleid dat is beschreven in het beleidsplan.

  • 5.

    Alle extra kosten van Orionis Walcheren, die voortvloeien uit een kennelijk ontoereikende uitvoering van wet en regelgeving, als bedoeld in artikel 6, in de periode voorafgaand aan de inwerkingtreding van de regeling.

  • 6.

    De directe kosten, genoemd onder de leden 3 tot en met 5, worden rechtstreeks toegerekend aan de gemeente waarvoor de kosten zijn gemaakt.

  • 7.

    Ten aanzien van de bijzondere bijstand, respectievelijk het minimabeleid vindt, indien nodig, per kwartaal verrekening plaats tussen de gemeenten en Orionis Walcheren.

Artikel 26c: Indirecte kosten

  • 1.

    Kosten van het personeel dat is belast met de uitvoering van de in artikel 6 genoemde taken, niet zijnde kortingen op vergoedingen van het rijk die op grond van een maatregel aan een gemeente zijn opgelegd.

  • 2.

    Kosten van huisvesting, automatisering, externe ondersteuning, advieskosten en overige indirecte kosten.

  • 3.

    Orionis Walcheren brengt de kosten, genoemd in het eerste en tweede lid, onder aftrek van de verkregen geldmiddelen zoals genoemd in artikel 26a, bij de deelnemende gemeenten in rekening naar rato van de verdeelsleutel in het vijfde lid.

  • 4.

    Na afloop van elk kalenderjaar en in ieder geval vóór 1 juli volgend op het afgesloten kalenderjaar, vindt tussen Orionis Walcheren en de deelnemende gemeenten een definitieve afrekening plaats.

  • 5.

    De indirecte kosten worden als volgt toegerekend:

    • a.

      De bevoorschotting wordt gebaseerd op de onderlinge verhouding tussen de gemeenten m.b.t. de Rijksvergoedingen Participatiebudget en PW conform de voorlopig toegekende budgetten in jaar t-1.

    • b.

      Bij de jaarstukken van Orionis Walcheren wordt de verdeelsleutel definitief vastgesteld over dat betreffende jaar op basis van de onderlinge verhouding tussen de gemeenten m.b.t. de Rijksvergoedingen Participatiebudget en Participatiewet conform de definitief toegekende budgetten in jaar t. Daarbij worden eventuele Vangnetuitkeringen alleen meegeteld indien de gemeenten die hierop recht hebben deze ook aanvragen en alle aanvragen worden toegekend. Wanneer één of meerdere aanvragen Vangnetuitkering niet worden toegekend, tellen de toegekende aanvragen Vangnetuitkering niet mee.

Artikel 27: Financiering

  • 1.

    Voor het betalen van rente en aflossing van door Orionis Walcheren aan te gane geldleningen en in rekening-courant op te nemen gelden, alsmede verplichtingen voortvloeiende uit rentederivaten staan de deelnemers garant voor zover ter zake door andere overheidsorganen geen garantie is verstrekt.

  • 2.

    De deelnemers nemen aan de garantie deel in de verhouding van de verdeelsleutel zoals opgenomen artikel 26c lid 5 op 1 januari van het jaar voorafgaande aan dat waarin de garantie is verleend.

  • 3.

    Indien uit deze bepaling in enig jaar voor de deelnemers betalingsverplichtingen voortvloeien, worden deze aan de met de deelnemers te verrekenen bijdragen toegevoegd.

Artikel 28: Reserve

  • 1.

    Orionis Walcheren vormt een reserve ten laste van de gemeentelijke bijdragen tot maximaal 5% van de jaarlijkse indirecte kosten en tot maximaal 5% van de directe kosten.

  • 2.

    Kennelijke onbillijkheden die uit de toepassing van dit artikel voortvloeien, worden ter beslissing voorgelegd aan het dagelijks bestuur. Bij beslissingen op gemeentelijke verzoeken daaromtrent geeft het dagelijks bestuur toepassing aan afspraken tussen de gemeenten over de te vormen reserve.

Artikel 29: Jaarstukken

  • 1.

    Het dagelijks bestuur legt voor 15 april aan het algemeen bestuur verantwoording af over het afgelopen kalenderjaar, onder overlegging van de opgestelde jaarstukken en een berekening van de door de deelnemende gemeenten te betalen bijdragen, naast de controleverklaring en het bijbehorende verslag van bevindingen van de met de controles belaste accountant.

  • 2.

    De jaarstukken worden gelijktijdig ter informatie aan de raden van de deelnemende gemeenten toegezonden.

  • 3.

    Het algemeen bestuur onderzoekt de jaarstukken en stelt haar vast uiterlijk 13

    • 1.

      juli, volgende op het jaar waarop deze betrekking heeft, evenals de bijdragen die de deelnemers betalen in het eventuele exploitatietekort.

  • 4.

    De jaarstukken worden binnen twee weken na de vaststelling aan Gedeputeerde Staten gezonden, maar voor 15 juli.

  • 5.

    Het besluit tot vaststelling van de jaarstukken verleent - voor zover het de daarin opgenomen ontvangsten en uitgaven betreft - het dagelijks bestuur tot décharge, behoudens later in rechte gebleken valsheid in bewijsstukken en/of andere onre­ gelmatigheden.

HOOFDSTUK 10: HET ARCHIEF

Artikel 30: Archief

  • 1.

    Het dagelijks bestuur is belast met de zorg en het toezicht op de bewaring en het beheer van de archiefbescheiden, overeenkomstig een door het algemeen bestuur, met inachtneming van artikel 40 van de Archiefwet vast te stellen regeling.

  • 2.

    De regeling wordt aan Gedeputeerde Staten toegestuurd.

  • 3.

    Voor de bewaring van de op grond van artikel 12 van de Archiefwet 1995 over te brengen archiefbescheiden wijst het algemeen bestuur een archiefbewaarplaats aan.

HOOFDSTUK 11: TOETREDING, UITTREDING, WIJZIGING, GESCHILLEN EN ONTBINDING .

Artikel 31: Toetreding, uittreding

  • 1.

    Het bestuur van de gemeente die wenst toe te treden, richt het verzoek hiertoe aan het algemeen bestuur.

  • 2.

    Het algemeen bestuur zendt het verzoek als bedoeld in lid 1 na ontvangst door aan de besturen van de deelnemende gemeenten onder overlegging van zijn advies omtrent de toetreding en de eventueel daaraan te verbinden voorwaarden.

  • 3.

    Toetreding vindt plaats indien de deelnemende gemeenten daarmee instemmen.

  • 4.

    Elke gemeente kan bij besluit van de raad en het college bepalen dat de deelneming aan deze gemeenschappelijke regeling wordt opgezegd.

  • 5.

    Van het besluit als bedoeld in het voorgaande lid wordt uiterlijk drie kalendermaanden vóór het einde van het kalenderjaar kennis gegeven aan het algemeen bestuur.

  • 6.

    Ingaande de inwerkingtreding van de regeling per 1 januari 2012, is uittreding door deelnemers gedurende een periode van vijf kalenderjaren niet mogelijk. Na het verstrijken van deze periode is uittreding te allen tijde mogelijk, mits daarvan conform het vierde lid, met een opzegtermijn van tenminste één kalenderjaar, van tevoren schriftelijk aankondiging is gedaan en mits wordt voldaan aan de daaraan door het algemeen bestuur te stellen voorwaarden.

  • 7.

    Het algemeen bestuur regelt de financiële gevolgen alsmede de overige gevolgen van de uittreding.

  • 8.

    Voor de vaststelling van de financiële gevolgen als bedoeld in lid 7 wordt door Orionis Walcheren en de uittredende gemeente gezamenlijk advies gevraagd aan een onafhankelijke externe deskundige. Het advies van deze deskundige is voor partijen bindend. De kosten voor het inschakelen van de deskundige zijn voor rekening van de uittredende gemeente.

  • 9.

    Elk besluit tot toe- of uittreding van een gemeente wordt direct aan de colleges en raden van de deelnemende gemeenten en Gedeputeerde Staten en aan het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel gestuurd.

  • 10.

    Het algemeen bestuur zorgt voor alle openbaarmaking als er sprake is van wijziging, verlenging of opheffing van de regeling of toetreden en uittreding van deelnemende gemeenten.

Artikel 32: Wijziging

  • 1.

    De regeling wordt gewijzigd, indien de raden en/of de colleges van tweederde van de deelnemende gemeenten daartoe eensluidend besluiten.

  • 2.

    Voorstellen tot wijziging van de regeling kunnen worden gedaan door het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur of één of meer van de raden van de deelnemende gemeenten.

  • 3.

    Voorstellen uitgaande van het algemeen bestuur worden toegezonden aan de raden van de deelnemende gemeenten, die binnen dertien weken na ontvangst ter zake een besluit nemen en dat direct aan het algemeen bestuur melden.

  • 4.

    Voorstellen uitgaande van één of meer deelnemende gemeenten worden toegezonden aan het algemeen bestuur, dat het voorstel met zijn beschouwingen ter zake binnen acht weken aan de raden van de deelnemende gemeenten doet toekomen, waarna deze deelnemende gemeenten en het algemeen bestuur verder handelen conform het bepaalde in het vorige lid van dit artikel.

  • 5.

    De bij wet voorgescl:lreven toezending van de wijziging aan Gedeputeerde Staten en aan het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel, geschiedt door het dagelijks bestuur.

Artikel 33: Geschillen

  • 1.

    Voordat over een geschil als bedoeld in artikel 28 Wgr de beslissing van Gedeputeerde Staten wordt ingeroepen, legt het algemeen bestuur het geschil voor aan een geschillencommissie.

  • 2.

    De geschillencommissie bestaat uit drie leden. Een lid wordt aangewezen door het algemeen bestuur en een lid wordt aangewezen door de betrokken gemeente(n). Deze twee leden wijzen gezamenlijk een derde lid aan dat tevens als voorzitter van de commissie optreedt.

  • 3.

    De geschillencommissie hoort de bij het geschil betrokken besturen.

  • 4.

    De geschillencommissie brengt advies uit over de mogelijkheden partijen tot overeenstemming te brengen.

  • 5.

    Indien het advies van de commissie niet leidt tot oplossing van het gerezen geschil wordt bij het verzoek om een beslissing van gedeputeerde staten een afschrift van het advies van de commissie gevoegd.

Artikel 34: Ontbinding en liquidatie

  • 1.

    De regeling kan worden ontbonden, op voorstel van het algemeen bestuur, gelezen artikel 9 Wgr, bij een daartoe strekkend besluit van de raden en de colleges van tenminste tweederde van de deelnemende gemeenten.

  • 2.

    Ingeval van een besluit tot ontbinding van de gemeenschappelijke regeling, als bedoeld in het vorige lid, stelt het algemeen bestuur daarvoor een liquidatieplan op ter vereffening van het vermogen van de regeling. Een zodanig besluit wordt met een tweederde meerderheid genomen, gehoord de raden van de deelnemende gemeenten.

  • 3.

    Het liquidatieplan voorziet in de verplichting van de gemeenten alle rechten en verplichtingen van Orionis Walcheren over de deelnemers te verdelen op een in het plan te bepalen wijze.

  • 4.

    Het liquidatieplan voorziet in de gevolgen die de ontbinding heeft voor het personeel.

  • 5.

    Het dagelijks bestuur is belast met de uitvoering van de liquidatie.

  • 6.

    Van het besluit tot ontbinding of tot wijziging van deze regeling wordt direct bericht gezonden aan de gemeenten en Gedeputeerde Staten, mede met het oog op de vereiste goedkeuring door Gedeputeerde Staten van de wijziging van de regeling conform de artikelen 26, 27en 29 Wgr, alsmede naar het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel van het ressort waaronder de regeling valt.

  • 7.

    De organen van de gemeenschappelijke regeling blijven ook na het tijdstip van ontbinding in functie, totdat de vereffening is voltooid.

  • 8.

    Gedurende de vereffening wordt de aanduiding van de regeling aangevuld met de afkorting van 'in liquidatie', zodat het opschrift komt te luiden: "Orionis Walcheren i.l."

HOOFDSTUK 12: SLOTBEPALINGEN

Artikel 35: Overgangsbepaling

Het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter van het openbaar lichaam blijven hun functies vervullen tot de zittingsperiode van de gemeenteraden is beëindigd en in hun opvolging is voorzien.

Artikel 36: Inwerkingtreding

  • 1.

    Het college van de gemeente Vlissingen draagt zorg voor het inzenden van de regeling, almede besluiten tot wijziging of opheffing daarvan aan gedeputeerde staten en de Kamer van Koophandel.

  • 2.

    De deelnemende gemeenten dragen zorg voor inschrijving in het register, als bedoeld in artikel 27, lid 1, Wgr.

  • 3.

    Het college van de gemeente Vlissingen draagt namens alle deelnemende gemeenten zorg voor bekendmaking in een regionaal dagblad. De kosten daarvan komen ten laste van de regeling.

  • 4.

    De regeling treedt in werking na opname in het door gedeputeerde staten bij te houden register, alsmede In Handelsregister bij de Kamer van Koophandel.

  • 5.

    Orionis Walcheren is haar werkzaamheden gestart op 1 januari 2012.

Artikel 37: Slotbepaling

  • 1.

    In alle gevallen waarin de regeling niet voorziet beslist het algemeen bestuur.

  • 2.

    Bij inwerkingtreding van deze regeling komt de Gemeenschappelijke Regeling "Orionis Walcheren" zoals vastgesteld in januari/februari 2014 door de gemeenteraden van Middelburg, Vlissingen en Veere te vervallen.

Artikel 38: Evaluatie

De regeling wordt elke 4 jaar geëvalueerd. De evaluatie heeft vooral betrekking op de vraag of de samenwerking de doelen die zij zich heeft gesteld ook heeft bereikt tegen de kosten die hiervoor waren uitgetrokken. Daarnaast dient ook gekeken teworden naar de uitvoering van de specifieke taken. De manier waarop de samenwerking heeft gefunctioneerd is eveneens onderdeel van de evaluatie.

Artikel 39: Titel

De regeling kan worden aangehaald als "De gemeenschappelijke regeling Orionis Walcheren".

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van de gemeente Vlissingen d.d. 20-12-2018

de griffier,

mr. F.Vermeulen

de voorzitter,

drs. A.R.B. van den Tillaar

Aldus besloten door het college burgemeester en wethouders van de gemeente Vlissingen d.d. 20-11-2018

de secretaris,

Mr. Drs. Ing. M. van Vliet

de burgemeester,

drs. A.R.B. van den Tillaar

Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Vlissingen d.d. 29-1-2019

de burgemeester,

drs. A.R.B. van den Tillaar

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van de gemeente Middelburg d.d. 8-10-2018

de griffier,

M. Wisse-Roelse

de voorzitter,

mr. H.M. Bergmann

Aldus besloten door het college burgemeester en wethouders van de gemeente Middelburg

d.d. 28-8-2018

de secretaris,

mr. A. van den Brink

de burgemeester, mr. H.M. Bergmann

Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Middelburg d.d. 4-2-2019

de burgemeester,

mr. H.M. Bergmann

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van de gemeente Veere d.d. 4-7-2018

de griffier,

mr. J.C. Waverijn

de voorzitter,

drs. R.J. van der Zwaag

Aldus besloten door het college burgemeester en wethouders van de gemeente Veere d.d. 29-5-2018

de secretaris,

J.F.M. Steinbusch

de burgemeester,

drs. R.J. van der Zwaag

Aldus besloten door de burgemeester van de gemeente Veere d.d. 6-2-2019

de burgemeester,

drs. R.J. van der Zwaag