Subsidieregeling sport 1996

Geldend van 01-01-1996 t/m heden

Intitulé

Subsidieregeling sport 1996

SUBSIDIEREGELING SPORT

De raad van de gemeente Loon op Zand; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 augustus 1995. nr. 120/95; gezien het advies van de commissie Onderwijs en Welzijn en van de commissie Financiën; gelet op de gemeentewet;

besluit:

  • I.

    in te trekken: "Subsidieregeling sport" (1981);

  • II.

    vast te stellen de navolgende: "Subsidieregeling sport" (1996).

Algemeen

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    overkoepelende organisatie:

    een bij Nederlands Olympisch Comité Nederlandse Sport Federatie aangesloten landelijke, provinciale of regionale rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie;

  • b.

    sportvereniging:

    de in de gemeente gevestigde amateurvereniging, niet zijnde bedrijfssportvereniging, die zich blijkens haar statuten, stichtingsakte of reglement tot taak stelt het zonder winstoogmerk door sportbeoefening in verenigingsverband bevorderen van de lichamelijke en/of geestelijke ontwikkeling van leden en die is aangesloten bij de overkoepelende organisatie die haar tak van sport vertegenwoordigt;

  • c.

    leden:

    alle actief de sport beoefenende en contribuerende leden van een sportvereniging;

  • d.

    jeugdleden:

    actief de sport beoefenende leden en contributie-betalende leden van een sportvereniging, die op 1 januari van het desbetreffende subsidiejaar de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt;

  • e.

    contributie: 

    de door een jeugdlid voor een lidmaatschap van een sportvereniging en van een overkoepelende organisatie verschuldigde bijdrage;

  • f.

    sporttechnisch kader: 

    gediplomeerde sportleid(st)ers in het bezit van ten minste het bondsdiploma jeugdtak van sportleider of recreatiesportleider A;

  • g.

    sportaccommodatie:

    de ruimten, welke nodig zijn voor actieve sportbeoefening, zulks ter beoordeling van burgemeester en wethouders;

  • h.

    bijzonder sportevenement:

    bijzondere wedstrijd, toernooi, ontmoeting en dergelijke met een ten minste plaatselijk karakter, dat van belang is voor de verhoging van het niveau en/of het bevorderen van de sportbeoefening in de gemeente;

  • i.

    verenigingsjaar:

    kalenderjaar -tevens boekjaar -van 1 januari tot en met 31 december;

  • j.

    commissie:

    door de Raad van de gemeente Loon op Zand ingestelde vaste commissie van advies en bijstand aan burgemeester en wethouders, als bedoeld in artikel 91 van de gemeentewet met een nadere uitwerking in het "Commissiestatuut gemeente Loon op Zand" (1994).

Artikel 2

  • 1.

    Burgemeester en wethouders verlenen subsidie voor de sport overeenkomstig de bepalingen van deze regeling.

  • 2.

    Het verlenen van subsidies krachtens deze regeling geschiedt met inachtneming van de voorwaarden en bepalingen van de "Verordening houdende algemene regels voor het verlenen van subsidies en bijdragen gemeente Loon op Zand", voor zover daarvan in deze regeling niet uitdrukkelijk wordt afgeweken.

  • 3.

    Subsidies worden onderscheiden in: a. subsidies per kalenderjaar aan sportverenigingen; b. eenmalige subsidies uit de Reserve Sport aan: sportverenigingen; leden van sportverenigingen en vrijwilligers van -ter beoordeling van burgemeester en wethouders -daarmee gelijk te stellen organisatie voor de beoefening van sport en/of recreatie-activiteiten; organisatoren van bijzondere sportevenementen;

  • 4.

    Indien in een sportvereniging meer dan één tak van sport kan worden beoefend in afzonderlijke afdelingen, worden deze afdelingen, indien overigens wordt voldaan aan de bepalingen van deze regeling, aangemerkt als sportverenigingen.

Subsidies per kalenderjaar

Artikel 3

Subsidie bestanddelen

Het aan een sportvereniging per kalenderjaar toe te kennen subsidie zal naar de volgende bestanddelen worden berekend:

  • a.

    opbrengst van contributie:

  • b.

    kosten van sporttechnisch kader.

Artikel 4

Subsidievoorwaarden

  • A.

    Een sportvereniging komt in aanmerking voor subsidie, indien zij op het moment van de aanvragen als bedoeld in artikel 11:

    • 1.

      voldoende aannemelijk maakt, dat haar met inbegrip van het subsidie de nodige financiële middelen ter beschikking staan om de beoogde doeleinden te verwezenlijken;

    • 2.

      een regeling heeft getroffen op grond waarvan naar het oordeel van burgemeester en wethouders een redelijke contributie c.q. bijdrage door de leden of deelnemers wordt betaald; 3. per kalenderjaar per jeugdlid een contributie heft van minimaal f 72,00 per kalenderjaar of zoveel meer als door burgemeester en wethouders volgens artikel 31 te bepalen minimum contributie per jeugdlid per jaar; 4. tenminste 15 jeugdleden telt, die woonachtig zijn in de gemeente Loon op Zand; 5. een ledenbestand heeft waarvan ten minste 75% woonachtig is in de gemeente Loon op Zand;

    • 6.

      voldoet aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorwaarden, bepalingen en bedingen;

    • 7.

      volledige rechtsbevoegdheid bezit en voldaan is aan de verplichting zoals gesteld in artikel 29 juncto artikel 289 van boek 11 van het Burgerlijk Wetboek;

    • 8.

      tenminste 1 jaar bestaat;

    • 9.

      geplaatst is op de lijst zoals in artikel 12, lid 1 genoemd;

    • 10.

      in het desbetreffende kalenderjaar, zulks ter beoordeling van burgemeester en wethouders, overeenkomstig haar doelstellingen voldoende activiteiten, in het bijzonder voor de jeugd ontplooit;

    • 11.

      de leiding heeft toevertrouwd aan personen, die wat betreft opleiding en ervaring, daarvoor naar het oordeel van burgemeester en wethouders de nodige geschiktheid hebben.

  • B.

    Burgemeester en wethouders kunnen aan een sportvereniging die niet voldoet aan het gestelde in het eerste lid onder e, g en k ter zake tijdelijke ontheffing verlenen.

Artikel 5

Contributie

  • 1.

    Het subsidie voor een kalenderjaar in de opbrengst van contributies in dat jaar wordt mede bepaald op het aantal jeugdleden.

  • 2.

    Het subsidie bedraagt 30% van de op basis van gemiddelde contributie berekende jaarcontributie voor alle jeugdleden, met een maximum van f 43,20 per jeugdlid, doch nooit meer dan de feitelijke contributieopbrengst voor jeugdleden.

  • 3.

    Ter bepaling van het aantal jeugdleden wordt genomen het aantal zodanige leden, dat blijkt uit een door de overkoepelende organisatie, bedoeld in artikel I, onder a. geverifieerde en akkoord verklaarde ledenlijst met als teldatum een tijdstip gelegen in het tijdvak lopende van september van het voorafgaande tot en met februari van het desbetreffende kalenderjaar.

4. Tot de contributies worden niet gerekend de door de jeugdleden te betalen afzonderlijke bijdragen in de kosten voor reizen, trainingen, kampgelden, sportdagen, weekeinden, sportweken, sportkleding en dergelijke.

Artikel 6 Sporttechnisch kader

  • 1.

    Toekenning van subsidie in de kosten van sporttechnisch kader is mogelijk indien door dit kader, dat als zodanig door burgemeester en wethouders is erkend, leiding en training werd gegeven ten behoeve van jeugdleden.

  • 2.

    Het subsidie bedraagt per jeugdlid f 9,00 maximaal.

  • 3.

    Het aantal jeugdleden wordt bepaald op het gemiddelde van het aantal leden, vastgesteld volgens artikel 5, lid 3, per de daar bedoelde teldatum en die in het aansluitende kalenderjaar.

  • 4.

    Ter bepaling van dit subsidie wordt dit aantal jeugdleden per sportleid(st)er herleid tot groepen van 15 leden, met dien verstande, dat de eerste twee groepen uit ten minste 12 mogen bestaan.

  • 5.

    Het subsidie wordt verleend voor maximaal één uur leiding en training per lid per week gedurende maximaal 42 weken per kalenderjaar.

Eenmalige subsidies uit de Reserve Sport

Artikel 7

Reserve Sport

  • 1.

    Er wordt een Reserve Sport ingesteld, dat door burgemeester en wethouders wordt beheerd.

  • 2.

    Jaarlijks wordt in de gemeentebegroting een bedrag bepaald dat in de Reserve Sport wordt gestort.

  • 3.

    Bovendien wordt een telkenjare een eventueel overblijvend restantbudget -na vaststelling ingevolge deze regeling van de subsidies per kalenderjaar aan sportverenigingen -in de Reserve Sport gestort.

  • 4.

    De toekenning van eenmalige subsidies uit de Reserve Sport geschiedt op advies van de commissie.

Artikel 8

Burgemeester en wethouders kunnen uit de Reserve Sport gelden toekennen voor:

  • a.

    kaderopleiding;

  • b.

    subsidies en/of garantie-subsidies aan organisatoren voor bijzondere sportevenementen;

  • c.

    de aankoop van kleine materialen en kleine accommodatie-voorzieningen welke tot de standaardvoorzieningen van een sportvereniging kunnen worden gerekend;

  • d.

    nieuwe sportactiviteiten, welke het karakter dragen van een experiment en welke niet of onvoldoende op grond van andere subsidieregelingen voor subsidie in aanmerking komen;

  • e.

    startsubsidies ten behoeve van sportverenigingen of afdelingen daarvan, voor zover het betreft een sport, welke in de gemeente Loon op Zand nog niet in verenigingsverband kan worden bedreven;

  • f.

    bijdragen aan sportverenigingen, welke ondanks de acties welke zij hebben gevoerd om de clubkas op peil te houden, naar het oordeel van burgemeester en wethouders in een financieel moeilijke positie verkeren;

  • g.

    bijdragen aan sportverenigingen indien en voor zover het in het desbetreffende jaar geraamde bedrag voor jaar-subsidies, als bedoeld in artikel 26, niet toereikend is om volledige uitvoering te geven aan het bepaalde in deze regeling. Voor deze bijdrage-verlening is maximaal beschikbaar het bedrag van de storting in de Reserve Sport, als bedoeld in artikel 7, lid 2, na vermindering met overige toekenningen ingevolge dit artikel in desbetreffend jaar.

Artikel 9

Kaderopleiding

  • 1.

    Het subsidie in de kosten van kaderopleiding bedraagt 100% van de ten laste van de cursist komende les- en examengelden en de kosten van bijbehorende cursusboeken.

  • 2.

    Het subsidie wordt verleend voor erkende cursussen, voor technisch en/of bestuurlijk kader, niet zijnde beroepsopleidingen, voor zover die cursussen worden georganiseerd door een overkoepelende organisatie of een daarmee door B & W gelijk te stellen instelling.

  • 3.

    Voor subsidie komen niet in aanmerking reis- en verblijfskosten en (vooralsnog) de opleidingskosten voor grens- en/of scheidsrechters, tellers en tijdwaarnemers, juryleden e.d.

Artikel 10

(Garantie-)subsidies bijzondere sportevenementen

  • 1.

    Burgemeester en wethouders bepalen, gehoord desbetreffende commissie, welke bijzondere wedstrijden, toernooien, ontmoetingen en dergelijke, bedoeld in artikel I onder i, als bijzondere sportevenementen worden aangemerkt.

  • 2.

    Aanvragen om subsidie als bedoeld in artikel 8 onder lid b, moeten drie maanden voor de evenementdatum bij burgemeester en wethouders worden ingediend onder overlegging van: a. een omschrijving van de aard en inhoud van het evenement; b. een begroting van inkomsten en uitgaven met toelichting.

  • 3.

    Het subsidie bedraagt maximaal het nadelig saldo onder voorwaarde dat niet mag worden afgeweken van de door burgemeester en wethouders goedgekeurde evenementen begroting.

  • 4.

    Indien een (garantie-)subsidie voor een sportevenement is verleend, dient de organisator binnen twee maanden na de uitvoering een gespecificeerde opgave van de werkelijke inkomsten en uitgaven met toelichting en bewijsstukken aan burgemeester en wethouders over te leggen.

  • 5.

    Binnen een maand na ontvangst van de in het vierde lid genoemde bescheiden en nadat overigens is voldaan aan de voorwaarden, die voor deze subsidieverlening zijn gesteld, stellen burgemeester en

    wethouders het subsidie definitief vast en betaalbaar.

Wijze van aanvragen van subsidies

Artikel 11

  • 1.

    Jaarlijks wordt in de maand mei door burgemeester en wethouders een lijst opgemaakt van sportverenigingen die in het aansluitende kalenderjaar voor subsidie in aanmerking komen.

  • 2.

    a.vóór 1 mei voorafgaande aan het kalenderjaar, waarvoor subsidie wordt gevraagd, op door hen te verstrekken formulieren:

  • a.a.

    een begroting van baten en lasten over het verenigingsjaar, waarin 1 januari van het desbetreffende kalenderjaar valt, van de activiteiten en van de sportaccommodatie met uitvoerige toelichting, waarin onder meer gegevens nodig voor berekening van het subsidie, zijn opgenomen.

  • a.b

    een overzicht van de in het verenigingsjaar, bedoeld onder a.a. voorgenomen activiteiten;

  • b.

    bij de eerste subsidie-aanvragen een exemplaar van de statuten, stichtingsakte of reglement.

Artikel 12

Sportverenigingen die op de lijst, bedoeld in artikel II onder I, zijn geplaatst en voor subsidietoekenning in aanmerking willen komen, zijn verplicht aan burgemeester en wethouders in te zenden:

  • 1.

    vóór I mei van het desbetreffende kalenderjaar:

    • a.

      een ledenlijst, als bedoeld in artikel S, lid 3, met vermelding van naam en voorletters, geboortedatum en adres en zo mogelijk gesplitst in jeugd- en overige leden;

    • b.

      de door hen nodig geachte verdere gegevens blijkende uit een door hen te verstrekken formulier;

  • 2.

    vóór I mei volgend op het kalenderjaar waarvoor subsidie is gevraagd op door hen te verstrekken formulieren:

    • a.

      de rekening van baten en lasten van het laatst verlopen boekjaar (kalenderjaar), alsmede de balans naar de toestand op het einde van het verenigingsjaar van de activiteiten en van de aan de vereniging eventueel toebehorende accommodatie en afzonderlijk eventueel van de exploitatie van de clubhuisruimte, alle met uitvoerige toelichting;

    • b.

      een, ten genoegen van burgemeester en wethouders geverifieerde opgaaf van het totale bedrag, dat over het afgelopen jaar aan contributies voor afzonderlijk aan jeugdleden en van seniorIeden alsmede aan donaties door de vereniging is ontvangen;

    • c.

      een verslag omtrent de werkzaamheden van de vereniging over het afgelopen jaar, welk verslag moet vermelden al hetgeen de beoordeling van de werkzaamheden kan bevorderen.

Artikel 13

Teneinde voor subsidie in de kosten van sporttechnisch kader, bedoeld in artikel 6 in aanmerking te komen, dient een sportvereniging jaarlijks en telkens als zich wijzigingen voordoen, voorafgaande aan de periode, waarin leiding en training wordt gegeven, aan burgemeester en wethouders mede te delen:

  • a.

    de namen van de sportleid(st)ers alsmede hun diploma's of getuigschriften;

  • b.

    een overzicht waaruit blijkt wie leiding en training geven, voor welke (groepen) leden, in welke lokaliteit, op welk tijdstippen gedurende welke tijdvakken.

    De bevoegdheden van de sportleid(st)ers moeten blijken uit over te leggen diploma's of getuigschriften.

Artikel 14

Teneinde voor subsidie in de kosten voor kaderopleiding, bedoeld in artikel 9, in aanmerking te komen, dient een cursist, sportvereniging of een daarmee gelijk te stellen organisatie, vooraf schriftelijk aan

burgemeester en wethouders mede te delen:

  • a.

    de soort van opleiding, de cursusduur en de subsidiabele kosten;

  • b.

    een verklaring van de cursisten, dat zij zich verplichten om direct na afloop van die opleiding gedurende ten minste één jaar bij een nader te noemen vereniging of organisatie in de gemeente Loon op Zand deze opleiding te praktiseren en voorts onder de voorwaarde, dat zij bij het niet nakomen van die verplichting een naar tijd evenredig deel van die gesubsidieerde opleidingskosten aan de gemeente zullen restitueren.

Administratieve voorschriften en financiële verantwoording

Artikel 15

De boekhouding van de sportvereniging moet op een overzichtelijke wijze en per afdeling of onderafdeling worden gevoerd.

Artikel 16 1. Van de afschrijving van activa moet in een afzonderlijk register aantekening worden gemaakt. Duurzame goederen, waarvan de aanschaf een bedrag van f 250,00 te boven gaat en verbouwingen aan en buitengewoon onderhoud van eigen gebouwen, welke een bedrag van

f1.000,00 te boven gaat moeten als activa op de balans worden opgenomen tegen boekwaarde berekend, met inachtneming van de volgende afschrijvingspercentages:

2.De afschrijvingen worden berekend over de aanschaffingswaarde.

Artikel 16

  • 1.

    Van de afschrijving van activa moet in een afzonderlijk register aantekening worden gemaakt. Duurzame goederen, waarvan de aanschaf een bedrag van f 250,00 te boven gaat en verbouwingen aan en buitengewoon onderhoud van eigen gebouwen, welke een bedrag van f 1000,00 te boven gaat moeten als activa op de balans worden opgenomen tegen boekwaarde berekend, met inachtneming van de volgende afschrijvingspercentages.

  • 2.

    De afschrijvingen worden berekend over de aanschaffingswaarde.

Artikel 17

Burgemeester en wethouders kunnen een sportvereniging ontheffing verlenen van de verplichting uitgaven voor buitengewoon onderhoud aan eigen gebouwen die een bedrag van f 1.000,00 te boven gaan, als activa op de balans op te nemen, indien de sportvereniging daartoe een duidelijk met redenen omkleed verzoek bij burgemeester en wethouders heeft ingediend.

Artikel 18

Wijzigingen in de statuten, de stichtingsakte, het reglement en bestuurssamenstelling dienen terstond schriftelijk ter kennis van burgemeester en wethouders te worden gebracht. Eventuele opmerkingen zullen binnen twee maanden na ontvangst van de kennisgeving door burgemeester en wethouders kenbaar worden gemaakt.

Artikel 19

Ten minste eenmaal per jaar moeten de kas en boekhouding aan een controle door of vanwege het bestuur van de sportvereniging worden onderworpen en moet daarvan aan het bestuur schriftelijk verslag worden uitgebracht.

Artikel 20

  • 1. Van alle uitgaven moeten bewijsstukken aanwezig zijn.

  • 2. De bewijsstukken moeten worden bewaard in de volgorde, waarin de bedragen zijn geboekt.

  • 3. De bewijsstukken moeten berusten op het adres, waar de boekhouding wordt gevoerd., tot het tijdstip, dat het definitieve subsidie is vastgesteld.

Artikel 21

Aan burgemeester en wethouders of door hen aan te wijzen ambtenaren dient te allen tijde inzage van

boeken en bescheiden te worden gegeven en dienen alle inlichtingen te worden verstrekt, welke deze

voor de uitoefening van hun taak nodig achten.

Artikel 22

  • 1. een subsidie-ontvangende sportvereniging is verplicht haar roerende en onroerende bezittingen behoorlijk te verzekeren en verzekerd te houden tegen schade voortvloeiende uit brand, storm en diefstal, alsmede andere door burgemeester en wethouders aan te duiden risico's waartoe gerekend moet worden een verzekering tot dekking van schade, voortvloeiende uit de wettelijke aansprakelijkheid van besturen en leidinggevende personen.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in bepaalde gevallen van deze verplichting tot verzekering ontheffing verlenen.

Artikel 23

  • 1.

    Het is aan sportverenigingen toegestaan om ten laste van de rekening van baten en lasten een reservering op te nemen voor een doel in overeenstemming met hun doelstellingen met inachtneming van de navolgende bepalingen.

  • 2.

    Het vormen van nieuwe en het vergroten van bestaande reserves met meer dan 10% van de overige lasten in desbetreffende exploitatierekening en het aanwenden van bestaande reserves mag niet plaatsvinden dan na voorafgaande instemming van burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Bestaande reserves mogen, na voorafgaande instemming van burgemeester en wethouders, ook worden aangewend tot dekking van tekorten op de exploitatierekeningen.

  • 4.

    De voorafgaande instemming, bedoeld in de leden 2 en 3, is niet nodig indien 10% of minder van de lasten in desbetreffende rekening worden aangewend.

Vaststelling en uitbetaling van subsidie

Artikel 24

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen op de subsidie voorschotten verlenen tot in totaal ten hoogste 75% van het laatst vastgestelde subsidie over enig kalenderjaar dan wel van de naar berekening te verwachten subsidie over het desbetreffende kalenderjaar.

  • 2.

    Zo spoedig mogelijk na ontvangst en behandeling van alle subsidieaanvragen en -bescheiden stellen burgemeester en wethouders het subsidie over het voorafgaande kalenderjaar definitief vast en betaalbaar.

Artikel 25

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen, gehoord de commissie verleende subsidies of subsidievoorschotten geheel of gedeeltelijk terugvorderen dan wel geen of minder subsidie toekennen, indien:

    a. niet de hand is gehouden aan de voor indiening van de subsidieaanvragen en -bescheiden gestelde termijnen;

    b. onjuiste inlichtingen zijn of worden verstrekt;

    c. de opbrengst van contributies van jeugdleden in het desbetreffende kalenderjaar minder bedraagt dan het op grond van deze regeling berekende subsidie;

    d. de netto-opbrengst van verkopen van clubhuisartikelen minder bedraagt dan 50% van de inkoop van die artikelen;

    e. het totaal-bedrag van de te vormen of bestaande reserves 50% is van de totale lasten over het laatst afgesloten boekjaar;

    f. de rekening van baten en lasten, nadat het subsidie op grond van deze regeling daarin verantwoord is en onverminderd de mogelijkheid van toepassing van artikel 23 een batig saldo oplevert;

    g. een subsidie naar hun oordeel niet is besteed overeenkomstig het doel waarvoor het is verleend;

    h. de sportvereniging zodanig geringe activiteiten ontplooit, dat zij geacht kan worden niet werkzaam te zijn;

    i. zich andere zeer bijzondere omstandigheden voordoen.

  • 2. Terugvordering van verleende subsidies, bedoeld in lid I, kan niet verder geschieden dan over de vijf voorafgaande kalenderjaren.

  • 3. Bij liquidatie van de sportverenigingen moeten gevormde reserves worden terugbetaald voor zover die zijn opgebouwd uit subsidiegelden van de gemeente Loon op Zand.

Artikel 26

  • 1.

    Indien het in de door Gedeputeerde Staten goedgekeurde gemeentebegroting voor het betreffende kalenderjaar geraamde bedrag voor jaarsubsidies voor sport niet toereikend is om volledige uitvoering te geven aan het bepaalde in de regeling, wordt het voor elke sportvereniging berekende jaarsubsidie voor zover nodig verlaagd met een zodanig gelijk percentage, dat het totaal van de berekende subsidies voor alle sportverenigingen het bedoelde begrotingsbedrag niet overschrijdt.

  • 2.

    Die verlaging betreft allereerst het berekende subsidie voor zover verkregen door een in dat jaar met meer dan 5% gevormde nieuwe of vergrootte bestaande reserves.

  • 3.

    Het berekende subsidie voor sporttechnisch kader is van enige verlaging uitgesloten.

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 27

  • 1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd te beslissen, voor zover nodig in afwijking van de in voorgaande artikelen gestelde regelen, in individuele gevallen, waarin deze regelen naar hun oordeel niet of niet naar redelijkheid voorzien.

  • 2. Ingeval burgemeester en wethouders van die bevoegdheid gebruik maken, zullen zij daarvan mededeling doen aan de raad van de gemeente Loon op Zand.

  • 3. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter uitvoering van deze regeling nadere voorschriften en aanwijzingen te geven.

Artikel 28

  • 1. Jaarlijks vóór 1 oktober kunnen de in deze regeling genoemde normbedragen en percentages door burgemeester en wethouders aangepast en opnieuw vastgesteld voor toepassing ingaande I januari van het daarop volgende kalenderjaar.

  • 2. Die aangepaste normen worden door burgemeester en wethouders schriftelijk meegedeeld aan de raad van de gemeente Loon op Zand en aan de sportverenigingen.

Artikel 29

Burgemeester en wethouders zullen, in afwijking van de artikelen 5, 6 en 9 van deze regeling, in een nadere regeling zodanige subsidies toekennen, dat de overgang van thans geldende regelingen en besluiten naar volledige werking van deze regelingen en besluiten naar volledige werking van deze regeling, geleidelijk verloopt.

Artikel 30

Deze regeling kan worden aangehaald onder de naam "Subsidieregeling sport" (1996).

Artikel 31

  • 1.

    Deze regeling wordt geacht in werking te zijn getreden op 1 januari 1996.

  • 2.

    Met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze regeling vervallen de thans geldende regelingen en besluiten ten aanzien van subsidies aan sportverenigingen en organisatoren van bijzondere sportevenementen.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Loon op Zand van 31 augustus 1995.

De raad voornoemd,

Voorzitter,

Secretaris,