Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR53291
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR53291/1
Regeling vervallen per 01-01-2011
verordening wet kinderopvang
Geldend van 09-10-2004 t/m 31-12-2010
Onderwerp: Verordening Wet kinderopvang.
De raad van de gemeente Bolsward;
gelezen het voorstel van het college van 24 augustus 2004;
gelet op artikel 25 van de Wet kinderopvang en artikel 149 van de Gemeentewet;
overwegende dat het noodzakelijk is de verlening, de voorschotverlening en de vaststelling van de tegemoetkoming van de gemeente in de kosten van kinderopvang bij verordening te regelen;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING WET KINDEROPVANG
Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
het college: het college van burgemeester en wethouders;
- b.
de wet: de Wet kinderopvang.
Paragraaf 2 Vaststelling noodzaak van kinderopvang op grond van sociaalmedische indicatie
Artikel 2 Te verstrekken gegevens
-
1. Een aanvraag tot vaststelling van de noodzaak van kinderopvang op grond van een sociaalmedische indicatie als bedoeld in artikel 23 van de wet bevat in ieder geval de volgende gegevens:
- a.
naam en adres van de ouder;
- b.
indien van toepassing: naam van de partner en, indien dit een ander adres is dan het adres van de ouder: het adres van de partner;
- c.
naam en geboortedatum van het kind of de kinderen waarop de aanvraag betrekking heeft;
- d.
overige gegevens die het college nodig acht om te kunnen besluiten over de aanvraag van de tegemoetkoming.
- a.
-
2. Het college kan bepalen dat de aanvraag geschiedt met behulp van een door het college vastgesteld en beschikbaar gesteld aanvraagformulier.
-
3. Indien de ouder een partner heeft, wordt de aanvraag mede ondertekend door de partner.
Artikel 3 Beslistermijn
-
1. Het college besluit over de aanvraag binnen acht weken na ontvangst van alle benodigde gegevens.
-
2. Het college kan dit besluit met ten hoogste acht weken verdagen. Het college stelt de ouder hiervan schriftelijk in kennis.
Artikel 4 Inhoud van de beschikking
Het besluit tot vaststelling van de noodzaak van kinderopvang op grond van een sociaalmedische indicatie bevat in ieder geval:
- a.
de geldigheidsduur van de indicatie;
- b.
de omvang van de kinderopvang die noodzakelijk wordt geacht.
Artikel 5 Weigeringsgronden
Het college weigert de noodzaak van kinderopvang op grond van een sociaal-medische indicatie vast te stellen indien:
- a.
de ouder en de partner reeds een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang ontvangt of kan ontvangen; of
- b.
de ouder of de partner niet behoort tot de personen als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdeel k of I van de wet.
Paragraaf 3 Aanvraag van de tegemoetkoming
Artikel 6 Te verstrekken gegevens bij de aanvraag
-
1. Een aanvraag voor een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang bevat:
- a.
naam, adres en sofi-nummer van de ouder;
- b.
indien van toepassing: naam en sofi-nummer van de partner en, indien dit een ander adres is dan het adres van de ouder: het adres van de partner;
- c.
naam, geboortedatum en sofi-nummer van het kind of de kinderen waarop de aangevraagde tegemoetkoming betrekking heeft;
- d.
een offerte of contract van het kindercentrum of gastouderbureau dat de kinderopvang gaat verzorgen waarin in ieder geval wordt aangegeven: het aantal uren kinderopvang per kind, de kostprijs per uur en de aanvangsdatum van de opvang;
- e.
gegevens of een verwijzing naar gegevens waaruit blijkt dat de ouder behoort tot de groep personen als bedoeld in artikel 22 van de wet;
- f.
overige gegevens die het college nodig acht om te kunnen besluiten over de aanvraag van de tegemoetkoming.
- a.
-
2. Het college kan bepalen dat de aanvraag geschiedt met behulp van een door het college vastgesteld en beschikbaar gesteld aanvraagformulier.
-
3. Indien de ouder een partner heeft, wordt de aanvraag mede ondertekend door de partner.
Paragraaf 4 Verlening van de tegemoetkoming
Artikel 7 Het besluit tot verlenen van de tegemoetkoming
-
1. Het college besluit over de aanvraag binnen acht weken na ontvangst van alle benodigde gegevens.
-
2. Het college kan dit besluit met ten hoogste acht weken verdagen. Het stelt de ouder hiervan schriftelijk in kennis.
Artikel 8 Weigeringsgrond
Het college weigert de tegemoetkoming indien de ouder niet behoort tot de personen als bedoeld in artikel 22 van de wet.
Artikel 9 Ingangsdatum van de tegemoetkoming
-
1. De tegemoetkoming wordt verleend met ingang van de datum waarop de aanvraag voor de tegemoetkoming door het college in ontvangst is genomen.
-
2. Als op deze datum nog geen kinderopvang plaatsvindt, wordt de tegemoetkoming verleend met ingang van de datum waarop de kinderopvang zal plaatsvinden.
Artikel 10 De periode waarvoor de tegemoetkoming wordt verleend
-
1. De tegemoetkoming wordt verleend voor de periode van een tegemoetkomingsjaar.
-
2. In afwijking van het eerste lid kan het college de tegemoetkoming voor een andere periode verlenen.
Artikel 11 Omvang van de kinderopvang
-
1. Het college verleent de tegemoetkoming voor het aantal uren kinderopvang dat door de ouder is aangevraagd (ligt besloten in het systeem van de wet).
-
2. In afwijking van het eerste lid verleent het college bij een ouder als bedoeld in artikel 24, eerste lid, onderdeel a, of tweede lid, onderdeel a, van de wet de tegemoetkoming voor het aantal uren kinderopvang dat naar zijn oordeel redelijkerwijs noodzakelijk is voor de combinatie van arbeid en zorg.
-
3. het college kan in beleidsregels neerleggen hoe het wil omgaan met de bevoegdheid om bij een ouder als bedoeld in lid 2 en andere doelgroepen die geen eigen bijdrage betalen, per geval te beoordelen hoeveel kinderopvang de ouder redelijkerwijs nodig heeft om de arbeid
die hij verricht te kunnen combineren met zorgtaken.
Artikel 12 Inhoud van de beschikking
Het besluit tot verlening van een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang bevat in ieder geval:
- a.
de vaststelling tot welke van de gemeentelijke doelgroepen de ouder behoort;
- b.
de naam en geboortedatum van het kind of de kinderen waarop de tegemoetkoming betrekking heeft;
- c.
de naam en adres van het kindercentrum of gastouderbureau waar de kinderopvang plaatsvindt;
- d.
de periode en de omvang van de kinderopvang per tijdvak waarvoor de tegemoetkoming wordt verleend;
- e.
de wijze waarop het bedrag van de tegemoetkoming wordt bepaald en het bedrag dat op basis hiervan wordt verleend;
- f.
de wijze waarop de tegemoetkoming wordt uitbetaald;
- g.
de verplichtingen van de ouder.
Artikel 13 De bevoorschotting van de tegemoetkoming
-
1. De tegemoetkoming wordt in de vorm van een voorschot in maandelijkse termijnen uitbetaald aan de kinderopvangorganisatie.
-
2. Een voorschot wordt betaald op basis van een factuur.
Paragraaf 5 Vaststelling van de tegemoetkoming
Artikel 14 Het besluit tot vaststelling van de tegemoetkoming
-
1. De ouder verstrekt binnen acht weken na afloop van de periode waarvoor de tegemoetkoming is verleend aan het college een overzicht van de feitelijke kosten van kinderopvang over deze periode.
-
2. Het college stelt de tegemoetkoming binnen acht weken na ontvangst van het overzicht van de kosten vast.
Artikel 15 Verrekening met de voorschotten
De tegemoetkoming wordt overeenkomstig de vaststelling binnen acht weken betaald, onder verrekening van de betaalde voorschotten.
Paragraaf 6 Verplichtingen van de ouder
Artikel 16 Inlichtingenplicht
-
1. De ouder of de partner doet het college onmiddellijk na het bekend worden daarvan uit eigen beweging schriftelijk mededeling van inlichtingen en gegevens die kunnen leiden tot de vaststelling van een lagere tegemoetkoming.
-
2. De ouder of partner verstrekt desgevraagd aan het college, binnen een door het college stellen redelijke termijn, alle gegevens en inlichtingen van hem en zijn partner die voor de aanspraak op en de hoogte van de tegemoetkoming van de gemeente van belang zijn.
Paragraaf 7 Slotbepalingen
Artikel 17 Inwerkingtreding
-
1. Onder toepassing van artikel 25 van de Tijdelijke referendumwet treedt deze verordening in werking 3 dagen na haar bekendmaking.
-
2. In afwijking van het eerste lid treedt paragraaf 2 van deze verordening in werking op het moment dat artikel 23 van de Wet kinderopvang in werking treedt.
Artikel 18 Citeertitel
De verordening wordt aangehaald als: Verordening Wet kinderopvang (VWk) gemeente Bolsward.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl