Verordening inzake de wijze waarop ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken (Inspraakverordening Harderwijk 2007)

Geldend van 13-04-2007 t/m heden

Intitulé

Inspraakverordening Harderwijk 2007

De raad van de gemeente Harderwijk;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 november 2006, nummer 2;

gelet op de artikelen 147 en 150 van de Gemeentewet en de Algemene Wet Bestuursrecht;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening inzake de wijze waarop ingezetenen en belanghebbenden bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid worden betrokken(Inspraakverordening Harderwijk 2007)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

De verordening verstaat onder:

  • a.

    inspraak: ingezetenen en belanghebbenden in een laatste fase van de voorbereiding van gemeentelijk beleid via een formele procedure de mogelijkheid bieden om een zienswijze kenbaar te maken;

  • b.

    inspraakprocedure: de wijze waarop de inspraak gestalte wordt gegeven;

  • c.

    participatie: het betrekken van ingezetenen, belanghebbenden en andere betrokkenen bij beleidsvoorbereiding en beleidsuitvoering;

  • d.

    beleidsvoornemen: het voornemen van het bestuursorgaan tot het vaststellen of wijzigen van beleid.

Artikel 2 Onderwerp van inspraak

  • 1. Elk bestuursorgaan besluit ten aanzien van zijn eigen bevoegdheden of inspraak wordt verleend bij de voorbereiding van gemeentelijk beleid.

  • 2. Inspraak wordt altijd verleend indien de wet daartoe verplicht. Deze verordening is van overeenkomstige toepassing op wettelijk verplichte inspraak die niet een beleidsvoornemen betreft.

  • 3. Geen inspraak wordt verleend:

    • a.

      ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van een eerder vastgesteld beleidsvoornemen;

    • b.

      indien inspraak bij of krachtens wettelijk voorschrift is uitgesloten;

    • c.

      indien sprake is van uitvoering van hogere regelgeving waarbij het bestuursorgaan geen of nauwelijks beleidsvrijheid heeft;

    • d.

      inzake de volgende ruimtelijke plannen:

      • i.

        ruimtelijke plannen, die betrekking hebben op een zeer beperkt grondgebied (zgn. postzegelplannetjes);

      • ii.

        bestemmingsplanherzieningen ingevolge artikel 30 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening;

      • iii.

        bestemmingsplannen waarvoor in de voorbereiding al een ruimtelijk plan (bijvoorbeeld een masterplan of verkavelingsplan) in de inspraak is gebracht;

      • iv.

        wijzigings- en uitwerkingsplannen ex artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

    • e.

      inzake de begroting, de tarieven voor gemeentelijke dienstverlening en belastingen bedoeld in hoofdstuk XV van de Gemeentewet;

    • f.

      indien de uitvoering van een beleidsvoornemen dermate spoedeisend is dat inspraak niet kan worden afgewacht;

    • g.

      indien het belang van inspraak niet opweegt tegen het belang van de verantwoordelijkheid van de gemeente voor kwetsbare groepen in de samenleving.

Artikel 3 Inspraakgerechtigden

Inspraak wordt verleend aan ingezetenen en belanghebbenden.

Artikel 4 Inspraakprocedure

  • 1. Op inspraak is de procedure van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

  • 2. Het bevoegde bestuursorgaan kan voor één of meer beleidsvoornemens een andere inspraakprocedure vaststellen.

Artikel 5 Participatie

  • 1. Naast inspraak kent de gemeente Harderwijk ook een meer projectmatige en incidentele vorm van het betrekken van ingezetenen en belanghebbenden bij beleidsvorming en beleidsuitvoering, namelijk participatie;

  • 2. Indien sprake is van participatie dan vindt dat over het algemeen plaats voorafgaand aan een eventuele inspraakprocedure;

  • 3. Indien sprake is van zowel participatie, als inspraak behouden de deelnemers aan een traject van participatie het recht om gebruik te maken van inspraak.

Artikel 6 Eindverslag

  • 1. Ter afronding van de inspraak maakt het bestuursorgaan een eindverslag op.

  • 2. Het eindverslag bevat in elk geval:

    • a.

      Een overzicht van eventuele participatie die heeft plaatsgevonden in de beleidsvoorbereiding, voordat de inspraakprocedure heeft plaatsgevonden;

    • b.

      een overzicht van de gevolgde inspraakprocedure;

    • c.

      een weergave van de zienswijzen die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;

    • d.

      een reactie op deze zienswijzen, waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het beleidsvoornemen of het onderwerp van wettelijk verplichte inspraak wordt overgegaan.

  • 3. Het bestuursorgaan maakt het eindverslag op de gebruikelijke wijze openbaar.

  • 4. De burgemeester vermeldt het eindverslag in zijn burgerjaarverslag.

Artikel 7 Vervallenverklaring

De Inspraak- en participatieverordening 1995 van de gemeente Harderwijk komt op moment van inwerkingtreding van de voorliggende verordening te vervallen.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerstvolgende dag na verloop van een termijn van zes weken na bekendmaking.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Inspraakverordening Harderwijk 2007.

Ondertekening

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Harderwijk in zijn openbare vergadering van 25 januari 2007, onder nummer 2.
de voorzitter, drs. J.C.G.M. Berends MPA
de griffier, mw. mr. J. Th. van der Kwast