Brandweerpersoneel (vergoeding)

Geldend van 02-11-2022 t/m 06-07-2023

Intitulé

Brandweerpersoneel (vergoeding)

Brandweerpersoneel (vergoeding)

Regeling vergoedingen brandweerpersoneel in de 24-uursdienst en personeel in roosterdienst GMK

Inhoudsopgave

  • Artikel 1 Duiktoelage brandweerpersoneel

  • Artikel 2 Alarmopkomstvergoeding beroepsbrandweer in de 24- uursdienst

  • Artikel 3 Verschuivingsvergoeding beroepsbrandweer in de 24-uursdienst en personeel in roosterdienst GMK

  • Artikel 4 Toelage onregelmatige dienst beroepsbrandweer in de 24-uursdienst

  • Artikel 5 Toelage onregelmatige dienst personeel in roosterdienst GMK

  • Artikel 6 Overwerkvergoeding

  • Artikel 7 Inwerkingtreding

Artikel 1 Duiktoelage brandweerpersoneel

Lid 1

Aan de ambtenaar, werkzaam bij de brandweer, die in de 24-uursdienst is aangesteld en die feitelijk duikwerkzaamheden in opdracht van of namens het bestuur van het bestuur van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant uitoefent, wordt op grond van artikel 3:14 RAVMWB een duiktoelage toegekend .

Lid 2

De duiktoelage als bedoeld in lid 1 van dit artikel bedraagt per maand: € 84,61 voor een gediplomeerd duiker € 41,90 bruto voor een duiker in opleiding

Lid 3

De bedragen onder lid 2 worden aangepast aan de percentuele loonstijgingen zoals deze in het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden (LOGA) worden overeengekomen.

Artikel 2 Alarmopkomstvergoeding beroepsbrandweer in de 24- uursdienst

Lid 1

De ambtenaar ingedeeld in de 24-uursdienst die niet verplicht is op te komen buiten werktijd, maar die wel gehoor geeft aan een oproep heeft onder voorwaarden recht op een opkomstvergoeding ter grootte van een jaarvergoeding vrijwilligers, behorende bij de rang van de ambtenaar.

Lid 2

Voorwaarde voor de toekenning van de vergoeding is dat de ambtenaar in de 24-uursdienst in de 12 maanden voorafgaand aan de maand december aan minimaal 40% van de oproepen gehoor heeft gegeven.

Lid 3

De opkomstvergoeding wordt in de maand december uitbetaald.

Artikel 3 Verschuivingsvergoeding beroepsbrandweer in de 24-uursdienst en personeel in roosterdienst GMK

Lid 1

De ambtenaar ingedeeld in de 24-uursdienst en de ambtenaar in roosterdienst werkzaam op de Gemeenschappelijke Meldkamer heeft recht op een vergoeding, indien binnen 72 uur voor aanvang van de oorspronkelijk vastgestelde

  • a

    feitelijke arbeidsduur per week, deze arbeidsduur wordt verschoven;

  • b

    werktijd, deze werktijd wordt verschoven.

Lid 2

Het bepaalde in het eerste lid is van overeenkomstige toepassing in geval een verschuiving van de oorspronkelijk vastgestelde arbeidsduur per week en/of de oorspronkelijk vastgestelde werktijd plaatsvindt zonder dat het dienstbelang dit vereist, gedurende de periode gelegen tussen een maand en 72 uur voor aanvang van de betreffende week dan wel de werktijd.

Lid 3

De hoogte van deze vergoeding bedraagt voor elk verschoven uur 25% van het uurloon.

Lid 4

In afwijking van het in het derde lid bepaalde, bedraagt de verschuivingsvergoeding voor arbeid verricht op:

  • a

    zondag of een der feestdagen: 100%;

  • b

    zaterdag of een andere dienstvrije dag: 50%.

Lid 5

Indien de uitvoering van het bepaalde in het vierde lid voor bepaalde categorieën van ambtenaren naar het oordeel van het college op overwegende bezwaren stuit, is zij bevoegd daarin te voorzien door het stellen van nadere regels.

Lid 6

Voor verschuivingsvergoeding komt niet in aanmerking de ambtenaar voor wie, naar het oordeel van het college, bij de vaststelling van het salaris of bij de regeling van de overige rechtspositie het verrichten van arbeid, als in het eerste lid bedoeld in aanmerking is genomen.

Artikel 4 Toelage onregelmatige dienst beroepsbrandweer in de 24-uursdienst

Lid 1

Voor het daadwerkelijk verrichten van werkzaamheden op het gebied van de brandbestrijding, hulpverlening, bewaking en oefening en andere met de brandweerdienst betrekking hebbende werk-zaamheden buiten de normale dagdiensturen op maandag tot en met vrijdag van 08.00 uur tot 18.00 uur wordt aan de ambtenaren ingedeeld in de 24-uursdienst een toelage toegekend. Het bedrag van deze toelage is een percentage van het brutosalaris van de ambtenaar doch ten hoogste van het maximum van schaal 6. Ter uitvoering van deze bepaling kan het college nadere voorschriften vaststellen.

Lid 2

In afwijking van het bepaalde in artikel 3:11 RAVMWB wordt bij de berekening van het percentage van de toelage als bedoeld in lid 1 van dit artikel, uitgegaan van een "gemiddelde". Dit gemiddelde bedraagt 18,94%.

Artikel 5 Toelage onregelmatige dienst personeel in roosterdienst GMK

Lid 1

Voor het daadwerkelijk verrichten van werkzaamheden op het gebied van de meldkamerprocessen ten behoeve van de hulpverlening buiten de normale dagdiensturen op maandag tot en met vrijdag van 08.00 uur tot 18.00 uur wordt aan de medewerkers in roosterdienst op de Gemeenschappelijke Meldkamer een toelage toegekend. Het bedrag van deze toelage is een percentage van het brutosalaris van de ambtenaar doch ten hoogste van het maximum van schaal 6. Ter uitvoering van deze bepaling kan het college nadere voorschriften vaststellen.

Lid 2

In afwijking van het bepaalde in artikel 3:11 RAVMWB wordt bij de berekening van het percentage van de toelage als bedoeld in lid 1 van dit artikel, uitgegaan van een "gemiddelde". Dit gemiddelde bedraagt voor centralisten in roosterdienst 29,43%.

Lid 3

In afwijking van het bepaalde in artikel 3:11 RAVMWB, én het bepaalde in lid 2 van dit artikel, wordt bij de berekening van het percentage van de toelage als bedoeld in lid 1 van dit artikel, uitgegaan van een "gemiddelde. Dit gemiddelde bedraagt voor centralisten in roosterdienst die op basis van oude rechten nachtdienstontheffing toegekend hebben gekregen, en dus geen nachtdiensten draaien, 14,50%.

Lid 4

In afwijking van het bepaalde in artikel 3:11 RAVMWB wordt bij de berekening van het percentage van de toelage als bedoeld in lid 1 van dit artikel, uitgegaan van een "gemiddelde". Dit gemiddelde bedraagt voor calamiteitencoördinatoren in roosterdienst 26,25%.

Lid 5

Vervallen.

Lid 6

Vervallen.

Lid 7

Het percentage, zoals vastgesteld in lid 4 van dit artikel, bedraagt 26,25%. bij een formatie van 6,6 fte t/m 7,5 fte.

Het percentage, zoals vastgesteld in lid 4 van dit artikel, bedraagt 22,23% bij een formatie van 7,6 fte t/m 8,5 fte.

Artikel 6 Overwerkvergoeding

Lid 1

De vergoeding, bedoeld in artikel 3:2, bestaat uit verlof gelijk aan het aantal volle uren van het overwerk, alsmede uit het bedrag dat voor die uren wordt berekend overeenkomstig het in het vijfde lid bepaalde.

Lid 2

Het verlof, bedoeld in het vorige lid, wordt verleend op een zo vroeg mogelijk tijdstip. Op verzoek van de ambtenaar en voor zover de belangen van de dienst en de belangen van de andere ambtenaren dit toelaten wordt het verlof verleend - zo nodig in afwijking van het bepaalde in de eerste volzin - op een tijdstip dat de ambtenaar wenst.

Lid 3

Voor 1 november (tenzij lokaal anders is geregeld) kunnen verlofuren die het gevolg zijn van de vergoeding voor overwerk dat zal worden verricht in het daaropvolgende kalenderjaar, worden omgezet in vakantie als bedoeld in artikel 6:2, eerste lid. Het aantal verlofuren uit de vorige volzin en het aantal vakantie-uren, als bedoeld in artikel 6:2, tweede lid, tezamen mag maximaal 50,4 uur bedragen. Voor de ambtenaar die is aangesteld voor een arbeidsduur van minder dan 36 uur per week geldt een naar evenredigheid lager aantal uren als maximum.

Lid 4

Kan geen verlof worden verleend in overeenstemming met het in het tweede lid bepaalde, dan bestaat de in artikel 3:2 bedoelde vergoeding uitsluitend uit een bedrag. Dit bedrag wordt berekend overeenkomstig het bepaalde in het vijfde lid, met dien verstande, dat de in dat lid genoemde percentages worden vermeerderd met 100.

Lid 5

Het bedrag van de in het eerste lid bedoelde vergoeding wordt voor elk van de in aanmerking komende uren berekend naar een percentage van het uurloon van de ambtenaar. Dit percentage bedraagt:

  • -

    100 voor overwerk op een zondag tussen 0 en 24 uur;

  • -

    75 voor overwerk op een zaterdag tussen 0 en 24 uur;

  • -

    75 voor overwerk op een maandag tussen 0 en 6 uur 50 voor overwerk op een dinsdag, woensdag, donderdag of vrijdag tussen 0 en 6 uur;

  • -

    50 voor overwerk op een maandag, dinsdag, woensdag, donderdag of vrijdag tussen 20 en 24 uur;

  • -

    25 voor overwerk op maandag, dinsdag, woensdag, donderdag of vrijdag tussen 6 en 20 uur

Lid 6

Voor overwerk op een feestdag, als bedoeld in artikel 4:5 derde lid, en op de dag volgende op die feestdag tussen 0 en 6 uur, geldt het percentage ingevolge het voorgaande, onderscheidenlijk voor een zondag en voor een maandag tussen 0 en 6 uur, bepaald.

Lid 7

Is voor de ambtenaar volgens rooster in plaats van een zondag, een feestdag, als bedoeld in artikel 4:5, derde lid, of een zaterdag, een andere vrije dag aangewezen dan wordt overwerk op die dag beschouwd als overwerk op overeenkomstige uren verricht op onderscheidenlijk een zondag, een feestdag, bedoeld in artikel 4:5, derde lid, of een zaterdag. Het college is echter bevoegd om, indien zulks naar het oordeel van het college wenselijk is, een regeling vast te stellen waarbij in afwijking van het hier bepaalde voor overwerk op vorenbedoelde vrije dag, ongeacht of deze is aangewezen in de plaats van een zondag of een feestdag, bedoeld in artikel 4:5, derde lid, of een zaterdag, een gelijke vergoeding wordt vastgesteld van 80%.

Lid 8

Het college bepaalt welke ambtenaren - gelet op de aard en het niveau van hun betrekking - geen aanspraak hebben op vergoeding voor overwerk. Het college is bevoegd aan de ambtenaar die op grond van het bovenstaande geen aanspraak heeft op vergoeding voor overwerk in bijzondere gevallen een door het college te bepalen vergoeding toe te kennen, indien en naarmate dit naar het oordeel van het college, gelet op de aard of omvang van het overwerk en de onvermijdelijkheid daarvan, redelijk is te achten. Het college is bevoegd om voor werkzaamheden welke door ambtenaren met een verschillende bezoldiging en eventueel een verschillende betrekking tezamen en gelijktijdig als overwerk moeten worden verricht, een naar het oordeel van het college billijke voor deze ambtenaren gelijke vergoeding vast te stellen.

Lid 9

Dit artikel is niet van toepassing op overwerk dat voortvloeit uit een van de in artikel 15:1:11 bedoelde verplichtingen. Het college regelt afzonderlijk de vergoeding voor zodanig overwerk.

Lid 10

De ambtenaar die een functie bekleedt met functieschaal 11 of hoger heeft geen recht op een overwerkvergoeding.

Lid 11

De ambtenaar ingedeeld in de 24-uurs dienst van de beroepsbrandweer heeft alleen dan recht op een vergoeding overeenkomstig het bepaalde in dit artikel wanneer hij buiten de voor hem bij rooster vastgestelde 24-uurs diensten in dienst wordt geroepen voor het verrichten van werkzaamheden. Deze vergoeding wordt voor opkomst bij alarmering voor tenminste 1 uur berekend. Bij overschrijding van het eerste uur wordt ieder volgend uur wordt als volledig uur berekend.

Artikel 7 Inwerkingtreding

Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling vergoedingen brandweerpersoneel in de 24-uursdienst en personeel in roosterdienst GMK bij de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant” en treedt in werking op 1 juli 2016.