Verordening Duurzaamheidslening gemeente Oldambt

Geldend van 27-07-2017 t/m heden

Intitulé

Verordening Duurzaamheidslening gemeente Oldambt

De raad van de gemeente Oldambt;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 27 juni 2017;

Gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet en de Algemene wet bestuursrecht;

B E S L U I T:

vast te stellen de navolgende

Verordening Duurzaamheidslening gemeente Oldambt,

luidende als volgt:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. aanvraag: een verzoek aan het college om voordracht bij SVn voor een Duurzaamheidslening;

b. aanvrager: de eigenaar die de aanvraag doet. (bij twee of meer eigenaren van één woning gelden zij gezamenlijk als aanvrager);

c. eigenaar/bewoner: degene die volgens het kadaster de woning in eigendom heeft en die de woning op het moment van aanvraag feitelijk bewoont;

d. de raad: de gemeenteraad van de gemeente Oldambt;

e. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oldambt;

f. leningenplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor het verstrekken van leningen, zoals bedoeld in deze verordening;

g. SVn: Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten;

h. Duurzaamheidslening: een lening die ten doel heeft om eeneigenaar/bewoner te stimuleren om hun woning energiezuiniger te maken en die wordt verstrekt volgens de in deze verordening vastgestelde regels;

i. werkelijke kosten: de kosten van materialen en werkzaamheden voor zover noodzakelijk voor het treffen van duurzame energiebesparende maatregelen, vermeerderd met de kosten van een EPA-maatwerkadvies, de kosten van een energieprestatiecertificaat, legeskosten, bijkomende kosten voor het verkrijgen van de Duurzaamheidslening en de kosten van door een deskundig vakbedrijf ter zake van deze verduurzamingsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren en verminderd met de van derden ontvangen of nog te ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze verordening is uitsluitend van toepassing op bestaande woonruimte in de gemeente Oldambt tot het bouwjaar 1990 met een WOZ-waarde van maximaal € 200.000,-, die geschikt en bestemd is voor permanente bewoning. en die als hoofdverblijf dient voor de aanvrager.

Duurzaamheidsleningen zijn bedoeld voor het treffen van energiebesparende maatregelen. Aanvragen voor leningen ten behoeve van de aanschaf van duurzame energieopwekking (bijvoorbeeld zonnepanelen) kunnen alleen ingediend worden in combinatie met één of meer  energiebesparende maatregelen.

Artikel 3 Budget

De gemeenteraad heeft een revolverend fonds Duurzaamheidsleningen ingesteld waaruit met inachtneming van het bepaalde in deze verordening duurzaamheidsleningen kunnen worden toegekend.

Artikel 4 Duurzaamheidsleningen

  • 1. De raad heeft een Duurzaamheidsfonds ingericht waaruit aan de in artikel 2 bedoelde eigenaar/bewoner een lening kan worden toegekend.

  • 2. Het college is bevoegd om met inachtneming van het bepaalde in deze verordening een Duurzaamheidslening toe te kennen.

Artikel 5 Duurzaamheidsmaatregelen

  • 1. Tot de duurzaamheidsmaatregelen worden gerekend:

    a. gevelisolatie/spouwmuurisolatie

    b. dakisolatie/dakisolatie i.c.m. asbestsanering

    c. vloerisolatie

    d. bodemisolatie/bodemisolatie i.c.m. vloerisolatie

    e. hoogrendementsbeglazing

    f. isolerende deuren

    g. isolerende gevelpanelen

    h. warmtepomp

    i. zonneboiler

    j. installaties voor warmteterugwinning

    k. energiezuinige gelijkstroompomp en/of gelijkstroomventilator

    l. vraaggestuurde ventilatie

    m. HRe-ketel of micr-warmtekrachtkoppeling

    n. Hoogrendementsketel

    o. Biomassaketel

    p. Warmtekrachtkoppeling (WKK)

    q. Zonnepanelen

    r. Energiemonitor

    s. Maatwerkadvies

    t. Waterzijdig inregelen

  • 2. Het college kan de in het eerse lid vermelde lijst van duurzaamheidsmaatregelen uitbreiden en/of inkorten.

  • 3. De maatregelen genoemd in lid 1 worden nader gespecificeerd in bijlage I.

Artikel 6 De aanvraag

Een aanvraag wordt schriftelijk bij het college ingediend door middel van een daartoe beschikbaar gesteld formulier en gaat vergezeld van een opgave van:

a. de te treffen maatregelen;

b. de werkelijke kosten van de te treffen maatregelen evenals een financiële onderbouwing van deze opgave;

c. waar mogelijk het energiebesparende effect van de maatregelen (EPA-maatwerkadvies);

d. een planning van de uitvoering van de werkzaamheden;

e. een kopie van een eventueel benodigde omgevingsvergunning (WABO).

Artikel 7 Afhandelen aanvraag

  • 1. Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.

  • 2. Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beslissing noodzakelijk acht, stelt het college aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren.

  • 3. Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn gecompleteerd is wordt de aanvraag door het college buiten behandeling gelaten. De aanvrager wordt hiervan op de hoogte gesteld.

  • 4. Het college handelt de aanvragen in volgorde van binnenkomst af.

  • 5. Het college beslist op de aanvraag binnen acht weken na de dag waarop de aanvraag compleet is ontvangen.

  • 6. Zij kan haar beslissing eenmaal voor ten hoogste acht weken verdagen.

Artikel 8 Intrekken toekenning aanvraag

  • 1. Het college trekt een toekenning van de aanvraag als bedoeld in artikel 11 geheel of gedeeltelijk in als:

    a. Er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen;

    b. De Duurzaamheidslening is verstrekt op grond van onjuiste gegevens.

  • 2. In geval van overtreding van de voorschriften in deze verordening de eigenaar verschoonbare redenen heeft, kan het college besluiten de bovengenoemde sanctie geheel of gedeeltelijk achterwege te laten.

Artikel 9 Afwijzen aanvraag

Het college wijst de aanvraag af, indien:

a. het leningenplafond bereikt is of het resterende budget in de voorziening Duurzaamheidsfonds onvoldoende is om de aanvraag te honoreren.

b. de werkelijke kosten van maatregelen naar zijn oordeel niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat.

c. de werkelijke kosten van verduurzaming lager zijn dan het minimumbedrag zoals genoemd in artikel 13 lid 2.

d. de aanvraag wordt ingediend na het treffen van de maatregelen.

e. naar zijn oordeel gegronde redenen bestaan aan te nemen, dan wel vastgesteld wordt, dat niet aan de voorwaarden en bepalingen van deze verordening wordt of zal worden voldaan.

Artikel 10 Voordracht

Het college besluit aanvrager voor te dragen bij SVn voor een Duurzaamheidslening, indien uit de bij de aanvraag ingediende bescheiden blijkt, dat met het treffen van de duurzame maatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan een of meer van de hiernavolgende doelen:

a. een beperking van de energievraag, dan wel een vermindering van CO2 uitstoot;

b. het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening van de woning.

Artikel 11 Toekenning

  • 1. De toekenning van een Duurzaamheidslening geschiedt onder voorbehoud van een positieve krediettoets van SVn.

  • 2. Het college kan bij haar beslissing op grond van het eerste lid rekening houden met financiële steun die op grond van enige andere regeling is of kan worden toegekend.

  • 3. SVn verstrekt en beheert een toegkende Duurzaamheidslening.

Artikel 12 Voorwaarden

  • 1. Op de Duurzaamheidsleningen zijn van toepassing de SVn documenten ‘Algemene bepalingen voor geldleningen’ en de ‘Productspecificaties Gemeentelijke Duurzaamheidsslening’ zoals deze documenten aanwezig zijn in de SVn-informatiemap die deel uitmaakt van de deelnemingsovereenkomst tussen de gemeente Oldambt en SVn.

  • 2. Het college kan aan de toekenning van een Duurzaamheidslening nadere voorwaarden verbinden.

Artikel 13 Kenmerken Duurzaamheidslening

  • 1. De hoofdsom van de Duurzaamheidslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten.

  • 2. In afwijking van het eerste lid bedraagt de hoofdsom van de Duurzaamheidslening minimaal€ 2.500,- en maximaal € 7.499,- incl. BTW per woning.

  • 3. De looptijd van de Duurzaamheidslening bedraagt maximaal 10 jaar.

  • 4. Bij verkoop van de woning dient de restantschuld in zijn geheel worden afgelost.

  • 5. Het rentepercentage bedraagt 1,6% op jaarbasis.

  • 6. Vervroegde aflossing van de Duurzaamheidslening is te allen tijde boetevrij toegestaan.

Artikel 14 Bouwkrediet

Een Duurzaamheidslening komt via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden, dan wel facturen van de aanschaf van zelf uitgevoerde maatregelen.

Artikel 15 Nadere regels

Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Artikel 16 Hardheidsclausule

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 17 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt op 27 juli 2017 in werking.

Artikel 18 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als de “Verordening Duurzaamheidslening gemeente Oldambt”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Oldambt d.d. 17 juli 2017
De griffier, Pieter Norder
De burgemeester, Pieter Smit

Bijlage 1 Specificatie energiebesparende maatregelen, als bedoeld in artikel 5, lid 1 van de verordening Duurzaamheidslening gemeente Oldambt

a. Gevelisolatie/Spouwmuurisolatie

Gevelisolatie: Informatie waaruit blijkt dat de warmteweerstand (R-waarde) minimaal 3,5 m²K/W is. Volgens ISSO 82.1 wordt met een dikte van 130 mm isolatiemateriaal een warmteweerstand van 3,5 m²K/W gerealiseerd. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

Spouwmuurisolatie: Informatie waaruit blijkt dat de warmteweerstand (R-waarde) minimaal 1,1 m²K/W is. Volgens ISSO 82.1 wordt met een dikte van 40 mm isolatiemateriaal een warmteweerstand van 1,1 m²K/W gerealiseerd. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

b. Dakisolatie/dakisolatie i.c.m. asbestsanering

Informatie waaruit blijkt dat de warmteweerstand (R-waarde) minimaal 3,5 m²K/W is. Volgens ISSO 82.1 wordt met een dikte van 130 mm isolatiemateriaal een warmteweerstand van 3,5 m²K/W gerealiseerd. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

Asbest kan voorkomen in het dakbeschot. Bij het laten plaatsen van dakisolatie zal het asbest eerst verwijderd dienen te worden. De kosten voor het verwijderen van de asbest in het dakbeschot kunnen, in combinatie met dakisolatie, meegenomen worden in de financiering. De kosten uit hoofde van asbestsanering zijn beperkt tot maximaal 50% van de totale Duurzaamheidslening. Belangrijk hierbij is een correcte werkwijze bij de asbestsanering in het dakbeschot. Bij de aanvraag dient een omschrijving van de asbestsanering aangeleverd te worden.

c. Vloerisolatie

Informatie waaruit blijkt dat de warmteweerstand (R-waarde) minimaal 3,5 m²K/W is. Volgens ISSO 82.1 wordt met een dikte van 140 mm isolatiemateriaal een warmteweerstand van 3,5 m²K/W gerealiseerd. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

d. Bodemisolatie/bodemisolatie i.c.m. vloerisolatie

Het aanbrengen van hoogwaardig isolatiemateriaal op de bodem van de kruipruimte, eventueel in combinatie met hoogwaardige vloerisolatie (als onderdeel van de begane grondvloer). De warmteweerstand (R-waarde) dient minimaal 3,5 m²K/W te bedragen. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

Let op: Bij bodemisolatie is over het algemeen sprake van een al dan niet geventileerde luchtlaag tussen de isolatie en de begane grondvloer. Hierdoor gaat een deel van de isolatiewaarde verloren, hetgeen tot gevolg heeft dat de isolatielaag beduidend dikker dient te zijn dan bijvoorbeeld isolatie direct onder de vloer. Controleer daarom altijd of van het product een kwaliteitsverklaring beschikbaar is en of in die specifieke toepassing, de vereiste warmteweerstand van 3,5 m2K/W wordt gerealiseerd.

e. Hoogrendementsbeglazing

Informatie waaruit blijkt dat de warmtedoorgangscoëfficiënt (U-waarde) kleiner of gelijk aan 1,2 W/m²K is. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

Let op! Niet alle HR++glas heeft de vereiste kwaliteit. Controleer daarom altijd de warmtedoorgangscoëfficiënt in de kwaliteitsverklaring.

Bij het aanbrengen van hoogrendementsbeglazing is vervanging van kozijnen toegestaan. Indien een aluminium kozijn wordt aangebracht geldt de eis dat er informatie beschikbaar moet worden gesteld, waaruit blijkt dat de warmtedoorgangscoëfficiënt (U-waarde) van het kozijnprofiel kleiner of gelijk aan 2,4 W/m²K is. Een houten of kunststof kozijn voldoet altijd.

Naast het plaatsen van nieuwe hoogrendementsbeglazing bestaat de mogelijkheid om de gevraagde kwaliteit (maximale U-waarde van 1,2 W/m²K) te behalen middels een thermische glasfolie. Dit mag zowel op bestaande, als nieuwe hoogrendementsbeglazing worden geplaatst. De glasfolie heeft sterke zonwerende kenmerken en verbetert de thermische isolatie in de winter.

f. Isolerende deuren

Informatie van de toe te passen geïsoleerde deur(en) waaruit blijkt dat tussen het voor- en achterblad van de deur(en) isolatiemateriaal aanwezig is of informatie waaruit blijkt dat de U-waarde maximaal 2,0 W/m²K is. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

Indien ten minste 65% van de oppervlakte van de deur glas is en het glas heeft een U-waarde kleiner of gelijk aan 1,2 W/m²K, wordt de deur als raam beschouwd en doet de opbouw van de rest van de deur (maximaal 35%) niet ter zake.

Indien minder dan 65% van de oppervlakte van de deur glas is, wordt getoetst op de kwaliteit van de deur (excl. glas) en op het glas. Voor het glas geldt ook hier een U-waarde kleiner of gelijk aan 1,2 W/m²K. Voor het deurgedeelte geldt dat het voor- en achterblad gescheiden zijn middels isolatiemateriaal of dat de U-waarde van de deur maximaal 2,0 W/m²K bedraagt.

g. Isolerende gevelpanelen

Informatie waaruit blijkt dat de warmtedoorgangscoëfficiënt (U-waarde) maximaal 0,7 W/m²K is. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

h. Warmtepomp

Een warmtepomp die is bestemd als hoofd- of basisruimteverwarming van een woning en/of warm tapwater voor een woning en die niet primair gericht is op actieve koeling, waarbij warmte wordt onttrokken aan de bodem, het grondwater, het oppervlaktewater of de buitenlucht, of ventilatieafvoerlucht. De bron bepaalt voor een belangrijk deel het rendement.

Bij de aanvraag dient een omschrijving van de warmtepomp, voorzien van het merk en type, aangeleverd te worden.

i. Zonneboiler

Een zonneboiler is een systeem bestaande uit één of meer zonnecollectoren in combinatie met één of meer warmteopslagvaten, dat wordt ingezet om met zonne-energie tapwater te verwarmen. De energieopbrengst van een zonneboiler wordt over het algemeen uitgedrukt in GigaJoule (GJ). Hoe meer GJ, hoe hoger de opbrengst. Een hulpmiddel dat gebruikt kan worden om een goede zonneboiler te kunnen kiezen, is bijvoorbeeld ‘Advies op maat’ van Milieu Centraal.

Bij de aanvraag dient een omschrijving van de zonneboiler, voorzien van het merk en type, aangeleverd te worden. Voor zonneboilers zijn de volgende kwaliteitskeurmerken beschikbaar: Zonnekeur-Boiler en Zonnekeur installateur. Zonnekeur-boiler waarborgt de kwaliteit van de boiler en Zonnekeur installateur geeft aan dat het bedrijf voldoet aan bepaalde eisen inzake vaardigheid (aantoonbaar bekwaam), bedrijfsvoering conform geldende normen en voorschriften en de kwaliteit van producten. Deze keurmerken zijn geen verplichting voor de Duurzaamheidslening.

j. Installaties voor warmteterugwinning

• Warmteterugwinning uit ventilatielucht. Deze installatie dient een rendement te halen van minimaal 90%. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

• Warmteterugwinning uit douchewater. Dit is een unit om warmte uit het afgevoerde douchewater terug te winnen. Bij de aanvraag dient een omschrijving van de installatie, voorzien van het merk en type, aangeleverd te worden.

k. Energiezuinige gelijkstroompomp en/of gelijkstroomventilator

Omschrijving van de gelijkstroompomp en/of gelijkstroomventilator, voorzien van het merk en type, dient aangeleverd te worden.

l. Vraaggestuurde ventilatie

Omschrijving van de ventilatie-unit, CO₂-sensor en ventilatieschuiven dient aangeleverd te worden.

m. HRe-ketel of micro-warmtekrachtkoppeling

Een HRe-ketel of micro-wkk is een installatie waarbij de productie van warmte en elektriciteit vanuit eenzelfde energiebron gelijktijdig plaats vindt, met een geproduceerd elektrisch vermogen van minimaal 0,8 kWe en maximaal 5 kWe, bestemd voor ruimteverwarming van een bestaande woning en heeft een thermisch vermogen van ten minste 100% en een elektrisch rendement van ten minste 15%.

De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

n. Hoogrendementsketel

CV-ketel al of niet gecombineerd met warmtapwatervoorziening, voorzien van het HR107-label. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

o. Biomassaketel

Een biomassaketel die bestemd is voor ruimteverwarming en/of de warmtapwatervoorziening van de gehele woning met een vermogen kleiner dan 50 kW. Ten aanzien van fijnstof dient de biomassaketel te voldoen aan het Activiteitenbesluit. De gevraagde kwaliteit dient te worden verklaard middels een ondertekende Verklaring Aannemer/Installateur.

p. Warmtekrachtkoppeling (WKK)

Energiebesparing met warmtekrachtkoppeling (WKK) is alleen interessant als zowel de warmte als de elektriciteit wordt gebruikt. Een elektrisch rendement van 40% wordt minimaal haalbaar geacht, waarbij bij de opwekking van elektriciteit de warmte ook wordt benut voor het verwarmen van gebouwen.

Bij de aanvraag dient een omschrijving van de warmtekrachtkoppeling, voorzien van het merk en type, aangeleverd te worden.

q. Zonnepanelen

Zon-PV-systeem, bestaande uit één of meerdere zonnepanelen met fotovoltaïsche zonnecellen en de daarbij behorende spanningsomvormer(s). Bij een zon-PV-systeem is een opbrengst van 135 Wattpiek per m2 paneel, een algemeen gangbare basiskwaliteit. Bij de aanvraag dient een omschrijving van de zonnepanelen, voorzien van het merk en type, aangeleverd te worden.

Voor zonnepanelen is het kwaliteitskeurmerk Zonnekeur installateur beschikbaar. Zonnekeur installateur geeft aan dat het bedrijf voldoet aan bepaalde eisen inzake vaardigheid (aantoonbaar bekwaam), bedrijfsvoering conform geldende normen en voorschriften en de kwaliteit van producten. Dit keurmerk is geen verplichting voor de Duurzaamheidslening.

De kwaliteit van bovengenoemde installatie wordt uiteraard niet alleen bepaald door de installatie zelf, maar voor een belangrijk deel ook door de wijze waarop een en ander geïnstalleerd is. Als hulpmiddel om een installateur te vinden, kunt u bijvoorbeeld gebruikmaken van http://www.vindinstallateurduurzameenergie.nl/.

Dit is echter geen verplichting voor de Duurzaamheidslening

r. Energiemonitor

De energiemonitor is een eenvoudig plug-and-play display, uitsluitend bedoeld voor het real-time visualiseren van het actuele energieverbruik op een door de consument zelf te kiezen plek in huis. Het belangrijkste kenmerk van verbruiksmonitoring is dat actuele meetgegevens rechtstreeks vanuit de slimme meter naar een in-home display worden verzonden voor real-time visualisatie en vergelijking met eerdere verbruiksperiodes. Hiervoor is geen contract met -of abonnement bij- een (energie)leverancier vereist. Ook is aansluiting op internet niet nodig, waardoor alle -eventueel als privacy gevoelige informatie beschouwde- verbruiksgegevens ‘in huis blijven’ en een bedrijfszekere werking bevorderd wordt. Een energiemonitor is dus feitelijk een accessoire van de slimme meter: een laagdrempelig hulpmiddel om de nog onervaren consument via aansprekende visualisaties meer bewust te maken van de (kosten)ontwikkeling van het eigen energieverbruik en zo te helpen bij de eerste stappen op het gebied van energiebesparing. Bij de aanvraag dient een omschrijving van de energiemonitor, voorzien van het merk en type, aangeleverd te worden.

s. Maatwerkadvies

Gecertificeerde bedrijven voor een maatwerkadvies zijn te vinden op:

http://kvinl.nl/certificaathouders/voorpagina/certificeren/certificaathouders/?brl_keuze=&no_cache=1&user_kbi_pi1%5Bbrl%5D=9500&user_kbi_pi1%5Bnaam%5D=&user_kbi_pi1%5Bplaats%5D=&user_kbi_pi1%5Bpostcode%5D=&user_kbi_pi1%5Bsubmit%5D=zoek.