Besluit tot aanpassing Nota Evenementenbeleid Gemeente Brummen

Geldend van 31-07-2019 t/m heden

Intitulé

Besluit tot aanpassing Nota Evenementenbeleid Gemeente Brummen

Inhoudsopgave

1.Inleiding

1.1 Aanleiding

1.2 Doelstelling evenementenbeleid

1.3 Rol van de gemeente

1.4 Burgerparticipatie/inspraak

1.5 Risico’s en veiligheid

2. Vergunningverlening

2.1.1. Vergunningencheck

2.1.2. Categorisering

2.1.3. Meerjarenvergunning

2.1.4. Samenvallende evenementen en festiviteiten

2.1.5. Risicoscan evenementen

2.1.6. Regionale evenementenkalender

2.1.7. Publicaties verleende evenementenvergunningen

2.2 Het juridisch kader

2.2.1. APV

2.2.2. Overige van toepassing zijnde APV voorschriften

2.3 Overige wet- en regelgeving

2.3.1. Wet ruimtelijke ordening (Wro)/Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)/ Besluit omgevingsrecht (Bor)

2.3.2. Drank- en horecawet

2.3.3. Besluit Horeca-, sport en recreatieve inrichtingen milieubeheer

3. Kaders/categorisering

3.1 Maximum stelsel

3.2 Aanvangs- en sluitingstijden

3.3 Evenementenkalender

3.4 Publiciteit/reclame

3.5 Verkeersmaatregelen/verkeersregelaars

3.6 EHBO

3.7 Circussen

3.8 Sportgala’s

3.9 Vechtsportwedstrijden

4. Procedures vergunningaanvraag

4.1 Aanvraag

4.2 Vooroverleg

4.3 Termijnen

4.4 Ontvankelijkheid

4.5 Weigeringsgronden

4.6 Wijzigings-/Intrekkingsgronden

4.7 Aansprakelijkheid/verzekering

5. Handhaving

6. Monitoring en evaluatie

Bijlage 1: Belangrijkste overige wet- en regelgeving

Bijlage 2: Procesbeschrijving/Draaiboek

Bijlage 3: Overzicht regionale afspraken/voorschriften

Nota Evenementenbeleid gemeente Brummen 2016

1. Inleiding

In de gemeente Brummen worden regelmatig evenementen georganiseerd. Evenementen zijn belangrijk voor een gemeente. Ze dragen onder meer bij aan de ‘verlevendiging’, zorgen voor een ‘platform’ waar burgers hun ‘sociale contacten’ kunnen onderhouden. Tevens zorgen evenementen in de regel voor extra besteding bij/in winkels, horeca en voor werkgelegenheid. Zij bepalen mede het imago van de gemeente: een gemeente waar het fijn wonen, werken en recreëren is. Evenementen moeten ook veilig worden georganiseerd. Veiligheidsaspecten moeten daarom vooraf worden geïnventariseerd en gecontroleerd. De gemeentelijke doelstelling bestaat daarom o.a. uit het vinden van een goede balans tussen stimuleren enerzijds en reguleren anderzijds.

1.1 Aanleiding

Vanuit het bestuur is de wens geuit om initiatiefnemers een ‘podium’ te bieden voor het organiseren van evenementen. Met name vanuit de organisatoren is de behoefte ontstaan aan heldere kaders: wat mogen we van elkaar verwachten. Om die redenen wordt met deze nota het evenementenbeleid nader te geactualiseerd. Dit is een dynamisch document: het beleid zal dus, naar gelang daar behoefte aan is, met enige regelmaat geactualiseerd worden.

De afgelopen jaren hebben we de Brummense samenleving zien veranderen. Steeds meer mensen willen meedenken over onderwerpen die voor hen belangrijk zijn. Er is ook veel kennis, ervaring en daadkracht in Brummen waar we gebruik van kunnen en willen maken. Inwoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties kunnen en willen veel vraagstukken zelf oplossen. We willen dan ook ruimte geven aan een samenleving die meer zelf wil oppakken. En helpen waar dat kan.

In deze nota wordt in hoofdzaak ingegaan op evenementen en de wijze waarop de gemeente Brummen hiermee omgaat. Ofschoon er een relatie is met onder meer drank en horeca-, alcoholmatiging-, standplaatsen-, markt-, reclame-, toerisme en recreatiebeleid, vallen deze onderwerpen in beginsel buiten de reikwijdte van voorliggende nota. Wel is zo veel als mogelijk ‘aansluiting’ gezocht bij, resp. voort geborduurd op eerder vastgestelde visies, c.q. beleid op de hiervoor genoemde terreinen.

Evenementen kunnen helaas ook leiden tot overlast op gebied van de openbare orde en veiligheid. Niet zelden ondervindt de directe omgeving bijvoorbeeld geluidsoverlast. Maar ook overlast als gevolg van mindere bereikbaarheid c.q. toegankelijkheid van woningen en/of andere bestemmingen. Een tijdelijke vermindering van parkeerplaatsen, verkeersopstoppingen en vervuiling c.q. beschadiging van de openbare ruimte zijn te beschouwen als (negatieve) gevolgen van een evenement.

Een evenement, dat niet past bij de gemeente of de locatie kan het imago van de gemeente nadelig beïnvloeden. Vandaar dat de gemeente ook meer en meer wenst te sturen op de vraag wat het evenement toevoegt (of afbreekt) aan de reputatie/ het imago van de gemeente. Hierbij zou bijvoorbeeld getoetst kunnen worden op de mate, waarin het evenement past bij de gekozen locatie qua omvang, of het woon- en leefklimaat op de locatie of in de omgeving van het evenement niet te sterk belast wordt.

1.2 Doelstelling evenementenbeleid

Het gemeentebestuur hecht veel belang aan het verlevendigen van de gemeente. Initiatiefnemers willen we dus graag de gelegenheid geven om hieraan een positieve invulling te geven. Daar waar mogelijk zullen we ons uiterste best doen om initiatiefnemers een helpende hand te bieden. Met name als evenementen aansluiten bij onze kernwaarden: Veluwe, Natuur, Papier, Landgoederen en de IJssel.

Activiteiten bieden een aantoonbaar maatschappelijk belang voor de Brummense samenleving. De geplande activiteiten richten zich op het vergroten van de bekendheid van de gemeente Brummen en het stimuleren van de recreatie en toerisme in de gemeente Brummen. Dit komt ten goede aan de Brummense samenleving. Het is in samenhang daarmee dus ook van groot belang dat aandacht besteed wordt aan een goede promotie. Met de Stichting Visit Brummen Eerbeek is daarvoor een overeenkomst gesloten in de aanpak van gebiedsmarketing en ‘branding’.

Doel van het evenementenbeleid is ook te zorgen voor (meer) evenwicht tussen de positieve effecten van evenementen en de leefbaarheid in de gemeente. Met het evenementenbeleid wordt ook beoogd, dat de huidige bestuurspraktijk, nader geformaliseerd wordt en ‘in lijn’ wordt gebracht met hetgeen in regionaal verband, op beleidsmatig niveau is vastgelegd (door overige betrokken partijen/hulpverleningsdiensten).

Daarnaast is het beleid zodanig geformuleerd, dat het voor een ieder (i.c. evenementenorganisatoren, betrokken hulpdiensten, burgers etc.) duidelijk is, hoe de gemeente om gaat met evenementen en in welke gevallen een aanvraag om vergunning/ontheffing leidt tot vergunningverlening, respectievelijk een weigering.

Subdoelen:

1. Zorgen dat overlast zo veel als mogelijk beperkt wordt;

2. Optimale spreiding van evenementen door het jaar heen en over diverse locaties;

3. Een jaarlijkse evenementenkalender, aan de hand waarvan inzicht kan worden gegeven aan o.a. inwoners van de gemeente.

1.3 Rol van de gemeente

Deze doelstelling vertaalt zich vervolgens in de gemeentelijke rollen zoals hieronder geschetst.

- Verbinder / faciliteerder

In het Bestuursprogramma ‘Schakelen naar de toekomst’ is vastgelegd dat de rol van de gemeente gezien moet worden als verbindend, stimulerend en faciliterend. We richten ons op het beter zichtbaar maken en verbinden van bestaande en nieuwe initiatieven.

- Facilitering in vorm van een (project)subsidie

Brummen heeft zijn inwoners en bezoekers veel te bieden op het gebied van cultuur, recreatie, sport en toerisme en wil zich verder ontwikkelen tot een nog bruisender en levendiger gemeente.

Om potentiële initiatiefnemers tegemoet te komen, kan het college een subsidie toekennen voor nieuwe (jaarlijkse) evenementen. De nadere regels hieromtrent zijn in de ‘Subsidieregeling evenementen Brummen’.

- Facilitering Stichting Visit Brummen Eerbeek

Met de Stichting Visit Brummen Eerbeek is overeengekomen dat zij invulling geven aan het lokaal gastheerschap.

- Facilitering door aan de Raad voor te stellen om de leges voor het in behandeling nemen van een vergunningaanvraag af te schaffen.

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag zijn normaliter leges verschuldigd. Om de organisatoren van evenementen enigszins tegemoet te komen is het college voornemens om aan de raad voor te stellen om geen leges meer te heffen voor de evenementenvergunningaanvraag.

De kosten verbonden aan o.a. verkeersmaatregelen, Drank- en Horeca-ontheffing etc. blijven echter gehandhaafd. Voor 2017 zijn hiervoor de volgende bedragen vastgesteld (Legesverordening/

Tarieventabel 2017):

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een

- ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet: € 25,10;

- een tijdelijke gebruiksvergunning (o.a. brandveiligheid tent) : € 82,45.

Voor het treffen van verkeersmaatregelen (o.a. afsluiten openbare weg) € 39,45

- Evenementencoördinator

Door de gemeente is een evenementencoördinator aangesteld. Deze coördinator is het aanspreekpunt voor de organisatoren. Hij/zij legt de verbinding tussen de organisatoren en de betrokken medewerkers van de gemeente en de evt. betrokken hulpdiensten.

Contactgegevens coördinator: Ingrid Grouwstra, i.grouwstra@brummen.nl, 0575 – 56 82 33

- 2016/2017: facilitering in vorm van verstrekken Nix18! Polsbandjes (zie hiervoor onder 2.3.2) en posters.

De gemeente hecht er waarde aan het alcoholgebruik door 18-minners te voorkomen. Daarom zijn in 2016 zgn. NIX18! bandjes beschikbaar gesteld aan organisaties. Ook voor 2017 (zolang de voorraad strekt) zullen wij deze ter beschikking stellen. Verder zal in 2017 steekproefsgewijs het alcoholgebruik door 18-minners gecontroleerd worden en met de organisatoren afgestemd worden.

- De gemeente als leverancier van voorzieningen t.b.v. evenementen

De gemeente draagt zorg voor de (voorbereiding van) vergunningverlening en het toezicht op de verleende vergunningen/ontheffingen. Andere taken die bij de gemeente liggen zijn bijvoorbeeld het regelen van wegomleidingen c.q. het nemen van verkeersmaatregelen, het leveren van gemeentelijke voorzieningen, zoals dranghekken en evenementencontainers.

De gemeente is bereid om als proef 120 dranghekken beschikbaar te stellen. Deze kunnen gratis afgehaald worden wanneer aan de onderstaande voorwaarden wordt voldaan.

Voorwaarden gratis dranghekken:

- De organisator haalt de dranghekken de werkdag voor het evenement zelf op tussen 09:00 uur en 16:00 uur (met uitzondering van vrijdag dan tot 12:00 uur)

- De organisator brengt de dranghekken de werkdag na het evenement zelf terug tussen 09:00 uur en 16:00 uur (met uitzondering van vrijdag dan tot 12:00 uur)

In alle andere gevallen kan de gemeente de dranghekken brengen en halen en dan zijn de kosten € 2,80 per dranghek.

- Vergunningverlener en -handhaver

De gemeente is in alle gevallen betrokken bij evenementen vanuit haar verantwoordelijkheid voor het verlenen van allerlei vergunningen, ontheffingen en dergelijke. Steeds vaker wordt daarbij ook het toezicht op het evenement en de handhaving betrokken. Aspecten zoals (brand-)veiligheid en gezondheid, milieuaspecten en openbare orde krijgen, zoals al aangegeven, steeds meer aandacht.

En tot slot ook een rol als:

- Organisator: participeren of zelf tot stand brengen van een evenement.

1.4 Burgerparticipatie/inspraak

Betrokkenen, waaronder evenementen-organisatoren, ondernemersverenigingen, horecaondernemers, wijkraden zijn en blijven uitgenodigd om hun wensen, eisen, voorstellen etc. kenbaar te maken. In februari hebben we een zgn. inspraakavond gehad. Diverse organisaties en burgers zijn hierbij aanwezig geweest. De input die hieruit naar voren is gekomen, is zo veel als mogelijk/ wenselijk verwerkt in voorliggende nota.

1.5 Risico’s en veiligheid

Evenementen brengen veiligheidsvraagstukken met zich mee. De aanwezigheid van grote

mensenmassa's op een relatief beperkt oppervlak vormt een veiligheidsrisico. Risico's kunnen er

bijvoorbeeld zijn op het gebied van openbare orde en veiligheid, brandveiligheid, verkeer en

vervoer en volksgezondheid. De veiligheid bij evenementen is van meerdere factoren afhankelijk, zoals de mate van voorbereiding, de locatie waar het evenement plaatsvindt en de professionaliteit van de evenementenorganisatie.

Daarnaast zijn er ontwikkelingen zichtbaar die om actualisatie van het beleid en de werkprocessen

vragen. Hierbij kan worden gedacht aan:

- de veranderde houding van burgers ten opzichte van gezagsdragers en hulpverleners;

- de impact van ‘social media’ via internet (denk aan Project X Haren).

Om bovengenoemde redenen spelen het beheersen van risico’s en waarborgen van veiligheid een

belangrijke rol in de voorliggende uitvoeringsnota.

Bij de vergunningverlening zal de gemeente ook de veiligheid van het publiek betrekken.. Crisissituaties zoals bij de Monstertruck in Haaksbergen willen we immers voorkomen. Vanuit de nota van bevindingen, opgesteld door de Veiligheidsraad, is een aantal aanbevelingen gedaan. Met name gericht op het herkenning en beheersen van bijzondere risico’s. Niet alleen bij bijvoorbeeld stunts, maar ook bij snel veranderende weersomstandigheden moet de gemeente/ vergunningverlener in staat zijn om de risico’s te herkennen en passende maatregelen voor te stellen. Daarvoor is expertise noodzakelijk. Daarom zal m.n. de inbreng van de hulpdiensten bij de vergunningverlening een cruciale rol spelen. Het is immers onze gezamenlijk taak zicht te krijgen op de evt. risico’s van evenementen.

Regionale afstemming

Vanuit de Veiligheidsregio wordt gewerkt aan het harmoniseren van het evenementenbeleid binnen de regio. Bij hen is de opdracht neergelegd om, in samenwerking met alle betrokkenen, te komen tot een uniform evenementenkader: invoeren van een minimale basis set van gegevens (in de vorm van een standaard aanvraagformulier) en het uniformeren van de risicoscan.

Daar waar mogelijk is afstemming gezocht met het evenementenbeleid van omliggende gemeenten zodat we een zo groot mogelijke uniformiteit kunnen aanhouden. Daarbij moet u denken aan voorschriften op gebied van o.a. brandveiligheid, EHBO, Drank- en horeca etc.

Voorbeelden van de regionaal afgesproken voorschriften zijn in de bijlage 3 opgenomen.

De burgemeester heeft in het proces van de vergunningverlening een centrale rol. Hij moet een doorlopend zicht houden op de kwaliteit van de vergunningverlening. Tegelijkertijd moeten de behandelende ambtenaren zich er actief van vergewissen dat de organisator de risico’s kent en deze zodanig beheerst dat de openbare veiligheid niet in gevaar komt.

2. Vergunningverlening

2.1.1. Vergunningencheck

Om te kunnen bepalen of er sprake is van een ‘vergunningplichtig’ evenement, wordt momenteel gebruik gemaakt van een zogenaamde “vergunningencheck”. Dit is een checklist aan de hand waarvan bepaald kan worden of een vergunning nodig is, dan wel kan worden volstaan met een melding.

NB. Nu meer evenementen onder de meldingplichtige/vergunningsvrije categorie worden gebracht, wordt de huidige checklist geactualiseerd.

2.1.2 Categorisering

- Categorie 1: Vergunningsvrij (zie ook pagina 15)

- Categorie 2: Meldingsplichtig

Zeer kleinschalig met akoestische muziek of slechts in beperkte mate mechanisch versterkte muziek. Hierbij kan gedacht worden aan kleinschalige klassieke concerten, kleine theaterproducties, straat- en buurtfeesten en dergelijke, resulterend in maximaal 75 dB(A)/88 dB(C)

- Categorie 3: Vergunningplichtig

3.1 kleinschalig (tot circa 500 toeschouwers) met lagere bronvermogens van de geluidinstallaties. Het primaat bij een 3.1-evenement ligt bij de beleving van een feestelijke en gezellige uitgaansomgeving. In eerste instantie dient de muziek als achtergrond voor bezoekers, resulterend in maximaal 75 dB(A) / 88 dB(C)

3.2 grootschalig, tussen de 500 en 7.500 toeschouwers tegelijkertijd en/of met hoge bronvermogens van de geluidinstallaties, resulterend in maximaal 80 dB(A) en 93 dB(C) op de aanwezen meetplekken.

3.3 zeer grootschalig, meer dan 7.500 toeschouwers tegelijkertijd en/of met hoge bronvermogens van de geluidinstallaties, resulterend in maximaal 85 dB(A) en 98 dB(C) op de aanwezen meetplekken.

Bijvoorbeeld de pinkstermarkt of een dancefeest. Een dergelijk evenement heeft een groot fysiek ruimtebeslag, met name vanwege de grote publieksaantallen; er zijn weinig locaties waar voldoende ruimte is voor dit soort evenementen.

Voorschrift geluidsmeting

Het maximale geluidsniveau (LAeq) van de muziek en/of apparaten mag, gemeten op 1,5 meter uit de gevel van dichtstbijzijnde woningen of op 50 meter van de geluidsbron, op 1,5 meter hoogte niet meer bedragen dan de hiervoor per categorie evenement genoemde dB(A) en dB(C)’s.

2.1.3 Meerjarenvergunning

Sinds enige jaren kon de burgemeester, in het kader van deregulering, categorieën aanwijzen waarvoor een meerjarige vergunning verleend kon worden. In het kader van openbare orde en veiligheid is dit echter niet meer gewenst (zie ook onder 1.5)

Vanaf 2016 worden daarom geen meerjarenvergunningen meer verstrekt.

Met de organisatoren van nog lopende meerjaren vergunningen is afgestemd wat dit voor hen betekent. Al het mogelijke is gedaan om de administratieve handelingen voor de organisatoren tot een minimum kunnen beperken. Vanuit de organisaties is begripvol gereageerd op deze maatregel.

2.1.4 Samenvallende evenementen en festiviteiten

Als er aanvragen binnenkomen die bij gezamenlijk doorgaan kunnen leiden tot onoverkomelijke

bezwaren, moet een goede afweging worden gemaakt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan

problemen in het kader van het toezicht op openbare orde en veiligheid en verkeersproblemen.

Een oplossing kan zijn dat de organisatoren van de desbetreffende evenementen benaderd worden met het verzoek te bezien of verplaatsing van het evenement naar een andere datum tot de mogelijkheden

behoort. Indien dit geen resultaten oplevert, kan een vergunning geweigerd worden.

Als uitgangspunt hierbij geldt dan dat een jaarlijks terugkerend evenement voor een nieuw te

organiseren evenement gaat. Evenementen die aansluiten bij onze kernwaarden krijgen ook voorrang. In overige gevallen geldt het principe van volgorde van binnenkomst van de aanvraag.

Regionale afstemming

Als een evenement in de categorie B of C evenement (zie hieronder : risico evenement) valt, wordt ook regionaal gekeken of de inzet van de regionale hulpdiensten verzekerd is. Als inzet vanuit die organisaties niet gegarandeerd kan worden, kan het zijn dat een vergunning niet verleend kan worden.

2.1.5 Risicoscan evenementen

Regionaal wordt het uitgangspunt gehanteerd, dat - qua categorieën evenementen - aansluiting wordt gezocht bij het regionale evenementenbeleid (en de bijbehorende risicoscan). In beginsel wordt onderscheid gemaakt tussen de volgende categorieën:

a. Reguliere evenementen (A evenement);

b. Aandachtevenementen (B evenement);

c. Risico evenementen (C evenement).

De risico evenementen worden afgehandeld, conform het regionale evenementenbeleid (Handreiking Multidisciplinair Evenementenbeleid). Concreet betekent dit, dat het Veiligheidsbureau (VNOG) de advisering, risico inventarisatie en een multi-draaiboek voor haar rekening neemt. De gemeente voert de regie. Onder risico evenement wordt verstaan: een evenement, waarvan aard of de publieksaantrekkelijke werking - vanuit oogpunt van de openbare orde, veiligheid of gezondheid - dusdanig risicovol is, dat zonder nadere regels niet in de borging van de veiligheid kan worden voorzien.

Met betrekking tot de reguliere en aandacht evenementen is het regionale evenementenbeleid niet van toepassing. In deze gevallen maakt de gemeente Brummen van de voorschriften die vanuit de Politie, Brandweer en GHOR zijn vastgesteld.

Wanneer een evenementenvergunningaanvraag wordt ingediend, wordt een ‘risicoscan’ toegepast. De risicoscan is een instrument (van het VNOG), waarmee op basis van een ruimtelijk, activiteiten- en publieksprofiel evenementen naar ‘zwaarte’ geclassificeerd worden. De classificatie heeft als doel om in een vroegtijdig stadium inzicht te krijgen in de mogelijke risico’s van het evenement en de benodigde capaciteit van de gemeenten en hulpverleningsdiensten voor de voorbereiding en uitvoering van het evenement.

Tabel 1: Categorie-indeling evenementen naar risico’s

Risico categorie

Omschrijving

Vergunning/melding

A

Laag risico-evenement, met beperkte impact op de omgeving en beperkte gevolgen voor het verkeer.

Melding/vergunning

B

Gemiddeld risico-evenement, met grote impact op de directe omgeving en/of gevolgen voor het verkeer.

Vergunning

C

Hoog risico-evenement, met grote impact op de gemeente en/of regionale gevolgen voor het verkeer.

Vergunning

2.1.6 Regionale evenementenkalender

De evenementen, geclassificeerd als aandacht- en risico evenement worden opgenomen in de regionale evenementenkalender. Via de kalender hebben politie, brandweer en overige hulpverleningsdiensten overzicht van de activiteiten, die plaatsvinden in de regio. Daarnaast wordt de kalender ook gebruikt om te voorkomen, dat meerdere grotere evenementen op eenzelfde moment in de regio worden gehouden/georganiseerd.

2.1.7 Publicaties verleende evenementenvergunningen

Alle verleende evenementenvergunningen (inclusief de in dit kader genomen verkeersmaatregelen/-besluiten worden wekelijks gepubliceerd in een gemeentelijk huis-aan-huis blad en via de gemeentelijke website.

2.2 Het juridisch kader

2.2.1 APV

De burgemeester is vanuit diens functie verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid en het beschermen van de gezondheid van de bevolking. De regels, die de gemeente verbindt aan evene-menten zijn vastgelegd in de Algemene plaatselijke verordening (m.n. in Hoofdstuk 2 afdeling 7 APV). De APV van de gemeente Brummen bepaalt o.a., dat het verboden is om zonder vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren. Onder evenement wordt verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van:

Bioscoopvoorstellingen (in bioscoop, openlucht voorstellingen worden wel onder ‘evenement’ gerangschikt);

Markten als bedoeld in de Gemeentewet en de APV

Kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen;

Dansgelegenheden in de zin van de Drank en horecawet;

Betogingen, samenkomsten, herdenkingen en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;

NB. In de APV wordt geen onderscheid gemaakt tussen evenementen op publieke en private terreinen. Betreft de locatie een privaat terrein, dan is uitsluitend sprake van een evenement voor zover het gaat om een al dan niet met enige beperking voor publiek toegankelijke activiteit. Besloten privé feesten worden niet als evenement beschouwd.

2.2.2 Overige van toepassing zijnde APV voorschriften

Naast deze hierboven genoemde specifieke evenementenartikelen zijn vaak nog andere bepalingen uit de APV van belang. Hierbij kan worden gedacht aan de voorschriften, gelieerd aan de Drank en Horecawet. Ook andere regelingen kunnen van toepassing op (het reguleren van) evenementen, zoals onder meer de Wet ruimtelijke ordening, de Wet op de Kansspelen, de Wegenverkeerswet, de Bouwverordening en Brandveiligheidverordening. (Zie ook paragraaf 2.3. Overige wet- en regelgeving en bijlage 1).

2.3 Overige wet- en regelgeving

2.3.1 Wet ruimtelijke ordening (Wro) / Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) / Besluit omgevingsrecht (Bor).

Het organiseren van evenementen past veelal niet binnen het bestemmingsplan, uitgezonderd speciaal daartoe aangewezen terreinen. Evenementen kunnen derhalve niet zomaar overal worden gehouden. Als evenementen terugkerend zijn, moet hiervoor iets geregeld worden in planologische zin.

In de Wet algemene bepalingen omgevingrecht (Wabo) en het Besluit omgevingsrecht (Bor) is een regeling opgenomen, die voorziet in de mogelijkheid om hieraan - in afwijking van het bestemmingsplan - medewerking te verlenen. Artikel 4, lid 11, bijlage II Bor voorziet in de mogelijkheid om voor jaarlijks terugkerende evenementen een omgevingsvergunning voor een planologische afwijking te verlenen van de (gebruiks-) bepalingen van het bestemmingsplan.

2.3.2 Drank- en horecawet

Voor het mogen schenken c.q. verstrekken van zwak alcoholische drank (op de openbare weg) is een ontheffing noodzakelijk op grond van artikel 35 van de Drank- en Horecawet. Deze ontheffing kan worden verstrekt bij bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard (maximaal twaalf aaneengesloten dagen). Indien evenementen worden gehouden in een inrichting, als bedoeld in de DHW, vervalt in de regel de evenementenbepaling van de APV. De burgemeester kan tijdens een bijzondere gelegenheid - zoals een evenement - ontheffing verlenen van de DHW, mits verstrekking van alcohol geschiedt onder onmiddellijke leiding van een leidinggevende en deze bij voorkeur beschikt over een Verklaring Sociale Hygiëne.

Conform eerder regionaal afgesproken over geschenken:

Schenken zwakalcoholhoudende drank, gelet op artikel 35 Drank- en Horecawet

A. De burgemeester weigert de ontheffing:

- indien het schenken van alcohol naar het oordeel van de burgemeester niet past binnen het karakter

van het evenement of de activiteit (bijv. sportevenementen, een kinderspelmiddag|) en het gaat om

evenement die zich met name richten op de jeugd onder de 18 jaar;

- indien het verlenen van de ontheffing naar het oordeel van de burgemeester gevaar oplevert voor de

openbare orde en veiligheid.

B. Gedurende de tijd dat van een ontheffing gebruik wordt gemaakt moet er voor het publiek telkens alcoholvrije drank beschikbaar zijn.

C. Het schenken van de zwakalcoholhoudende drank is slechts toegestaan vanaf 13.00 uur.

Per evenement kan de burgemeester besluiten om de schenkperiode van zwakalcoholhoudende drank verder te beperken.

D. Het schenken van zwakalcoholhoudende drank is in principe niet toegestaan in breekbare glazen, bekers of flesjes.

E. Zwakalcoholhoudende drank mag niet gratis worden verstrekt, ook verkoop bevorderende activiteiten van alcoholhoudende drank (happy hours of alcohol goedkoper dan frisdrank) zijn niet toegestaan.

F. Per evenement of evenementenlocatie kan een maximum worden gesteld aan het aantal tappunten.

G. Tijdens optochten is geen alcoholhoudende drank toegestaan op de wagens.

H. De burgemeester kan, voor zover bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, gemotiveerd afwijken van deze beleidsregels. Voor de enkele traditionele/ historische evenementen wordt al enige jaren afgeweken van gestelde onder lid c, bijvoorbeeld voor de St. Jansgilde: kermismaandag vogelschieten.

NIX18

Vanwege het feit dat (overmatig) alcoholgebruik op jonge leeftijd zowel op korte als op lange termijn schadelijk is, willen we voor jongeren onder de 18, het verkrijgen van alcohol minder gemakkelijk maken. Hierop zal ook handhavend worden opgetreden.

Als er geen leeftijdsgrens gehanteerd wordt voor het evenement, zal de organisator ervoor moeten zorgen dat het duidelijk is wie 18+ is, dus aan wie alcoholhoudende drankjes verstrekt mag worden. Dit d.m.v. bijvoorbeeld gebruik te maken van de zgn. ‘nix18”-polsbandjes.

2.3.3 Besluit Horeca-, sport en recreatieve inrichting milieubeheer

De bedrijven, die genoemd worden in het “Besluit Horeca-, Sport-, en Recreatie-inrichtingen milieu-beheer” vervullen vaak een maatschappelijke functie bij de viering van bepaalde festiviteiten. Omdat het dan niet altijd mogelijk zal zijn aan de gestelde geluidsvoorschriften te voldoen, biedt het Besluit de mogelijkheid dat de gemeenteraad bij verordening vaststelt gedurende welke dagen of dagdelen de gestelde geluidsvoorschriften niet gelden. De aanwijzing van de dagen of dagdelen geeft elk bedrijf (dat onder het Besluit valt) in beginsel de gelegenheid hiervan te profiteren. Van deze mogelijkheid kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt tijdens carnaval of overige culturele-, sport- en recreatieve manifestaties/evenementen (ook wel aangeduid als “collectieve festiviteiten”).

In de APV is geregeld, dat het college per kalenderjaar collectieve festiviteiten kan aanwijzen, waarvoor de geluidsnormen uit het Besluit niet gelden, gedurende de daarbij aan te wijzen dagen c.q. dagdelen. In de afgelopen jaren zijn door het Brummense college als collectieve festiviteiten o.a. aangewezen: Koningsdag en het oud- en nieuwjaarsfeest.

3. Kaders/categorisering

Evenementen worden ingedeeld in drie categorieën. Niet elk evenement veroorzaakt immers evenveel hinder en behoeft dezelfde aandacht bij vergunningverlening en toezicht/handhaving. Maatstaf voor de indeling vormt de zogenaamde ‘belasting’ voor de omgeving (en een gerichte actie van de gemeente). ‘Belastende’ evenementen zijn in ieder geval evenementen, die gelet op hun aard, omvang, geluidsproductie, eindtijden en/of door deelname van de horeca aan het evenement een aanwijsbare impact hebben op de omgeving.

Categorie 1: vergunningsvrije evenementen

Het betreft hier kleinschalige evenementen, die nauwelijks tot geen hinder veroorzaken voor de omgeving. Deze evenementen worden aangemerkt als ‘klein’ evenement en behoeft geen vergunning, mits ze voldoen aan de volgende voorwaarden (APV hoofdstuk 2, afdeling 7)::

a. Het aantal aanwezigen bedraagt minder dan 100 personen.

b. Het evenement vindt plaats tussen 09:00 en 24:00 uur.

c. Er wordt geen muziek ten gehore gebracht na 23:00 uur.

d. Het evenement vindt niet plaats op de rijbaan, (brom)fietspad/voetpad of vormt anders zins een

belemmering voor het verkeer en hulpdiensten.

e. Er worden slechts kleine objecten (bijvoorbeeld partytenten) geplaatst met een totaal oppervlakte

van minder dan 50 m2.

f. Het evenement vindt niet plaats op de zondag vóór 13:00 uur.

g. Er hoeven geen doorgaande wegen afgesloten te worden c.q. verkeersmaatregelen getroffen te

worden.

h. Er is een organisator.

i. Er geen sprake is van verkoop/schenken van alcohol.

Categorie 2: meldingsplichtige evenementen

Het betreft hier kleinschalige evenementen, die nauwelijks tot geen hinder veroorzaken voor de omgeving, maar waar de gemeente wel genoodzaakt is om een eenvoudige verkeersmaatregel te treffen, zonder de noodzaak van een wegomleiding (bijvoorbeeld het afsluiten van een of meerdere wegen). Deze evenementen worden eveneens aangemerkt als ‘klein’ evenement en behoeven slechts ‘gemeld’ te worden. Voorwaarde is, dat zij wel voldoen aan de criteria, zoals gesteld onder categorie 1, met uitzondering van de bepaling onder g en met de volgende aanvullende voorwaarde:

De organisator dient uiterlijk 21 dagen, voorafgaande aan het evenement daarvan, melding te doen aan de burgemeester.

Het melden van een dergelijk evenement is nodig om de gemeente in staat te stellen om tot een gedegen besluitvorming te komen, te voldoen aan de publicatieplicht met bieden van mogelijkheid tot bezwaar indienen en, bij benodigde wegafsluitingen, ‘tijdig’ verkeersmaatregelen te (kunnen) treffen.

Categorie 3:vergunningsplichtige - evenementen

Evenementen, die een belasting vormen voor de omgeving, zijn vergunningplichtig. Het betreft hier met name de grotere evenementen met (veelal) muziek, zowel versterkt als onversterkt, waarbij veelal maatregelen voor de verkeers- en brandveiligheid en maatregelen ter voorkoming van problemen met de openbare orde e.d. moeten worden getroffen. Waarbij er vaak sprake is van de verkoop van alcohol via 1 of meerdere tappunten. De toegestane norm is afhankelijk van de categorie en zal in de evenementenvergunning worden vastgelegd.

Per evenement zullen indien nodig aanvullende voorschriften worden opgenomen, zoals over de wijze van de opstelling van de geluidsboxen, podia e.d.. Hierdoor zal de geluidshinder voor de omgeving beperkt kunnen worden.

Een vergunningaanvraag wordt beoordeeld op de in de APV opgenomen criteria: openbare orde, openbare veiligheid, volksgezondheid en bescherming milieu.

3.1 Maximum stelsel

Een juiste balans vinden tussen enerzijds het laten plaatsvinden van een evenement en anderzijds het beperken van de hiermee gepaard gaande overlast naar de directe omgeving, is de uitdaging waar de gemeente voor staat. Zo zijn er locaties aanwijsbaar – o.a. het Marktplein te Brummen – waar als gevolg van een evenement, de nodige (verkeers)voorzieningen getroffen moeten worden. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan het zorg dragen voor diverse wegomleidingen, met als gevolg dat de bereikbaarheid van o.a. winkeliers en bewoners minder wordt. Het omliggend gebied krijgt dan te maken met omgeleid verkeer, dat door minder geschikte woonstraten moet. De impact op de omgeving is relatief groot. De druk op de omgeving is dan zodanig, dat enige terughoudendheid met het ongelimiteerd toestaan van evenementen op deze locaties op zijn plaats is.

De opgave is nu om enerzijds de mogelijkheid te geven c.q. randvoorwaarden te scheppen om evenementen te kunnen (blijven) organiseren en anderzijds de overlast zo adequaat mogelijk te beperken voor de directe omgeving.

Binnen de gemeente Brummen zijn twee pleinen bekend, waarop evenementen worden georgani-seerd, die de nodige impact hebben op de omgeving. Om deze impact op de omgeving enigszins te beheersen, wordt voorgesteld om het aantal evenementen op deze locaties te maximaliseren. Het gaat dan heel expliciet om evenementen, waarvoor het nodig is om bepaalde wegen/pleinen voor minimaal een dag volledig af te sluiten. Het gaat heel concreet om het Marktplein te Brummen en de Stuijvenburchstraat te Eerbeek.

Ten aanzien van beperking overlast voor de directe omgeving geldt een zelfde maximering voor de twee sporthallen in de gemeente en hun directe omgeving: De Bhoele en Rhienderoord.

Met betrekking tot de genoemde pleinen en sporthallen wordt voor vergunningplichtige evenementen per categorie in principe een maximum ingesteld van :

vergunningplichtig categorie 3.1 (kleinschalig) : 10

vergunningplichtig categorie 3.2 (grootschalig) : 5

vergunningplichtig categorie 3.3 (zeer grootschalig: 3

Evenementen die aansluiten bij onze kernwaarden verdienen bij de opgenomen maxima de voorkeur.

Het college behoudt zich het recht voor om, indien gewenst, af te wijken van deze gestelde maxima.

Voor zover in de praktijk situaties voordoen, dat de gestelde maxima overschreden dreigt te worden, zal in contact worden getreden met de evenementenorganisator van het evenement om nader te bespreken welke alternatieve locaties voor handen zijn. Daarnaast zal bij de beoordeling van (concept)vergunningaanvragen voor (zeer) grootschalige evenementen nadrukkelijk gekeken worden naar het moment, waarop de evenementen gehouden worden. We willen deze zo veel als mogelijk ‘spreiden’. Concreet betekent dit, dat we voor die twee categorieën in principe een periode van minimaal 4 weken aanhouden als tijd/periode tussen twee evenementen. Hiermee voorkomen we, dat in een kort tijdsbestek meerdere (zeer) grootschalige evenementen achter elkaar georganiseerd worden op een en dezelfde locatie, waardoor de druk op de omgeving ‘onverantwoord’ groot wordt.

3.2 Aanvangs- en sluitingstijden

Overlast als gevolg van een evenement zal op de doordeweekse avonden en nachtelijke uren (van zondag tot en met woensdag) eerder als overlast worden ervaren dan op de donder- t/m zaterdagen.

Aanvangstijden:

Op maandag t/m zaterdag is een start van een evenement voor 8.00 uur niet toegestaan;

Op zondag is een start van een evenement voor 13.00 uur niet toegestaan, tenzij ontheffing van de Zondagswet is verleend.

Indien een evenement meerdere dagen duurt, geldt het hiervoor genoemde voor elke dag van het evenement. Afhankelijk van het evenement kan met toestemming van het bestuursorgaan voor aanvang worden gestart met de opbouw.

Sluitingstijden:

Met het hanteren van sluitingstijden wordt bewerkstelligd, dat het voor een ieder duidelijk is wanneer een evenement is afgelopen. De organisator van een evenement, maar ook omwonenden weten op welk tijdstip de muziek moet stoppen. Bovendien beperkt het de overlast, die een evenement met zich mee kan brengen. Het hanteren van geleidelijke sluitingstijden bevordert een rustiger en geleidelijker afloop van het evenement en heeft als voordeel dat het publiek geleidelijk en rustig het terrein verlaat.

Zondag t/m donderdag

Vrijdag en zaterdag en (dag voorafgaande aan) de algemeen erkende feestdagen¹

23:30 uur einde muziek en drankverstrekking²

00:30 uur einde muziek en drankverstrekking²

24:00 uur einde evenement

01:00 uur einde evenement

Indien een evenement meerdere dagen duurt, geldt het hiervoor genoemde voor elke dag van het evenement. Als algemeen erkende zon- en feestdagen worden beschouwd: Hemelvaartsdag, eerste en tweede Kerstdag, eerste en tweede Paasdag, eerste en tweede Pinksterdag, Nieuwjaarsdag en Koningsdag. De burgemeester kan, indien de omstandigheden zich daartoe lenen, afwijken van de bovengenoemde tijden.

¹ Met uitzondering van kermis, oranjefeesten en oud en nieuw (eindtijd 02:00 uur)

² Deze tijden dienen afgestemd te zijn op de te hanteren tijden in de ontheffing DHW, voor zover van toepassing

3.3 Evenementenkalender

Naast de regionale evenementenkalender (ivm regionale afstemming) werken we met een lokale kalender. Deze kalender geeft inzicht in waar en wanneer, welke publieksevenementen plaatsvinden. In de regel zal deze kalender voornamelijk de reguliere evenementen bevatten. Ze is er enerzijds voor de afstemming van evenementen, anderzijds om belanghebbenden vroegtijdig te kunnen informeren over aankomende evenementen.

In de kalender zullen bekende jaarlijkse evenementen voortdurend gepubliceerd worden. Daarnaast zal inzicht gegeven worden over lopende aanvragen voor welke periode van het jaar zodat potentiële organisatoren inzicht krijgen in wanneer welke evenementen reeds plaats vinden of waarvoor een vergunning is aangevraagd.

3.4 Publiciteit/reclame

Volledigheidshalve wordt in het kader van publiciteit/reclame inzake een evenement, verwezen naar het Brummens reclamebeleid.

3.5 Verkeersmaatregelen/verkeersregelaars

3.5.1 Verkeersmaatregelen

Indien een evenement plaatsvindt op de openbare weg kan het voorkomen dat de rijweg moet

worden afgezet en tijdelijk voor het verkeer wordt afgesloten. De gemeente beoordeelt bij de

aanvraag aan de hand van een overgelegde verkeersplan of zich onaanvaardbare belemmeringen

voordoen voor bewoners, hulpdiensten en/of vervoersbedrijven.

Indien bij de aanvraag geen verkeersplan is bijgevoegd, wordt de aanvraag opgeschort en wordt

de aanvrager in de gelegenheid gesteld deze alsnog aan te leveren.

Besluiten omtrent tijdelijke verkeersmaatregelen worden indien mogelijk tenminste een week voorafgaande aan het evenement gepubliceerd.

De te treffen verkeersmaatregelen moeten voldoen aan de wettelijke voorschriften. De gemeente

blijft, als wegbeheerder, te allen tijde aansprakelijk. De wegafzetting dient geplaatst te worden conform het door de gemeente goedgekeurde verkeersplan en moet voldaan aan de wettelijke normen die zijn vastgelegd in de Wegenverkeerswet en CROW-publicatie 96b.

De zorg voor de realisatie van wegafzettingen ligt bij de vergunninghouder van het evenement.

Via toezicht controleert de gemeente of alles conform de wettelijke- en vergunningsvoorschriften

wordt/is uitgevoerd.

3.5.2 Verkeersregelaars en verkeerscirculatie

Bij iedere activiteit op of aan de openbare weg waarbij het verkeer voor de veiligheid van de

deelnemers, bezoekers en overige weggebruikers geregeld moet worden, zijn verkeersregelaars

vereist. Of er verkeersregelaars moeten worden ingezet, wordt door de gemeente (eventueel in overleg met de politie) bepaald.

Het werven van verkeersregelaars en het afsluiten van een verzekering (conform de Regeling

Verkeersregelaars) valt onder de verantwoordelijkheden van de vergunninghouder.

Bij evenementen waarbij meerdere wegafzettingen en/of overige verkeersmaatregelen nodig zijn,

moet de organisator bij de aanvraag voor een evenementenvergunning een verkeerscirculatieplan en/of postenplan overleggen. Het verkeerscirculatieplan en/of postenplan wordt voor advisering aangeboden aan de betrokken adviseurs.

3. 5 .3 Parkeren en bereikbaarheid

Met betrekking tot parkeren en bereikbaarheid kunnen, indien noodzakelijk, voorschriften worden

opgenomen in de vergunning. Vooral bij grote(re) evenementen vormt parkeren en bereikbaarheid

een belangrijk aandachtspunt. Aan de aanvrager kan worden verzocht zijn/haar aanvraag aan te vullen met een concreet parkeerplan. De vergunninghouder is verantwoordelijk voor voldoende en

adequate parkeergelegenheid voor bezoekers.

Bij de parkeergelegenheid moeten medewerkers van de organisatie aanwezig zijn om het parkeren

in goede banen te leiden en toezicht te houden. Ook moet de vergunninghouder zorgen voor

voldoende bewegwijzering naar de parkeergelegenheid.

De hulpdiensten moeten te allen tijde vrije doorgang hebben en omwonenden mogen gedurende het evenement geen onevenredige overlast ondervinden van geparkeerde auto's van bezoekers.

Het heffen/ innen van parkeergelden voor parkeren in openbare ruimten is niet toegestaan.

3.6 Volksgezondheid

Regionaal zijn voorschriften afgesproken over aanwezigheid van EHBO, toiletvoorzieningen etc.

De organisator dient in het kader van de vergunning verder te voldoen aan de algemene richtlijnen voor publieksevenementen van het Landelijk Centrum voor Hygiëne en Veiligheid (LCHV). De volledige richtlijnen zijn beschikbaar via www.lchv.nl.

3.7 Circussen

Een circus is een reizend gezelschap dat optreedt in een grote tent en bestaat uit

optredens van acrobaten, jongleurs, clowns, dierentemmers en goochelaars. In het

laatste decennium van de 20ste eeuw zijn er door een aantal circussen

doorontwikkelingen gemaakt naar circustheater. Deze circusgroepen combineren

circus met muziek, zang, dans en comedy. De gemeente staat een circusgezelschap waarbij ook wilde dieren betrokken dan wel aanwezig zijn, niet toe.

3.8 Sportgala’s

Sportwedstrijden, sportgala’s of sporttoernooien die niet worden georganiseerd door

een bij de NOC*NSF aangesloten sportbond of een bij een dergelijke bond

aangesloten vereniging worden gezien als een evenement. Hier dient de organisator

dus een evenementenvergunning voor aan te vragen.

3.9 Vechtsportwedstrijden

Een vechtsportwedstrijd of vechtsportgala wordt altijd gezien als een evenement. Hiervoor dient daarom altijd een evenementenvergunning voor aangevraagd te worden. Organisatoren van vechtsportwedstrijden moeten daarnaast altijd aangesloten zijn bij de NOC*NSF.

4. Procedure vergunningaanvraag

4.1 De aanvraag

Per evenement is één organisator (eind)verantwoordelijk voor de totale gang van zaken tijdens het evenement. In de regel vraagt de organisator een evenementenvergunning (op grond van artikel 2:25 APV) aan bij/aan de burgemeester. Dit doet hij/zij middels een door de gemeente beschikbaar gestelde aanvraagformulier. Via onze website is digitale aanvraag op een zo eenvoudige wijze mogelijk gemaakt. Hij/zij levert alle gegevens aan, die noodzakelijk zijn voor een goede beoordeling van de aanvraag en vormt het aanspreekpunt voor hulpdiensten. De gemeente Brummen hanteert een eigen (digitaal) aanvraagformulier, waarop tevens staat vermeld welke gegevens nodig zijn.

Het kan voorkomen, dat naast een evenementenvergunning ook een of meerdere andere (al dan niet gemeentelijke) toestemmingen (i.c. vergunningen/ontheffingen) nodig zijn. Hierbij kan onder andere worden gedacht aan een tijdelijke gebruiksvergunning, een ontheffing o.g.v. (artikel 35) Drank- en Horecawet, een melding/vergunning o.g.v. Wet op de Kansspelen, melding reclame-uitingen.

Om ervoor zorg te dragen, dat alle benodigde toestemmingen – voor zover mogelijk - gelijktijdig worden aangevraagd, wordt reeds tijdens een eerste intake gesprek, dan wel via het evenementen-vergunningaanvraag-formulier een aanvrager hierop geattendeerd en wordt hij/zij zo veel als mogelijk gestimuleerd om zijn aanvragen/verzoeken gelijktijdig in te dienen.

Daarnaast is de insteek om alle benodigde, resp. aangevraagde toestemmingen t.b.v. één en hetzelfde evenement integraal te behandelen, resp. te beoordelen. Hiermee wordt zo veel als mogelijk voorkomen, dat de ene toestemming wel wordt verleend, terwijl een andere dient te worden geweigerd. Daarnaast wordt hiermee bereikt, dat mogelijke - aan de toestemmingen te verbinden voorschriften - niet tegenstrijdig zijn (aan elkaar).

4.2 Vooroverleg

Indien gewenst kan een organisator van een evenement om een vooroverleg verzoeken. Een vooroverleg kan ook op initiatief van de gemeente plaatsvinden, bijvoorbeeld op grond van ervaringen uit het verleden of omdat er een onduidelijk verzoek wordt ingediend. In het vooroverleg kunnen verschillende onderdelen worden besproken, zoals locatiebepaling, (brand)veiligheid, mogelijke overlast en mogelijke samenloop met andere evenementen.

4.3 Termijnen

Het afhandelen van een vergunningaanvraag kost tijd voor zowel de gemeente als voor de lokale

en/of regionale hulpdiensten. De indieningstermijn is van belang voor een zorgvuldige afhandeling van de vergunning te waarborgen.

Aspecten die hierbij aan de orde komen zijn:

voldoende tijd voor het uitzetten van een adviesaanvraag aan de hulpdiensten

(politie, brandweer, GHOR of Veiligheidsregio);

externe afstemming met de hulpdiensten over de inzetbaarheid van hulpdiensten

(capaciteitsvraagstuk);

interne afstemming met het Team van o.a. Handhaving en Beheer;

voldoende tijd om het openbaar vervoer te informeren over mogelijke wegafzettingen en/of omleidingen zodat hierop tijdig geanticipeerd kan worden (voorkomen van vertraging of uitval van het openbaar vervoer);

voldoende tijd om besluiten op tijd te publiceren, zodat belanghebbenden in de gelegenheid worden gesteld om evt. bezwaar te kunnen maken.

Voor organisatoren lijkt de gestelde termijn wellicht onnodig lang. Zoals hierboven reeds genoemd is de periode noodzakelijk. Zeker in relatie met de beschikbare capaciteit. Bij de beoordeling is immers niet alleen de gemeentelijke organisatie betrokken maar vooral ook de hulpdiensten en andere externe partijen. Daarnaast gelden er wettelijke verplichtingen. Een goede beoordeling van de aanvraag kost dus tijd. De noodzaak van voldoende informatie voor de beoordeling van de aanvraag en het afwegen van de risico’s is immers in ieders belang.

4. 3 .1 Meldingstermijn

Omdat meldingen door de cumulatie met andere meldingen en/of vergunningen impact kunnen

hebben op de inzet van de hulpdiensten en de te treffen maatregelen, is het van belang dat deze

tijdig worden gemeld bij de gemeente. De bestaande indieningstermijn voor een melding is

minimaal 21 dagen en maximaal 26 weken voorafgaand aan het evenement (Artikel 2:25a, lid 2 APV).

4. 3 .2 Indieningstermijn evenementenvergunning

De indieningstermijn voor een evenementenvergunning is acht weken (artikel 1:2 APV). Als bij een evenement de inzet van de politie/hulpdiensten gewenst/noodzakelijk is, moet de vergunning minstens 12 weken van te voren aangevraagd worden.

Deze termijn kan zo nodig met maximaal acht weken worden verlengd.

4. 3 .3 Consequentie van (te) late indiening

Ingevolge artikel 1:3 APV kan een vergunning of ontheffing door het bevoegde gezag worden

geweigerd indien de aanvraag voor een vergunning of ontheffing niet binnen de gestelde termijn is

ingediend. Dit betekent concreet dat de vergunningsaanvraag kan worden geweigerd. Het is ter

beoordeling van het bestuursorgaan of bij termijnoverschrijding de vergunning of ontheffing zal

worden geweigerd.

4.4 Ontvankelijkheid

Het aanvraagformulier vermeldt dat de aanvrager verantwoordelijk is voor de juiste en volledige

verstrekking van de gegevens en een tijdige indiening van de aanvraag. Indien aanvragen niet

volledig zijn ingevuld of incompleet zijn, wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld om de

aanvraag binnen een redelijke termijn aan te vullen. Indien de aanvraag niet, niet tijdig plaatsvindt

of onvoldoende wordt aangevuld, kan worden besloten om de aanvraag niet in behandeling te

nemen.

4. 4 .1 Ontvankelijkheid bij grensoverschrijdende evenementen

Indien een evenement op het grondgebied van twee of meerdere gemeenten plaatsvindt moet de

organisator de aanvraag indienen bij elke gemeente afzonderlijk voor hetgeen op het grondgebied van desbetreffende gemeente zal plaatsvinden. De vergunningverlening zal in deze specifieke gevallen, indien dat noodzakelijk wordt geacht, door de betreffende gemeenten worden afgestemd.

4.5 Weigeringsgronden

De burgemeester kan een evenementenvergunning weigeren, dan wel intrekken als de openbare orde, verkeersveiligheid, veiligheid van personen, brandveiligheid, de zedelijkheid of gezondheid in gevaar komt.

Ook het voorkomen of beperken van overlast kan een reden zijn om een evenementenvergunning niet te verlenen/ dan wel in te trekken. In voorkomende gevallen (en specifiek wanneer er sprake is van een risico evenement) zal de burgemeester worden geadviseerd door de hulpdiensten. Een dergelijk advies wordt in de regel opgevolgd door de burgemeester. In uitzonderlijke gevallen kan hij/zij hier gemotiveerd van afwijken.

Aanvragen om een evenementenvergunning worden door de burgemeester getoetst op een aantal in de APV opgenomen weigeringsgronden :

de openbare orde;

de openbare veiligheid;

de volksgezondheid;

de bescherming van het milieu.

Weigering van een evenementenvergunning is mogelijk op grond van een van deze weigeringscriteria.

Ad.1. Bij het openbare orde criterium wordt getoetst hoe groot de kans is op ongeregeldheden, die de orde en rust in het openbare leven verstoren en wat de mogelijkheden zijn om hiertegen afdoende maatregelen te nemen. Ook wordt nagegaan wat de mogelijkheden zijn om overlast te beperken, resp. tot een minimum terug te brengen. Het gaat hier onder andere om overlast in de vorm van geluid, stank, afval(stoffen), overige milieuhinder en verkeer (verkeerscirculatie en parkeeroverlast).

Indien er niet voldoende maatregelen kunnen worden getroffen om verstoring van de openbare orde, resp. om overlast tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen, kan worden besloten om vergunning voor het voorgenomen evenement te weigeren en/of het evenement te verbieden/ te beëindigen

Ad.2. Bij het openbare veiligheidscriterium wordt getoetst in hoeverre door het evenement de openbare veiligheid in het gedrang kan komen en of hiertegen afdoende maatregelen kunnen worden getroffen. Het gaat hier onder andere om afzettingen op en rond het evenemententerrein, het veilig (ver)plaatsen van voorwerpen op of aan de openbare weg, het veilig omleiden van overig verkeer, het waarborgen van voldoende zicht voor het overige verkeer en het afdoende kunnen scheiden van verschillende verkeersstromen. Daarnaast dient het evenemententerrein voor hulpdiensten voldoende bereikbaar te zijn en te blijven. Ook wordt vanuit brandveiligheidsoptiek het evenement beoordeeld. Indien er niet voldoende maatregelen kunnen worden getroffen om de openbare veiligheid afdoende te kunnen waarborgen, kan worden besloten om vergunning voor het voorgenomen evenement te weigeren en/of het evenement te verbieden.

Ad.3. Bij het gezondheidscriterium wordt getoetst of er mogelijk sprake is van een gevaar voor de gezondheid van deelnemers, toeschouwers en ander betrokkenen bij het evenement en welke maatregelen getroffen kunnen worden om de volksgezondheid te kunnen (blijven) borgen. Het gaat hier onder andere om het gebruik van (verboden) stimulerende en verslavende middelen, algemene hygiënische zaken, sanitaire- en drinkwatervoorzieningen, medische voorzieningen, voedsel- en drankverstrekking. Ook weersinvloeden (extreme hitte of extreme neerslag) kunnen van invloed zijn op de gezondheid van bezoekers. Indien er niet voldoende maatregelen kunnen worden getroffen om de volksgezondheid te kunnen borgen, kan worden besloten om vergunning voor het voorgenomen evenement te weigeren en/of het evenement te verbieden/ te beëindigen

Ad.4. Bij de bescherming van het milieucriterium wordt getoetst of er mogelijk sprake is van aantasting van het groen van de gemeente, vervuiling van openbare plaatsen door afval, aantasting van het afvalwater, resp. nadelige gevolgen voor het milieu door het verkeer van personen of goederen van en naar het evenement. Indien er niet voldoende maatregelen kunnen worden getroffen om de bescherming van het milieu te kunnen waarborgen, kan worden besloten om vergunning voor het voorgenomen evenement te weigeren en/of het evenement te verbieden/ te beëindigen.

Een vergunning wordt bovendien geweigerd indien bij een eerdere aanvraag ter verkrijging daarvan:

- onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt dan wel;

- de aan de vergunning of ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn nagekomen.

4.6 Wijzigings-/intrekkingsgronden

Op grond van artikel 1.6 van de APV kan een vergunning of ontheffing worden ingetrokken of gewijzigd indien:

- ter verkrijging van de vergunning onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

- veranderde omstandigheden intrekking of wijziging noodzakelijk maken, en;

- nieuwe of veranderde inzichten, opgetreden nadat de ontheffing of vergunning is verleend,

om intrekking of wijziging van de ontheffing of vergunning vragen.

4.7 Aansprakelijkheid/verzekering

De organisator is ten opzichte van zowel de bezoekers als de gemeente verantwoordelijk voor een goed en ordelijk verloop van het evenement. De vergunningverlener aanvaardt geen aansprakelijkheid van door derden geleden schade die het gevolg is van de feitelijke ingebruikname van openbare gemeentegrond, en of het plaatsen/hebben/gebruiken/onderhouden/ verplaatsen of verwijderen van objecten. Dit betekent dat de organisator hiervoor te allen tijde aansprakelijk is.

Om deze aansprakelijkheid te dekken wordt de vergunninghouder aangeraden om een afzonderlijke aansprakelijkheidsverzekering af te sluiten.

Voor evenementen vallende onder het hoogste risico-profiel is het afsluiten van een aansprakelijkheidsverzekering een verplichting. De organisator van het betreffende evenement wordt vroegtijdig hiervan op de hoogte gebracht.

5. Handhaving

Het is de verantwoordelijkheid van de gemeente om te controleren of de organisator zich houdt aan de voorwaarden, zoals opgenomen in zijn/haar vergunning. Voor, tijdens en na een evenement wordt er door de gemeente (in voorkomende gevallen bijgestaan door de brandweer en de politie) gecontroleerd/gehandhaafd. Dat wil zeggen, dat er wordt gecontroleerd op de naleving van de regels en voorschriften door de organisator.

Het toezicht gebeurt door inzet van eigen gemeentelijke toezichthouders. De gemeentelijke toezichthouders/handhavers, resp. de bijzondere opsporingsambtenaren (boa’s) van de gemeente Brummen zijn door het college, resp. de burgemeester aangewezen om onder meer toe te zien op de (naleving van de voorschriften uit de) APV.

In dit kader kunnen zij worden ingeschakeld om te controleren of er sprake is van een verleende vergunning en of er conform de voorschriften, behorende bij de vergunning, is/wordt ‘gehandeld’.

In sommige gevallen, met name wanneer een evenement plaatsvindt op het terrein van een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer, kunnen ook (namens de gemeente Brummen) controles worden uitgevoerd door toezichthouders van de Omgevingsdienst Veluwe IJssel (OVIJ). Het zal daarbij vooral gaan om controles op naleving van geluidsregels. De uitvoerende milieutaken van het college van B&W zijn voor een groot deel gemandateerd aan de OVIJ en beperken zich meestal tot milieuovertredingen binnen inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer. Het college blijft echter bevoegd gezag.

Voor zover een overtreding geconstateerd wordt, kunnen volgens het gemeentelijke handhavingsbeleid nadere stappen worden ondernomen. De wijze waarop de hierboven genoemde toezichthouders invulling geven aan de aan hen opgedragen taken, is opgenomen in het uitvoerings-/werkprogramma handhaving, dat jaarlijks wordt opgesteld en dat gebaseerd is op het Vergunningen, toezicht en handhavingsbeleid fysieke leefomgeving 2015-2019.

Sinds enkele jaren werken we op het gebied van Vergunningen, Toezicht en Handhaving (VTH-taken) samen met de gemeente Voorst. Onderdeel van het convenant is de onderlinge uitwisselbaarheid van de boa’s.

6. Monitoring en evaluatie

Jaarlijks zullen zowel het (uitvoerings)proces als de resultaten (i.e. vergunningen resp. ontheffingen) worden geëvalueerd. Enerzijds wordt hiermee beoogd, dat het proces, waar nodig en gewenst – op basis van de evaluatieresultaten – nader geoptimaliseerd kan worden. Anderzijds wordt hiermee beoogd, dat de kwaliteit van de genomen besluiten naar een gewenst niveau wordt getild. Dit evaluatiemoment kan gekoppeld worden aan de (jaarlijkse) actualisatie van de APV. Hierdoor wordt een ‘natuurlijk’ moment benut voor de evaluatie van het voorliggend beleid.

Ondertekening

Bijlage 1: Belangrijkste overige wet- en regelgeving

Gemeentewet

Volgens artikel 174 van de Gemeentewet is de burgemeester belast met het toezicht op openbare samenkomsten en vermakelijkheden. Gemeenten kunnen deze bevoegdheden nader uitwerken in een Algemene plaatselijke verordening.

Wet veiligheidsregio’s 

De Wet veiligheidsregio’s regelt de organisatie van de brandweerzorg, geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen, rampenbestrijding en crisisbeheersing onder één regionaal bestuur.

Voor grote evenementen is het uitvoeren van een risico-analyse sinds de Wet veiligheidsregio’s verplicht.

Wet op de kansspelen

Deze wet biedt het college van B&W de mogelijkheid om ontheffing te verlenen om deelname aan kleine kansspelen mogelijk te maken tijdens evenementen.

Wegenverkeerswet

Gelet op de bepalingen in de Wegenverkeerswet (Wvw), het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV), is het mogelijk om (gedeelten van) wegen, straten en/ of pleinen, die in het beheer en eigendom van de gemeente staan af te sluiten ten behoeve van een evenement.

Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (Gebruiksbesluit - Bouwbesluit 2012)

Landelijk gelden er regels voor het brandveilig gebruik van bouwwerken.  De regels waren voorheen vastgelegd in het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken, kortweg het 'Gebruiksbesluit' genoemd. Het Gebruiksbesluit kende - naast algemene regels - een systeem van meldingen en vergunningen. Het gebruiksbesluit maakt duidelijk wanneer er kan worden volstaan met een melding en wanneer er een “Omgevingsvergunning” (voor de activiteit brandveilig gebruik moest worden aangevraagd. Per 1 april 2012 zijn de regels hieromtrent opgenomen in het Bouwbesluit 2012.

Wet geluidhinder

De Wet geluidhinder bevat een uitgebreid stelsel van bepalingen ter voorkoming en bestrijding van

geluidshinder door onder meer industrie, wegverkeer en spoorwegverkeer. De meetmethoden genoemd in de handleiding “Meten en rekenen van industrielawaai 1999” worden gehanteerd bij het doen van geluidsmetingen tijdens evenementen. Alhoewel industrielawaai anders is dan het geluid dat wordt geproduceerd tijdens evenementen en festiviteiten, blijken de in de handleiding genoemde

meetmethodieken goed te gebruiken bij evenementen en festiviteiten.

Winkeltijdenwet

De Winkeltijdenwet en de winkeltijdenverordening geven aan op welke tijden detailhandel (winkels en

uitstallingen langs de weg) geopend zijn voor verkoop. Indien er ten behoeve van een evenement buiten deze tijden om behoefte aan detailhandel bestaat kent de Winkeltijdenwet daarvoor een aantal vrijstellings- en ontheffingsmogelijkheden.

Vuurwerkbesluit 2002

Vuurwerk dat tijdens evenementen wordt afgestoken, valt onder de categorie professioneel vuurwerk en mag alleen worden afgestoken door een gecertificeerd bedrijf dat beschikt over een vergunning van Gedeputeerde Staten van de provincie. Alvorens de vergunning verlenen stelt het college van Gedeputeerde Staten de burgemeester in de gelegenheid stelt advies uit te brengen. Indien de burgemeester een negatief advies uitbrengt (de verklaring van geen bezwaar weigert) zal Gedeputeerde Staten de gevraagde vergunning weigeren. Voor theatervuurwerk tot 10 kg en professioneel vuurwerk tot 100 kg hoeft geen vergunning te worden verleend, maar kan worden volstaan met een melding aan Gedeputeerde Staten. De burgemeester wordt door Gedeputeerde Staten in kennis gesteld van de melding.

Zondagswet (artikel 4)

Op grond van de Zondagswet worden aan evenementen, die op zon- en feestdagen (Goede Vrijdag, Hemelvaartsdag, 1e en 2e Kerstdag, 2e Pinksterdag, 2e Paasdag, Nieuwjaarsdag) plaatsvinden extra voorwaarden gesteld.

Zo mogen evenementen op die dagen niet plaatsvinden in de nabijheid van kerken en gebouwen, waardoor de godsdienstuitoefening belemmerd zou kunnen worden. Uitgangspunt is, dat op zondag voor 13.00 uur geen openbare vermakelijkheden (evenementen) plaatsvinden. Op zondag mag ook geen gerucht worden verwekt, dat verder hoorbaar is dan 200 meter van de bron (uitzondering kerkdiensten, betogingen en vergaderingen). Het vorenstaande betekent, dat op zondagochtend geen luidruchtige evenementen kunnen worden georganiseerd. Soms is het mogelijk het geluidsniveau aan te passen, zodat niet in strijd met de Zondagswet wordt gehandeld. Voor luidruchtige evenementen wordt in de regel ontheffing van artikel 3 lid 1 Zondagswet verleend.

Algemene wet bestuursrecht

Ten aanzien van het verzoek en de beslissing daarop voor het aanvragen van een (evenementen)vergunning geldt de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Awb bevat een groot aantal bepalingen over de wijze waarop een verzoek moet worden ingediend en beslissingen van bestuursorgaan dienen te worden voorbereid.

Luchtvaartwet

Op basis van deze wet dient de organisator een vergunning aan te vragen voor het oplaten van ballonnen, ballonvaarten, helikopteropstijgingen, etc.

Wet openbare manifestatie

Wet regelt voorschriften en bepalingen betreffende uitoefening van de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging en van het recht tot vergadering en betoging.

Warenbesluit atrractie- en speeltoestellen

Regelt verplichte certificering van attractietoestellen. De Voedsel en Waren Autoriteit is belast met het toezicht.

Lasershows

Deze kunnen tot op grote afstand invloed hebben op vliegtuigoperaties. Voor het geven van een vergunning moet daarom goedkeuring van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) worden verkregen.

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

De Wabo regelt onder meer dat de verschillende vergunningen en toestemmingen worden gebundeld in één omgevingsvergunning.

Ook zijn daarin regels opgenomen de voor coördinatie van het toezicht en de bestuursrechtelijke handhaving.

Wet milieubeheer (Wm)

De Wet milieubeheer bepaalt welk wettelijk gereedschap kan worden ingezet om het milieu te beschermen. De belangrijkste instrumenten zijn milieuplannen en milieuprogramma's, milieukwaliteitseisen, vergunningen, algemene regels en handhaving

Activiteitenbesluit milieubeheer

Het Activiteitenbesluit bevat algemene milieuregels voor bedrijven. Het kent eisen voor verschillende milieuaspecten. Denk hierbij aan geluid, lucht, bodem, externe veiligheid, afval en afvalwater. Bedrijven die onder het Activiteitenbesluit vallen hebben vaak geen vergunning voor het oprichten of veranderen nodig. Het indienen van een melding is dan voldoende. Daarnaast biedt het Activiteitenbesluit mogelijkheden om maatwerkvoorschriften te stellen.

Bijlage 2: Procesbeschrijving / Draaiboek

Nadat de aanvraag is ingediend en ontvankelijk is beoordeeld, start het behandelproces. De beslistermijn voor de evenementenvergunning bedraagt 8 weken en kan met maximaal 8 weken worden verdaagd (artikel 1:2 APV). Dit geldt ook voor de overige vergunningen of ontheffingen die in het kader van de integrale behandeling van de evenementenvergunning op grond van de APV worden

verleend.

Figuur 1 Schematische weergave behandelproces

afbeelding binnen de regeling

Evaluatie

Bijlage 3: Voorschriften Regio

Over o.a. de onderstaande onderwerpen is regionale uniformiteit overeengekomen. Het kan echter voorkomen dat op enkele punten in omliggende gemeenten, ivm bijzondere plaatselijke omstandigheden, afgeweken moet worden.

- GHOR

- Brandveiligheid

- Tijdelijke gebruiksvergunning

- Tenten < 50 personen

- Tijdelijke constructies

- Tijdelijke verkeersmaatregel

- Openbare orde en veiligheid

- Drank & Horecawet

- Huisregels evenemententerrein

- Openings- en sluitingstijden

Rollen:

Evenementenorganisatie / vergunning aanvrager / -houder

Verantwoordelijk voor:

- de organisatie van het evenement op zowel privaat als publiek domein;

- de te treffen veiligheidsvoorzieningen en de eventueel te nemen veiligheidsmaatregelen;

- de openbare orde en veiligheid op de evenementen-locatie, en;

- de naleving van de vergunningvoorschriften.

De veiligheid richt zich onder andere op de toegangscontrole, ordehandhaving, verkeer en vervoer, (para) medische zorg, brandpreventie en -preparatie, voedselveiligheid, hygiënezorg en de maatregelen in het geval het evenement wordt afgelast.

De contactpersoon van de evenementenorganisatie vormt het eerste aanspreekpunt voor de gemeente en de hulpdiensten.

Vanuit de gedachte, dat de organisator verantwoordelijk is voor een goed en ordelijk verloop van het evenement, is het ‘verdedigbaar’ om als voorwaarde aan een vergunning voorschriften te verbinden met betrekking tot de inzet van gecertificeerd bewakingspersoneel. De aanwezigheid van bewakingspersoneel werkt veelal preventief. Daarnaast kan dit personeel tijdig signaleren wanneer een situatie ontstaat, waarbij inzet van politie gewenst is. In de praktijk heeft dit zich reeds bewezen. Externe beveiliging levert een positieve bijdrage aan een goed verloop van een evenement. Een en ander dient in samenwerking met de politie georganiseerd te worden.

De organisatie zorgt ervoor dat zij 1 aanspreekpunt hebben voor gemeente, hulpdiensten en andere betrokkenen.

Gemeente

De gemeente heeft m.n. de regierol voor alle evenementen die op haar grondgebied plaatsvinden. M.b.t. evenementen kan de gemeente de volgende rollen vervullen:

- reguleren: vergunningverlening en handhaving;

- stimuleren

- coördineren: o.a. spreiding van evenementen en beheren van de evenementenkalender(s);

- faciliteren: het verlenen van hand- en spandiensten en het beschikbaar stellen van locaties /

materialen en evt. start/ projectsubsidie;

- organiseren: participeren en zelf tot stand brengen van evenementen.

Evenementencoördinator

De evenementencoördinator is het aanspreekpunt voor alle betrokkenen. Organisatoren kunnen bij hem/haar terecht met hun vragen/verzoeken. De coördinator koppelt eea terug naar degene die daarvoor verantwoordelijk is en bewaakt de afhandeling daarvan. Verder draagt de coördinator zorg voor het inplannen van de overleggen en de evaluatie.

Op basis van de aanvragen wordt een keuze gemaakt welke evenementen door de evenementen-coördinator worden begeleid. De grootschalige evenementen vereisen meer afstemming tussen de (hulp)diensten en voorbereiding om de veiligheid te garanderen. Voor deze grootschalige evenementen wordt een overleg met de betrokken diensten en de organisator georganiseerd. In dit overleg wordt het evenement vanuit verschillende standpunten bekeken: de organisator licht zijn plannen toe, de partijen bespreken risico’s, knelpunten en oplossingen, en stemmen de inzet van de verschillende diensten en van de organisator op elkaar af. De plannen van de organisator en de besprekingen vormen mede de basis voor de adviezen van de diensten.

Draagt verder zorg voor de behandeling en beantwoording van klachten en meldingen als gevolg van

evenementen.

Medewerker vergunningen

De medewerker vergunningen is verantwoordelijk voor het correct behandelen/afhandelen van

vergunningaanvragen. De medewerker voert op hoofdlijnen de volgende werkzaamheden uit:

- stuurt, voor zover er nog geen contact is geweest met de organisator, een ontvangstbevestiging met

evt. nadere informatie.

- draagt zorg voor een juiste, volledige en tijdige informatievoorziening m.b.t. evenementen;

- voorziet evenementenorganisaties van juiste, volledige en tijdige informatie en ondersteunt deze bij

aanvragen;

- neemt vergunningaanvragen in ontvangst en toetst deze op volledigheid;

- analyseert de risico’s die aan het evenement verbonden zijn en bepaalt het noodzakelijke

voorschriften pakket;

- wint alle noodzakelijke interne en externe adviezen in, weegt deze tegenover elkaar af;

- zorgt ervoor dat tijdig op alle ingekomen aanvragen en verzoeken wordt beschikt;

- zorgt voor de versturing van acceptgiro’s voor betaling van de leges en/of waarborgsom.

- zorgt voor bekendmaking van de genomen besluiten;

- evalueert na afloop het evenement (eea met afstemming met de klachtencoördinator)

en legt de bevindingen vast in een verslag.

Politie

De politie brengt in het adviestraject (lokaal of regionaal) vakspecifieke deskundigheid in, met name op het gebied van de handhaving van verkeersveiligheid, de openbare orde en de rechtsorde.

Neemt bij een calamiteit tijdens het evenement, in overleg met de vergunninghouder de verantwoordelijkheid voor de openbare orde en veiligheid op de evenementenlocatie over.

Brandweer

De brandweer brengt in het adviestraject (lokaal of regionaal) en tijdens de operationele voorbereiding en uitvoering vakspecifieke deskundigheid in. Deskundigheid is gericht op brandpreventie en de preparatie op eventueel optreden. Neemt bij een calamiteit tijdens het evenement, in overleg met

de vergunninghouder de verantwoordelijkheid voor de (brand) veiligheid op de evenementenlocatie over.

GHOR

De geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (GHOR) brengt in het adviestraject (lokaal of regionaal) vakspecifieke deskundigheid in en coördineert de inbreng van de verschillende gezondheidsorganisaties, waaronder de GGD en de ambulancediensten.

Neemt bij een calamiteit tijdens het evenement, in overleg met de vergunninghouder de verantwoordelijkheid voor de (medische) hulpverlening op de evenementenlocatie over.

Openbaar Ministerie (OM)

Het Openbaar Ministerie (OM) is verantwoordelijk voor de vervolging van strafbare feiten. Indien zich bij de voorbereiding of de uitvoering van het evenement zaken voordoen, waarbij handhaving van de rechtsorde in het geding is, heeft het Openbaar Ministerie een nadrukkelijke en wettelijke rol.