Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Zutphen 2016

Geldend van 21-07-2016 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2016

Intitulé

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Zutphen 2016

De raad van de gemeente Zutphen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 29 maart 2016;

gelet op artikel 213a van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de

Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid

gemeente Zutphen 2016

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    college: het college van burgemeester en wethouders;

  • b.

    doelmatigheid: het realiseren van bepaalde prestaties met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen dan wel het bereiken van zoveel mogelijk resultaat met de ter beschikking gestelde middelen;

  • c.

    doeltreffendheid: de mate waarin de gewenste prestaties en beoogde maatschappelijke effecten van het beleid daadwerkelijk worden behaald.

Artikel 2 Onderzoeksfrequentie

Het college onderzoekt ten minste één keer per jaar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het door hem gevoerde bestuur, waarbij het college elke 2 jaar ten minste één onderzoek naar de doelmatigheid en één onderzoek naar de doeltreffendheid uitvoert.

Artikel 3 Onderzoeksopzet

Het college stelt per onderzoek een onderzoeksopzet vast.

Artikel 4 Mededeling uitvoering onderzoeken

  • 1. Het college doet in de paragraaf bedrijfsvoering van de jaarstukken mededeling over de uitvoering van de onderzoeken, zoals bedoeld in artikel 2.

  • 2. Het college stelt de rekenkamercommissie tijdig op de hoogte van de onderzoeken die hij doet instellen en de zendt de Rekenkamercommissie een afschrift van het verslag.

Artikel 5 Rapportage

  • 1. De uitkomsten van een onderzoek worden vastgelegd in een schriftelijke rapportage.

  • 2. De rapportage bevat ten minste conclusies en aanbevelingen.

  • 3. Het college brengt schriftelijk verslag uit aan de raad van de resultaten van de onderzoeken.

Artikel 6 Nadere regels

Het college kan nadere regels stellen over de opzet, de wijze van uitvoering en de rapportage van een onderzoek.

Artikel 7 Hardheidsclausule

Het college kan één of meer artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing, gelet op het belang van het uitvoeren van onderzoek naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 8 Intrekking oude regeling

De Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Zutphen 2005, zoals vastgesteld bij besluit van 30 mei 2005, wordt ingetrokken.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na de datum van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2016.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening onderzoeken doelmatigheid en doeltreffendheid gemeente Zutphen 2016.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad van 23 mei 2016.
De voorzitter, de griffier,

Algemene toelichting

In artikel 213a, eerste lid Gemeentewet is geregeld dat het college periodiek onderzoek verricht naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het door hem gevoerde bestuur. In artikel 213a, tweede lid Gemeentewet is bepaald dat het college schriftelijk verslag moet uitbrengen aan de raad van de resultaten van de onderzoeken. Verder moet het college de rekenkamer of, indien geen rekenkamer is ingesteld, personen die de rekenkamerfunctie uitoefenen, tijdige op de hoogte stellen van de onderzoeken die hij doet en zendt het haar, onderscheidenlijk hen, een afschrift van het schriftelijke verslag, zo bepaalt het derde lid van artikel 213a Gemeentewet.

Deze verordening geeft invulling aan deze wettelijke verplichtingen, voortvloeiend uit artikel 213a Gemeentewet, waarbij bewust is gekozen voor een minimale variant om zo de flexibiliteit en maatwerk te bevorderen bij de uitvoering van deze verordening in de praktijk. Waar het om gaat is dat het college immers periodiek onderzoek doet naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het door hem gevoerde bestuur.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Dit artikel definieert de in deze verordening gehanteerde begrippen. Deze begrippen spreken voor zich, zodat er geen nadere toelichting nodig is.

Artikel 2 Onderzoeksfrequentie

In het eerste lid van dit artikel is in zijn algemeenheid bepaald dat er ten minste één keer per jaar onderzoek wordt gedaan naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur. Hiermee is de term ‘periodiek’ in het eerste lid van artikel 213a Gemeentewet ingevuld.

In het tweede lid van dit artikel is vastgelegd dat er elke twee jaar ten minste één onderzoek wordt gedaan naar zowel de doelmatigheid als de doeltreffendheid. Hiermee wordt voorkomen dat er alleen onderzoek wordt gedaan naar óf de doelmatigheid óf de doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur. Doelmatigheid of doeltreffendheid kunnen daarmee afwisselend per jaar worden onderzocht.

In artikel 5, tweede lid van de Verordening op de auditcommissie gemeente Zutphen 2014 is overigens bepaald dat de auditcommissie bevordert dat onderzoeken van de accountant, de gemeentelijke rekenkamercommissie, de collegeonderzoeken en de interne audits op elkaar worden afgestemd. In artikel 14, vierde lid van de Verordening op de rekenkamercommissie gemeente Zutphen 2010 is bepaald het college aan de rekenkamercommissie de planning en de resultaten van onder zijn verantwoordelijkheid uitgevoerde doelmatigheid-, doeltreffendheid- en rechtmatigheidsonderzoeken verstrekt.

Artikel 3 Onderzoeksopzet

Op grond van dit artikel moet het college per onderzoek een onderzoeksopzet vaststellen. Vast onderdeel van de onderzoeksopzet zullen in het algemeen zijn:

  • a.

    het object van onderzoek;

  • b.

    de reikwijdte van het onderzoek;

  • c.

    de onderzoeksmethode;

  • d.

    de doorlooptijd van het onderzoek;

  • e.

    de wijze van uitvoering;

  • f.

    de wijze van rapporteren.

 

Artikel 4 Mededeling uitvoering onderzoeken

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

 

Artikel 5 Rapportage

Met dit artikel wordt invulling gegeven aan de verplichting die volgt uit artikel 197, eerste tot en met derde lid Gemeentewet. Op grond van het eerste en tweede lid van artikel 197 Gemeentewet moet het college de schriftelijke verslagen bij de aan de raad te overleggen jaarstukken (jaarrekening en jaarverslag) voegen. Op grond van het derde lid van artikel 197 Gemeentewet worden de schriftelijke verslagen voor een ieder ook ter inzage gelegd en algemeen verkrijgbaar gesteld, als deze op de agenda van de raadsvergadering staan.

 

Op grond van artikel 213a, tweede lid Gemeentewet moet het college schriftelijk verslag uitbrengen aan de raad van de resultaten van de onderzoeken. Dit hoeft echter niet te door toezending van de rapportage zelf met een begeleidende brief. Van de resultaten van een onderzoek kan ook door middel van een brief, met daarin uiteraard wel de resultaten van het onderzoek verwoord, aan de raad schriftelijk verslag worden gedaan.

 

Artikel 6 Nadere regels

Op grond van dit artikel kan het college, mocht dat nodig zijn, nadere regels stellen over de opzet, de wijze van uitvoering en de rapportage van het onderzoek. Hiermee wordt enige flexibiliteit betracht in de uitvoering, opdat bij een wijziging in de uitvoering niet de raad eerst de verordening moet aanpassen. Hiermee wordt er niet alleen rechtmatig, maar ook doelmatig gewerkt.

 

Artikel 7 Hardheidsclausule

Op grond van dit artikel kan het college één of meer artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang van het houden van onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard. Het gaat hier alleen om gevallen zoals die ten tijde van het vaststellen van de verordening niet waren voorzien. Is eenmaal van de hardheidsclausule gebruikt gemaakt, dan moet hieruit volgen dat de verordening wordt aangepast, omdat dat geval immers voorzienbaar is geworden.

 

Artikel 8 Intrekking oude regeling

Dit artikel behoeft geen toelichting.

 

Artikel 9 Inwerkingtreding

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

 

Artikel 10 Citeertitel

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.