Regeling vervallen per 28-01-2020

Financiële verordening Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Geldend van 24-02-2016 t/m 27-01-2020

Intitulé

Financiële verordening Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Het algemeen bestuur van het openbaar lichaam Noaberkracht Dinkelland Tubbergen,

overwegende dat voor het openbaar lichaam Noaberkracht Dinkelland Tubbergen regels voor het financiële beleid, het financiële beheer en de financiële organisatie dienen te worden vastgesteld,

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en artikel 23 van Gemeenschappelijke regeling Werkorganisatie Tubbergen-Dinkelland;

B E S L U I T:

vast te stellen de navolgende verordening:

Financiële verordening Noaberkracht Dinkelland Tubbergen

Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.

Noaberkracht Dinkelland Tubbergen:

de bedrijfsvoeringsorganisatie Noaberkracht Dinkelland Tubbergen;

b.

administratie:

het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, het functioneren en het beheersen van (onderdelen van) de organisatie van Noaberkracht en ten behoeve van de verantwoording die daarover moet worden afgelegd;

c.

commissie BBV

commissie voor het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten.

Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording

Artikel 2. Inrichting begroting

  • 1. Het bestuur stelt elk jaar vóór 15 april een meerjarenbegroting en een ontwerpbegroting van inkomsten en uitgaven voor het komend dienstjaar op, voorzien van de nodige toelichting en specificaties.

  • 2. Bij de begroting wordt, indien van belang voor het inzicht, een overzicht gegeven van de raming onderverdeeld naar verschillende kosten- en opbrengstensoorten, bijbehorende formatieomvang en de verschillende activiteiten en beleidsvoornemens van Noaberkracht Dinkelland Tubbergen. De beleidsvoornemens worden helder en toetsbaar geformuleerd.

  • 3. In de begroting wordt van de nieuwe investeringen per investering het benodigde investeringskrediet weergegeven. Investeringkredieten worden in principe in het jaar van ingebruikname afgesloten doch uiterlijk in het jaar volgend op het jaar waarin het krediet beschikbaar is gesteld.

Artikel 3. Uitvoering begroting

  • 1. Het bestuur waarborgt dat de uitvoering van de begroting rechtmatig, doelmatig en doeltreffend verloopt.

  • 2. Het bestuur draagt er zorg voor dat de lasten en baten door middel van kostentoerekening eenduidig zijn toegewezen aan de begrotingsproducten.

  • 3. Het bestuur is ter verbetering van het budgetbeheer bevoegd om binnen de begroting met budgetten te schuiven en de begroting daartoe administratief-technisch te wijzigen.

  • 4. Het bestuur is bevoegd om over de bestemming van het budget voor onvoorziene uitgaven te besluiten.

  • 5. Het bestuur is bevoegd om meerjarige financiële verplichtingen aan te gaan indien daarvoor binnen de meerjarenraming financiële ruimte beschikbaar is.

Artikel 4. Tussentijdse rapportages

  • 1. Het bestuur informeert de gemeenteraden door middel van tussentijdse rapportages over de realisatie van de begroting.

  • 2. De tussentijdse rapportages bevatten:

    • a.

      een analyse van de uitkomsten ten opzichte van de begroting;

    • b.

      een vooruitblik op het verwachte jaarresultaat;

    • c.

      een overzicht van de bestede investeringskredieten.

  • 3. In de tussentijdse rapportages worden minstens afwijkingen boven de € 25.000 toegelicht.

  • 4. Het bestuur stelt de tussentijdse rapportages binnen zes weken na afloop van de verslagperiode beschikbaar aan de gemeenteraden.

Artikel 5. De jaarrekening

  • 1. Het bestuur maakt elk jaar voor 1 april de rekening van het voorafgaande begrotingsjaar op.

  • 2. De jaarrekening bevat in ieder geval:

    a. Programma’s en paragrafen;

    b. een overzicht van de baten en lasten, inclusief de balans van het voorafgaande jaar;

    c. de bevindingen inzake het financieel rechtmatig beheer.

  • 3. In de jaarrekening wordt van de investeringen de uitputting van de geautoriseerde investeringskredieten en de actuele raming van de totale uitgaven weergegeven. Er wordt een overzicht en toelichting opgenomen over het restant van investeringskredieten die naar het volgende begrotingsjaar worden doorgeschoven.

Hoofdstuk 3. Financieel beleid

Artikel 6. Waardering en afschrijving vaste activa

  • 1. Het waarderen en afschrijven van activa vindt plaats volgens het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten, waarbij de notities van de commissie BBV in acht worden genomen.

  • 2. Het bestuur stelt richtlijnen voor ten aanzien van waardering en afschrijving.

Artikel 7. Kostprijsberekening

Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van goederen, werken en diensten wordt een systeem van kostentoerekening gehanteerd.

Artikel 8. Financieringsfunctie

Voor het uitoefenen van de financieringsfunctie stelt het bestuur een op de Wet financiering decentrale overheden en de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden gebaseerd Treasurystatuut vast.

Artikel 9. Reserve(s) en weerstandsvermogen.

Het bestuur stelt richtlijnen voor ten aanzien van het vormen van reserves en voorzieningen.

Hoofdstuk 4. Financieel beheer en interne controle

Artikel 10. Administratie

De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij dienstbaar is voor:

  • a.

    het sturen en het beheersen van activiteiten en processen ;

  • b.

    het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang van activa, voorraden, vorderingen, schulden en contracten;

  • c.

    het verschaffen van informatie over uitputting van de toegekende budgetten en investeringskredieten en voor het maken van kostencalculaties;

  • d.

    het verschaffen van informatie over indicatoren met betrekking tot de productie van goederen en diensten;

  • e.

    het afleggen van verantwoording over de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving;

  • f.

    de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie, alsmede voor de controle op de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het gevoerde bestuur in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en relevante wet- en regelgeving.

Artikel 11. Interne controle

Het bestuur zorgt ten behoeve van het getrouwe beeld van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de baten en lasten en de balansmutaties voor een jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen neemt het bestuur maatregelen tot herstel.

Hoofdstuk 5. Financiële organisatie

Artikel 12. Financiële organisatie

Het bestuur zorgt voor en legt vast:

  • a.

    een eenduidige indeling van de werkorganisatie en een eenduidig toewijzing van taken aan de afdelingen;

  • b.

    een adequate scheiding van taken, functies, bevoegdheden, verantwoordelijkheden, zodat aan de eisen van interne controle wordt voldaan en de betrouwbaarheid van de verstrekte informatie aan beleids- en beheersorganen is gewaarborgd;

  • c.

    de verlening van mandaten en volmachten voor het aangaan van verplichtingen ten laste van de toegekende budgetten en investeringskredieten;

  • d.

    de regels voor taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening van de financieringsfunctie;

  • e.

    de te maken afspraken met de afdelingen over de te leveren prestaties, de daarvoor beschikbare middelen en de wijze en frequentie van rapportage over de voortgang

  • f.

    van de activiteiten en uitputting van middelen.

Hoofdstuk 6. Slotbepalingen

Artikel 13. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking per 1 januari 2013.

Artikel 14. Citeertitel

Deze verordening wordt aangeduid als de “Financiële verordening Noaberkracht Dinkelland Tubbergen”.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van het algemeen bestuur van 18 december 2012.
De secretarissen, De voorzitter,
Drs. Ing. G.B.J. Mensink, Drs. A.B.A.M. Damer, Mr. M.K.M. Stegers