Overzicht met een vergelijk tussen het huidige beleidskader abri-reclame en Mupi's/Vip's in de binnenstad en de nieuwe beleidsuitgangspunten/aanvullende randvoorwaarden

Geldend van 01-09-2008 t/m heden

Intitulé

Overzicht met een vergelijk tussen het huidige beleidskader abri-reclame en Mupi's/Vip's in de binnenstad en de nieuwe beleidsuitgangspunten/aanvullende randvoorwaarden

Overzicht met een vergelijk tussen het huidige beleidskader abri-reclame en Mupi’s/Vip’s in de binnenstad en de nieuwe beleidsuitgangspunten/aanvullende randvoorwaarden.

Definities

Abri: Wacht- en schuilgelegenheid ten behoeve van passagiers van het openbare busvervoer. Hiernaast hebben de abri’s een reclamefunctie via verlichte zij- en of achterwanden met reclamevlakken waarin verwisselbare reclameposters (al of niet roterend) worden aangebracht.

2 m² reclamevitrine (voorheen Mupi/Vip): vitrine met de afmeting 2m² met vaak een zijde commercieel en een zijde met een stadsplattegrond of culturele/gemeentelijk informatie.

Reclame-vlak: 1 reclameposter met standaardformaat.

Nr

Omschrijving

Huidige beleidsuitgangspunten/aanvullende randvoorwaarden

Nieuwe beleidsuitgangspunten/aanvullende randvoorwaarden

1.1.

1.1 Reclamebeleid

Algemeen uitgangspunt:

·Kwaliteit van de openbare ruimte is hoofddoelstelling.

·Selectief gericht beleid: selectief toestaan van een beperkt aantal kwalitatief hoogwaardige reclamevormen en aantal objecten per medium, met maximale afdrachten voor de geboden exploitatie-mogelijkheden.

Algemeen uitgangspunt:

·Evenwicht creëren tussen de inkomsten voor de Gemeente en, het behouden van de kwaliteit van de openbare ruimte en het garanderen van de (verkeers)-veiligheid. Hierbij rekeninghoudend met de belangen van passagiers, vastgestelde beleidskaders en bepalingen uit bestaande vergunningen en regelgeving.

1.2.

1.2 Aanvullende

randvoorwaarden:

·economische

belangen

·kwaliteit openbare

ruimte en verkeers-

veiligheid

·regelgeving en

vergunningen

·uitvoering

·rapportage

·straatmeubilair

en reclamevitrines

in de Binnenstad

(De gemeente behoudt zich het recht voor om dit gedeelte uiteindelijk buiten de aanbesteding te houden

1.2.1

1.2.1 Economische belangen

Opbrengsten

·De Gemeente ontvangt op dit moment jaarlijkse een vergoeding op basis van bruto-opbrengst verminderd met de door de exploitant uitgekeerde reklameburokortingen, bemiddelingsprovisies, koncernkortingen en de dekking ten behoeve van plaatsing- en verwisselingskosten.

De exploitant moet aangeven:

·wat de gegarandeerde jaarlijkse

vergoeding per locatie is en wat het aantal reclamevlakken per locatie is;

·wat de verschillende vergoedingen per

locatie zijn bij een looptijd van de overeenkomst van 10, 15 en 20 jaar;

· wat de periode van afschrijving is en wat dat voor gevolg heeft voor het vervangen van de abri’s;

· welke verhogingen in de vergoeding per locatie gelden als een abri geplaatst wordt rondom toekomstige publiekaantrekkende ontwikkelingen.

·De volgende voorwaarde geldt:

De exploitant is verplicht om de (geïndexeerde) gegarandeerde jaarlijkse vergoeding en de kosten voor energieverbruik in twee gelijke termijnen te voldoen, waarvan de eerste termijn telkens vervalt op 1 maart en de tweede termijn op 1 september, startende op 1 september 2009. (Dit ongeacht of alle abri’s daadwerkelijk geplaatst zijn);

De exploitant moet aangeven:

·wat het de exploitant waard(uitgedrukt in een bedrag per jaar als aanvulling op de jaarlijkse gemeentelijke vergoeding) is om exclusiviteit te hebben op het 2m² formaat. (Dit in verband met verzoek van KPN om circa 11-16 telefooncellen met reclame op 2m² formaat te plaatsen).

1.2.2

1.2.2 Kwaliteit openbare ruimte en verkeersveiligheid

Ruimtelijke kwaliteit

Een aantal criteria:

·Het nastreven van uniformiteit qua abri-voorziening per buslijndienst

·De aanwezigheid van voldoende (ruimtelijke-fysieke) plaatsings-mogelijkheid per abri.

De volgende voorwaarden gelden:

·De abri's moeten herkenbaarheid,

kwaliteit, gebruiksvriendelijkheid, overzichtelijkheid en veiligheid uitstralen. Zij moeten een plaats krijgen passend in de directe omgeving, wel herkenbaar maar niet overheersend. De plaatsing van het object dient in overeenstemming te zijn met de fysieke omgeving en het gebruik daarvan. De mate waarin voldaan wordt aan deze voorwaarden bepaald de gemeente.

Abri’s:

·Abri’s leveren een duidelijke meerwaarde en doen dienst als (één van de) visitekaartje(s) van de stad en het openbaar vervoer door:

·goed onderhoud en zeer adequaat herstel van schade en vernielingen;

·de primaire functie van de abri

die blijft gericht op het bieden

van wacht- en schuilgelegenheid

voor busreizigers.

De standaard abri’s

De volgende voorwaarden gelden:

AFMETINGEN EN ONTWERP:

·een abri heeft een minimale breedte van twee wanden. De wandbreedte (één wand) bedraagt tussen de 1,35 en 1,45 meter;

·de diepte (binnenkant abri) dient één wand te bedragen;

·de vrije hoogte (binnenkant abri) dient minimaal 2,20 meter te bedragen;

·de vrije ruimte tussen het dak en de bovenzijde van de wanden mag maximaal 5 centimeter (in verband met regendoorslag) bedragen;

·een vrije ruimte tussen de vloer en de onderzijde van de wanden om ophopend vuil te voorkomen;

·het ontwerp van de abri dient dusdanig te zijn dat hemelwater niet richting het perron of de voorzijde van de abri wordt gestuwd;

·een wand met een reclamevlak mag zich niet aan de aanrijdzijde van de abri bevinden;

·de sluiting van een wand met reclamevlak dient zodanig te worden uitgevoerd dat deze alleen met daarvoor speciaal gemaakt gereedschap kan worden geopend;

·de wanden hebben 1 of meer reclamevlakken met verwisselbare reclameposters (al of niet roterend).

MATERIAALGEBRUIK EN KLEURSTELLING:

·in verband met de sociale veiligheid dient de abri een transparant uiterlijk te hebben;

· de abri’s hebben de kleur RAL 7016.

VOORZIENINGEN:

De abri dient voorzien te zijn van de volgende voorzieningen:

·minimaal 2 zitplaatsen

·een informatievitrine

·contrastmarkering

·verlichting

Aan deze voorzieningen worden de volgende eisen gesteld:

Zitplaatsen:

·de zithoogte van de zitplaats is tussen de 42 en 50 centimeter;

·de zitdiepte dient minimaal 35 cm te zijn;

·de zitplaats dient bij voorkeur aan de uiterste zijden voorzien te zijn van een armleuning;

·de zitplaats dient zodanig te worden ontworpen dat er geen water op blijft staan;

· Naast de zitplaats dient vrije ruimte te zijn t.b.v. manoeuvreren en het opstellen van een rolstoel.

Informatievitrine:

· de informatievitrine dient de volgende

afmetingen te hebben: 1,05 meter breed

x 1,15 meter hoog;

·op een van de achterwanden van de abri, zoveel mogelijk boven de vrije ruimte(niet in het geheel boven de zitplaatsen);

·de voorzijde van de informatievitrine is van onbreekbaar materiaal en transparant;

· de sluiting van de informatievitrine dient zodanig te worden uitgevoerd dat deze alleen door het vervoersbedrijf kan worden opengemaakt.

Contrastmarkering:

· de transparante wanden van de abri dienen tussen de 1,40 en 1,60 meter hoogte voorzien te zijn van contrastmarkering t.b.v. slechtzienden.

Verlichting:

·elke abri is voorzien van verlichting. De verlichting wordt geregeld door:

1. Aansluiting op openbare verlichting(OV)

· De gemeente vraagt de aansluiting van de abri op het OV net aan bij de netwerkbeheerder. De kosten voor de aansluiting worden door de gemeente betaald en doorberekend naar de exploitant.

·De gemeente geeft de gemeentelijke

OV-aannemer, na verzoek van de exploitant, opdracht om de abri vervolgens bovengronds aan te sluiten op het OV netwerk, waarbij de kosten voor het aansluiten en het aanleveren van de gegevens voor het OV-beheersysteem worden doorberekend aan de exploitant. De exploitant draagt zelf zorg voor de plaatsing van de abri.

·Het maximale toegestane nominale vermogen van de abri verlichting mag niet meer bedragen dan 250 VA en de arbeidsfactor (cos-f) moet minimaal of beter zijn dan 0,8. De exploitant moet aangeven wat het werkelijk nominale vermogen per abri is;

·De elektrische installatie van de aan-sluiting van de abri’s moeten voldoen aan de NEN 1010. Voor de onderdelen die in de openlucht zijn gelegen, dient de uitvoering waterdicht te zijn.

· De totale kosten voor energieverbruik en

netwerkkosten worden niet verdisconteerd in de contractprijs maar separaat gefactureerd waarbij de daadwerkelijke energie- en netwerkkosten in rekening worden gebracht. De indexering wordt bepaald door prijsinflatie en economische ontwikkeling. De exploitant levert voortijdig het door hem te gebruiken vermogen aan. De gemeente mag de kosten voor energieverbruik per direct aanpassen en met terugwerkende kracht in rekening brengen, wanneer de exploitant gedurende het lopende contract hierin verandering aanbrengt.

2. Eigen aansluiting

· In het geval dat de abri niet kan worden aangesloten op een OV-mast, moet de exploitant zelf zorgdragen voor een eigen aansluiting op het net van Essent Netwerk(aparte EAN-code). In dat geval zullen de netwerkkosten en energiekosten ook direct in rekening worden gebracht door Essent bij de exploitant. De exploitant dient voor die abri dan ook een energieleverancier te kiezen en ruimte te reserveren voor de bemetering.

ABRI’s STATIONSPLEIN:

Voor de abri’s op het Stationsplein gelden de volgende, aanvullende voorkeuren. Een exploitant mag ook een alternatief aanbod doen.

AANTAL EN AFMETINGEN:

·aantal: 5

· lengte: minimaal 6 meter - maximaal 7 meter;

· diepte: minimaal. 1,40 meter;

· vrije hoogte: minimaal. 2,30 meter;

MATERIAALGEBRUIK EN KLEURSTELLING

· de abri dient als geheel vandalisme-bestendig te zijn;

·de toe te passen materialen dienen, voor zover mogelijk, te zijn voorzien van een duurzaamheidscertificaat (bijv. FSC-keurmerk);

· de abri heeft een stalen constructie met een antracietkleurige(RAL 7016) gepoedercoate handeling van de constructieve elementen en de constructie van het dak;

· de abri is uiterlijk zeer transparant met verticale vlakken van glas (75% glasmateriaal);

·de abri heeft dakvlakken met (ruime)overstek. Dit is de vrije ruimte voor het busverkeer. De overstek van de abri's dient minimaal 1 meter binnen de trottoirband van het busperron te blijven. Dakvlakken moeten als semi zwevende elementen worden ontworpen. De onderkant van het dakvlak is afgewerkt met natuurlijke materialen(bruin rode multiplex);

· de glaswanden hebben figuraties of (kunst)uitingen;

· de abri heeft reclamevlakken semi

zwevend ten opzichte van de vloer- en dakvlakken;

VOORZIENINGEN:

Zitplaatsen:

·aantal zitplaatsen per abri: 4 plaatsen

· vrije ruimte naast zitvoorzieningen:

minimaal 1,20 meter.

Informatie:

·ruimte vrijhouden voor het plaatsen van een DynamischeReizigers

· Informatie-systeem(DRIS).

Locaties en aantallen

·De abri-reclame is uitgevoerd in een 2-tal fasen:

-1e fase in juni 1989, het vervangen van 26 verouderde en afgeschreven abri’s

-2e fase in oktober 1990, het toevoegen van 30 abri’s aan halteplaatsen die nog niet waren voorzien van een wacht- en schuilgelegenheid.

·Totaal aantal abri’s is 56 stuks

·het aantal reclamevlakken is totaal

152

Het aantal abri’s is als volgt weergegeven:

60 locaties in de stad Roosendaal + 7 locaties in de kleine kernen.

Inschrijver dient er rekening mee te houden dat er tot en met 2015 op een aantal locaties ca. 20 abri’s zullen moeten worden bijgeplaatst ten einde aan de provinciale toegankelijkheidseisen te voldoen. Deze locaties zijn benoemd in bijlage I . De abri’s dienen te worden geplaatst direct aansluitend nadat de halteperrons toegankelijk zijn gemaakt voor mindervaliden. Hiervoor is op dit moment nog geen concreet tijdpad te geven.

Plaatsbepaling en verkeersveilgheid

Afwegingskader:

·de binnenstedelijke structuur van de stad en het hoofdwegennet

Alvorens wordt overgegaan tot plaatsing en exploitatie van abri’s met reclame zijn de locaties vanwege de exploitant aan een aantal toetsings- en plaatsingscriteria onderworpen, t.w.:

·voldoende verharde grond rondom i.v.m. onderhouds-werkzaamheden;

·instapruimte minimaal 75 c.

(2 tegels en stoeprand) en

maximaal 135 cm. (4 tegels

en stoeprand);

·tussenruimte haltepaal – abri:

1.bij haltepaal rechts achter 120 cm.;

2.rechts vooraan gelijk met voorste stijl abri;

3.links voor gelijk met stijl (minimaal afstand 30 cm.),

·groenvrije zone (struiken, hoog gras e.d.) 2,5 m. links van de abri;

·geen obstakels (prullenbakken, banken e.d.) voor de reclame-uiting;

·plaats van prullenbakken rechts van abri op minimaal

2 m. afstand;

·minimum afstand tussen twee ongeschakelde abri’s

5 m. ;

·zichtbaarheid vanaf de openbare weg (ca. 5 m.);

·aanleg verlichtingskabel tegen normale kosten;

·voldoende ruimte voor plaatsing standaard model (smalle abri is uitzondering);

·aantal passanten per etmaal: 7.000 tot 15.000;

Reclamevrije zone, behoudens evt. bestaande reclame, van een nader te bepalen aantal meters rondom de abri.

PLAATSBEPALING BESTAANDE ABRI-LOCATIES

De exploitant verplicht zich:

·om na de gunning de situatie d.m.v. een fotorapportage vast te leggen (nulsituatie).

PLAATSBEPALING NIEUWE ABRI-LOCATIES

De exploitant verplicht zich:

·voor iedere nieuwe abri-locatie, met behulp van een KLICmelding en in overleg met de gemeente, een plaatsingsvoorstel met detailtekening te maken;

·de kosten van het plaatsingsvoorstel (incl.de KLICmelding) komen voor rekening van de exploitant;

N.B. De gemeente beoordeelt de plaatsingsvoor-stellen en keurt ze al dan niet goed.

Bij het bepalen van de exacte locatie van abri’s dient in het bijzonder rekening gehouden te worden met:

·de toegankelijkheid voor rolstoelen (waarbij in het bijzonder moet rekening gehouden worden met de afstand van de voorzijde van de abri en perronband en dat er geen hoogteverschil is tussen de abri-vloer en omliggende bestrating);

·de verkeersveiligheid( waaronder een onbelemmerd zicht op het verkeer en de verkeersbewegingen, verkeersborden en richtingsaanwijzers.

N.B. ten allen tijde dienen de aanwijzingen van de verkeerskundige van de gemeente te worden opgevolgd.

In het meest ongunstigste geval kan dit betekenen dat een bepaalde locatie komt te vervallen.

1.2.3 Regelgeving en vergunningen

1.2.3

Regelgeving

De gemeente sluit met de gekozen exploitant(en) een overeenkomst op basis van het Burgerlijk recht.

Publiekrechtelijke wet- en regelgeving blijft onverkort van toepassing waaronder:

·de bepalingen in de Wegenverkeerswet/

Woningwet;

·de Algemene Plaatselijke Verordening en de Bouwverordening;

·Nederlandse Reclamecode

·de gemeentelijke Leges en Belasting-

verordening

·de inkoopvoorwaarden van de Gemeente

· Roosendaal 2007( met uitzondering

van de geldigheidsdatum van de

aanbieding deze moet 6 maanden zijn)

Vergunning/Welstand

De volgende voorwaarden gelden:

Als er voor een bouwwerk een bouw- of reclame-

vergunning verplicht is dan moet de exploitant deze vergunning zelf aanvragen en de daaraan verbonden kosten betalen. In samenhang daarmee moet er sprake zijn van positieve uitspraak van de welstandscommissie: “het uiterlijk en de plaatsing

van het object, zowel op zichzelf als in verband met

de omgeving of de te verwachten ontwikkeling daarvan, niet in strijd is met redelijke eisen van welstand”. De welstandscriteria omvatten:

·Plaatsing

·Massa en vorm

·Detaillering, kleur en materiaal.

1.2.4

1.2.4 Uitvoering

Flexibiliteit

De exploitant moet aangeven hoe er met onverwachte zaken dient te worden omgegaan zoals:

·bij het tijdelijk c.q. definitief verplaatsen van een abri a.g.v. een bouwplan, een onderhoudswerk of het verhogen van het halteperron (hierbij dient de exploitant ” tijdelijk” te concretiseren met tijd);

·bij het tijdelijk minder zichtbaar zijn, door welke oorzaak dan ook (De exploitant dient “tijdelijk” te concretiseren met tijd).

·met bijplaatsen, verplaatsten of zelfs weghalen van abri’s (bijvoorbeeld vanuit sociale veiligheid of het vervallen of het wijzigen van routes van buslijnen);

·met klachten over vuile abri’s, vernielingen, uitval van verlichting, bekladding (graffiti, racistische uitingen etc.) maar ook over ongewenste reclames. Hierbij moet de exploitant rekening houden dat aanstootgevende graffiti in het openbaar gebied zo snel mogelijk (binnen 2 werkdagen) verwijderd dient te worden. Onder aanstootgevende graffiti wordt onder meer verstaan racistische, discriminerende en beledigende teksten, symbolen e.d;

Plaatsing

De exploitant draagt zorg voor de volledige plaatsing en de aansluiting van de abri’s, voor haar rekening en risico.

De nieuwe exploitant moet aangeven:

·hoe de locatie gereed wordt gemaakt gemaakt voor de plaatsing van de abri;

·hoe de aanvraag van plaatsing tot een abri administratief geregeld wordt;

·hoe de overgang (zoals de plaatsing van de nieuwe en de verwijdering van de bestaande abri’s, de communicatie en de juridische kant etc.) met de huidige exploitant gerealiseerd zal worden. Hierbij dient de exploitant zelf rekening te houden met de tijd die eventueel nodig is om de vereiste vergunningen te krijgen;

·hoe de gemeente geïnformeerd wordt, na ondertekening van de overeenkomst, wanneer de abri’s zijn geplaatst en hoe de gemeente schriftelijk aan de exploitant kan bevestigen dat op alle locaties het afgesproken kwaliteitsniveau is gerealiseerd;

·hoe de samenwerking met Essent Netwerk B.V. wordt geregeld;

·hoe het samenwerken met het gemeentelijk OV aannemer is geregeld.

Beheer –en onderhoud

·Goed onderhoud en zeer adequaat herstel van schade en vernielingen;

De volgende voorwaarden gelden:

·het openbare gebied rondom de abri moet goed bereikbaar blijven voor beheer en regulier onderhoud en/of herstelwerkzaamheden;

·de exploitant moet met foto’s(beeldcatalogus), aangeven welke onderhoudskwaliteit wordt gegarandeerd gedurende de looptijd van de overeenkomst. De onderhoudskwaliteit omvat zowel de technische staat (heel en veilig) als verzorgingsgraad(schoon) van de abri’s en het halteperron. Met de foto’s en een korte beschrijving moet duidelijk worden welk onderhoudsniveau de gemeente minimaal kan verwachten gedurende de looptijd van de overeenkomst. Hiervoor levert de exploitant aan:

-foto’s van abri en halteperron;

-toelichting foto’s met korte tekst;

-plan van aanpak voor het realiseren en het in stand houden van het kwaliteits- niveau.

·het verhelpen van storingen en beschadigingen aan een abri en het halteperron dienen in opdracht en voor rekening van de exploitant verholpen te worden. Hiervoor levert de exploitant aan:

-wat wordt verstaan onder een

storing, of beschadiging van de abri

en het halteperron;

-binnen hoeveel tijd de klachten worden afgehandeld;

-waar in de regio het servicepunt is (en hoe en wanneer dit servicepunt te bereiken is in geval van storingen, beschadiging en bekladingen);

·storingen en schade aan de verlichting dienen verholpen te worden door een gecertificeerd waarborg installateur; De uitval van verlichting in de abri dient na melding binnen 2 kalenderdagen te zijn hersteld;

·de exploitant verplicht zich om schade/ beschadiging van bestrating en openbaar groen te voorkomen.

De schade aan de bestrating en het

openbaar groen als gevolg van het plaatsen, beheer en onderhoud van de abri’s en het halteperron komt volledig voor rekening van de exploitant (de exploitant moet aangeven binnen welke tijd en met welke kwaliteit de schade wordt hersteld);

·wanneer de exploitant niet binnen de vastgestelde tijd over gaat tot herstel, kan de gemeente zonder tussenkomst van de rechter overgaan tot het herstel, waarbij de gemaakte kosten in rekening worden gebracht bij de exploitant;

·de exploitant houdt in de onderhoudssituatie rekening met ARBO-voorschriften.

Rol van de Gemeente

De exploitant moet aangeven:

·hoe de Gemeente toezicht kan houden op de uitvoering van beleid, onder andere vastgelegd in een Programma van Eisen

( t.a.v. ruimtelijke kwaliteit, openbare orde, verkeersveiligheid, onderhoud);

·wat de werkzaamheden voor de gemeente worden na uitbesteding;

·hoe de mogelijkheid van bezwaar en beroep wordt geregeld.

1.3

1.3 Rapportage

Twee keer per jaar dient de exploitant een managementrapportage te verstrekken aan de Gemeente. Deze managementrapportage informeert de gemeente over:

·aantal en soort schades door vernieling;

·overzicht van de afhandelingtermijn van schades en storingen;

·actuele planning van de weekinspecties, reguliere onderhoud en grootonderhoud;

·rapportages van de weekinspecties;

·rapportage van het reguliere onderhoud;

·rapportage van het grootonderhoud;

·Foto’s van vernielingen, voorzien van datum en tijdstip.

1.4

1.4 Straatmeubilair en reclamevitrines in de Binnenstad

(De gemeente behoudt zich het recht voor om dit gedeelte uiteindelijk buiten de aanbesteding te houden)

Mupi’s/Vip’s

Invoering van dit eigentijds vormgegeven reclamemedium wordt in principe gezien als een passende aanvulling op het reeds aanwezige beeld van buitenreclame-objecten. Dit straatmeubilair kan puur voor reclamedoeleinden worden ingezet en behoeft niet te worden gecombineerd met stadsplattegrondinformatie-

voorziening

De exploitant geeft (indien mogelijk) in een concrete aanbieding aan wat de mogelijkheden zijn om voor de binnenstad de exploitatie van abri’s te combineren met het plaatsen, beheren en onderhouden straatmeubilair. Deze aanbieding moet zo worden opgesteld dat het mogelijk is, om de aanbieding zowel apart als in combinatie met de aanbieding voor de exploitatie van de abri’s, te kunnen beoordelen.

Straatmeubilair op de volgende locaties:

Locatie Emile van Loonpark

Afvalbakken:

·aantal: 15

·inhoud: 50-80 liter

·niet toegankelijk voor vogels (bijvoorbeeld) door geen inwerpopening aan de

bovenkant)

·vorm en uitstraling moeten passen binnen de klassieke uitstraling van het park en aansluiten bij het overige afvalbakken in

·de binnenstad moet voldoen aan alle arbo-technische regels waar een afvalbak aan moet voldoen

·moet stevig zijn en enigszins vandalisme bestendig.

.

Banken:

·aantal: 23

·vorm en uitstraling moeten passen binnen de klassieke uitstraling van het park

N.B. de plaatsbepaling van de afvalbakken en de banken gebeurt door de gemeente.

Locatie Binnenstad binnen de ring + Stationsplein

Afvalbakken

·aantal: 155

·inhoud van minimaal 100 liter

·niet toegankelijk voor vogels (bijvoorbeeld door geen inwerpopening aan de bovenkant)

·kleur RAL 7016

·vorm en uitstraling moeten passen binnen de uitstraling van de binnenstad van de gemeente Roosendaal

·voldoen aan alle arbo-technische regels waar een afvalbak aan moet voldoen

·moet stevig zijn en enigszins vandalisme bestendig

Bewegwijzering Binnenstad

·om bezoekers vanaf de vertrek- en aankomstpunten (station, haltes openbaar vervoer, parkeergarages e.d.) duidelijk en gemakkelijk de weg te wijzen naar de verschillende belangrijke culturele, economische, toeristische en openbare functies/objecten in de binnenstad

·vorm en uitstraling moeten passen binnen de uitstraling van de binnenstad van de gemeente Roosendaal en moet aansluiten bij het overige hier aan te bieden straatmeubilair( 2m² reclamevitrines, afvalbakken, banken)

N.B. de exacte plaatsbepaling van het bewegwijzeringssysteem en de functies en objecten waar naar wordt verwezen wordt bepaald door de gemeente

2m² reclamevitrines in de binnenstad

Invoering van dit eigentijds vormgegeven reclamemedium wordt in principe gezien als een passende aanvulling op het al aanwezige beeld van buitenreclame-objecten. Dit straatmeubilair zal in de binnenstad ingezet worden met een reclame-zijde en een gemeentelijke informatie-zijde.

N.B. De exploitant verplicht zich:

-tijdig de benodigde vergunningen aan te vragen. De exploitant moet deze vergunningen zelf aanvragen en de daaraan verbonden kosten betalen;

-om voor iedere locatie, met behulp van een KLICmelding en in overleg met de gemeente een plaatsingsvoorstel met detailtekening te komen. De gemeente beoordeelt de plaatsingsvoorstellen en keurt ze al dan niet goed. De kosten van de plaatsings-voorstellen, inclusief KLICmelding, komen voor rekening van de exploitant.

-in overleg met de gemeente het tijdstip van plaatsen te bepalen;

-De gemeentelijke informatie-zijde 1 keer per maand op zijn kosten te herzien. De gemeente levert hiervoor de gegevens aan.

-wanneer de 2m² reclamevitrines worden verlicht gelden dezelfde eisen als bij de abri’s.

Plaatsing, onderhoud en beheer

Het tijdstip van het plaatsen van het straatmeubilair en de 2m² reclamevitrines gebeurt in overleg met de gemeente.

De exploitant moet met foto’s(beeldcatalogus), aangeven welke onderhoudskwaliteit wordt gegarandeerd gedurende de looptijd van de overeenkomst. De onderhoudskwaliteit omvat zowel de technische staat(heel en veilig) als de verzorgingsgraad (schoon) van bovenstaande meubilair en 2 m² reclamevitrines + directe omgeving (5 meter rondom) is. Met de foto’s en een korte beschrijving moet duidelijk worden welk onderhoudsniveau de gemeente minimaal kan verwachten gedurende de looptijd van de overeenkomst. Hiervoor levert de exploitant aan:

·foto’s van meubilair en 2 m² reclamevitrine + directe omgeving;

·toelichting foto’s met korte tekst;

·plan van aanpak voor het realiseren

en behouden van het kwaliteitsniveau

(o.a. binnen welk tijdsbestek schade

hersteld/graffiti verwijderd wordt).

Hierbij dient rekening te worden gehouden met dat:

·aanstootgevende graffiti in het openbare gebied zo snel mogelijk (binnen 2 kalenderdagen) verwijderd dient te worden. Onder aanstootgevende graffiti wordt onder meer verstaan racistische, discriminerende en beledigende teksten, symbolen e.d;

·schoonmaakmiddelen moeten

milieuvriendelijk zijn.

In het voorstel moet de exploitant op een vergelijkbare wijze als bij het programma van eisen van de abri’s ingaan op alle onderdelen zoals de:

opbrengsten(jaarlijkse vergoeding, vergoedingen per looptijd, afschrijving en vervangen, etc.), kwaliteit openbare ruimte en verkeersveiligheid( afmetingen, ontwerp, materiaalgebruik, verlichting etc), regelgeving en vergunningen, uitvoering(flexibiliteit, plaatsing, beheer –en onderhoud(zie boven), rol van de gemeente) en rapportage.

Aldus vastgesteld ter vergadering van het college en burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal, d.d. 10 juni 2008.

De secretaris, de burgemeester,